Doch s
sedert
voornoemden datum is er
raak meer geweest, en
f* "'llen 'vragen of er nu hiervoor nog
l0" Ongewend zijn.
"öeD - Wij hebben het geluk gehad
et'de vruchtgebruikster, Mevrouw
Doch de meubels zijn te Brus
er moeilijk weer te krijgen
tezij"
,heiy°ck
ze zlJn
het
hotel Merghelynck niet ge-
:«-d is
'n'Huvettere. - Wij zullen moeilijk tot
komen. Het eene departement
jfP'^jj'hebt geen gebouw noodig want gij
"pn meubels» en het andere «gij
't!?e (je meubels niet hebben, gezien gij
,et nog'
eng'
,ebouw
hebt
Dit gaat het Ministerie niet
den eigendom
Jtissta (jer Vlaamsche
Dit is
ijfinie.
leuridan. - Neen, het kasteel van
behoort toe aan de Vlaamsche
maar het hotel Merghelynck is
de Académie Royale de
„erjnghem
iiliiiie
dom van
jjque
Missiaen- Voor het verhuren der
^kramen wordt 1000 fr. meer voorzien
ontvangen werd in 1926. Thans zoudt
moeten minder voorzien, vermits gij
personen van hunne pacht ontslegen
itzonder den gemeenteraad te raadplegen.
Sobry Veertien kramen zijn verpacht,
'blijven er nog vier over en wij verhopen
die ook zullen verhuurd geraken Wat
ft het ontslaan van pacht, werd dit
laan omdat de personen in de onmogelijk
d waren te betalen en er overnemers van
|t gevonden waren die een betere waar-
boden. Naar ons oordeel is dit dage-
;sch bestuur, en wij dachten dat dit te
ine zaken waren om voor den gemeen te-
dte brengen.
I. Missiaen. Dit is onwettig. Wij zijn
oepen de verpachtingen of aanbestedingen
te keuren, en nadien verandert gij alles
ider ons te raadplegen. De raad moet dan
meer bestaan.
1 .Sobry. Als gij wilt, zullen wij u al
kleine zaken voorleggen. Ik vraag niets
ter, Het schepenencollege zoekt niets te
buiten de wete van den gemeenteraad,
irtikel 18 wordt hierop dan goedgekeurd,
leen de heeren Missiaen en Bossaert stem-
nneen.
- Artikel ig Opbrengst der begravings-
chten (16.000 fr.)
M. Lemahieu. In de laatste zitting werd
bestaande taks voor de zes klassen ver-
ogd. Doch er bestaat nog een afzonderlijke
is voor personen die hier sterven maar
Iers begraven worden, of in een ander
meente sterven en hier op het kerkhof
{raven worden. Dit jaar heeft het vervoer
lijken reeds de som van 3840 fr. opge-
icht.
Sobry. Die klas moet gelijk de andere
dubbele taks betalen.
De heer D'Huvettere haalt een voorbeeld
'Om aan te toonen dat dit soms kan over
een zijn, b.v.b. voor arme menschen van
%ende gemeenten die hier ten gevolge
operatie overlijden.
Er wordt dan besloten dat de familie, in
'gelijke gevallen, het kosteloos vervoer van
'li]k kan bekomen mits voorlegging van
'bewijs van onvermogendheid.
een vraag van den heer Delahaye
geantwoord dat de familie, die zelf
Jrtiet vervoer van een lijk zorgt, eveneens
ks moet betalen aan de stad.
aar, zooals gezegd, de begravingsrechten
°ogd werden, wordt de voorgestelde som
000 fr. vermeerderd tot op 20.000 fr.
^nmet eenparige stemmen wordt aange-
^hikel2o voorziet 9000 fr. als opbrengst
gfondvergunningen op het kerkhof, doch
ijm wordt, gevolg aan de onlangs ge
e verhooging, tot op i3.ooo fr. gebracht,
goedgekeurd,
tinkel 21 Aandeel in Staats grondbe-
Jrn: Hiervoor is een som van 220.145
°°rzien.
Missiaen.
"Ui;
N
a- De belastingen van den
Jn verhoogd en gij voorziet nu minder
'eger. En de achterstellen die moeten
waar zijn die ingeschreven
In de rekening naarmate wij
§obry
hu
"gen. De Bestuurder der belastingen
jo.0oo f, eel ^at voorziene som van
V) fr' Vee^te h°°g is en dat wij alleen
ZOuden mogen inschrijven.
Wettere. Welk is het percent van
mm
het aandeel van de stad in die staatsbelas
ting
M. Sobry. Voor het oogenblik kan ik u
hierop niet antwoorden.
M. Missiaen. M. D'Huvettere, ik heb
het u^ reeds gezegd gij moet niet trachten te
begrijpen, maar stemmen Wij zijn wel be
diend met een schepene van financiën die op
geen enkele vraag weet te antwoorden.
M. Sobry. En gij, M. Missiaen, als volks
vertegenwoordiger zoudt de wetten beter
moeten kennen dan ik. Doch gij kent nog
zelfs de wetten niet die gij gestemd hebt.
Dit artikel wordt dan aangenomen. Stem
men neen de heeren Missiaen en Bossaert.
Art. 22 Aandeel in Staatsbelasting op
roerende zaken.
M. D'Huvettere. Ik stel hier dezelfde
vraag als te voren.
M. Sobry. Goed, binnen de 24 uren zult
gij het antwoord hebben.
Zelfde stemming als voor artikel 21.
M. Sobry Ik ben gelukkig hier seffens
de gevraagde inlichtingen te kunnen geven,
daar de heer secretaris mij die daar juist
komt te overhandigen. Het aandeel van de
stad is 2/10.
M. D'Huvettere. Ik ben voldaan.
Art. 23 Aandeel in Staats bedrijfs
belasting.
M. Missiaen. Hiervoor voorziet gij de
som van 60,000 fr. dus meer dan er ingeschre
ven is op de rekening van 1926, niettegen
staande de bedrijfsbelasting verminderd werd
door den Staat door het verhoogen van het
vrijgestelde minimum.
M. Sobry. Er is slechts 4000 fr. meer
ingeschreven en niemand kan ons juist zeggen
welk deel aan de stad zal toekomen.
Dit artikel wordt goedgekeurd door dezelfde
stemming als voor de twee vorige artikelen.
De artikelen 24, aandeel in Staats be
lasting op oorlogswinsten 25, gemeentebe
lasting op wedden, loonen en pensioenen
(niets is hiervoor voorzien, daar die belasting
afgeschaft werd) 26, aandeel in Staatstaks
op cinemas en vertooningen en 27, aandeel in
Staatstaks op de autos worden achtereenvol
gens eenparig gestemd.
Art. 28 55o,ooo fr. voorzien voor ge-
meenteopcentiemen op Staatsbelasting op het
inkomen.
M. Missiaen. Hiervoor voorziet gij nog
maals meer, terwijl die belasting eveneens is
verminderd.
M. Declercq. Vroeger waren er slechts 45
opcentiemen, en nu hebben wij er 60 gestemd,
dit zal dus een verhooging van inkomen uit
maken.
Algemeen goedgekeurd. Stemmen neen
de heeren Missiaen en Bossaert.
De volgende artikelen 29, teruggaaf door
den Staat van ongeregelde uitgaven der stad
van 1914 tot 1918 3o, teruggaaf door den
Staat van ongeregelde uitgaven der stad in
1919 en 1920 (6e jaardooding) 3i, opcentie
men op Staatsbelastingen op de honden
32, gemeentebelastingen op muziektuigen in
drankhuizen en openbare plaatsen 33, ge
meentebelasting op de bals en danspartijen
34, opcentiemen op Staatstaks op cinemas en
vertooningen en 35, gemeentebelasting op het
leuren worden eenparig aangenomen.
Alleen bij artikel 33 onthouden zich de
heeren Missiaen en Bossaert omdat de voor
ziene som minder bedraagt dan die ontvangen
in 1926. Op vraag van den heer Missiaen
waarom dit zoo gedaan werd antwoordt de
heer Voorzitter dat het mogelijks is omdat er
minder gedanst wordt, waarop de heer Mis
siaen zegt dat hij hiervan zoozeer niet over
tuigd is.
Art. 36 Gemeentebelasting op bezette
voorlanden Voorzien 1600 fr.
M. Missiaen. Dit is veel te weinig. Ik
heb er niets tegen dat 's zomers de drank
huizen een deel der voorlanden bezetten, doch
er zou moeten voor gezorgd worden dat de
voetgangers toch nog op de voorlanden kun
nen gaan. Want benevens de terrassen plaat
sen de hotelhouders nog allerhande boompjes,
hetgeen de voetgangers verplicht het voorland
te verlaten en in gevaar stelt door een of
ander rijtuig omvergereden te worden, gezien
het verkeer in dat tijdstip van het jaar steeds
zeer druk is.
M. Sobry. Ik ben 't akkoord over de
twee punten. Wij zullen de politie belasten
ervoor te zorgen dat de noodige plaats gelaten
worde voor de voetgangers en wij zullen vra
gen de bezette voorlanden meer te belasten
dan nu.
M. Declercq. Wij zouden eens moeten
het verslag nagaan der zitting in dewelke die
taks zoo werd gestemd. Er kunnen mogelijks
redenen bestaan, die ons nu ontsnappen, om
die taks niet te verhoogen.
Dit artikel wordt dus voorbehouden.
Art. 37 n.5oo fr. voorzien als gemeen
tebelasting op de rijwielen.
M. D'Huvettere. Zoo ieder openbare
dienst moet kunnen opbrengen wat hij kost,
denk ik dat het omgekeerd ook zoo moet zijn
en dat ieder kost zijn dienst moet opbrengen.
Als wij betalen voor onze rijwielen, mogen
wij ook goede velowegen hebben, hetgeen op
vele wegen nog niet bestaat ofwel in zeer
slechten staat verkeert. Hieraan zou moeten
verholpen zijn.
M. Lemahieu. Dit zal gedaan worden.
Daarbij zou ik nog wenschen een klein velo-
baantje te hebben langs de gemeentewegen op
den buiten, dit natuurlijk voor wat-het grond
gebied Yper betreft.
M. Missiaen. Verleden week werd die
taks reeds besproken. Ik houd eraan hier nog
maals protest aan te teekenen tegen die taks.
Men mag het stuk alaam van den werkman
niet belasten, en ik zal die taks niet stemmen.
M. Sobry. Wil men de wegen verbeteren,
men moet er ons de middelen toe geven. Ik
denk dat een taks van 4 fr. per jaar toch niet
te veel is om dit te kunnen doen.
Stemmen ja: de heeren Declercq, Lema
hieu, Capoen, Laton, Leuridan, Soete, Dela
haye en Sobry neen de heeren Missiaen en
Bossaert.
M. D'Huvettere. Ik belast niet gaarne den
werkman, en als ik die taks niet stem dan
verdreigt men de velobanen niet te kunnen
verbeteren. Wat moet ik doen Ik zal me
onthouden.
Art. 38 Gemeentebelasting op huurrij
tuigen en autos.
De heer Missiaen is van oordeel dat 1000
fr. te weinig is. Het voorstel hiervoor de som
van i5oo fr. te voorzien wordt eenparig bijge
treden.
De artikelen 39, plaatsrecht op essence-
pompen (3 800 fr.) 40, teruggaaf van straat
herstellingskosten 15.000 fr.)en4i, plaatsgeld
op de groenselmarkt (1.200 fr.) worden zonder
opmerkingen aangenomen.
Art. 42 72.000 fr. voorzien als plaats
geld op de boter- en eiermarkt.
M. Missiaen. Ik moet nogmaals doen
opmerken dat er hier gelegenheid bestaat
meer inkomsten te vinden met de taksen te
verhoogen.
M. D'Huvetere. Hoe meer wij de taksen
verhoogen hoe minder de markt zal opbren
gen. Van nu reeds wordt er veel boter en
eieren te huis afgehaald.
M. Missiaen. De taks is daar de oorzaak
niet van, maar dit komt voort uit het feit dat
er veel eieren verzonden worden naar Enge
land. Enkele centiemen meer taks zouden toch
geen invloed hebben op een kilo boter van
3o fr.
M. Declercq. De boeren zouden eenvou
dig naar andere markten gaan.
M. Leuridan. Er bestaan veel redenen
om alle middelen aan te wenden om van de
markt van Yper weer een sterke landbouw
markt te maken lijk hij vóór den oorlog was.
Onze markt is gehandicapeerd geweest door
die van Poperinghe, omdat Poperinghe niet
verwoest werd. Ik beken dat die enkele cen
tiemen niet den minsten invloed zouden heb-
hen op den prijs van boter en eieren, maar
wat onbetwistbaar groot nadeel zou berokke
nen aan de markt is de impopulariteit van het
cijfer. De verhooging der belasting zou oor
zaak zijn van het wegblijven van vele markt-
gangers.
Hierop wordt dit artikel eenparig gestemd.
De artikelen 43, plaatsgeld op de kieken-
en konijnenmarkt (4.500 fr. 44, plaatsgeld
op de marktkramen en uitstallingen (3o.ooo
fr.) en 45, plaatsgeld tijdens fooren en feesten
(10.000 fr.) worden algemeen goedgekeurd.
Art. 46 2000 fr. als opbrengst der
zwemkom.
M. Sobry. Ik vind het geraadzaam hier
niets te voorzien, daar de aannemer acht
maanden tijd gegeven wordt om het werk uit
te voeren en hij dit werk enkel zal mogen aan
vangen na de bepaalde goedkeuring der aan
besteding door de hoogere overheid,heel waar
schijnlijk in Februari. Aanstaanden zomer zal
er dus niet kunnen gezwommen worden.
Al de raadsleden gaan t'akkoord om de
voorziene som uit te schrabben.
Art. 47 Opbrengst der vischmarkt,
2000 fr.