flariogssciiade-Duirimages de guerre
In de laatste zitting der Scheidsrechterlijke Kommis
sies werd de schadewaarde 1914, als volgt
vastgesteld voor de hiernavermelde geteisterden
Dans la dernière séance des Commissions Arbitrates
la valear des dommages 1914 a été fixée comme
suit pour les personnes ci-dessous
Gemeente BEVEREN-bij-ROESSELAERE
jViuyüe Cyrille fr 7281
fjruneel CarnHle 3715
Gemeente BOESINGHE
Grimmonprez René fr 6450
Deberdt-Debil Annibal 700
Vandendorpe Jules 6264
Ville de COMINES
Vierstraete Duriez Charles fr. 3129
Vc Daucby-Dal 4977
Ve Viaemynck 484o
Clarisse-Kesteloot Frangois 2988
Kesteloot-Gouman 1515
Capoen-Grysons Charles 3109
Ve Descamps Devers 54.55
Casier Camilie 4058
Schmidt Michel 3038
Capoen Camille 2929
Delannoy André 945
Mispelaere Emile 4151
Veuve Vanwalleghem 2319
Floré Camille 1570
Jlennin Emile 2647
Bostyn René 1314
Sarrazin Adolphe 1397
Milleville Alphonse 1864
Vandooren A. 1226
Aliard J 1757
Ghesquiere P, 1509
Gemeente LANGEMARCK
Debergh Arthur fr. 995
Verkinderen Jules 1510
Dewinter Henri 3910
Thiteca Henri 3075
Vanderhaeghe René 2275
Gemeente HOOGHLEDE
;Callewaert-Vancoillie Cyrille fr. 37.200
Cailewaert Henri - 12.380
iDevulder Henri 660
[Bruneel Richard 4077
Cappelle-Dewitte Désiré 2610
De erfgenamen Defranck we, Cornette T. 1192
Declerck Vanacker Henri 3632
Doom Michel 1728
Rosseel Alidor 3202
Vermeulen Jan 1783
Vandevoorde Charles 14.969
Debeuf Emile 1875
"Van Mechelen Charles 2436
Ville de MESSINES
Devacht Adèle fr. 656
Commune de NEUVE-ÉGLISE
Denys Emma fr. 2670
•Quintin Adelaide 815
"Schreel Emile 1533
Verly Tméophile 1535
Boudry Maurice 3400
Reubrecht Henri 2355
Gemeente OOST-NIEUWKERKE
Vercaigne F avie fr. 1598
'Willaert Einilie 2510
Monteyne Alidor 5630
Swaenpoel Henri 1970
Buyghebaert Eugenie 1080
"andenbroeCk-Vercaigne Camille 3225
Gemeente OUCKENE
Verstraete Edw. fr. 1989
Rousseau Jules 950
Deklercq Henri 1280
^eynaeve Louise 980
r Feys-Rossum Alois - 5830
Stad POPERINGHE
Verbeke Catherine, we Bossaert fr.
<;°ucke Marie
^rhamme
Jegrauwe Louise
Aan Elverdinghe Leonie
«atispie Flora-Marie
Keirsgieter Emile.
Kaestecker Alphonse
J«el Henri
n Engeland Henri
Gemeente REN1NGHELST
Bennebel Achille fr.
"mortier Hector
1692,53
2082,70
1495.79
2527,31
1700
377,10
2354
1561,82
572,40
4919,10
4337,35
6022.80
Gemeente St-JAN
Debeuf Petrus fr. 1350
Gemeente STADEN
Bonte Karei fr. 7640
Preneel Alexis en kinders 3440
Muyssen-Courtens Désiré en kinders 34.750
Tyvaert-Lemahieu, wed. Fred, en kind. 4895
Vandecasteele Adèle 270
Viaene Pieteren kinders 46.810
Vermeulen-Bisschof, we Pieter en kind. 10.865
Depreter-Degryse Karel 2445
Cardoen Camille 17.720
Gemeente WYTSCHAETE
Cottigny Léonie fr. 3511
Tittillion Jules 2600
Stad YPER
Vansevenant Cyrille fr. 7875
Meersdom René, wed. Hélène Knockaert 1100 -
Cherchie Louis-Camille 1100-
Vansevenant Petrus, echtg. Noyez Marie 2800 -
Faiet Henri 3595
.Hof Marie-Thérèse, we Simoens Louis 2100 -
Rechtbank van Eersten Aanleg van Yper te Poperinghe
N" 179 der Griffie N° 1152 van het Parket
UITTREKSEL van een vonnis tegensprekelijk
uitgesproken door de Rechtbank van Eersten Aan
leg van het Arrondissement Yper, Provintie West-
Vlaanderen, zetelende te Poperinghe, den 4 October
1921.
Kamer van den Eenigen Rechter.
In zake het Openbaar Ministerie, ten laste van
220 GOUWY Camille, geboren te Woesten,
den 18 Juli 1878, zoon van Pierreen van Verhae-
ghe Sophie, bakker, gehuisvest te Yper, Elverdin-
ghestraat.
OVERTUIGD van te Yper, op 1 Juni 1921.
A. Broodbakker zijnde, in overtreding met
de wettelijke schikkingen, brood wegende onge
veer 1420 grammen te hebben verkocht of te koop
gesteld.
B. Met bedriegelijke handelingen den kooper
nopens de hoeveelheid van de verkochte voorwer
pen te hebben bedrogen.
C. Brood verkocht of te koop gesteld aan.
eenen prijs boven den maximum prijs door de wet
telijke verordeningen vastgesteld.
DE RECHTBANK bij toepassing der artikelen
2c en 3 Ministerieel Besluit van 18 Februari 1921;
artikel 8 Ministerieel Besluit van 9 Oogst 1920
artikel 5 Koninklijk Besluit van 12 December 1919;
artikel 4 Besluit-Wet van 5 November 1918 arti
kel 2 Wet van 11 October 1919 en artikel 1 Wet
van 16 Oogst 1920 artikelen 40, 65, 499 (gewij
zigd door de Wet van 17 Juni 1896) van het straf
wetboek, 194 strafvorderingswetboek.
VEROORDEELT hem tot
Eene geldboete van honderd frank hoofdens
feiten A, B en C.
En tot de kosten begroot in het geheel op elf
frank acht en zestig centiemen.
Beveelt de bekendmaking van het vonnis ten
koste van den veroordeelde, bij middel van inlas-
sching in het weekblad Het Ypersche en van
plakbrieven op het lokaal tot den verkoop bestemd.
Zegt dat de boete van honderd frank zal
mogen vervangen worden in eene gevangzitting
van eene maand.
Voor gelijkvormig uittreksel afgeleverd ten ver
zoeke van het Openbaar Ministerie.
Poperinghe, den 18 October 1921.
De Opper-Griffier der Rechtbank,
Alb. Willaert.
Rechtbank van Eersten Aanleg van Yper te Poperinghe
N° 18Ó der Griffie N° 1153 van het Parket
UITTREKSEL van een vonnis tegensprekelijk
uitgesproken door de Rechtbank van Eersten Aanleg
van het Arrondissement Yper, Provintie West- Vlaan
deren, zetelende te Poperinghe, den 4 October 1921.
Kamer van den Eenigen Rechter.
In zake het Openbaar Ministerie, ten laste van
221—LOWIER Alois, geboren te Sint-Jan, den
8 Mei 1857, zoon van Charles-Louis en van DeBey
Cecile, bakker en herbergier gehuisvest te Yper,
Dixmudestraat.
OVERTUIGD van te Yper, op 1 Juni 1921.
A. Broodbakker zijnde, in overtreding met de
(schikkingen) lees wettelijke schikkingen, brood
wegende ongeveer 1380 grammen te hebben ver
kocht of te koop gesteld
B. Met bedrieglijke handelingen den kooper
nopens de hoeveelheid der verkochte voorwerpen
te hebben bedrogen.
C. Brood verkocht of te koop gesteld aan
eenen prijs boven den maximum prijs door de wet
telijke verordeningen vastgesteld.
DE RECHTBANK bij toepassing der artikelen
2c en 3 Ministerieel Besluit van 18 Februari 1921
artikel 8 Ministerieel Besluit van 9 Oogst 192Ó
artikel 5 Koninklijk Besluit van 12 December 1919
artikel 4 Besluit-Wet van 5 November 1918 arti
kel 2 Wet van 11 October 1919 en artikel 1 Wet
van 16 Oogst 1920 artikelen 40, 65, 499 (gewij
zigd door de Wet van 1,7 Juni 1896) van het straf
wetboek, 194 strafvorderingswetboek.
VEROORDEELT hem tot
Eene geldboete van honderd frank hoofdens
feiten A, B en C.
En tot de kosten begroot in het geheel op elf
frank, acht en zestig centiemen.
Beveelt de bekendmaking van het vonnis ten
koste van den veroordeelde, bij middel van inlas-
sching in het weekblad Het Ypersche en van
plakbrieven op het lokaal tot den verkoop bestemd.
Zegt dat de boete van honderd frank zal
mogen vervangen worden in eene gevangzitting
van eene maand.
Voor gelijkvormig uittreksel afgeleverd ten ver
zoeke van het Openbaar Ministerie.
Poperinghe, den 18 October 1921.
De Opper-Griffier der Rechtbank,
Alb. Willaert.
Rechtbank van Eersten Aanleg van Yper te Poperinghe
N° 181 der Griffie N° 1154 van het Parket
UITTREKSEL van een vonnis tegensprekelijk
uitgesproken door de Rechtbank van Eersten Aanleg
van het Arrondissement Yper, Provincie West- Vlaan
deren, zetelende te Poperinghe, den 4 October 1921.
Kamer van den Eenigen Rechter.
I11 zake het Openbaar Ministerie, ten laste van
222 PERTRY Auguste, geboren te Zillebeke,
den 10 Juli 1865, zoon van Amand en van Gouwy
Pauline, bakker, gehuisvest te Yper, Dixmudestraat.
OVERTUIGD van te Yper, op 1 Juni 1921.
A. Broodbakker zijnde, in overtreding met
de wettelijke verordeningen, brood wegende onge
veer 1320 grammen te hebben verkocht of te koop
gesteld.
B. Brood verkocht of te koop gesteld aan
eenen hoogeren prijs als den maximum prijs door
de wettelijke verordeningen \astgesteld.
C. Met bedriegelijke handelingen, den kooper
nopens de hoeveelheid van de verkochte voorwer
pen te hebben bedrogen.
DE RECHTBANK bij toepassing der artikelen
2cén3 Ministerieel Besluit van 18 Februari 1921
artikel 8 Ministerieel Besluit van 9 Oogst 1920
artikel 5 Koninklijk Besluitvan 12 December 1919;
artikel 4 Besluit-Wet van 5 November 1918 arti
kel 2 Wet van 11 October 1919 en artikel 1 Wet
van 16 Oogst 1920 artikelen 40, 65, 499 (gewij
zigd door de Wet van 17 Juni 1896) van het straf
wetboek, 194 strafvorderingswetboek.
VEROORDEELT hem tot
Eene geldboete van honderd frank hoofdens
feiten A, B en C.
En tot de kosten begroot in het geheel op elf
frank acht en zestig centiemen.
Beveelt de bekendmaking van het vonnis ten
koste van den veroordeelde, bij middel van inlas-
sching in het weekblad Het Ypersche en van
plakbrieven op het lokaal tot den verkoop bestemd.
Zegt dat de boete van honderd frank zal
mogen vervangen worden door eene gevangzitting
van eene maand.
Voor gelijkvormig uittreksel afgeleverd ten ver
zoeke van het Openbaar Ministerie.
Poperinghe, den 18 October 1921.
De Opper-Griffier der Rechtbank,
Alb. Willaert.