ieïs- Leest en verspreidt HET YPERSCHE One letfre Royale m Oil de Popingiie BEN YZER jKijnheer De Staat gij zijt niet eerlijk door A. Panier (Uittreksels) Laat mij zeer lieve lezers, dat ik u op de hoogte mijner zaakjes brenge. Op zeer nederigen voet heb ik den Staat der door celedene oorlogsschade opgemaakt en voor 3T1|!n inboedel van'kleederen, linnen, geweer, boe kerij en spreekmachien, enz. kwam ik een bedrag J 4500 frank neer te pennen. Willende een spoedige oplossing aan die zaak geven brandende van verlangen eventjes de ge heimenissen der Staatscommissariaten te doordrin gen heb ik gevraagd en bekomen de forfaitaire vergoeding mijner oorlogsschade. Op de beleefdste manier ter wereld heeft men mij onmiddelijk in betrekking gesteld met een zeer dienstvaardig Staatscommissaris, een .echt gentle man van wien ik hier ronduit verklaren moet dat hij rechtschapen en eerlijk is in den-vol sten zin des woords. O hij was niet met kwaadwillende inzichten te mijnen opzichte bezield den oud-strijders was hij zeer genegen en volmondig verklaarde hij dat zij een onbetwistbaar recht tot voorkeur bij de overige geteisterden verdienden, kortom hij be- loofde mij alles te doen wat in zijne macht was om mij aangenaam te wezen... Maar, bij 't behandelen der zaak onderging'deze uitmuntende mensch een schielijke metamorphose of metampsycose of wel licht beide-te gelijk hij deed zich maar zoo in eens voor als bediende van den Staat en zich meester makende van alle slag van wetten, dekreten en reglementen, verdedigde hij hardnekkig, voet bij voet 's lands duiten en de... nationale finaniiën en wist van mij te bekomen dat ik de forfaitaire ver goeding mijner oorlogsschade als definitievelijk opgelost aanvaardde voor deglobale som van 7000 fr En ziedaar. Gewis had ik nog een onbepaald langen tijd hoeven te wachten naar de oplossing der zaak, had ik den weg der Rechtbanken voor Oorlogsschade opgeslagen, maar om der wille der weinig-belangrijkheid der schade heb ik het niet noodiggeacht dagelijks degangen derStaatskommis sariaten met mijn nietig persoontje te belemmeren. Dit heeft me nochtans niet belet na te denken over de vreemdsoortige manier waarmede het plech tig en formeel klinkend grondartikel der wet op de oorlogsschade De schade zal uftegraal hersteld worden geïnterpreteerd en uitgevoerd wordt Hoeveel maal reeds werd dit wonderbaar artikel van die eWnzoo wonderbare wet, dit werkelijk nationaal artikel verminkt in zijn opvatting en in zijn uitvoering Een geweer, dat ik zelden of nooit gebruikte, kan ik desnoods missen Mijn boekerij-, die ik zoo lief had, zal ik.trachten op eigen duiten en langzamer hand zejf te hermaken Maar zullen alle geteisterden alzoo spreken of kunnen spreken Talrijk zijn zij die een zekeren leeftijd bereikt hebbende, zich op hunne meubels als 't ware verliefd hadden en die aan duizende nietjes gehecht waren, die de vreugde en de ■aangenaamheid hnnner woning uitmaakten Waarom mag een eenzijdige, den geteisterden ten nadeele, opvatting eener wet, die gestemd is -geworden om iedereen gerechtigheid en vergoeding te laten wedervaren, deze burgers van die meubels en nietjes berooven of de vervanging ervan zooniet totaal onmogelijk dan toch lamlendig langzaam maken Gij Mijnheer uit Luik of uit Gent hebt uwe boekerij ■en uw geweer, uw piano of uw spreekmachien kunnen behouden. En die voorwerpen zijn merk baar in waarde gestegen Gij Madame uit Brussel, Antwerpen, Charleroi °f Hoei hebt uw huis en kamermeubleering prachtstukken waarmede uwe ouders u op den dag van uw huwelijk zoo mildelijk hebben begiftigd ongedeerd kunnen behouden. Hoeveel zoudt gij nu moeten inkoopen? Merkelijk meer niet waar? Gij, Mejuffer, bezit nog altijd die hoopen linnen, *lie tahijke gebrodeerde zakdoeken en die menig vuldige lieve zaakjes, die uw praalzucht streelen en uw hart met blijdschap vervullen ^ag ik Ued. Mejuffer, Madam en Mijnheer ^ragen, waarom wij, geteisterden, zouden moeten oor moedwil en verkeerd wetsbegrip veroordeeld worden, onwederroepelijk als verloren te beschouwen die voorwerpen waaraan wij ook zoo gehecht waren, die wij met even zooveel recht als gij verdiend hadden te behouden, maar die wij door oorlogsfei ten niet door onze schuld, zeer lieve lezers kwijt geraakt zijn Er schuilt in dit alles een diepe, alles overwel digende ongerechtigheid, waartegen wij, minder heid, niets vermogen Ja dan toch wel iets. We hadden van den be ginne af nauwer kunnen aaneensluiten en door sterk ingerichte groepeering eischen wat ons toe komt algeheele vergoeding Maar hoe konden wij, alléén of bijkans alleen, onze stem laten hooren en onrecht doen begrijpen in een land en aan eene bevolking, die de onverschilligheid en de hebzucht zoo ver drijven durven dat enkel nog van den oor log te lijden Rebben al degenen, die eraan meege daan hebben ofwel nog degenen die door hunne offers en hun noeste werk bijgedragen hebben tot de vrijmaking der anderen. A. Panier. - N. d. R. Mijnheer de Staat, wees eerlijk Geteisterden verbjmdt u nog nauwer aaneen Le club Yprois de Poperinghe avait, en sa réu- nion du 25 février (voir notre numéro du 5 mars dernier), protesté contre le retard préjudiciable mis par le Gouvernement a payer les indemnités allou- ées par les différents röuages de notre Tribunal des dommages de guerre. Une copie de cette protes tation avait été, conforniément a la décision du club, adressée a Sa Majesté. M, le Président du club, après une première lettre accusant réception de la protestation, vient de recevoir de Sa Majesté une seconde lettre, que voici Palais de Bruxelles, le 22 mars 1921 Monsieur le Président, Ayant communiqué, comme je vous l'ai dit, d'après les ordres du Roi, a M. VAN DE VVVERE la lettre que vous avez adressée le9. de ce mois a Sa Majesté, M. le Ministre des Affaires Économiques vient de me faire savoir, et j'ai l'honneur de le por ter a votre connaissance, d'après les instructions de notre Souverain, qu'il résulte de l'examen des reclamations du Club que vous présidez que ces reclamations sont fondées quoique les affirmations que vous avez émises ne soient peut-être pas tout a fait exactes. II a, en effet, été liquidé jusqu'au 18 mars de cette année 2.976.000 fr. et l'arriéré a ce jour n'est pas comme vous l'indiquez de 6.000.000 fr. mais de 2.446.480 fr. D'ici peu de temps eet arriéré sera liquidé si la réorganisation des services continue a produire les résultats qui ont été enregistrés depuis le début du mois. En espérant, Monsieur le Président, que ces renseignementsvous donnerontsatisfaction, je vous prie d'agréer l'expression de ma considération la plus distinguée. Le Chef du Cabinet du Roi, Cte d'ARSCHOT. Lecture en a été donnée au Club Yprois en sa réunion du 25 mars. Inutile de dire que les membres ont chargé le Bureau de remercier Sa Majesté le Roi pour le bienveillant empressement qu'il met toujours asou- lager, dans la limite de son pouvoirconstitutionnel, la misère des sinistrés. Nous ne discuterons pas l'exactitude des chiffres donnés par M. le Ministre, évidemment d'après les indications de ses bureaux. Cen'est pas le moment, et nous nous contentons de maintenir les notres. Mais il y a lieu de prendre acte, avec empresse ment, de l'assurance que donne M. le Ministre au sujet de la prompte liquidation de eet arriéré quel- qu'il soit. Nos remerdments vont aussi a M. le Ministre dont l'attachement pour Ia région sinistrée est bien connue. La cause de l'arriéré dans les paiements se trouve d'onc dans le travail défectueux des bureaux minis- tériels. Ceux-ci sont responsables de la situation dont nous nous plaignons. Nous supplions Monsieur le Ministre de veiller a ce qu'a l'avenir nous n'ayons plus de pareilles plaintes a lui formuler. Qu'il ouvre llceil et le bon! Nous comptons pour cela sur lui. A propos de passeport Le Cercle Commercial d'Ypres a regu du Minis tère des Affaires Étrangères la lettre qui suit Monsieur Ie Président, Comme suite a votre lettre du 28 février 1921 j'ai l'honneur de vous faire connaitre que la sup pression de l'obligation du passeport ne peut être e'nvisagée actuellement et que les Gouvernements alliés ne sont pas disposés a entrer dans cette voie, toutefois les formalités requises seront encore sim- plifiées et les taxes diminuées, en conformité des voeux émis par la Conférence qui s'est tenue ré- cemnrent. »■- En ce qui concerne les personnes de nationalité frangaise, qui désirent se rendre dans notre pays pour y visiter les sépultures de leurs parents tom bés au champ d'honneur et inhumés en territoire Beige, j'ai autorisé nos agents diplomatiques et consulaires en France, a viser gratuitement, pour un séjour de 15 jours dans le Royaume, les certifi- cats qui leur sont délivrés a eet effet, par les Maires des communes frangaises. Cette même faveur est accordée par les auto rités consulairés franeaisès en Bèlgique aux Beiges désireux de visiter les tombes deleurs parents morts pour la Patrie, et inhumés en territoire francais. Agréez, Monsieur le Président, l'assurance de ma considération distinguée. (signé) JASPAR. ii Die bond heeft aan de Bestendige Deputatie onzer provincie volgend rekwest gezonden Yper, 19 Maart 1921 Heer Voorzitter, Het zij den Handels- en Nijverheidsbond van Yper toegelaten bij UEd. aan te dringen om het spoedigst hermaken der provinciale wegen van 't Arrondissement Yper te bekomen. De baan, Yper-Zonnebeke-Passchendaele-West- Roosebeke, ligt nog altijd in denzelfden slechten staat, ongebeterd sinds twee jaren. Ook, het gedeelte der baan Yper-Thourout, gaande van Yper tot 't Wieltje, ligt bijna onbruik- baar. Deze toestand belemmerd het verkeer en belet de handel der streek. Wij hopen vast dat U het noodige zult doen om de herstellingswerken te doen uitvoeren. Wilt aanveerden, Heer Voorzitter, onze hoog achting. De Schrijver, De Voorzitter, R. DECLERCQ. H. VERMEULEN. Le canal d'Ypres a l'Yser Le Cercle Commercial d'Ypres a requ, a propos de ce travail urgent la lettre suivante de Sa Majesté: Monsieur le Président, Le Roi a re?u votre lettre du 28 février dernier ainsi que la copie, qui l'accompagnait, de la re- quête' que vous avez adressée a la même date a M. le Ministre des Travaux Publics. J'ai été chargé d'avoir l'honneur de vous faire connaitre que le contenu de ce document a retenu toute l'attention de Sa Majesté et qu'Elle ne man- quera pas d'en faire l'objet dhin entretien avec M. Anseele. Veuillez agréer, etc. te POPERINGHE, (eertijds BANK J. LOYETTE) heeft de eer zijne achtbare klienten te verwittigen dat zij de obligatiën, uitgeschreven door den Bond der Samenwerkende Maatschap pijen voor Oorlogsschade, ter hunner be schikking houdt.

HISTORISCHE KRANTEN

Het Ypersche (1925-1929) | 1921 | | pagina 7