FILMWERELD The Besl •Years:- of Our Lives De Wonderdoktoor Albert SLOSSE-DIERYCK UIT DE PROGRAMMA'S SAMUEL GOLDWyN Huis VAN LERBERCHE Henri Voedingswaren Zuivelproducten FRANKRIJK IN CANADA m HLE7 1TPEMSCH NIEUWS Hi CINEMA OUD IEPER: THE BEST YEARS OF OUR LIVES (DE SCHOONSTE ONZER JAREN) ■dm Fredric March, Dana Andrews, Harold Russell en Myrna Loy. Fred Derry is op weg naar de stad die hij verliet om dienst te nemen bij het leger en gaat zijn jonge vrouw vervoegen Sergeant Al Stephenson die naar zijn familie terugkeert en Homer Parrish, een zeeman die beide handen verloor in de Stille Oceaan, vergezellen hem. Deze laatste draagt beweegbare haken en is ongerust te weten hoe zijn verloofde hem zal ontvangen, nu hij verminkt is- Homer's ouders, zijn zuster Louella en zijn verloofde Wilma ontvangen hem zeer hartelijk, doch zij zijn verschrikt door de haken die zijn handen vervangen. Al wordt eveneens goed ontvangen door zijn bevallige vrouw Milly, zijn dochter Peggy, die een jong-meisje geworden is. en zijn grootgeworden zoon Rob Zijnerzijds verneemt Fred van zijn va der dat zijn vrouw Marie het huis ver laten heeft en in een nachtclub werkt. Hij gaat haar opzoeken. In de Butch Bar ontmoet hij Homer die zijn te vriendelijke familie tracht te entsnappen, en terwijl zij spreken komen Al, Milly en Peggy binnen. Op het einde van de avond zijn Al en Fred nogal in de wolken. Millv en Pppbv ^rengen hen LE FILM DE USPLUS Bfllts tNNêIS DE NOTDE VIE MYRNA 10Y FREDRIC MARCH DANA ANDDEWS TïRESAWniCHT VIDGINIA MATO 9OSCARS EN AMEQtQUE 2 CBANDS PRIX AU FESTIVAL naar huis waar zij Fred te slapen leggen in de kamer van Peggy. Gedurende de nacht heeft Fred hevige nachtmerries en Peggy komt hem troosten, 's Anderen daags zijn zij de beste vrienden van de wereld. Na lange opzoekingen vindt Fred Marie terug Al. zijnerzijds keert naar de bank te rug waar hij Onder-Voorzitter bij de le ningen genoemd wordt, ten dienste van de oorlogsveteranen. Homer doet alles om zich aan het ge woon leven heraan te passen doch het verlies van zijn handen heeft hem uiterst gevoelig gemaakt, en denkende dat Wilma hem enkel nog uit medelijden bemint, durft hij haar niet ten huwelijk vragen Laat ons tot het gezin van Fred terug komen Marie houdt niet van armoede en heeft geen geduld hetgeen Fred ver plicht naar de winkel terug te keren waar hij vóór de oorlog werkte. Hij kan zich aan zijn oud beroep niet meer aanpas sen en het leven schijnt hem wel erg lelijk, uitgenomen wanneer Peggy eens iangs de winkel komt. Zekere dag beseffen zij dat zij zich beminnen. Peggy nodigt dan Fred en Ma rie op een avond uit, denkende zich zo te kunnen bevrijden van hetgeen zij als een scholiersterfantasie aanziet, doch zij geeft zich rekenschap dat zij Fred wer kelijk bemint. Haar familie is erg geschrokken wan neer zij haar liefde bekent en Al vraagt Fred Peggy niet meer te ontmoeten. Fred verstaat de handelwijze van de vader en vraagt Peggy alles te vergeten. Ingevolge een twist met een klant ver liest Fred zijn plaats. Homer zou hem willen helpen en Fred doet hem beloven hem een plezier te doen. Homer belooft zonder te weten waarover het gaat en Fred vraagt hem bij Wilma terug te keren en haar hand te vragen. Ondertussen ontdekt Fred dat Marie hem ontrouw is. Nu kan niets meer hem ia deze stad tegenhouden. Hij vertrekt. Nabij een vliegplein bij de stad gele gen. ziet Fred een groot aantal buiten gebruik gezette vliegmachienen. Wanneer hij verneemt dat die zullen gebruikt wor den voor het bouwen van huizen, vraagt hij werk en wordt geëngageerd. Hij is getuige op het huwelijk van Wil ma en Homer en ontmoet er de Stephen son's. Milly en Al schijnen beter gezind te zijnen opzichte en Peggy en Fred vin den zich met geluk terug. CINEMA FLORA LES ABANDONNEES (DE VERLATENEN) met Dolores Del Rio en Pedro Armendariz In een kleine haven, afgezonderd van de drukke verkeerswegen, leeft gelukkig, Margarita Perez (Dolorès del Rio). een jonge eenvoudige vrouw, smoorlijk ver- Jefd op haar echtgenoot. Op zekere dag voorwendend dat hij op reis moet naar Mexico, en haar belovend dat zijn afwe zigheid slechts van korte duur zal zijn. verlaat haar man het huis. Maar de tijd vliedt en Margarita blijft achter zonder middelen van bestaan. Na een pijnlijke reis tot in de hoofdstad, vindt ze een miezerig baantje. Weldra moet ze haar hard labeur opgeven... ze zal moeder wor den. In het krotterig huis, waar Margarita een zoontje ter wereld brengt, woont een van die vrouwen van slechte zeden, waar van men echter niet altijd de triestige redenen kent, die haar tot in het verval hebben medegesleurd- Zij is het die Mar garita redt en die haar enige dagen later voorstelt in het huis waar zij werkt Margarita vecht met ontzetting tegen een gruwelijke wanhoop maar wat zou ze al niet doen voor het welzijn van haar zoon... Margarita, jong en schoon, zal weldra het succes kennen in de plezier- inrichtingen. Het is in een dier huizen dat de Revolutie haar verrast. De triom fantelijke intocht der legers van Carranza te Mexico geeft aanleiding tot grote fees telijkheden. In walgelijke braspartijen vierden de oversten hun overwinning. Het is daar dat de Generaal Juan Gomez (Pedro Armendariz) Margarita leert ken nen en op haar verliefd wordt. Juan installeert haar weelderig, in een der schoonste huizen van Mexico. De ge neraal bemint haar met passie, nobel en wonderbaar. Margarita deelt wederkerig deze liefde, in de beginne uit dankbaar heid, naderhand met heel haar hart en heel haar ziel. Als Juan het bestaan ver neemt van een kind van Margarita, vraagt hij de vrouw te mogen huwen die hij red de uit het slechte lot. Die avond zullen zij hun jonggezelienleven begravenschit terend banket in het Café Colon daar na naar de Schouwburg. Margarita is ge tooid met een briljanten halssnoer. Juan's bruidsgeschenk Gedurende de vertoning overvalt een groep gewapende mannen de loge van de generaal, die gemaand wordt zich over te geven Juan grijpt naar zijn revolver om zich te verdedigen, maar hij wordt door zijn tegenstrevers neergeschoten, zonder een woord te hebben kunnen uiten. Margarita is. ontsteld, als aan de grond genageld. Ze wordt aangehouden en ver neemt met ontzetting dat de briljanten halsband herkomstig is van diefstal in de bijouterie-handel Esmeraldaen dat Juan het. tot nog toe onbekend gebleven hoofd was van de gevreesde bende De grijze Auto», die de hoofdstad plunderde. Daar ze niet bewijzen kon totaal on wetend te 'zijn over de loense handelingen van de man waarmede ze in de echt zou treden werd ze veroordeeld tot acht jaar gevangenisstraf Van zohaast ze bevrijd wordt, gaat ze naar het wrfengesticht om haar zoon- Hij deed zich. om zi.n knapheid, door de bestuurder opmerken, die nu zeer aan hem gehecht is De directeur doet Mar garita inzien dat zij er alle belang bij heeft haar zoon verder te laten studeren Hij heeft in zich alle hoedanigheden om een groot man te worden. Nog eens overhaald. en besloten haar andermaal om de toekomst van haar kind te offeren, zegt Margarita tot haar zoon Je moeder is dood. maar vóór ze stierf, vroeg ze me je te kussenhet was een brave vrouw Aan de bestuurder be looft ze het geld te sturen, nodig voor de opvoeding van Margarito. En weer beklimt ze haar lijdensweg, op zoek naar een eerlijke bezigheid, maar weer valt ze in de afgrond der laagste en verachtelijkste zonde. Margarita is nu niet meer jong. en niet meer schoon. De acht jaren gevang hebben haar lichame lijk en zedelijk sterk getekend. Opdat Margarito zijn studies zou kunnen volein digen. steelt ze het nodige geld. dat van haar zoon een groot manzal maken. Aangenomen ter balie, pleit Margarito voor een vrouw die haar echtgenoot dood de, omdat hij haar bedrogen en verlaten had. Zijn bespraaktheid is zo overredend, zijn pleidooi zo ontroerend mooi. dat de Jury. bewogen, de vrijspraak velt. Mar garito behaalt de eerste triomf in zijn loopbaan. De menigte begroet hem geest driftig en brengt hem een oorverdovende ovatie. En op die glorie-dag voor hem. zal de befaamde advokaat slechts met moeite een haveloos oud vrouwtje op merken. geheel aan flarden... zijn eigen moeder de Stuersstraat, 29 YPER OPVOLGSTER MUS Irène Pluimgedierte VERZORGDE BEDIENING. MEN BESTELT TEN HUIZE. Tel. 200 624i STOORS GORDIJNEN MATTEN TAPIJTEN Van de Peereboomplaats 27, IEPER De Grootste Keus Meubelpapier DE LAAGSTE PRIJS. Kouwversieringen. - Markiezen. (40) De Franse bevolking in Canada wordt steeds talrijker. Zij heeft zich weliswaar aangepast bij de zeden der nieuwe we reld maar Frans blijft zij in hart en nieren, en daarom bestaat bij haar een streven naar-onafhankelijkheid binnen het Britse Rijk. De Fransen van Canada koesteren welis waar geen vijandschap ten overstaan der Britten, maar zij willen geen Britten wor den. Sinds 1763 toen hun banden met het moederland verbroken werden en zij. na heldhaftig verweer, voor de Britse heer schappij moesten buigen, bleven de Fran sen in Canada voor zelfstandigheid ijveren Voor het eerst in 1774, dan in 1791 werd de Britse regering gedwongen, haar plan nen tot gelijkschakeling op te geven en de Fransen in Canada een eigen statuut te schenken. In 1837 was er opstand. Toen wilde Londen opnieuw gelijkschakelen maar van Franse zijde gingen al stemmen op ten gunste van een Unie der beide Canada's. Toch wilde het nog niet goed vlotten. De Britten rukten dan vooruit en maak ten zich geleidelijk meester van de sleh- telposten in het bewind en de economie zodat de Fransen van Canada weldra, en niet ten onrechte, zegden Wij zijn de onderdanen van de on derdanen van de Britse Koning Maar in 1867 kwam de nieuwe Grond wet en hiermede veroverden de Fransen weer nieuwe rechten. De Fransen in Canada zijn bewust van hup beschavingzij streven naar groot heid, denken in het Frans en zijn daar fier over. Zij noemen zich de vertegen woordigers van de Franse cultuur. Zij wil len niet als burgers van tweede rang be handeld worden. In steden als Montreal waar één derde van de bevolking van Fran se oorsprong is, wordt wel eens gedweep; met een separatistische beweging. Deze beweging is er geen van afvalligen of van verraders. Zij wil enkel de rech ten van de Franse Canadezen vrijwaren en handhaven en is een logische, natuur lijke- beweging. In de kringen der jeidtr- wordt wel eens gefluisterd over het op richten van een onafhankelijke Frans- Canadese staat binnen het Britse Impe- ium, en daar wordt dan gezegd «Waarom niet? het naburige Ver enigde Staten gaf ons toch al sinds lang het voorbeeld... Pastoor Groulx sprak enkele jaren ge leden zijn vertrouwen uit ten overstaan van de Frans-Canadese jeugd «Wij zullen hem hebben, die staat Hij zal zijneen jong, krachtig, schoon rijk Frans Amerika, dat zijn ziel zo op zijn gelaat draagt... ONS FEUILLETON 23 door Jos. JANSSEN En als ik de eerste keer van hier wegging was ik al... half genezen. Ja Er komt ontroering in de stem van de meneer. Met zoiets als 'n snik erin roept ie nu, terwijl ie z'n brede borst vooruit steekt «En bekijkt me nu, mensen Bekijkt me nuIk ben weer goed voor honderd jaar En dat, besluit ie, terwijl ie van voldoening 'n traan wegpinkt, dank aan doktoor Stevendank aan de brave, edelmoedige man, die mij van de dood gered heeft. Ja, van de dood gered, dat mag gezeid zijn. En al word ik nu zo oud of Mathu- salem, galmt ie eindelijk, dat en vergeet ik nooit. NooitNooit Ontroerd bij de herinnering aan wat ie beleefd heeft en rood als 'n kalkoen van de gedane inspanning bij 't spreken, gaat de meneer met de zwarte frak en het bolhoedje zit ten en met z'n rode zakdoek het zweet afvegen, dat op z'n voorhoofd perelt. Meewarig en tegelijk bewonderend staren de zieken hem aan. "n Oud vrouwtje zit stilletjes te huilen. De struise kasseilegger schijnt met moeite 'n traan door te slikken. Bravo Bravokomt Man ten er weer tussen. Dat is deze keer goed gezeid, menere. En 't is schone van u, dat ge de redder van uw leven daarvoor dankbaar zijt. 'k En kan niet anders.sta melt de goede man. In 'n plotse uitbarsting van hoop en betrouwen roept de polderboer nu uit«Als doktoor Steven mij ge neest, hé? hewel, toens... toens gaat ie ondervinden, dat 'n polderkerel ook dankbaar kan zijn. 'k Late geheel de gevel van m'n huis vol reklame schilderen.» «En ik, gilt 'n ventje met 'n schorre stem, ik ben venter in vis, ik doe alle dagen tien parochies. Hewel, overal ga 'k roepen, dat het galmt door de stratenLeve doktoor Steven Bravo tieren de zieken de visvent na. Maar mensen toch, gilt Man ten, terwijl ie de armen in de lucht gooit, waar zijn uw zinnen Dok toor Steven komt nu al handen te kort, om al 't werk te doen. 'k Wete nu al geen raad meer met al onze zieken. Straks breken ze m'n kot af. Zó is 't genoeg. De voutedeur gaat open en de lange dove vent komt met 'n stralend ge zicht de trap af. In twee sprongen vliegt Manten het kamertje binnen. Zenuwachtig gaat de lange vent op z'n kleine ka meraad toe en schreeuwt hem opge togen in 't oor«Ie gaat mij -ge nezen Ja gaapt de kleine hem aan. «Ie heeft m'n oren gekuist, tiert de lange verder. Ik hore nu al de helft betere. Proficiatknikt de kleine Numero zes en dertigroept Manten, die de voutekamer uitkwam De laatste voor vandage De laatste Morrend en jammerend springen de zieken recht. 'k Zit hier al geheel de dag krijst 'n jong vrouwtje met graatmager, lijkbleek gezichtje. Nu nog 'n keer werekeren jammert 'n ander. «En m'n werk dat blijft lig gen Het wordt 'n koor van verzuchtin gen en jammerklachten. Manten wordt letterlijk door de zieken bestormd. Maar onverstoorbaar komt ie tus sen Mensen, daar en is niks aan te doen. Ge moet uw gezond ver stand gebruiken en verduldig zijn. De doktoor doet wat ie kan. Meer dan ie kan. Komt allemaal morgen ochtend weer, ten achten. Toens gaan we verder met numero zeven en dertig. 't Is waar ook Numero zes en dertig Numero zes en dertig Even zwijgt iedereen. Uitgenomen de twee doven, die on dereen nog volop bezig zijn met dok toor Steven's lof te maken. «Ja ja, verzekert de lange, 'n slimme ventdat zeg ik Manten keert zich nijdig om Zou die andere k-wakkel mis schien En meteen schiet ie op het koppel toe, schudt de kleine ruw bij de schouderHe Hebt gij somte mets numero zes en dertig «Ja 'k, menereknikt de kleine vent. Maak dan, kerdjie, dat ge op de voute komt, hé De doktoor wacht op u. Gejaagd staat de kleine recht en spoedt zich naar het zijkamertje. Veel geluk. En tot ziens roept de lange hem na. Traagzaam gaan de zieken naar buiten, ondereen jammerend en wee klagend. 'k Ga moeten 'n telegram zen den naar huis.zucht er een. Waar moet ik hier gaan ver nachten jammert het" bleke vrouwtje. 'k En ken hier geen levende ziele.huilt 'n ander. Maar Manten is er als de voorzie nigheid bijgesprongen. Mensen, roept ie, in de Bonte Osis er slapinge genoeg aan 'n genadig prijske. En ook in 't Zwart Lam Zegt maar aan de baas, dat ik u gezonden heb. Ge gaat er goed zijn en genadig bediend. Half getroost aarzelen de zieken naar de deur toe, terwijl Manten hen nog achterna roept Allei, tot morgenEn bewaart goed uw nummero's. In de Bonte Osnewaar. En in 't Zwart Lam En zegt maar, dat ge van mij komt. Eindelijk zijn de zieken buiten en trekken nu door de aardeweg dorp- waarts. Voldaan en in de pollen wrijvend kijkt Manten hen achterna. n Goeie dag geweest. grinnikt ie. Met de handen diep in de zakken kuiert ie fluitend tot bij het hekken langs de weg. waar ie de laatste zie ken, die dorpwaarts trekken, even nakijkt. De meneer met de zwarte frak en het bolhoedje schijnt iets vergeten te hebben. Daar keert ie op z'n stappen terug tot bij Manten en grinnikt hem zelf voldaan toe. Hewel. Manten, wat peist ge er van Manten schijnt in 't geheel niet verwonderd over de vreemde woor den van de grinnikende vent. Integendeel. Hij slaat hem voldaan op de schouder Deze keer was 't goed gezeid Hannes. Ge hebt m'n lessen goed onthouden. Jamaar, Manten, lacht man, Nathalie, m'n wijf, heeft lesse op 'n briefke geschreven, bi ik heb dat van buitèn geleerd, ziet ge. Dat was nog 't simpelste van aL hé 'n Goed gedacht, Hannes. Ge gaat algauwe nog op de markt kun nen staan om slekkenzalve te verko pen, jongen. Of om eksterogen te snijden. En wie zou er hier toens re klame komen maken voor doktoor Steven «O, protesteert Manten. Pé Lamote wil alle dagen komen, aan de helft van uw prijs. Pé Lamote bromt de vent. Zulk 'n onderkruiper Die geen tien woorden fatsoenlijk achter roe- Kaar kan zeggen zonder te stotteren gelijk 'n kerstenkind. Manten lacht voldaan. Zij gerust, Hannes. Ik ben kon tent van uw kunsten. Hier zie, u»' tien frank voor vandage. Goed be taald, hé, om hier 'n uurtje te zitten en uw vertellingske op te zeggen0 Merci, Manten. bedankt de man, terwijl ie de twee vijffrankstuk ken zorgzaam wegbergt. Maar pas op. Hannes, dat ge aan niemand 'n woord van lost. hé Of t is ermee gedaan. Moest doktoor Steven horen, dat ge hier komt doen, ie ware kap3 bel van al uw ribben te breken. «Zij gerust. Manten, zij gerus< stamelt de vent. (Vervolg1 Verantwoordelijke DUMORTIER. 34 Boterstrsst Ta"'

HISTORISCHE KRANTEN

Het Ypersch nieuws (1929-1971) | 1948 | | pagina 8