DE MINNEZANGER -In de Puppen- Huis AIME GRUW EZ Alle Bouwstoffen en Kolen L. MONKERHEY-VAN NESTE Ceramo - Tegels Eternit Producten Alle Drukwerken, DRUKKERIJ DU MORTIER Vuylsteke Gebr. MEUBELEN Marcel SOETE - BOERHAVE 12 ONS MENGELWERK Nr 9 2, Boterstraat, 2 YPER 112-114, Bruggestraat Tel. 63 MEENEN - Statiestraat, 39, IEPER - Tel. 182 - HET YPERSCHE 18-9-1941 «oor HENDRIK CONSCIENCE (Vervólg) Zij was uitnemend schoon De opene blik harer blauwe oogen en de glim van eenvoud op hare fijne lippen omgaven haar nog met den zoeten wasem der kindsheid, alhoewel zij statig was van gang en wel zeker reeds achttienmaal de lente rozen had zien bloeien. Basil issa, zeide haar vader, ziedaar een wondere zangerhij roert het gemoed zoo diep, dat men onder den indruk zijner stem, nu zacht en streelend, dan machtig en wegvoerend, de we reld zou vergeten. Haddet gij hem kunnen hoo- ren, toen hij zong van het glinstrende, schui mende druivenbloed Ik heb het van verre gehoord, heer vader,» antwoordde zij. Ach, ik voelde mij ontroerd de betooverende klanken sidderen nog in mijn hart Misschien had de gedronken wijn den jonge ling voor een oogenblik de bitterheid van zijn lot doen vergeten want hij antwoordde op de vlei ende uitroeping der maagd half onthutst, doch met hoofschen zwier Dank, God, die mijne stappen naar dezen burcht leiddet, waar harten kloppen, edel door geboorte, maar edeler nog door gevoeligheid en kunstmin. O. jonkvrouw, welke belooning op aarde kan een nederig zanger dierbaarder zijn dan lofspraak in uwen mond, zoo genadevol, zoo liefelijk, zoo minzaam, zoo... Het woord verstierf hem op de lippen hij vreesde door de stoutheid zijner taal te verraden, dat hij geen gewoon minnezanger was. Had zijn zang de maagd ontroerd, hare zoetluidende stem deed eenen veel dieperen indruk op zijn gemoed. Zou de schoone spreker nu ten mijnen be lieve nog een lied willen zingen vroeg Basi- lissa, terwijl zij den jongeling aanzag met eenen glimlach zoo bekoorlijk, dat hij beefde onder ha ren blik. Beveel, jonkvrouw; eenen wensch van u te kunnen voldoen, is een groot gelukstamelde hij. «Welnu, meester, een bevel bekomt gij niet van mijeene bede richt ik tot u. Zij ging met haren vader naar de tafel en zeide hem, zich nederzettende Vader, zal die minnezanger niet eenige dagen op Rotsburg blijven Mijn inzicht is, hem de gastvrijheid aan te bieden tot den dag mijner groote jacht. Dan krij gen wij een talrijk gezelschap. «Hij is wel hoofsch en spreekt wel schoon, niet waar. vader? Zulke kunstenaars komen er niet dikwijls op Rotsburg Neen, en het verwondert mij, dezen hier te zien. Hij is ongelukkig en heeft verdriet, zegt hij. Moest ik zijn eerste lied gelooven, dan zou hij uit zijn land gebannen zijn. Waarom Maar luister, daar klinkt het voorspel Nu begon Wilfried een zonderling lied te zin gen, dat hem rechtstreeks uit het hart scheen te vloeien, want veel was daarin toepasselijk op de jonkvrouw, wier zoete glimlach hem zichtbaar had ontroerd en hem nu nog met bewondering trof. Basilissa kon hare oogen van den schoonen zan. ger niet afkeeren en luisterde hem de klanken en de woorden uit den mond. Met eene trillende stemme, meest zacht, doch soms krachtig en begeesterd, zong de jongeling het volgende lied DER VROUWEN GLIMLACH. Het mildste van al wat de mensch ooit zag, Is de vrouwenlach. Een ridder had de laatste hoop verloren Hem stak in 't hart de wreede liefdedoren. Ten gronde hing hem 't moedig hoofd, Van vrede en heil was hij beroofd, Geen troost kon hij in 't leven nog verwerven En riep ten hemel Heere, laat mij sterven Er kwam een maagd, die minzaam hem aanzag, En hem ontviel het wee, dat zijne ziel bezwaarde. Het mildste van al wat er mild is op aarde, Is de vrouwelach. Het sterkste van al wat de mensch ooit zag, Is de vrouwelach. Men had in 't woud een wildeman gevangen En ging in ketens zijne leden prangen Maar huilend brak het onmensch los En sloeg verwoed op man en ros. Men slaakte noodgeroep en bange zuchten Een ieder poogde zijne wraak te ontvluchten... Er kwam een maagd, die minzaam hem aanzag Hij boog verwonnen 't hoofd, en zijn gemoed bedaarde. Het sterkste van al wat er sterk is op aarde, Is de vrouwelach. Het zoetste van al wat de mensch ooit zag, Is de vrouwelach. In 't oog der moeder ziet het kind hem stralen Als balsem tegen de eerste levenskwalen. De hemel glanst in 't oog der maagd Voor hem, die liefde in 't harte draagt. Tot heldenmoed drijft ons de blik der vrouwen; Hij is den man een bron van zelfvertrouwen Wie nooit dit licht begreep of glinstren zag, Is een beklaaglijk mensch, een booze of een ontaarde. Het zoetste van al wat er zoet is op aarde, Is de vrouwelach. Basilissa was weggevloten in eenen bewuste- loozen droom, en zij hoorde, dacht haar, nog im mer de klanken van des zangers stem; maar zij werd uit hare vergetelheid opgewekt door de ont roerde vrienden haars vaders, die haar nu om ringden en onder eenen'vloed van toejuichingen voor den zanger, haar met lofspraak overlaad den. De wijn had de oude ridders hoffelijk ge maakt. Het lied had noch gelogen, noch over dreven, getuigden zij maar was het waar voor de vrouwen in het algemeen, hoe onbetwistbaar was het niet voor de schoone Basilissa, van wier glimlach men met recht kon zeggen, dat hij was het zoetste van al wat er zoet is op aarde De jonge edelvrouw ontving deze vleierijen zonder erg en met kinderlijk genoegen; zij scheen gelukkig en hield niet op, den wonderen kunste naar te roemen. Onderwijl hadden de dienaars eene tafel voor den minnezanger bereid, en dewijl hij grooten eetlust gevoelde, had hij er zich bij nedergezet, zelfs voordat de eerste spijzen werden opgedra gen. Heer vader,vroeg Basilissa zou ik niet jegens den schoonen spreker den plicht der gast vrijheid vervullen Dienaars alleen omringen hem... Ho, ho, jonkvrouwbemerkte een der oude ridders. Een minnezanger Hij is niet van edele geboorte Inderdaad, Ser Gerulf,antwoordde zij, maar heeft God, die hem zulke uitstekende kunst schonk, hem daardoor niet veredeld Veredeld wel niet, Basilissa, verbeterde haar vader, maar de kunst toch verheft den mensch boven de dorpere menigte. Ga, mijn kind, bewijs hem de eere, die hem toekomt. De maagd ging tot den zanger, diende hem de spijzen voor, schonk den wijn in zijnen beker, moedigde hem tot eten en drinken aan en poogde door minzame woorden hem den tijd zooveel mo gelijk te verkorten en zoowel voor de die naars als voor hem zeiven te doen blijken, dat de bewoners van Rotsburg de edele kunst en de schoone sprekers hoog vereerden. Wilfried kon hier geen voedsel nuttigen soms bleef hij beweegloos met de vork aan den mond in vergetelheid op de verleidende klanken der zoete stem luisteren. In den eerste had hij met zekere vrijheid in den blik de maagd aan schouwd en zoo van dichter bij de zwierigheid harer ranke gestalte en de bevalligheden van haar engelachtig wezen bewonderd. Nu durfde hij niet meer opzien want haar oogslag, hoe eenvoudig en onnoozel ook, deed als door eenen geheimzinnigen indruk zijn hart geweldig klop pen. De maaltijd,, die uit weinige, doch uitgekozene spijzen bestond, was bijna ten einde, toen de maagd hem eensklaps zeide Meester, mijn vader zal u uitnoodigen om eenige dagen met ons te blijven. Gij zult toe stemmen, 'niet waar O, met blijdschap, met geluk antwoordde de jongeling. Maar, meester,vroeg zij, wij zullen zoo lang van uwe komst op Rotsburg en van uwe schoone liederen spreken. Het betaamt wel, niet waar, dat wij kunnen melden wie de wondere kunstenaar was Zeg mij, ik bid u, uwen naam Mijnen naam mompelde de jongeling. mijnen naam, jonkvrouw Ja, hoe heet gij Ach, vraag mij zulks niet Wat beteekent dit nu, meester Gij wenscht onbekend te blijven, om aan verdienden lof te ontsnappen Maar ik, ik wil u kennen. Zult gij mij door eene weigering bedroeven «Ik heet... ik heet Wilfried,» antwoordde de jongeling met eenen diepen zucht, als verschrikte hem zijn eigen woord. «Wilfried?» riep de jonkvrouw met blijd schap, o, het is een schoone naam Ik had eenen broeder, die heette ook Wilfried... maar, eilaas, hij is in 's keizers dienst als een held met roem gevallen. De Heer hebbe zijne ziel En verder., meester, verder ('t Vervolgt) Telefoon 69 Postcheck. 37.177 HUIS VAN VERTROUWEN Prachtige kens van Mantelstoffen, allerlaatste mode. Groote kens van Kleerstoffen, zwarte en alle modekleuren. Wollen en Zijdenstoffen. Volledig assortiment van alle Kinderartikelen. Merceriën en Breigoed Katoenen en Wollen Dekens. Gordijnen Specialiteit van Stoors. Wit artikelen en alle Ellegoederen. Specialiteit van Roode Vlies. Gerantsoeneerde artikelen worden alleen tegen bevoorradingsmachtigingen afgeleverd Telefoon 120 9, Koeimarkt, YPER Telefoon 181» iOuvière en der ALLEENVERKOOPER voor Ypcr en omstreken der van La Louvière en der van Rapelle op - den - Bosch ZooalsGolfplaten, Vlakke Platen, Buizen, Geëmailleerde Eternit piate» voor lambrizeeringen en tafelbladen, enz. Doopkaarten Trouwbrieven Rouwbrieven Gedachtenissen. Briefhoofden en -omslagen Wissels Adreskaarten en alle ander drukwerk. Notarieele- en andere Plakbrieven. WORDEN MET ZORG UITGEVOERD TER 34 Boterstraat, 34 YPER Tel. 500 TRANSPORT en VERHUIZINGEN MET PERSONENWAGENS OF GECAPITONNEERDE AUTOS Huis sedert lang bekend om zijn goede zorgen en zijn stiptheid. EETPLAATSEN SLAAPKAMERS Alle slach van zetels, stoelen, kinderbedden, keukenbuffetten, erz. MATRASSEN (wol. kapok, fiocon. windhaar). Levering met waarborg Matige prijzen. Druk. Dumort;cr. 34. Boterstraat. 3* Jeoer Tel. 5!

HISTORISCHE KRANTEN

Het Ypersch nieuws (1929-1971) | 1941 | | pagina 12