^er Vliegpleïnen
S de vergadering van Vrijdag 10 Juli
^-j11 Kamer van Volksvertegenwoordigers
tg2.5der ^eer Marck, kamerlid voor
verklaar e
wr Forthomme heeft te- Deurne een
lie<rplein doen aanleggen.
7ou men in de toekomst niet kunnen ver
den zulke pleinen aan te leggen te midden
"fan een agglomeratie, omringd door krijgs-
dienstbaarheden.
ijtig dat niemand daaraan toevoegde dat
het grondgebied van Zonnebeke alléén,
Snfzeventig hectaren grond aan den Bel-
schen Staat toebehooren en dat die grond,
fde onmiddellijke nabijheid vanYper, zon-
*gr veei moeite en onkosten tot een uitmun-
d viiegplein zou kunnen ingericht worden.
Het vrije wed er toeleg
Vraag van den heer Volksvertegenwoordiger
fyan Severen aan den Minister van Economische
Zaken
Wil de weledele heer minister mij zeggen
«fde geteisterden die aan de helft hunner nor-
Uale oorlogsschade vergoeding verzaakten om
•van het vrije wederbeleg te kunnen genieten,
onmiddellijk moeten uitbetaald worden
Lorhet totale bedrag der hun toegekende som,
«en welke de voorwaarden zijn voor de weder
legging.
Antwoord van den heer Minister Volgens
artikel 2Óbis der wetten samengeordend door
iet koninklijk besluit van 6 September 1921,
as de vergoeding toegekend ten laste van vrije
lederbelegging onmiddellijk betaalbaar, 't is
te zeggen zoohaast de uitspraak kracht van
gewijsde heeft bekomen.
I Anderzijds, bezitten de geteisterden die het
voordeel der bepalingen van dit artikel genie
ten, de volle vrijheid voor wat de keuze betreft
fan het tijdstip waarop zij deze wederbeleg-
'ing zullen doen. Vóór dit tijdstip kan er hun
ps geen bewijs van vvederbelegging gevraagd
worden.
De bewijzen van Wederbelegging
Vraag van den heer Volksvertegenwoordiger
pdissiaen aan den heer Minister van Econo
mische Zaken
Wanneer de geteisterden klagen over het
■"et uitbetalen hunner oorlogsschadevergoe-
Pg, ontvangen zij gewoonlijk voor antwoord
Rt zij eerst moeten in bezit zijn van een
frecerbeleggings-attcst. Gewoonlijk duurt het
jeer tang, vooraleer dergelijk attest afgeleverd
P'Ordt.
Maar ik bestatig meer en meer dat zelfs
,tegenen welke dit attest bezitten ook veel
poeite hebben om hun geld te ontvangen.
Hier een voorbeeld uit velen genomen
Gustave Loontjes van Rumbeke, is in bezit
'a® net attest hoofdregister 25378, 28o38,
öei R. 16673, welke afgeleverd is geworden
ien *8» December 1924.
it bepaalt dat het saldo der vergoeding
Pg uitbetaald worden. Daar zij ondanks dit
iro't t0C^ n°® ^Un niet ontvingen,
ff1 zii nitleg en kregen voor antwoord
11 attest onvoldoende was.
Maj
ffeten
6 ik u bidden, heer minister, te laten
»orde Wat 6r n°^ meer dient aangebracht te
lino- n' °i3c^at de geteisterden hunne vergoe-
C ontvangen
van !'en heer minister Zoodra
'ttiurd^°ten Van we<^ert>elegging werden opge-
ligerr^aar ^et departement, worden de noo-
;°aimeaatre^e'en ^etr°ffen om de toegekende
Wat ^°°^aast mogelijk uit te betalen,
^beke^v ^eva^ Loontjes, Gustaaf, van
laar het V etre^' W^r(^ ^et no°dige attest
l°otscha er^°n(^ der Samenwerkende Ven-
'rid het °P^estuurd, in wiens bevoegd-
da^ versckuldigde sommen uit te
ar et hier over eene overeenkomst
gaat, gesloten door tusschenkomst van de
Coöperatief van Passchendaele.
Het noodige is gedaan om den geteisterde
ten spoedigste voldoening te geven.
De Melk
Vraag van den heer Senator Mullie aan den
Minister van Binnenlandsche Zaken en Volks
gezondheid
De bekendmaking van het reglement op het
bereiden en verkoopen van melk (K. B. van
3i Maart 1925) lokte talrijke en vaak billijke
critieken uit vanwege de kringen die belang
stellen in de voortbrengst van den handel in
en het gezondheidskundig toezicht op melk.
Meent de minister niet dat het gepast ware
de aanstaande tenuitvoerlegging van dit re
glement uit te stellen en het dringend te doen
herzien door eene commissiebestaande uit be
voegde vertegenwoordigers van bedoelde krin
gen
Antwoord van den h'f MinisterHet K.B.van
3l Maart 1925, tot regeling van de bereiding
van en den handel in melk, is de vrucht eener
lange en grondige studie, waaraan deelnamen
de hooge raad voor gezondheidsregëlingen
verschillende andere organismen.
Mochten echter wel bepaalde critieken rij
zen, dan ben ik bereid die onmiddellijk ernstig
te doen onderzoeken.
Ik ware den geachten senator dankbaar zoo
hij mij kennis wilde geven van bedoelde cri
tieken.
In afwachting lijkt het mij niet mogelijk den
datum te wijzigen van het in werking treden
van het reglement, die op 3o Juni werd be
paald, zijnde drie maand na den datum van
het K. B. van 3i Maart. Daarvoor ware trou
wens een nieuw koninklijk besluit noodig.
Vraag van den heer Volksvertegenwoordiger
Maenhout aan den zelfden Minister
Denkt de heer minister niet het toepassen
te moeten uitstellen van het nieuwe reglement
op de melkhandel, gezien de talrijke bezwaren
die daartegen worden ingebracht en de wij
zigingen die werden voorgesteld of zullen
voorgesteld worden door de bevoegde ver-
eenigingen
Antivoord van den heer Minister H§t konink
lijk besluit van 3i Maart 1925, betreffende
de bereiding van en den handel in melk, is de
vrucht van lange en grondige studiën, waar
aan de hooge raad voor volksgezondheid en
andere inrichtingen medegewerkt hebben.
Indien nochtans bepaalde bezwaren worden
voorgebracht, ben ik heel en al bereid om ze
bij dringendheid aaneen ernstig onderzoek te
onderwerpen.
Het ware mij dus aangenaam, wilde het
achtbaar lid mij de bezwaren doen kennen die
hij oppert.
Ondertusschen blijkt het niet mogelijk den
datum te wijzigen van het van kracht worden
van dit reglement, bepaald op 3o Juni, d. i.
drie maand na den datuip van het koninklijk
besluit van 3i Maart, waardoor het werd inge
voerd. Daartoe overigens ware een nieuw ko
ninklijk besluit noodig.
De Pluimveeteelt
Vraag van den heer Senator MULLIE aan
den Minister van Landbouw
De pluimveeteelt heeft in het land een aan
zienlijke economische uitbreiding genomen
de handel met het buitenland, waartoe be
wuste teelt aanleiding geeft, draagt er in ruime
mate toe bij het crediet van 's lands handels
balans te verhoogen.
Deze gunstige toestand wordt ernstig be
dreigd de vogelpest, besmettelijke ziekte die
op het pluimvee zeer vernielend inwerkt, werd
onlangs in, België vastgesteld. Deze kwaal
werd in het land gebracht door jong pluimvee,
uit den vreemde ingevoerd.
Is de minister niet van oordeel dat de ge
zondheidsmaatregelen, door de politie getrof
fen ten opzichte van het uit het buitenland
ingevoerd pluimvee, andermaal zouden dienen
ter studie gelegd, met het oog op eene meer
effectieve en doeltreffende toepassing
Antwoord van den heer Minister
Ik ben het eens met het geachte medelid.
Vraag van den heer Volksvertegenwoordiger
MAENHOUT aan denzelfden Minister
Welke maatregelen denkt de heer minister
te nemen tot het bestrijden en vooral tot het»
voorkomen voortaan van de vogelpest die ia
België werd gebracht door het Italiaanscb
pluimvee Die ziekte veroorzaakt erge ver
liezen aan onze landbouwers, vooral in de
provincie Luxemburg.
Antwoord
Mijn beheer heeft de vogelpest ernstig on
derzocht en bestudeerd. Binnen kort zullen
maatregelen getroffen worden om te beletten
dat onze Belgische hoenderhokken door de
ziekte worden besmet door het invoeren van
pluimvee.
Geen pluimvee naar Frankrijk
Ingevolge het verbod uitgevaardigd door de
Fransche regeering is, tot nader bericht, het
verzenden naar Frankrijk geschorst van levend
of dood pluimvee, van welke herkomst ook,
hetzij als in- of als doorvoer.
Alleen de postduiven ingeschreven op wed
vluchten worden, bij wijze van uitzondering,
op het Belgisch spoor aangenomen.
Kontrig-Albertfonds
Antivoord van den Minister van Economische
Zaken op een vraag van kamerlid DIERKENS
Aantal loodsen en paviljoenen in het land
opgericht door het Koning-Albertfonds i3.ooo.
Aantal loodsen en paviljoenen op dit oogen-
blik nog bewoond to.000. Aantal loodsen en'
paviljoenen welke in West-Vlaanderen werden
opgericht 8000. Aantal loodsen en paviljoe
nen thans nog bewoond in West-Vlaanderen
4770.
Oe Tabaksteelt
Antwoord van den Minister op een vraag van
kamerlid PÉRIQUET
Sedert vele jaren zijn de tabaksplanters ge
machtigd zelf de hoeveelheid tabak te snijden
of door een snijder te doen snijden die zij voor
hun eigen gebruik voorbehouden of die welke
zij voor den verkoop bestemmen. Om dat
snijden te doen en desgevallend voor het in
pakken doen eischt het bestuur geen bijzon
dere inrichting. Die machtiging is nog steeds
van kracht.
La liquidation du service
des Régions Dévastées.
Question posée par M. Ie député GOETGE-
BUER d M. Ie Ministre des Affaires Econo-
miques
A raison de la prochaine liquidation du ser
vice des régions dévastées, je vous prie, M.
Ie ministre, de bien vouloir me faire savoir
quel sera l'ordre suivi dans le licenciement
progressif des agents temporaires. Un droit
absolu de préférence sera-t-il accordé aux
anciens combattants ou sera-t-il tenu compte
de l'ancienneté de service Les non-anciens
combattants, engagés sans publication ni con
cours, peuvent ils préiendre a un droit de
préférence a raison de leur ancienneté de
service
Réponse de M. le Ministre
Les régies relatives au licenciement des
fonctionnaires pour cause de suppression
d'emploi ont été fixées p* la lettre C. i685,
datée du 26 janvier 1922, émanant du cabinet
du premier ministre
Les non-combattants doivent être remerciéa
en premier lieu, puis les combattants et,
enfin, les invalides de guerre.
L'ancienneté de service n'entre pas en ligne
de compte pour modifier eet ordre,
1