Vaststelling der loon- en arbeidsvoorwaarden in het Bouwbedrijf Claevssens-Titeca 10. Verkoop, vervoer en rantsoeneering van veevoeders VERVOER - VERHUIZINGEN AUTO- TAPISSIÈRE 1'B. DickebuscHsteenwee, 118 YPER Telefoon IRQ HET YPERSCHE 10 -1 -1941 Krachtens een besluit van het ministerie van Arbeid en Sociale Voorzorg en van het Commissariaat voor prijzen en locnen, verschenen in het Staatsblad van 2-3 Januari, worden de loonen en andere arbeidsvoor waarden in het bouwbedrijf en in de aanverwante be drijven geregeld. Dit besluit is toepasselijk op de arbeidsvoorwaarden der arbeiders, te werk gesteld in de ondernemingen of ondernemingstakken van het bouwbedrijf en der aan verwante bedrijven, voor zoover deze laatsten tot het uitvoeren van het voorwerp van het hoofdbedrijf bij dragen. Het is eveneens toepasselijk op de arbeidsvoorwaar den in autonome afdeelingen der aan het bouwbedrijf of vreemde ondernemingen tot stand gekomen, voor zoover hebniet geldt herstellingswerken of bijkomstige werken, 'o.e met het bouwbedrijf In betrekking staan en die dienen tot het verwezenlijken van het voorwerp van het hoofdbedrijf. De loonbarema's bij dit besluit vastgesteld zijn te vens maxima en minima bepalingen. De andere ar beidsvoorwaarden zijn minima bepalingen. Betreffende de voorschriften In zake loonen mogen slechts afwijkingen van dit besluit worden verleend mits schrlf'elijke en voorafgaandelijke toelating van den Commissaris voor prijzen en loonen of van zijn vertegenwoordiger. Indeeting der werklieden. De werklieden worden in drie categorieën onder verdeeld, t. w. 1. De geschoolde werklieden Worden als geschoolde werklieden beschouwd, de arbeiders die bewi'zen dat ze. sedert minstens drie jaar oen bepaald vak hebben uitgeoefend en die belast kun nen worden met een handig en rendeerend uitoefenen van gelijk welk onderdeel van dit vak. De hierna vermelde arbeiders dienen inzonderheid als geschoolde werklieden te worden aanzien Asph-Jltwerkers betonwerkers - specialisten tim merlieden vloerer.makers lel- en pannendekkers bouwsloopers-soecia'lsten elektriekers trapDenma- ke~s (werklieden); ijzervlechters smeden gasfitters metselaars marmerhouwers schrijnwerkers mo zaïekwerkers niveleerders gebezigd als spoorleggers; nlveleerders - boordsteenleggers voor den wegenbouw; gipsvormers en kartonneerders parketleggers straat- makers schhders installeurs van bouwbeslag stu kadoors loodgieters - zinkbewerkers bestuurders van hei- of trilmachines (wegenbouw); witsteenzagers bouwbeeldhouw.; blauw- en witsteenhouwers behan gers monteurs-soldeerders van verwarmings- en ver luchtingstoestellen en van liften; monteerders van me taalconstructies glazenmakers en kunstglazeniers. 2 De gesoecialiseerde werklieden Worden als gespecialiseerde werklieden aangezien, de arbeiders die voor het uitvoeren van hun gewonen arbeid een zekere handigheid bezitten, die nochtans niet als bijzondere kennis van het vak kan beschouwd worden. De hierna vermelde arbeiders dienen als gespeciali seerde arbeiders te worden beschouwd Voerlieden stokers van stoommachines en stoom walsen autovoerders die geen werktuigkundigen zijn; voegleggers bij heimachines voor den wegenbouw teerders nlveleerders - bekistingsvcorbereiders voor den wegenbouw vaste betonmachlnebestuurders straatmakers-aanstampers granite-, mozaïek- en mar merpolijsters spoorleggers gletasphaltvoorberelders. 3. Ongeschoolde werklieden Worden als ongeschoolde werklieden aangezien, de arbeiders die, noch bij de kategorie der geschoolde ar beiders, noch bij deze der gespecialiseerde arbeiders kunnen worden gerangschikt. De werklieden worden onderverdeeld in acht klas sen. die gaan van 14 tot 21 jaar en boven 21 jaar. Vaststelling der loeien. Met het oog op de bezoldiging worden de werklieden naar gelang hun bekwaamheid in categorieën en naar gelang him ouderdom, in klassen ingedeeld. De loonbedragen worden vcor zekere categorieën arbeiders alsmede voor zekere categorieën werken met een vast procent vermeerderd. a) De meesterknechten die per dag worden betaald hebben recht op een uurloon dat 20 t.h. meer bedraagt dan dit der geschoolde werklieden b) De ploegbazen hebben recht op een uurloon dat 10 t.h. meer bedraagt dan het uurloon der werklieden hunner ploeg c) De bijzonder geschoolde werklieden hebben recht op een uurloon dat ten hoogste 10 t.h. meer bedraagt dan dit der geschoolde arbeiders en dit naar gelang den graad der bijzondere qualifleatie. Het aantal bijzonder geschoolde werklieden mag geenszins 10 t.h. van de In hetzelfde werkhuis of op dezelfde werf te werk gestelde werklieden overtreffen. In de bedrijven, in dewelke bijna uitsluitend ge schoolde arbeiders-specialisten te werk gesteld worden, mogen de in de hierboven twee alineas vermelde per centages overschreden worden, met de schriftelijke en voorafgaandelijke goedkeuring van den Commissaris voor prijzen en loonen. Vaststelling der schooltoelagen De leergasten hebben recht op een schooltoelage. Zij worden in twee categorieën onderverdeeld. De eer ste categorie behelst de leergasten die regelmatig en zonder onderbreking de lessen eener beroepssehool ge volgd hebben of volgen. De tweede categorie behelst al de 'eereas'en die niet tof de eerste behooren en inzon derheid diegenen, die hun leertijd uitsluitend ln het werkhuis of op de werven volbrengen. De leergasten, die kunnen bewijzen dat ze den voor het uitoefenen van hun bedrijfstak gevergden leerti'd met vrucht hebben vo'etndigd, hebben recht op het loon van den geschoolden werkman, dat overeenstemt met de ouderdomsklasse tot dewelke ze behooren. Territoriale zones en barema's Het land wordt volgens de loonbarema's en de school toelagen in drie territoriale zones onderverdeeld. De eerste zone omvat de steden Brussel en Antwer pen en de omliggende gemeenten. De tweede zone omvat de gemeenten der nijver- hetdsstreken van het land. De derde zone omvat al de gemeenten, die niet ln een der bovenvermelde zones zijn ingedeeld. Het loon wordt op basis van den reëeien duur van den werkelijken arbeid uitbetaald. De werkman heeft recht op het loon, dat door het barema Is vastgesteld voor de plaats waar de werf voer dewelke hij ln dienst genomen werd, zich bevindt. Nochtans heeft de werkman, die door den onderne mer, zijn afgevaardigde of aangestelde naar een an dere werf wordt gestuurd dan die voor dewelke hij werd in dienst genomen, recht op het hoogste regionaal icon, dat voor werven wordt toegekend. De overeenkomst betreffende stukwerk of werk op premie, dienen dewijze opgesteld dat ze aan de arbei ders met een gewone werkvaardigheid, rekening hou dende met him ouderdomsklasse, de mogelijkheid ver zekeren om onder de in het werkhuis of op de werf be staande arbeidsvoorwaarden een loon te bekomen, dat 10 t. h. hooger Is dan het uurloon in het barema. De uitbetaling der loonen De uitbetaling der loonen geschiedt om de week of om de veertien dagen, op een werkdag andere dan den Zaterdag. Indien de betaaldag op een feestdag valt, ge schiedt de uitbetaling op den vcorgaanden werkdag. De uitbetaling der loonen geschiedt tijdens de ar beidsuren of onmiddellijk na het einde van den arbeid. Indien de uitbetaling, wegens de handelwijze van het bedrijfshoefd, zijn aangestelde of lasthebber, langer duurt dan ha'.f-uur na het einde van den arbeid, is het loon voor ieder begonnen uur verschuldigd. Minder rendeerende arbeid Een lager dan bij het barema bepaald loon kan wor den toegekend aan de werklieden die gewoonlijk een arbeid verrichten, die minder rendeerend Is dan de ar beid uitgevoerd door werklieden met een normale werkvaardigheid. In dit geval is het lager loon recht streeks evenredig met het geringer rendement dezer arbeiders. Deze vermindering der bezoldiging vereischt in elk geval de voorafgaandelijke sch: if lelijke toela ting van den Commissaris voor Prijzen en Loonen, van zijn vertegenwoordiger of van zijn afgevaardigde. Loontoeslagen Een loontoeslag is verschuldigd voor het uitvoeren van gevaarlijke, ongezonde en zware werken of van werken onder verhoogden atmosphee: druk uitgevoerd. In deze gevallen wordt het bedraa van den toeslag berekend op basis van het reëele uurloon, wanneer het gaat om per uur betaalde arbeiders en op basis van dit zelfde uurloon, met 10 t. h. vermeerderd, wanneer het gaat om arbeiders per stuk betaald. De voorziene loontoeslagen dienen verminderd in de mate dat vcorzorgsmiddelen ter beschikking der werk lieden zijn gesteld. Ze worden ingetrokken wanneer deze voorzorgsmiddelen aan den arbeid zijn gevaarlit'k of ongezond karakter ontnemen. De loontoeslagen zijn slechts verschuldigd voor den tijd dat de werklieden worden te werk gesteld aan een gevaarlijken of zwaren arbeid. Verplaatsing-, huisvesting en voedingskosten Wanneer het bedrijfshoofd, zijn aangestelde of man dataris van den werkman eischt dat hij zich van het werkhuis of de werf naar een andere werkplaats be- geve, moet het bedrijfshoofd de verplaatsingskosten dragen. De voor deze verplaatsingen noodige tijd wordt als werkelijken arbeidsduur aangerekend en dient vergoed voor zooverre deze verplaatsingen gebeuren gedurende de gewone arbeidsuren. Wanneer de werkman, op bevel van het bedrijfs hoofd, zijn aangestelde of mandataris buiten de onder neming wordt te werk gesteld en wanneer de werk plaats zoover van den zetel der onderneming verwij derd is dat het den arbeider onmogelijk is dagelijks naar huis te keeren, is het bedrijfshoofd er toe gehou den het onderkomen en het voedsel te bezorgen. Het bedrijfshoofd kan, mits betaling van een huis vestingsvergoeding van zes frank en een kostvergoe- ding van twaalf frank per weekdag, zich van deze ver plichting bevrijden. Bezorgen van gereedschap, vergoeding voor sleet van het gereedschap. De werklieden dienen voor eigen gebruik in het bezit te zijn van het voor de uitoefening van hun beroepsbe drijvigheid noodige minimum gereedschap. De helpers en grondwerkers bezorgen hun schop, hun spade en hun houweel. Het bedrijfshoefd bezorgt het zwaar gereedschap, het gereedschap van machienewerktuigen, de schaafban ken der schrijnwerkers, de zeildoeken, de messen der schaven en de vijlen voor de zagers en bewerkers van witsteen, de borstels der ververs en de snijdiamanten der glazenmakers. Hij bezorgt eveneens de water dichte laarzen der grondwerkers, die waterwerken uit voeren. Het slijpen en het onderhoud van dit gereed schap gebeurt ten laste van het bedrijfshoofd. Een vergoeding van 10 centimes per uur werkelijken arbeid voor de sleet van het gereedschap is aan de volgende werklieden verschuldigd marmerbewerkers, blauwsteenbewerkers, timmerlieden en schrijnwerkers, trappenmakers, witsteenzagers, bouwbeeldhouwers. De vergoeding bedraagt 20 centimes per uur voor de loodgieters en witsteenbewerkers. Opzegging van het arbeidscontract. Het arbeidscontract kan door elkeen der partijen ver broken worden mits het naleven van een opzeggings termijn van minstens drie dagen, die op den dag vol gend op den opzeg aanvang .neemt. Langere opzeggings termijnen kunnen schriftelijk worden voorzien. De opzeggingstermijn dient nageleefd, zelfs wanneer de werkman voor een onbepaalden duur werd aange worven. Wanneer de opzeg wordt gegeven binnen de twaalf dagen na de aanwerving, kan hij op het einde van den arbeidsdag zonder opzeggingstermijn worden gegeven. Wanneer de arbeid, omwille van ongunstige weers- gestel'enissen, voor een betrekkelijk lange periode on mogelijk zal kunnen worden voortgezet, kan het ar- beidskontrakt op het einde van den arbeidsdag zonder opzeggingstermijn verbroken worden. De partijen hebben het recht onmiddellijk en zonder vooropzeg het arbeidscontract te verbreken, wanneer een zwaarwichtige reden bestaat. Worden inzonderheid als dusdanig beschouwd vrij willige inbftuk op het werkplaats- of werfreglement het uitvoeren tegen betaling, door den arbeider, van 1 werken voor rekening van particulieren en na de ar beidsuren. Dit besluit treedt ln werking op 1 Januari 1941. Zware straffen beteugelen de inbreuken. De barema's voor de werklieden. De loonbarema's voor de werklieden werden als volgt bepaald A. Territoriale zones die tot de 1« groep behooren (Brussel, Antwerpen en omliggende gemeenten): 1. Geschoolde werklieden meer dan 21 jaar fr. 6.90; 20 jaar fr. 6.20; 19 jaar fr. 5.90; 18 jaar fr. 5.50; 17 jaar fr. 4.80. 2 Gespecialiseerde werklieden meer dan 21 jaar: fr. 6.20; 20 jaar fr. 5.60; 19 jaar fr. 5.30; 18 jaar fr. 5.00; 17 jaar fr. 4 40; 16 jaar fr. 3.70; 15 jaar fr. 3.10; 14 jaar fr. 2.50. 3. Ongeschoolde werklieden Meer dan 21 jaar fr. 5.60; 20 jaar fr. 5.00; 19 jaar fr. 4.75; 18 jaar fr. 4.50; 17 jaar 3.90; 16 jaar fr. 3.35; 15 jaar fr. 2,80; 14 jaar fr. 2.25. B. Territoriale zones die tot de 2C groep behooren (gemeenten der nijverheidsstreken 1. Geschoolde werklieden Meer dan 21 jaar fr. 6.25; 20 jaar fr. 5.60; 19 jaar fr. 5.30; 18 jaar fr. 5.00: 17 jaar fr. 4.40 2. Gespecialiseerde werklieden Meer dan 21 jaar: fr. 5 65; 20 jaar fr. 5.10; 19 jaar fr. 4.80; 18 jaar fr. 4.50; 17 jaar fr. 4.00; 16 jaar fr. 3,40; 15 jaar fr. 2.80; 14 jaar fr. 2.30. 3. Ongeschoolde werklieden Meer dan 21 jaar fr. 5.00; 20 jaar fr. 4 50; 19 jaar fr. 4.30; 18 jaar fr. 4.00; 17 jaar fr. 3 50; 16 jaar fr. 3,00; 15 jaar fr. 2,50; 14 jaar fr. 2.00. C. Territoriale zones die tot de 3° groep behooren (alle andere gemeenten): 1. Geschoolde werklieden Meer dan 21 jaar fr. 5.75; 20 jaar fr. 5.20; 19 jaar fr. 4,90; 18 jaar fr. 4,60; 17 jaar fr. 4.10. 2. Gespecialiseerde werklieden Meer dan 21 jaar: fr. 5,20; 20 jaar fr. 4 70; 19 jaar fr. 4 40; 18 jaar fr. 4.15; 17 jaar fr. 3.65; 16 jaar fr. 3,10; 15 jaar fr. 2.60; 14 aar fr. 2.10. 3. Ongeschoolde werklieden Meer dan 21 jaar fr. 4.70; 20 jaar fr. 4.25; 19 jaar fr. 4.00; 18 jaar fr. 3 75; 17 jaar fr. 3 30; 16 jaar fr. 2,80; 15 jaar fr. 2,35; 14 iaar fr. 1,90. Artikel 1. Alle veevoeders, daarin begrepen de bij producten. zooals de zemelen in de maalderij, de afval der conservenindustrie. In het bezit van fabrikanten, importateurs en handelaars, moeten ter beschikking ge steld worden van de Hoofdgroepeering «Graangewassen en Veevoeders», die er den verkoop, het vervoer, de fa bricage en de rantsoeneering van regelt, overeenkom stig de bepalingen van dit besluit. Maandelijks zal elke fabrikant, importateur of han delaar bij bedoelde Hoofdgroepeering de stocks, die hij in bezit heeft, moeten opgeven. SECTIE I. Verkoop en vervoer. Art. 2. Het is verboden de bij artikel 1 bedoelde veevoeders te verkoopen, te koop aan te bieden of te vervoeren, met een ander doel dan hun fabricage, met het oog op de mengeling, overeenkomstig sectie II, o hun verbruik, overeenkomstig sectie III van dit besluit. Bijzondere afwijkingen kunnen door de Hoofdgroepee ring Graangewassen en Veevoeders toegestaan wor den. Vallen niet onder de toepassing van dit artikel de niet gedroogde beetpulp, de niet gedroogde draf voort komend van de brouwerij of mouterij. Art 5 1. Het is verboden mengsels volgena an dere types dan de bepaalde te fabrlceeren, te verkno pen of te koop aan te bieden. Art. 6. Volgende producten zijh voor de menging; in samengestelde of gemelasseerde voeders verboden Aa:dnoptdoppen, cacaoschalen, rijstdoppen en rljst- kaf Producten van dierlijken aard, zooals kadaver- meel, beendermeel en dergelijke, ongeschikt verklaard voor veevoeding. Art. 8. Zijn alleen gemachtigd samengestelde voe ders en gemelasseerde voeders te fabriceeren, de daar toe door de Hoofdgroepeering Graangewassen en Veevoeders aangenomen fabrikanten. De Hoofdgroe peering bepaalt de voorwaarden der aanneming in over eenstemming met het Ministerie van Landbouw en Voedselvoorziening. Art. 11. De rantsoeneering der bij artikel 1 be doelde veevoeders wordt in werking geste'd -onder de le'ding en de controle van de Hoofdgroepeering Graangewassen en Veevoeders Art. 12 1. De Hoofdgroepeering Graangewas sen en Veevoeders beoaalt voor elk daartoe gerech tigde diersoort het maandelijksch rantsoen, in overeen stemming met het Ministerie van Landbouw en Voed selvoorziening 2. De Hoofdgroepeering stelt ter beschikking van elk gemeentebestuur een aantal rantsoeneeringszegels overeenstemmend met het aantal rantsoengerechtigde die; en opgegeven bij de telling voorgeschreven door het besluit van 6 December 1940. De veehouder ontvangt van zijn gemeentebestuur de veevoederrantsoenzegels voor de daartoe gerechtigde dieren. Het niet vervullen, door den landbouwer, van zijn leveringsverplichtingen van aardappelen granen en melk, heeft zijn uitsluiting van alle veevoederbe- deeling voor gevolg. 3. De Hoofdgroepeering kan bijzondere bevoorra dingen voor bepaalde diersoorten, zooals goedgekeurde stieren, de goedgekeurde hengsten, het geselectiorv- neerde gevogelte, buiten de tusschenkomst van de ge meentebesturen organiseeren. De eerste bevoorrading in veevoeders wordt geregeld krachtens een bijzondere onderrichting van de Hoofd groepeering Graangewassen en Veevoeders in binnen- en buitenland met Verzorgd werk. Matige prij

HISTORISCHE KRANTEN

Het Ypersch nieuws (1929-1971) | 1941 | | pagina 10