Yper en haar Waterstelsel
Onze Kosteloze Pronostiekwedstrijd
WERELDGEBEUREN
ONAFHANKELIJK NIEUWS- EN AANKONDIGINGSBLAD
VOOR HET ARRONDISSEMENT YPER
;ATlP::>AG 4 JUNI 1949
,jLLK tN REDACTIE: 34, BOTEB3TRAAT, YPER
i Postcheckrek.461.73 (L. DUMORTIER)
VERSCHIJNT ELKE WEEK 'S ZATERDAGS
DE PRIJSWINNAARS IN BEELD
Voor de volgorde leze men van rechts naar links
2e lAARGANG Nr 26
PRIJS 2 Fr
N N.-..MËKTSPRIJS
LCw' JAAR 108 Ftt.
Het fortuin van Yper
Het is ruim een jaar geleden dat
wij onder dezelfde titel een brochure
lieten verschijnen ten einde de Yper-
se bevolking te doen klaar zien in
het vraagstuk van de Yperse water
bevoorrading
Sedertdien heeft de droogte, die
sedert twee jaar over bijna gans
West-Europa heerst, voortgeduurd.
De winter 1948-49 heeft, bij gebrek
aan voldoende water, de toestand nog
verergerd. Uit onlangs verschenen
statistieken blijkt dat het tekort aan
regen of sneeuwwater gedurende de
vier eerste maanden van 1949, 't is
te zeggenJan., Febr., Maart en
April, beloopt tot 30 van een nor
maal jaar. Het is dan ook niet te
verwonderen dat het waterpeil van
Dikkebusch- en Zillebekevijver laag
:s. Het was op 15 Mei
1947 1948 1949
Zillebeke 2.90 1.60 1.60
Dikkebusch 2.25 1.20 1.05
wat op een geschatte inhoud van bei
de 'vijvers voor Dikkebusch 580.000
en Zillebeke 300.000 of te zamen
880.000, een tekort maakt dat de
500.000 kubieke meter benadert.
In 1948 werd in de watertorens een
totale hoeveelheid van 987.638 kubie
ke meter gepompt, 't zij omtrent
80.000 kubieke meter per maand. Met
de beperkingen door het stadsbestuur
ingevoerd is het verbruik thans
enigszins minder en behoudt het zich
tussen 70.000 en 75.000 kubieke meter
per maand. Maar wanneer men de
ze cijfers stelt tegenover de water
voorraad bevat in de beide vijvers
op 15 Mei 1.1., dan ziet men, rekening
houdend met de verdamping, dat deze
voorraad in minder dan vier maanden
geheel zou uitgeput zijn, indien er
geen machtige toevoer van water
door sterke regenvlagen onze be
narde toestand kwam redden. En zou
onze watervoorraad drie maanden
kunnen duren indien wij een zomer
hadden zoals in 1947, wanneer door
de zonnestralen dagelijks zoveel wa
ter verdampt werd als de stad be
zigde
Wij achten het daarom onze plicht
onze medeburgers tot de grootst mo
gelijke spaarzaamheid met stadswa-
ter aan te raden. Het is een kwestie
van solidariteit onder de Yperlingen
te zorgen dat wij niet eensdaags zon
der water staan.
In een schrijven verschenen in
Het Ypersch Nieuwsvan 13 No
vember 1948 gaven wij eens te meer
de oppervlakte der waterkom rond
om Yper9.000 Ha. waarvan 4.000
Ha. ten Noorden van Zillebeke met
de Bellewaerde-vijver en -beek, de
kom van Zillebeke met slechts 556
Ha., de kom die de verdronken wei
den en de vestingen aan de Rijsel-
Poort spijst met 3.000 Ha., de kom
van Dikkebusch met 1076 Ha. en de
kom van de Scherpenberg met 336
Ha. Van deze 9.000 Ha. zijn er dus
voor Dikkebusch 1076 en voor Zille
beke 556 of 1632 Ha. of nog geen
vijfde, die tot de spijzing der stad
dienen, terwijl 3.000 Ha., 't zij bijna
tweemaal zoveel dienen voor de spij-
Zlng der vestingen en de Yperlee.
De winter 1949 heeft bewezen wel
ke vloed van water de Bollaert-beek
evert en de Yperlingen hebben met
veel aandacht het goede initiatief van
et stadsbestuur gevolgd waarbij ge
urende de maanden Februari en
Maart water uit de verdronken wei
den naar Zillebeke-vijver werd ge-
Pompt. "Wel is waar kon een sterkere
pomp geplaatst worden, maar het
was een eerste proef en deze proef
Sai aanleiding tot het opmaken van
e€n voorstel, dat door de gemeente
hui1 aangenomen werd, en dat voor
doei heeft het water der vestingen
'e Pompen naar Zillebeke vijver ten
einde er altijd een voldoende water
peil te behouden.
Het pompen van water uit de ver
dronken weiden, deed het peil van
de vijver met 66 cm. stijgen, hetgeen
de spijzing der stad gedurende een
maand verzekert. Het is daarom te
hopen dat het voorstel tot spijzing
van Zillebeke-vijver met het water
van de vestingen weldra van hoger
hand zal goedgekeurd worden, zo
dat toekomende winter Zillebeke-
vijver ten volle kan gespezen worden.
Tijdens een conferentie op het
stadhuis te Diksmuide, waarbij de
burgemeesters en afgevaardigden der
gemeentebesturen van de streek aan
wezig waren, heeft de Heer Vran-
cken, Directeur generaal der Natio
nale Maatschappij voor Drinkwater
voorziening, het plan toegelicht dat
deze maatschappij heeft ontworpen
om een net dat over Roeselare, Hoog
lede, Diksmuide en Koksijde gaat,
van drinkwater te voorzien
De kosten zouden 32 millioen fr.
bedragen waarvan ongeveer een vier
de door de betrokken gemeenten zou
moeten betaald worden. De verbrui
kers zouden zes tot zeven frank per
kubieke meter water dienen te be
talen. Aldus een verslag verschenen
in de dagbladen.
In 1948 werden te Yper 987.638 m3
water gepompt en de totale op
brengst van de waterdienst bedroeg
829.113,55 fr., te verdelen als volgt
179 abonnenten met watermeters
(gemiddeld aan 1,60 fr. per m3)
195.725,80 fr. 3.443 particulieren be
talende per kraan 633.387,75 fr.
Indien men aanneemt dat 20
water verloren gaat, hetgeen nog al
ruim berekend schijnt te zijn, dan
komt men tot een verbruik van
987.638 200.000 787.638 m3.
Daarvan wordt door de abonnenten
met watermeter verbruikt 195.725,80
fr. 1,60 122.328 m3blijft dus
787.638 122.328 665.310 m3 ver
bruikt door de particulieren die per
kraan betalen, 't zij 633.387,75 fr.
665.310 0,95 fr. per m3... een ruim
verschil met de 6 of 7 fr. die bij
onze geburen rond Diksmuide zullen
te betalen vallen.
Dit verschil bewijst tevens welke
mogelijkheden Yper bezit om de kre
dieten te vinden teneinde zijn water-
stelsel te verbeteren, namelijk door
de ontslijking van de vijver van Dik
kebusch, het maken der bezinkings-
kom bij de vijver, het pompstelsel
om het water van de Scherpenberg
in Dikkebusch-vijver te pompen, het
ontslijken der Yperse vestingen en
de verbinding der vestingen per
pomp met Zillebeke-vijver, enz... Dit
zou aan onze stad een waterstelsei
geven, waardig van hetgeen onze
grote Yperse schepenen zoveel eeu
wen geleden aan hun stad gaven,
het zou tevens dienen om te bewij
zen dat in onze lage landen aan de
zee er mogelijkheid bestaat met bo
vengronds water prachtige water
stelsels in te richten.
De droogten van 1947-48-49 hebben
dit goede voordeel gehad dat zij aan
ons stadsbestuur de plicht opgedron
gen hebben aan hun waterstelsel de
noodzakelijke oplossing te geven.
In een onlangs verschenen schrij
ven van de Heer Grosjean, Hoofd
ingenieur Bestuurder bij het Mij-
nenwezen en Bestuurder van de Geo
logische Dienst van België, wordt
verklaardHet water, in België, is
de enige stof die in beperkte hoe
veelheid in de ondergrond te vinden
is en die wij van de vreemde niet
kunnen invoeren, het is ook een stof
die men niet vervaardigen kan.
Er volgt daaruit dat het onder
gronds water met spaarzaamheid
moet behandeld worden.
CATTEEUW Roger
Blauwe Leliestr. 8
152 punten
STAESSEN Willy
Pennestr. 12
153 punten
MASSCHELEIN Jules
Meenenstw. 192
153 punten
GALLIN Bertha
Blauwe Leliestr. 12
153 punten
SAMPERS Julien
Weverijstr 8
149 punten
NOTEBAERT André
Zaalhof 9
149 punten
LELONG Eddy
Paddepoelstr. 2
151 punten
SOUVAGE Ghislain
Kaaistr. 19
152 punten
BEDDELEEM Joseph MATON Daniel
(v. zijn zoontje Jacques) Zonnebekestw. 42
"Waterkasteelstr. 23 148 punten
147 punten
HOLLEBEKE Marie-M.
Lombaardstr. 14
148 punten
COOL Esther
Stoffelstr. 18
148 punten
SÓHREEL Eugeen MEULEBROUCK Maurice DEMAREZ Maurice
Paddepoelstr. 22 Masscheleinlaan 1 Brakkestr. 2
147 punten 147 punten 147 ponten
DEBERGH Jules
Korte Meersstr. 14
147 punten
De aandacht van de Regering werd
reeds in 1928 door de Geologische
Raad op dit feit getrokken. Daarom
kent de besluitwet van 19 December
1946 aan de Koning het recht toe
a) alle nieuwe boringen te onder
werpen aan een toelating
b) het uitputten van de waters der
koolmijnen te regelen
c) een algemene opsomming der
ondergrondse watervoorraden op te
stellen.
Een besluit van de Regent in datum
van 12 Juni 1947, stelt de voorwaar
den vast tot toelating der boringen.
Er volgt daaruit dat steden zoals
Yper, die het fortuin bézitten van
een bovengronds waterstelsei, tot
vaderlandse plicht hebben dit stelsel
te behouden en te verbeteren, ten
einde aan de minder bedeelde ge
meenten de kans te laten van een
deel der beperkte hoeveelheid on
dergronds water te genieten.
Wij wensen dat deze plicht door
ons stadsbestuur ten volle zou begre
pen worden.
H. VERMEULEN-MEYNNE.
TE PARIJS WILLEN DE BESPREKINGEN DER «VIER» NIET
VLOTTEN VERVOER VAN GOEDEREN PER TREIN NAAR
BERLIJN OPNIEUW GESCHORST DE LUCHTBRUG OPNIEUW
VOORNAAMSTE VERVOERMIDDEL RADIO-OORLOG EEN
POLITIEK VAN WEDERKERIGHEID DE KWESTIE VAN BEET
EUROPEES BETALINGSVERKEER WERD BESPROKEN DE
SOCLALE POLITIEK VAN DE BENELUX-LANDEN EIND
INDRUK.
Verleden week hebben we, in ons weke
lijks overzicht, er op gewezen dat de grote
«VIER» opnieuw te Parijs waren samen
gekomen om van gedachten te wisselen,
en het Duits.andprobleem te onderzoeken,
em aldus een nieuwe poging te doen om
tot een algemene wereldvrede te geraken.
Maar... nu reeds kunnen we voorspellen,
dat deze bijeenkomst niet veel goeds
zal meebrengen, ten ware dat een der
twee grcte partners van standpunt zou
veranderen Daar is echter weinig kans
toe. Inderdaad, de "Westerse Mogendhe
den nemen nog steeds hun vroeger stand
punt in en de Oosterse Mogendheid blijft
even radikaal zijn zienswijze verdedigen
en vertikt het ook maar een milimeter
van zijn vroeger ingenomen standpunt af
te wijken Zodat we eens te meer kun
nen bestatigen. dat de grote machten ter
plaatse blijven trappelen, elkaar verder
enerveren en er geen uitzichten tot uit
eindelijke goede overeenkomst te bespeu
ren vallen.
Visjinsky, de Russische minister van
Buitenlandse Zaken, heeft op de confe
rentie der Vierte Parijs de Wester
se mogendheden er van beschuldigd afge
weken te zijn van de beginselen, vast
gelegd in de overeenkomst van Potsdam,
en bepleitte een terugkeer naar het vier-
mogendheden-bewind in geheel Duitsland.
De Russische minister stelde eveneens
voor de Ruhr onder toezicht van de
Vier en van de landen die aan Duits
land grenzen, te plaatsen.
Maar Staatssekretaris Dean Acheson
betoogde in zijn antwoord, dat er geen
sprake kan zijn terug te keren tot
instellingen waarvan de uitslagen nood
lottig zijn gebleken, en dat de geallieer
den de geleverde inspanningen in het
Westen niet ongedaan kunnen maken. Mi
nisters Schuman en Bevin traden hfet
Amerikaanse standpunt bij. De Britse mi
nister van Buitenlandse Zaken, de heer
(zie vervolg hlz 2)