DENTIST en <w P Landbouwcomice Kern mei Yper Een bakkersgilde M-e VANDENDllll's 47, Rue de Dlxmuie, 47. a Studiedag van 22 September 1928 (i) Deze tweede Studiedag mag, evenals die van verleden jaar, uiterst wel gelukt heeten. Na een hartelijken welkomgroet en een bij zonder woord tot de aanwezige onderwijzers deelde de heer Voorzitter Bruneel de Mont- pellier aan de vergadering mede dat de leden der landbouwcomicen voortaan zouden mo gen deel némen aari al de tentoonstellingen, prijskampen enz., door de vrije landbouw- vereenigingen ingerichtdat de premiën aan zienlijk zullen verhoogd worden en dat de prijskampen, in gemeen overleg, nu eens over dieren en een ander jaar over veldvruchten zullen dragen. Daarna«gaf hij het woord aan den heer Veeteeltconsulent Sys. In eene wel doordachte rede en eene over heerlijke taal hield de spreker de aandacht der aanwezigen gespannen met zijne voor dracht over meer winstgevend vee Hij bewees op meesterlijke wijze welk groot be lang er de landbouwers bij hebben hunnen veestapel te verbeteren, hoe zij dat doel moe ten bereiken en welke de te bestrijden vijan den der veeverbetering zijn. Hij eindigde die leerrijke voordracht met de leden aan te wak keren hunne dieren in het Stamboek te doen inschrijven en de melkkontrool voor hun vee te aanvaarden, alsmede met een pas versche nen werkje Beoordeeling van de koe met tweeledig doel warm aan te bevelen. Een daverend handgeklap begroette deze belangrijke voordracht. Mijnheer de Staatslandbouwkundige Si- moens handelde vervolgens over de meststof fen. Hij overtuigde de vergadering dat alles wat door de regeering en de landbouwver- eenigingen wordt verwezenlijkt in 't voordeel der landbouwers gedaan is. Hij bewees de noodzakelijkheid van eene oordeelkundige bemesting en besprak breedvoerig en met veel bevoegdheid de waarde, het gebruik en de uitwerksels van vijf nieuwe stikstofmesten. Hij waarschuwde de landbouwers bij 't aan koop en hunner scheikundige vetten op te letten op het gehalte voedende stof en raadde hen aan geen gemengelde mesten aan te koo- pen, maar zelf hunne chimische vetten samen te stellen. Een nieuw handgeklap verzekerde den heer Simoens dat zijne nuttige voordracht verstaan was en in den smaak der aanwezigen ge vallen. Eindelijk kwam de spreekbeurt van den heer opzichter-veeaits De jonckheere, die als onderwerp zijner voordracht gekozen had Bestrijding en wetgeving ouer de veetubercu- lose Met zijne diepgrondige kennis over de zaak en zijne welgekende welsprekend heid handelde de heer De Jonckheere achter eenvolgens over het wetenschappelijk, het economisch en het maatschappelijk belang .van het bestrijden der veetuberculose. Hij weidde op dit laatste punt breedvoerig uit en besloot, steunende op de verklaringen van verscheidene geleerden en leeraars van hooge- scholen, dat de tuberculose van de dieren op de menschen kan overgezet worden. De bijzonderste maatregelen tot het bestrij den der veetuberculose zijn vervat in twee Koninklijke besluiten, waarvan het eerste de voorwaarden vaststelt in dewelke de koop van dieren door tuberculose aangetast een koopvernietigend geval is het tweede K. B. handelt in 't bijzonder over de ingevoerde dieren. De gevierde spreker eindigde zijne hoogst belangrijke voordracht met den vooruitgang aan te stippen, welke de landbouw sedert een veertigtal jaren gedaan heeft onder opzicht van mesten, zaden enz en te bestatigen dat er toch zoo weinig aan verbetering van den veestapel gedaan is geweest. Hij drong er sterk op aan dat de landbouwers er zich eens voor goed zouden op toeleggen om ook hunne (1) Dit verslag is ons enkel op 2 October geworden. stallen te verbeteren en hierom de zoo w j raadgevingen van den heer Veeconsu n te volgen. Onnoodig te zeggen dat de ganse e vergadering den heer Opzichter Veearts ruchtig toejuichte. De heer Voorzitter bedankte beurtelings iederen spreker en wekte de leden ten zeerste op de gegevene raadgevingen in t wer e stellen. Tot ieders voldoening kondigde hij aan dat het Cornice aan elk een der aanwezige leden een exemplaar zou verschaffen van e. werkje door den heer Sys aanbevolen. Bij 't einde van het gezellig noenmaal, dat op deze bespreking volgde, dankte de heer Voorzitter de aanwezige leden, noodigde ze uit om al de vergaderingen van 't Cornice stipt bij te wonen en vooral om door hunne wer king op hunne medeleden en vrienden den Studiedag van jaar tot jaar beter te doen lukken. De Verslaggever. Het Yper van heden is niet het Yper van voor den oorlog. De stad staat ja op hare vroegere plaats maar 't zijn al nieuwe gebouwen soms verbreede straten gansche nieuwe wijken, nieuwe handelsfirma's, nieuwe nijverheden, ook vele nieuwe bewoners. Men mag hieruit besluiten dat er een oud en een. nieuw Yper bestaan, 't Nieuw Yper geldt voor de toekomst en het is gemakkelijk aan te nemen dat de grootste drijfveer moet bestaan in die toekomst te verzekeren en ze zoo bloeiend mogelijk te maken. Maar moet daarom het oude Yper - het Yper uit het verleden verwaarloosd en verge ten worden alsof het nooit had bestaan Neen, dat mag niet. De oude gebouwen verrijzen stille weder op, de prachtgebouwen die getuigen van het grootsche verleden, zoowel als de andere. Sint Maartenskerk hoe traag en langzaam ook rijst op. De Hallen en de Toren zullen weldra uit hunnen puinhoop opgaan. Mochten met dit alles ook terug ver schijnen sommige onzer vroegere gilden en bonden die om zoo te zeggen tot de ge schiedenis van de stad hebben behoord. Als Reusje uittrekt - al is het nog geen echte reus en wij de eerste klanken hooren weergalmen van Reusje komt de Forrepoort in - de Torrepoort in, al dansen in hewel, dan dansen de herten der Yperlingen mede. Onze boogschutters maatschappijen zijn heringericht en als wij op het feestpro gramma met den Thuindag mogen lezen Schieting aan depers Sint-Sebastiaan of aan 't Hoekje hewel ja dat zegt ons iets, dat doet ons gemoedelijk denken aan 't Yper uit 't verleden. Toen met Sint-Jozefsdag de timmermans gastei, met muziek aan 't hoofd? in stoet de straten doortrokken, dan herdachten er veel Sint Jozefsdag van voor den oorlog en Het Ypersche zelve vond het merkwaardig ge noeg om er over te gewagen. Ten alle tijde heeft er ook een bakkersgilde bestaan, opgericht in kristelijken zin. Moesten wij de oorkonden kunnen raadplegen, moge lijks hadden de bakkers hier, gelijk in andere steden, een eigen altaar met eigen patroon of patronesbeel 1 (Sinte Lucia) in een der paro chiekerken waar op den feestelijken jaardag eene mis werd opgedragen voor zielerust der overleden leden, voor 't welvaren der levende en werkzame leden. Gebruiken, aan. het am bacht onzer stad eigen, hebben wij gekend. De kadetjes op Kerstavond, waarvan de bakste met hoorngeluid wierd aangekondigd en waarnaar wij zoo ongeduldig in onze kin derjaren verlangden. En dan de «trekkelingen» op Witten-Donderdag. Moeder... hoeveel trekkelingen heeft bakker X gegeven hoeveel zou bakker Y er wel brengen, en 't was een voorafgaande rekening hoeveel trekke lingen eenieder wel voor zijn deel zou ont vangen. Maar is er hier enkel sPraakVa„ gebruiken buiten dit - mocht de bakkersgilde van voor den op een maatschappelijk streven °0rlo8 eenkomst op ekonomische Heer Lowier was er Voorzitter Joseph Blomme, secretaris. Er eenkomst order de leden Vtle broederlijkheid. De samenaankoop - was er ingericht en bracht bloeiende3"1111 voort. Is er in den tegenwoord behoefte misschien aan bakkersb'ÓT hebben genoeg gehoord van strijdenno strijd, van haat en nog eens haat, Vanaf en nog eens afgunst, van jaloerschheid der perken. Zulke toestand heeft sedert den gemoederen der bakkersharten in onrust gehouden en oorzaak r gesps oorlog maar tel gewe®t miskenning van t algemeen belang van't bacht. Bakkers moeten in vrede leven - 1:i eenkomst in vereeniging. Yper is eene die wereldberoemdheid heeft verworven zoekers uit alle landen, uit alle wereld komen hier aangeland en moeten hier worden. Denken de bakkers dat zij door verder heid hunne vakkennissen zullen verbeten Veel vakkennis is voor het ambacht nood» en de Ypersche bakkersbazen moeten bakt: fierheid en vakkennis bezitten in zulkengn dat dank aan hunne leer- en ambachtsven gen hier inde spijshuizen alle beste schooi voortbrengselen der bakkerij kunnen o| diend worden als in de grootste stad debt En hoe zullen zij vakkennis opdoen ?D vaklessen of vakschool te volgen DeSt richt plaatselijke vaklessen in, daar bakkersbonden bestaan en zulks op aanvn dier bonden. De Vakschool bestaat te Bi sel, ingericht door de bakkersbazen, d hunne geldelijke middelen ondersteund, kosteloos toegankelijk voor alle aangesli leden of hunne zonen. Vereeniging is er nog noodig om ma reden. Het leven wordt van langs omdi der, de algemeene kosten klimmen op, vi naar hooger loon zal zich in ons amha voordoen zoowel als in andere vakkenen zult gij daarin kunnen voorzien. Met uw eigen werk, uwen eigen atl loonend genoeg te maken. Met overeenkoi te betrachten niet voor overdreven maart digen verkoopprijs. Dat kunt gij ah vereeniging leeft, verstandig wilt handel; en in plaats van door vijandschap, met prijzen, elkander den kop in te beuken® ken, maar loon naar werken wilt verdienen. In die steden waar bonden bestaan en on eenkomst heeft men wilskracht verdiende loon te eisc'nen voor alma® werk niet van acht maar wel van twaa soms meer uren per dag. Door vereeniging ook komt gij brengen van koopkracht die zich uit t kan op al de noodige behoeften van Nu dat het zomerseizoen voo'by'^ stille winter met zijne lange avon 3 voor de deur staat, hebben de Destu™ van den Roeselaerschen bakkersbon aan 'tsam' aan de ierir hun programma uiteenzetten ten een bezoek te brengen vakgenooten, er eene vergadering te beltf? enb« met daden en cijfers hoeveel belang eenkomst is gelegen. e(s Bakkers, beantwoordt dien °Pr0'^(j3j gij tot die vergadering zult uitgen° gaat er naartoe. Gij zult er uwe --J haar leeren kennen en door bakker- ven zult gij uw vakkennis wille willen ver?1 voor uw persoonlijk wel en voor van uw ambacht. V.

HISTORISCHE KRANTEN

Het Ypersche (1925-1929) | 1928 | | pagina 4