toet, at'tr 7 "itlle™"^
Krachtdadig doorwerKeii
7' ïjt jnr r t
3 E G'
Une Voix Hoilar.daisc
M. L.-J. Plemp van Düiveland, dans une
forte brochure qu'il publie, a la Have, sous le
titre Het veel besproken Verdrag met België
écrit notamment ce qui suit
Le maintien de la Belgique dans sa forine
actuelle, le renforcement de tout ce qui
peut y contr.ibuer du moins en tout ce
que la Hollande peut exercer d'action sur
ce point doit précisément constituer
un des buts de la politique néerlandaise.
3' Celui qui en douterait n'a qu'a songer a ce
3) qui arriveraitsi la Belgique se trouvait dé-
chirée en deux. La Flandre irait aux Pays-
Bas et la Wallonië a la France Notre po-
3» pulation hollandaise se verrait ainsi renfor-
3> cée de quatre millions de cathoiiques et de
3) socialistes flamands, tellement différents du
3> caractère néerlandais Et la France devien-
drait nocre voisine directe au sud Ou bien
3> les Flamands constitueraient un Etat auto-
3> nome, un Etat rattaché a l'Allemagne par
3> les liers de la plus grande amitié Kien que
l'énonciation de pareilks éventualités doit
3> nous faire saisir que nous devons faire lout
notre possible pour maintenir et pour ai der
3> une Belgique forte, prospère et indépen
3> dante... 3)
Oe BsBgië
Een Nederlandsehe Stern
Da Heer Plemp van Düiveland, die destijds
aan hat hoofd stond van De Nieuwe Cou
rant 3) in Den Haag en dien Nederland heeft
leeren vvaardeeren als een var, zijn sch: ander
ste journalisten, heeft onder den titel Hei
veel besproken Verdrag met België een bro
chure uitgegeven (Boekhandel van Stockum,
Den Haag) waaruit wij het volgende knippen:
Het blijven bestaan van België in zijn te-
33 woordigen vorm, het handhaven van zijn
33 eenheid onder den een of anderen vorm, het
33 versterken dus van alles wat daartoe kan
33 bijdragen, moet, voorzoover Nederland
33 daar iets aan doen kan, juist een der doel
33 einden zijn van de Nederlandsche politiek.
33 Wie daaraan twijfelt, denke zich de verwe-
3> zenlijking van een verscheurd en in twee
3> deelen uiteengevallen België. Wat met die
33 twee stukken te beginnen Vlaanderen bij
33 Nederland en Walenland bij Frankrijk
33 Onze bevolking met 4 millioen katholieken
>3 en socialisten versterkt, die zoo heterogeen
33 zijn met den Nederlandschen volksaard als
>3 de Vlamingen Frankrijk onze directe na-
33 buur in het Zuiden Of de Vlamingen zelf-
33 standig 3> met Durtschland als meest be-
33 vriende mogendheid 3) en wij dus van twee
33 zijden door onzen oostelijken nabuur om-
33 ringd. De mogelijkheid alleen van een der-
33 gelijke toekomst doet ons begrijpen dat wij
alles moeten doen om een sterk, welvarend,
33 zelfstandig België te handhaven en. in de
33 hand te werken. 3>
Wij vestigen de aandacht onzer lezers op vol
gend merkwaardig artikel verschenen in Het
Nieuws van den Dag 33.
De regeering heeft nu de hnancieele vol
macht, die zij gevraagd had Om den eigen
dom en de spaarpenningen van ons volk te
verdedigen tegen een onrechtvaardigen aan
val, van waar deze ook komen moge, moeten
wij voortaan allen, gelijk één man, in het
gelid staan. Wij hebben betrouwen in de re
geering, die kost wat kost onzen frank redden
wil, en wij aanvaarden hare leiding.
Er zijn gevallen waar de gewone rechts-
vsrmen niet meer voldoende blijken zoodra
er onverwijld eene beslissing noodig is, en er
Hink moet ingegrepen worden, geldt de oude
leuze Het heil des volks is de opperste
wet. 33 Zoo was het in 1914, toen de Duitsche
vijand verraderlijk in België binnenbrak zoo
gebeurt het nu nog, vermits men ons op
financieel gebied wil ten onder krijgen. Het
geweld der wapenen heeft ons niet kunnen
neerslaan de onderaardsche kuiperijen van
woekeraars en spekulanten, die het op onze
have gemunt hebben, zullen het /evenmin ver
mogen.
Dat de onbezonnen politiek van vroeger
daartoe aanleiding gegeven heeft, eene booze
roofzucht aan den gang heeft gebracht, is geen
reden om den moed te verliezen. Wel integen
deel Het is een reden te meer om die dwa
lingen te herstellen, en de gevolgen ervan, in
de mate van het mogelijke, te verhoeden.
Juist daarom is het dat de regeering Jnspar-
Francqui nieuwe banen opgaat en zich tot
den strijd slagvaardig maakt. Indien men eer
tijds, toen de kansen veel gunstiger stonden,
den verei chten durf en een even helder door
zicht had getoond, zouden wij thans in onze
huidige moeilijkheden niet verzonken liggen.
De begane fouten kosten duur aan het land.
Dezen keer hebben de Kamerleden schier
eenstemmig de stem van plichten vaderlands
liefde aanhoord en de noodige volmacht aan
de regeering toegestaan. Wij stippen zulks
met des te meer voldoening aan, daar de
ijdele kijvages der laatste tijden ons op iets
andeis schenen voor te bereiden. Bijna allen
hïbben echter verstaan dat de frank een ge
meenschappelijk goed is dat niemand mag
laten verloren gaan. Er is nu geen kwestie van
standen. De frank behoort aan allen toe en
de mindere' man ware het eerste slachtoffer
van de vreeselijke ramp die ons bedreigt. Het
is in den naam eener gezonde volksliefde dat
alle Belgen, zonder onderscheid van taal of
stand, zich achter de regeering moeten scha
ren, en stipt op het kommando gehoorzamen.
Onze lezers hebben gezien dat een handvol
kommunisien en fronters neen 33 gestemd heb
ben, en de regeer ing machteloos wilden laten
tegenover het nakend gevaar. IVat kan de herop
beuring van het land hun wel schelen De ver
knechte aanbidders van het Russisch schrikbewind
bekreunen zich om geen puinen, en zouden in de
cd gemeen e ellende dansen van plezier. Voor wat
de verstokte scheurmakers der Frontpartij be
treft, zij passen op hunne manier den verrader
lijken raad toe vanBcbef die zei cc Dc
wonden van het volk moeten niet ge
heeld worden, maar altijd voortbloeden,
om de verbitterde geesten des te heviger
tot eene revolutie op te zweepen"
Schande over zulke politiek
Wat valt er ons nu te doen
Wij moeten de tucht onderhouden, welke
de regeering ons opleggen zal, en vlijtiger
arbeiden dan ooit. Daar, en daar alleen, ligt
onze kracht, die tegen alle moeilijkheden be
stand is. Onze arbeid is onze rijkdom, die
m vorige tijden België tot een heerlijken
voorspoed heengebracht hij kan en zal het
nog. Dien arbeid moeten wij vruchtbaarder
maken dan ooit, met onze moeite niet te
sparen, en - wij steunen daarop - met ons
geld niet in vreemde, doch in Belgische on
dernemingen te beleggen, en het tot den groei
en bloe, van ons eigen land te doen f61
Wie thans z,jne penningen ih vreemde Zr'
den omzet, of, - geliji( men
gleeh kap,taal uit het land vluchtenAL
zijn hartebloed willen uitzij
gang van onze nationale bedrijvigheid i
het door het instorten van den frank e're l!
vei duren heeft, ware hun uiterst welkom
gelijk zij reeds den klauw hebben will™
gen op onze spoorwegen Pn - g'
op zekere sehoone strekek van
zouden zij gansch België
willen stellen, en in eigen
wordt, zrjn geld naar het buitenknfdr^
verergert den toestand en werkt mede
ongeluk van zijn eigen volk.
In de Kamer heeft de eerste minj
heer Jaspar, het volgende gezegd
wettigt de openbare ontroering,
ons land minder werkverletlers <je^
sche haven heeft hare algeheele bed
hernomen. Onze oogst is overvloed'
landbouwopbrengst is op de hoogte i
nij verheidsvoortbrengst. Hoe is het
dat het Belgisch volk aan zich zeiven t
zou >3 Zullen wij ons dan moedwill'
strikken laten vallen, die onselrLro'8
i -ï w«ers g,
nen worden r
Neen dat mag niet. En de volmac[,
de regeering nu bekomen heeft, zal ee
vooral dienen om den uitvoer van
stremmen. Het is niet aan te nemen dal
kapitalen over de grens brengt, terwijl
het land zelf onmisbaar zijn voor onzen
arbeid. Er is hier een onverbiddelijke st
beid noodig.
Wij zegden hooger dat wij ook de
dienen te onderhouden die ons opgedj
wordt. Zekere beperkingen, die ophet'
men der levensduurte berekend zijn en
bij voorbeeld op den invoer van graan, gr
besparingen kunnen verwezenlijken 'ho
zonder tegen te stribbelen aanvaard te wor
Iedereen moet er zich naar schikken, entc
redding des lands medewerken.
In het officieel beroep op het Belgisch v
evenals in zijne verklaring voor het Parlem
heeft de eerste minister in naam der gan<
regeering, onzen huidigen toestand vergele
met onze vorige oor logsellende. Hij had
lijk en de strijd, dien wij nu te leve
hebben, kan somtijds even lastig zijn. Wel;
zooals alle Belgen, Vlamingen en Wal
rijken en armen, menschen van alle stam
en van alle taal, dan eensgezind waren
hunnen weerstand tegen den vijand, en gaar
iets wiste.n te derven voor hel heil van landi
volk, zoo moeten wij thans met dezelfde een
gezindheid hetzelfde doel nastreven. Gelijke
eerste strijd door den Koning gewond
werd op het slagveld, zoo moet en zaloo
tweede strijd op het gebied van financies
wonnen worden onder de leiding van denze
den vorst en van zijne regeering
Onder den oorlog waren er ontrom
Belgen Goddank in bitter klein getal
zich om allerlei redenen, ook om hetonmi
delijk profijt dat zij konden opdoen, door
Duitscher lieten verschalken, en-met
samenwerkten tegen hun eigen land. Zal
ontrouw, die somtijds tot rechtstreeksdi
raad oversloeg, was een oneer voor hen,
overal streng beoordeeld en geschandv
geweest. Na den oorlog is het bovendien
bleken dat zij een slechte berekening geda;
hadden, en zich niet enkel schande, maarO'
schade hadden berokkend. In den strijd,
nu ter verdediging van onzen frank aangefc
den is, zal het niet anders gaan. Wie thans
de hoop van een goede zaak te doen.en'1
op te strijken, vreemde munt opkoopt, 0
zich eveneens schuldig aan ontrouw aan I»
en volk, en verdient daarom streng a
te worden. Bovendien, eens dat de zeg#
zal behaald zijn in den strijd, zal hij ®"'f
bitter spijt moeten b, kennen dat hij nietal^
oneerlijk gehandeld, doch ook een sled1"
hoop gesloten heeft. Onze frank is veel»"
waard dan hetgeen hij onder den dracf
fleemde kuiperijen, aangeschreven staat'1
Beurs. En uitzinnig is hij, die EngelscW'
den of Amerikaansche dollars aan de
dolle prijzen zoekt bijeen te rapen.
Oie waarheid kan niet luid genoeg'
digd worden en de toekomst zal uit#
boe voordeelig het is de tegenwoordig"11
schuwingen der regeering stipt in a'
nemen.
Er is nog een ander misbruik, waart^j
wij niet ophouden te protesteeren,eI)
eindelijk door de- regeering zal te keer
worden wij bedoelen de ergerlijke P#
gaven, die meermaals oprecht schand*