Zondagrust - Repos dominical I hl ’t Beste Spellewerkpapief f - Avis imporiani STAD YPER Concordat prévenfiif - Zitting van den Gemeenteraad op Zaterdag 19 Juli 1924, om 15 uur i ep door hun goed woord iedereen aangemoe- digd. Onder andere Monseigneur den Hertog van Vendóme, schoonbroeder van Z. M. den Koning Minister de Broqueville MBerryer, Minister van Binnenlandsche Zaken Generaal Melis, Hoofd van den geneeskun digen dienst Doktor Rulot, Algemeen Inspecteur. Commandant Delannoy, van den algemeenen Belgischen Staf Verscheidene Engelsche Generaals, leden van het Parlement, enz. Zondag 20 Juli 1924 is de Apotheek van Mr HOUTEKIER, Meenenstraat ALLEEN OPEN. |kj’ACHETEZ pas de Machine a Écrire I sans avoir vu fonctionner la EN VENTE CHEZ G. Der 3^^ Rue Wenninck, YPRES Tél. 25o. Prompte reparation de tes marqués de machines a écrire Wanneer wij de eerste dagen van Mei de stad inreden met de auto’s der Friend A m- bulance vergezeld van den Eerweerden H. Pastoor Delaere, van den Eerweerden Heer Oscar Versteele, van de haeren Young, Foxen nog eenige Engelschen, leden van de Friend’s was de aanblik hartverscheurend. Overal brandende gebouwen. Geen levende ziel... tenzij hier en daar een hond of een kat. DAGORDE 1. Proces verbaal der zitting van 21 Juni 1924 2. Policieverordening op het vervoer ea verkeer. Wijziging. 3. St Michielsschool. Aanneming. Verdrag. 4. Stadsrekening van ’t jaar 1923. Goedkeuring, alsmede der overschreden kre dieten. 5. Nijverheidsschool. Rekening van ’t jaar 1923. 6. Burgerlijke Godshuizen. Openbare- verkooping van bouwgrond. 7. Burgerlijke Godshuizen. Begroe tingen voor de dienstjaren ipi5 - 16 - 17-B 19—20-21 en 22. 8. Burgerlijke Godshuizen. Rekenin gen der dienstjaren 1914 151617—18— 19—20- 21 en 22. 9. Burgerlijke Godshuizen. Ouder domspensioenen. Tusschenkomst. 10. Aanbesteding voor levering van kolen. Goedkeuring. 11. Kerkfabriek van St Maartens. Aan besteding der herbouwingswerken der Dekenij en Onderpastorij. 12. Tuinbouwtentoonstelling. Vraag: om toelage. 13. Potyze-Kermis. Vraag om toelage- 14. Boldersmaatschappijen. Vraag o1” toelage. 15. Mededeelingen. is in de Boterstraat t’Yper, bij C. Duin°rt-'er Eenige dagen later verlieten de laatste in woners, gedwongen, hunne ongelukkige stad. Aan de statie van Poperinghe werden zij vereenigd en een tweehonderdtal Yperlingen vertrokken Frankrijkswaarts. ’t Was droevig om aanschouwen op het Statieplein. Een oud vrouwtje stierf er, een blinde moest met geweld binnen gedregen worden. Arm en rijk, burger en werkman, vereenigd door het noodlot, gingen heen in ballingschap. Pardécision du 16 juillet 1924, le Tribuit de Première Instance d’Ypres, siégeant coD’ sulairement, a fixé au 30 juillet 1924, trois heures de relevée, en l’auditoire de ce tribunal, au Palais de Justice a Ypres, Casef' ne d’Infanterie, la réunion des créanciers d” sieur DEROO Félix, entrepreneur aVla,lier J tinghe, demandeur en concordat préventif e la faillite. Les créanciers sont invités a- V assister. Ypres, le 16 juillet 1924. Le Juge-Délégué, Jos. MATTON- Donderdag 22 April. Om 2 uur kwamen de Eerweerde Moeder Stanilas en M. Van Raes hunne gestichten bezoeken. Het was als een wil der Goddelijke Voor zienigheid, want ’t was de laatste dag van het Hospitaal. Om 3 uur ontploften de groote obussen op stad en omliggende. Halve straten werden vernield. Rond 5 uur was ’t de groote aanval met stikgassen (gaz asphyxiants). Het was een algemeene vlucht, overal lagen er dooden en gekwetsten. Als waanzinnig van schrik liepen de burgers de wegen naar Veurne of Poperinghe op. De avond viel. Het geschot verminderde niet, integendeel. Heel de gezichteinder was rood gekleurd. De gassen belemmerden de keel. De toestand scheen erg. In allerhaast voerde men de laatste ge kwetsten weg. De nacht was vreeselijk Deze die konden slapen waren in de kel ders... Velen nochtans sliepen niet en baden. Om 12 uur verwittigde men ons van het algemeen Engelsch Hoofdkwartier dat de toestand verslechtte. De Canadeezen vochten als leeuwen. Hoelang nog konden zij de over macht tegenhouden Het gesticht zou bescho ten worden. De Engelschen stelden hunne auto’s ter beschikking van het hospitaal. ’t Was treurig om zien hoe, in dien akeligen nacht, de menschen het allernoodzakelijkste bijeenscharrelden. De Eerwaarde Moeder wilde dat iedereen met haar het Gesticht verliet. Het uur van vertrek was gekomen, met de tranen in de oogen nam men afscheid van elkander. De Engelschen en hun personeel vertrok ken naar Poperinghe. Een kleine hulppost werd ingesteld aan de Augustijnenstraat. ’s Anderendaags beschoot men den steen weg van Vlamertinghe en het Gesticht. Zoo eindigde het Burgerlijk Hospitaal... Vernieling van het Gesticht en vandestad De Groote Markt, de Rijselstraat, de Hondstraat en de St Jacobsstraat stonden in laaie vlam. De schoone kapel van het Belle Gasthuis brandde gedurende drie dagen. De Boterstraat, de Mondstraat, de Voet- volkskazerne, de Staatsmiddelbare School en tal van andere groote gebouwen werden in asch gelegd. Men redde nog veel kostbaarheden uit de St Pieterskerk, uit het Lamotteklooster uit de Zwarte Zusters Godelieve Nazareth en het Hospitaal op de Groote Markt, onder ander de schoone schilderijen uit de kapel. Het klooster van St Jozef was totaal afge brand; uit de kelders haalde men niets anders dan vernielde stukken. De St Jacobskerk was een puinhoop maar de brandkas was nog ongedeerd. In de kerk der E. E. P. P. Discalsen redde men veel kostbaarheden uit den kelder alsook uit den hof, maar veel Heilige Vaten, in een put der kerk verdoken, waren totaal ver brand De St Niklaaskerk was een hoop steenen. De groote brandkast had aan het vuur weer staan en de inhoud ervan was ongedeerd. De heer kolonel Trembloy van de Belgische Gendarmerie richtte een reddingsdienst in onder het bestuur van den verdienstelijken wachtmeester Bastin. Vele kunstschatten wer den zoo van de vernieling bevrijd. Sommige burgers waagden het hunne over blijvende meubelen te redden en vluchtten ermede den weg van Poperinghe op. Ondertusschen duurde de beschieting van Yper en omliggende voort. Dagelijks schoten de Hunnen, zooals de Engelschen de Duitschers noemden, honder den obussen op de ongelukkige stad. De twee torens van St Pieters en St Jacobs werden elk met vijf schoten ingebeukt. De Halle en St Maartens verminderden dage lijks... Zoo’n prachtige gebouwen, door de eeuwen heen bewaard, met zoowel kunstzin hersteld, werden zonder eenige reden vernie tigd. Het Krankzinnigengesticht voor mannen, in de Thouroutstraat, was afgebrand uit den kelder kon men nog de boeken redden. Het groot gesticht van ’t Heilig Hert, enkel bestemd voor het plegen van liefdadigheid, werd niet gespaard. Honderden bommen beukten op de reeds geteisterde gebouwen, toen in het begin van Augustus er twee bommen van 420 het van- dalenwerk voltrokken. Den negenden Augustus was onze laatste dag in Yper. Op de Groote Markt vonden wij eenige Engelsche en Fransche officieren. Het tooneel der verwoesting beziende zei een onder hen c Die puinen moeten zoo blijven, alles moet bewaard worden als een voortdurend aandenken van de barbaarsch- heid der Duitschers... Voor vreemdelingen misschien kan het zicht overweldigend zijn... maar voor Yper lingen 1... Ja, hunne stad is vernietigd, hare praalge- bouwen zijn in puin, hare inwoners zijn overal op den dool. Iets blijft hen nog over het gedacht der plaats waar eens hunne wiege stond. Eens de zege bevochten, zal men de Yperlingen zien toestroomen met taaien moed zal men de handen aan het werk slaan en uit die roemvolle puinen zal men een nieuw, prachtig en nijverig Yper zien oprijzen. Gustave DELAHAYE. (December igi5). Nous avions annoncé, pour le 27 1924, l’arrivée, en notre ville, d’un gro ment important d’anciens combattants rt Rouen et des environs. Cette visite est remise a une date ultérieur et aura probablement lieu au mois de Se tembre prochain. Par contre, on nous signale qu’un grou e d’anciens combattants de Cambrai se prop0s& de visiter notre ville et les environs le 27 juj] let 1924. Ils arriveraient par train spécial. Si cette nouvelle se continue, nous ne man querons pas d’en aviser nos lecteurs. '■'T Prise et remise A domicile. TRAVAUX DE COPIi;.

HISTORISCHE KRANTEN

Het Ypersche (1925-1929) | 1924 | | pagina 6