Caisse Commercials de Roulers halfmaandelijksche rekeningen Tijdperk van 26 Januari lol 10 Februari 5,00 I. h Voorheen G. DE LAERE C° SS Julsaan Voormezeele Tegen het mond- en klauwzeer Krsjgsoefeningen ïn 1926 De Werkrechtersraad van Yper De h. Ruzette, minister van landbouw, heeft nieuwe maatregelen voorgeschreven tot het bestrijden van het mond- en klauwzeer. Ieder eigenaar van verdachte dieren moet onmiddellijk den burgemeester zijner gemeen te waarschuwen. De dieren, die door den veearts als aange tast erkend worden, moetm in een afzonder lijk hok de noodige verpleging ontvangen. Het vervoeren van mest, stroo, hooi, afkomstig uit de besmette stallen wordt streng verboden. Alle verkeer op den openbaren weg van vee, varkens, honden, katten en pluimvee is ver boden, en evenzoo moet men de jacht, de vischvangst en het verkeer van vreemde per sonen op de weiden verhinderen. Uitzondering wordt slechts verleend voor slachtvee, op voorwaarde dat dit vee binnen de 24 uren in een openbaar slachthuis afge maakt wordt. PUINBR TROOST Zondag 1 Februari om 21/2 ure en Maandag 2 Februari om 8 ure in het Yper Palace Groote Markt, Arme Verstoot elinge drama in een bedrijf door F. Debondt en Beurskoorts blijspel in drie bedrijven door M. Reimann en O. Schwarz. Kaarten van heden af te bekomen bij Henri Waterbley, Boomgaardstraat, N° 1. In een algemeen overzicht der werkzaam heden van den werkrechtersraad van Yper, sedert April 1920 vinden wij dat er 783 werk- geschillen ter verzoening op rol gebracht wierden daarvan wierden er 34 klachten ingetrokken en 47 geschillen onder de par tijen vóór de zitting vereffend- Wij bekwamen 348 verzoeningen en er wierden 354 zaken naar den raad verzonden, waarvan er nog 86 in der minne vereffend wierden; 41 gevallen door den klager ingetrokken en 227 vonnissen geveld. Verslag over de werkzaamheden van den Werkrechtersraad te YPER gedurende het jaar 1924 Het Verzoeningsbureel hield gedurende het jaar 1924, één en veertig (41) zittingen voor de Kamer der Werklieden en elf (11) zittingen voor de Kamer der Bedienden. Er wierden zes en dertig zittingen door den Raad gehouden alsook twee algemeene ver gaderingen. Ter verzoening wierden er honderd vier en zestig (164) zaken op rol gebracht, daar van werden er acht (8) vereffend onder de partijen vóór de zitting vijf (5) uitgeschrabt en zes (6) ingetrokken door den klager. Wij bekwamen acht en vijitig (58) verzoeningen en negen en zeventig (79) zaken werden naar den RAAD verzonden. Op 3x December 1924 bleven er nog 8 zaken op te roepen vóór het Verzoeningsbureel. Van de 79 geschillen vóór den RAAD ge bracht, werden er nog dertien in der minne vereffend tien werden in den steek gelaten door den klager en een en vijftig vonnissen (5i) werden geveld. Op 3i December 1924 b'.even er nog vijf (5) geschillen te vonnissen. Rangeslol.n bij de BfWQÜE DE BRU^ELLEJ (Kijitul 200.000.000 Resenei 55.650.000) -- Rekeningen 6 maanden 5,25 p. h. 1 jaar 5,50 p. h. Voormezeele, den 12 Januari 1926. Mijnheer de Opsteller van ’t Ypersche Over een maand lazen de Voormezeele- naars met groote verwondering iets over de straten van hunne gemeente. Dat zij nog in den zelfden staat zijn van den oorlog en ongelooflijk slecht zijn, dat is waar. Dat de menschen hier zeer mis te vre- den zijn dat is ook waar. Maar die bedienstige schrijver zegt dat de gemeente overheid vele moeite en voetstap pen gedaan heeft om verbetering te bekomen. Mogen wij hem eens vragen wanneer de aanvragen ingediend geweest zijn in ’t Hoog Commissariaat. Het herleggen van de straten in d’andere gemeenten is bijna overal gedaan, en hier heeft men nog niet begonnen, ’t Is een ware schande. Vraagt ook nen keer aan dien man ter eere van wien dat dien grooten obusput daar ligt te midden de kalsijde van de plaatse naar de Kruisstrate, en dien put van dedecauvilleroete eenige stappen verder, ’t Is waarlijk als er omme gedaan. Wij zijn curieus om te weten wat dat hij zal antwoorden. Een van St Elooi. Zooeven ontvang ik van mijn makker Sissen van ’t Hoornwerk, met den wensch van ’t jaar, nog al gewichtige mededeelingen. Daar Sissen voor het oogenbhk niet over van werk is, heeft hij de gelegenheid van tijd tot tijd te onderhandelen met de bedienden van ’t Ministerie en is aldus op de hoogte van hetgeen ons te beurt zal vallen gedurende de eerstvolgende jaren. Zoo is hij te weet gekomen dat de aan staande Krijgsoefeningen zullen plaats grijpen in de Verwoeste Gewesten, bijzonderlijk rond Yper. De Minister van Openbare Werken heeft al zijne bureelen aangewakkerd spoed te maken met het vervaardigen der plans van de vaart, en er is kwestie van de vaart te ver- hreeden van Boesinghe tot aan Yper-Kaai. Naar het schijnt moeten onze torpedoboo- ten en onze onderzeesche monsters tot Yper- Kaai kunnen varen, waar er een zeeslag zal verbeeld worden. De zoogezegde duitsche vloot zal aan YTper- Kaai geankerd worden, en, op het oogenblik ^t zij zich verder op tot Boesinghe zal wa- ?en, zullen onze belgische torpedobooten en onderzeeërs, diezichin ’t Ypertje verschuilen, haar aanvallen. Er werd ook besloten de vaart diep genoeg te graven opdat de getor- P'lleerde booten den doorgang der schepen 'n’t vervolg niet zouden kunnen belemmeren. Het Ministerie is ook van gedacht de wer- ken aan de Ypersche zwemkom te verdagen. De bestaande zwemkom zou men overdek- en met een schaliedak en zij zou k>t schuil plaats dienen voor onze onderzeeërs. De kosten dezer werken zouden niet veel edragen, daar de schaliën der voetvolks- azerne daartoe zouden gebruikt worden. Dp die manier zou men beletten dat bij Heden Zondag en Maandag zijn het de St Antcniusdagen die telken jare goed ge vierd worden op ons gehucht. Nog eens heb ben er allerhande prijskampen plaats, en volksvermaken van allen aard, en een schoone kermis is te voorzien. Mocht het wat gevro- zen zijn opdat ©nze bevolking beter door de straten zou geraken. Verleden jaar trok een ventje van den Slek- hoek huiswaarts met de mooze in zijnen broekband geschept. Een kermis is een geeseling weerd. Harrietje. Yper, den l3 Januari 1926. Mijnheer de Bestuurder, Wij hebben de eer en het genoegen U te laten weten dat verscheidene afgevaardigden der Bonden van Qeteisterden in de vergade- rjng van II Januari 1.1. hulde gebracht hebben aan Uwe groote dienstvaardigheid en, name lijk, aan Uw onverpoosd streven naar het spoedig herstel der gemeentewegen. Wij hopen, binnenkort, te mogen vernemen, dat al de gemeentewegen door Uwe welwil lende tusschenkomst volkomen in orde wer den gebracht. In afwachting bieden wij U, met onzen warmsten dank, da uitdrukking onzer gevoe lens van hooge achting. De Voorzitter, (get.) Arth. BUTAYE, Adv. te Yper. Aan den Heer Verwilghen, Afgevaardigde-Bestuurder bij het Koninklijk Hoogcommiss&riaat, te Yper. Ypres, le l3 janvier 1926. Monsieur le Ministre, Nous avons l’honneur de vous faire con- naitre que les délégués des Clubs des Sinistrés insistent vivement pour voir mettre fin, sans plus de retard, a la situation lamentable dans laquelle se trouve la caserne d’infanterie, res- taurée partiellement et occupée par les servi ces des dommages de guerre. Ces délégués signalent notamment la dispa- rition progressive des ardoises destinées, depuis des années, a la couverture des bati- ments sans toiture, et 1’infiltration continuelle des eaux pluviales dans les locaux insalubres. Nous vous prions, Monsieur le Ministre, de vouloir bien prescrire de toute urgence une enquête au sujet de ces faits et d’agréer, entretemps, avec nos remerciments anticipés, l’expression de nos sentiments respectueuse- ment dévoués. T T, Le President, (s.) Arth. BU'FAYE, Avocat a Ypres. A Monsieur le Ministre de la Defense Nationale, a Bruxelles. winderig weder de opgehoopte schaliën om kantelen, wat telkenmale braak veroorzaakt. Voor hetgeen de andere legeroefeningen aangaat, heelt de bevoegde overheid beslist het herstel der krijgsgebouwen niet voort te zetten. Zoodoende zullen de legeroefeningen plaats grijpen voor wat het voetvolk betreft, op de gronden van het gewezen krijgshospi taal, van ’t Barbelhof en op het oud oefe- ningsplein vóór de kazerne. Daar zijn nog loopgraven, verschansingen en een piloon voor de T.S.F. Echter ontbreekt er te Yper grond voor het oprichten van een vliegplein. Om daaraan te verhelpen werd er besloten al de in gang zijnde werken aan de kazerne op te schorsen men zal nog een tijdje wachten voor het dak te plaatsen, en het is boven op de kazerne dat de vliegers hunne vlucht zullen nemen en daar ook zullen terugkeeren. Het is wel verstaan dat de vliegers geen bommen zullen mogen laten vallen tenzij op de tegenwoordige puinen, ’t is te zeggen de Hallen, ’t Gasthuis, ’t ge vang en ’t gerechtshof. Het schijnt dat men te Brussel daarover niet heel tevreden is, want weeral zal het de verwoeste streek zijn die uit de legeroefenin gen al hetprofijtzal trekken. Gusten. B WMtf JJU liMIMIWWWI1TI' l’lrI i 1111 11iiu.iwii«mi,IWi - i mumillll Illi— Illi l■IWHI Hl 1*11 1 1 mn IJ— n■ll'r■l

HISTORISCHE KRANTEN

Het Ypersche (1925-1929) | 1925 | | pagina 3