BIJBLAD
aan
Katholiek Volksgezind deekblad
Wat heeft de Katholieke Partij voor den werkman gedaan?
Het grootste gevaar!!
Oe Vrijmetselarij
RAADSEL
De Katholieke Partij
is eene volkspartij
Wat de Katholieke
Partij gedaan heeft
DERDE JAAR N° 20
Wekelljksche Oplage O O O nummers
ZONDAG 12 MEI 1912.
Gewone aankondigingen 10 c. per reke:
Rechterlvke aankondigingen: 1 fr, de reke,
Groote en langdurige aankondigingen: volgens overeenkomst
G. Bras«Taver
nier,
Voor een heel jaar: 2.50 fr. - Prijs per nummer 2 centiemen.
De inschrijvers wenden zich tot den Uitgever; of tot onze gazetver-
koopers.
Ziedaar eene vraag van groote aange
legenheid.
De werklieden zijn omringd van vijan
dige gezinden die ze niet alleen bekam
pen, maar die meenen ze te mogen be
spotten en verachtelijk maken. Die vijan
dige gezinden meenen geen machtiger
wapen ter hand te hebben, om de katho
lieke werklieden stille te leggen en den
voet te lichten, als met gedurig te vragen
en hervragen Wat heeft de Katholieke
Partij voor den werkman gedaan
Qoed zoo maar moest ik alzoo
aangesproken worden, ik zou eerst ant
woorden Waar haalt gij het recht mij
zulke vragen te stellen en dan zou ik
de vrage omkeeren en zelve vragen En
gij die zulke vragen stelt, WAT HEBT
OIJ DAN VOOR DEN WERKMAN GE
DAAN?
Dat gij lange redevoeringen uitkraamt,
dat gij onmogelijke dingen belooft, dat gij
ontevredenheid zaait, en dat gij meent den
werkman eene weldaad te bewijzen met
hem zijn aangeboren geloof te rooven,
zonder acht te nemen op de bloedige
wonden die gij alzoo zijn herte slaatdat
weten wij zeer wel!
Maar wat hebt gij GEDAAN Wij be
kennen dat sommige socialisten, die in
Land en Kamers hunne stelsels rondven
ten, overtuigd zijn dat zij alzoo werken
voor 't welzijn der werklieden wij weten
zelf, dat zij stoutmoedigheid genoeg heb
ben om te durven beweren dat zij de ee-
nige oprechte vrienden en verdedigers
van den werkman zijn
Werken hebben zij ook waarop zij kun
nen wijzen. Maar 't is nu te zien of die
werken waarlijk voordeelig zijn voor
den werkman.
Ze hebben dikwijls al een geheel aardige
reuk die «werken» zoogezegd ten voordee-
le der werklieden gedaan. Lichtzinnig en
zonder recht of reden eene werkstaking
uitlokken, dezen die niet willen volgen
het leven onmogelijk maken, en als er
door hunne schuld zonder werk en zon-
der brood staan, dan nog geen vrede wil
len sluiten al weze ze hun in eerlijke voor
waarden aangeboden ja, dat zijn wer-1
ken maar zijn dat werken die strekken
ten voordeele van den werkman
Ja, op zulke werken kunnen wij, God
zij gedankt, niet wijzen, maar wij hebben
er andere, waarop wij fier mogen zijn.
Maar, dit alles nu daargelaten, ik zegge
de vrage is verkeerd gesteld, als men
vraagt Wat heeft de Katholieke Partij
voor den werkman gedaan
Zijn wij dan vertegenwoordigers' der
werklieden alleen?
Bestaat het christen volk alleen uit werk
lieden
Wij zijn de vertegenwoordigers van
gansch het christen volk. Wij hebben niet
alleen het recht maar de plicht gansch
het volk te vertegenwoordigen, de belan
gen van al de standen voor oogen te hou
den, die belangen te wikken en te wegen,
en te trachten in den zin der christelijke
rechtveerdigheid overeen te brengen. En
de verschillende standen in de maatschap
pij dat is een feit. En dat feit dat be
staande verschil, afschaffen, dat kunnen wij
niet, en dat zal niemand.
Maar wij moeten zoeken dat verschil te
verzachten want dat de tegenstellingen
te hoekig en scherp zijn, dat en ligt in den
zin en den geest niet der christen wereld
schikking. Christus, onze Heer, heeft ons
daarvan zelf het voorbeeld gegeven Aan
de rijken heeft Hij de plicht voor oogen
gehouden hunne goederen wel te gébrui
ken, ingezien zij er maar de beheerders
van zijn en er in 't oordeel strenge reken
schap van zullen moeten geven. Maar
aan den werkman* ook heeft hij zijn plicht
te kennen gegeven.
Zeker heeft de werkman het recht te
trachten hooger te geraken, zijn toestand
te verbeteren, en te verlangen dat geleer
den en begoeden hen daarin behulpzaam
wezen maar hij heeft het recht niet, om
zijn eigen voordeel te bewerken, omwen
teling te maken ten nadeele van 't alge
meen welzijn.
Wij zijn dus en blijven eene ware volks
partij, en 't zal ons leven kosten als wij
ophouden eene ware volkspartij te zijn.
Wij zijn geen eenzijdige vertegenwoordi
gers van de werklieden, niet meer als wij
de eenzijdige vertegenwoordigers zijn van
gelijk welken anderen stand der maat
schappij.
Er zijn partijen of gezindheden die van
die kwale gestorven zijn, dat zij maar een
enkelen stand willen vertegenwoordigen,
't weze nu den stand der nijveraars, der
rijke lieden of gelijk dewelke. En 't zal
ook 't lot zijn der zoogezegde werklieden
partij, die eenzijdig 't belang der werklie
den inziet 't zal haar dood kosten.
En wij, wij zullen ze allen overleven,
omdat wij eene ware volkspartij zijn, en
zoolange wij een volkspartij blijven.
Maar als wij nu zeggen dat de Katho
lieke Partij eene volkspartij is, zoo is daar
in begrepen DAT ZIJ OOK EENE
WERKLIEDENPARTIJ IS.
't Meeste deel van 't volk zijn werklie
den die leven van 'twerk hunner handen,
en, die bijgevolg meer steun en bescher
ming noodig hebben dan anderen, 't Is
wel waar dat de toestand, het leven der
werklieden in de laatste 50 jaar merkelijk
gebeterd is. Maar die verbetering is klein.
Hun toestand is verbeterd vergeleken
met hetgeen hij was overtijd.
Maar, de algemeene levenswijze is zoo
veranderd, dat hun toestand vergeleken
met die van de andere standen eerder ver- j
slechterd is.
En dit ingezien, hebben de christene1
werklieden niet de socialisten het recht!
er over rekening te vragen, en te zeggen
Wat heeft de Katholieke Partij gedaan om
den toestand der werklieden te verbeteren
In mijne oogen is het beste en hoogste
wat zij tot nu toe voor den werkman heeft
kunnen doen en gedaan heeft, dat zij hem
zijne hoogere belangen en leven gered
heeft.
En zij heeft daartoe te strijden gehad
al twee kanten: Tegen de liberalen, voor
wie geleerdheid en geld het hoogste
goed op aarde is, omdat zij er meer
dan hun deel van hebben. En tegen de
socialisten, voor wie geld en goed
alles is; omdat zij er niet genoeg hun
deel van hebben.
De eene willen de werkman met ge
leerdheid en goddeloosheid paaien, de
anderen willen hem met geld en goed
gelukkig maken.
Maar de hoogere belangen van 't leven
godsdienst, eerbaarheid, huizelijke trouwe,
opvoeding der kinderen, zedelijke weerde,
die zijn voor beiden van geen tel.
En die belangen heeft de Katholieke
Partij bewaard en behouden voor 't volk,
ten duren prijze, en daaraan, DOOR DE
SCHULD DER VIJANDEN, hare beste
krachten moeten besteden.
Dat onze tegenstrevers daar niet van
en willen, dat zij 't geloove aan een hoo
ger geluk willen uit het herte rukken
dat zij den werkman alle inwendige vol
doening willen ontrooven dat zij daaraan
al hunnen kostelijken tijd, in de Kamer
verspillen en alle nuttige besprekingen
onmogelijk maken, dat is verstaanbaar
voor vijanden bezeten met den haat van
God; maar onverstaanbaar voor hen die
willen doorgaan als echte werkmansvrien
den.
Maar ook niettegenstaande al de krach
ten en al den tijd, vereischt om die hoo
gere belangen te verdedigen, ZIJNE
STOFFELIJKE BELANGEN HEEFT DE
KATHOLIEKE PARTIJ BEHERTIGD.
Wij zouden ongelijk hebben, zoodanig
de nieuw veranderde omstandigheden te
bezien, dat wij de oude vergetenen zoo
danig onze oogen te rechten op de nieu
we beweging, dat wij de oude ellenden
van 't menschdom niet meer bemerken.
Al de liefdadigheid, al de leniging van
ellenden en van smerten, alle hulp van
ongelukken en onbekwamen, die geeft—
nu gelijk vroeger—de Katholieke Partij
alleen, met hare bermhertige liefdevolle
zusters, broeders, die in andere landen
door de werklieden-vrienden verjaagd zijn.
En dat mogen wij niet uit het oog
verliezen. Armoede en ellende zal er altijd
zijn, er is er nu vele, en veel meer dan
het zijn moet. In afwachting dat de on
verdiende ellende van velen verdwijne, is
de liefdadigheid wel het eenige middel
om ze te lenigen, en om aan te vullen 't
geen den werkman te kort gedaan is.
Wij weten 't genoeg, onze tegenstrevers
roepen de openbare weldadigheid, en die
alleen, ter hulpe Ja, die kost hun toch
niets, 't en zij hun geroepMaar dat slag
van weldadigheid en heeft geene herte
nooit, en geen verstand mees'alen zij
vernedert omdat zij openbaar is.
De ware liefdadigheid, de zoete, stille,
hertelijke, die geeft wat ze heeft en haar
zeiven op den hoop toe, die is en blijft
de uitsluitelijke eigendom der christene
menschen, der Katholieke Partij.
En die komt ten goede aan de werk
lieden schaft ze af, als ge durft en ge zult
iets zien.
Maar dat niet alleen
Ook de WERKLIEDENBEWEGING,
dit is de beweging der werklieden om in
de maatschappij de plaats te verkrijgen
die hun toekomt, heeft de Katholieke
Partij vooruitgeholpen.
Niet al met eens, en niet zoozeer mis
schien als velen begeeren, en zeker niet
zooveel als dezen roepen die niet te be
stieren hebben Maar rekening houdende
van de verouderde gedachten, en verroes
ten tegenstand heeft ze reeds veel gedaan.
Ze heeft aan den werkman de deur van
'T OPENBAAR LEVEN opengedaan, ge
sloten door de liberalen seffens achter de
fransche revolutie. Met hem STEMRECHT
te verleenen, niet genoeg voor d'eene, te
veel voor d'anderemaar 't groot feit is
dat het aan de Katholieke Partij te dan
ken is dat zij in 't openbaar leven getreden
zijn.
Ook in 'T HUISHOUDELIJK LEVEN
heeft zij den werkman beschermd en ge
steund, opdat hij daar ook niet plotselings
maar trapsgewijze de plaats krijge die
hem toekomt eene plaats, weerdig van
een mensch, gekuischt van de onhebbe
lijkheden en de vuile misbruiken die ze
vervulden, en waar de werkman op vrije
voeten, en met gelijke rechten, de voor
waarden van het WERKVERDRAG kun
ne vaststellen.
Alles is daarin niet volbracht, dat weten
wij maar groote stappen zijn op dien
weg gedaan.
Wij sommen hier enkel eenige der wetten
op die 't Katholiek Landsbestier heeft
doen stemmen in 't voordeel van den
werkman
Wet van 1889 op den arbeid der vrou
wen, jongelingen en kinderen
Wet van 1898 op de politie en het toe
zicht over de groeven
Wet van 1887 aangevuld door de wet
ten van 16 en 17 Juni 1896 op de beta
ling van het loon der werklieden
Wet van 1901 nopens de berekening
van den arbeid der werklieden
Wet van 1896 over de werkhuisregle
menten
Wet van 1909 op de arbeidsovereen-
komst
Wet van 1888 aangevuld door de wet l
van 1899 betreffende het opzicht over de!
gevaarlijke en ongezonde inrichtingeni
Wet van 1909 over de logeering der
steenbakkers;
Wet van 1905 ten voordeele van
winkelbedienden;
Wet van 1908 over 't nachtwerk
vrouwen
Wet van 1905 over de zondagrust;
Wet van 1903 over de werkongevallen;
Wet van 1908 over de beroepsvereeni-
ging;
Wet van 1900 over de pensioenkwestie.
Voegen we daar nog bij 't inrichten van
het Ministerie van arbeid, de groote toe
lagen verleend aan beroepsvereenigingen,
pensioen-en herverzekeringsbonden, vak
onderwijs, enz., enz.
En op dien weg der vooruitstrevende
volksbeweging zal de Katholieke Partij
voortgaan en niet rusten vooraleer de
werklieden gekomen zijn ter plaatse waar
zij zijn moeten.
Zij aanziet het als eene zaak van recht
veerdigheid dat de werkman die treffelijk
werkt, ook treffelijk kunne leven dit is
dat hij behoorlijke voeding, kleeding, wo
ning hebbe, voor hem en voor zijn huis
gezin, dat hij een fatsoenlijk familieleven
hebbe. Dat hij zijn Zondagrust geniete,
geheel en gansch.
Dat hij, 't zij uit nood en goede reden,
zijn nachtrust hebbe.
Dat hij op 't werk treffelijk behandeld
worde, niet als een getuig of een dier,
maar als een redelijk schepsel Gods die
even veel eer weerdig is als de rijken.
Met een woord, dat hij, door zijn werk,
op eigen verantwoordelijkheid, kunne voor
zien in al zijn noodwendigheden, volgens
zijnen staat, en den toestand der maat
schappij,—en dat hij al zijne plichten kun
ne vervullen.
Dat is het oorbeeld dat de Katholieke
Partij voor oogen houdt: een oorbeeld dat,
even als alle oorbeelden en volmaaktheid,
onbereikbaar is, maar nastreefbaar.
En om daar te geraken willen wij, eerst
en vooral, dat den werkman zijn beste
recht, zijn eenigste verweer, zijn meeste
macht geheel en gansch zou toegekend en
gewaarborgd wezen Het natuurlijk recht
van treffelijke vereeniging. i
Door de vakvereeniging zd den werk-
man er toe komen zijne plichten altijd te
kunnen kwijten en ook zijne rechten beter
te doen eerbiedigen.
Daarin kan en zal 't Katholiek Bestuur
machtig veel nog helpen door eene verbe
terde wet op de vakvereeniging, door eene
wet op de verzoeningsraden en een ver
dere kracht te verleenen aan|de gezament-
lijke werkkontrakten, door eene wet om
de weldaad van werkloozenkas en zieken
kas meer te veralgemeenen, eene verbe-
terde wet op de pensioenen (die wet is
aangekondigd) om het aan den werkman
nog gemakkelijker temaken te komen tot
een pensioen van 1 frank daags en meer.
Geholpen door den Staat, zoo zullen de
christene vakvereenigingen die nu reeds
80,000 leden tellen, voort ieveren om den
arbeider zijn lotte verbeteren.
Dat de werklieden zich herinneren wat
de socialist Destrée, in 1905, in de Kamer
zegde Verhaasten wij ons wetten te
maken voor den arbeider, want met
de liberalen zouden wij nooit zulk
eene wet gestemd krijgen.
Welnu, de katholieken afsmijten om de
antikatholieken meester te maken, is 't
land overgeven aan liberalen en sodalis-,
ten die op voorhand hunne onmacht
bekend hebben.
Werklieden leest en ver
spreidt HetYpersche Volk
geeft het te lezen aan uwe ge-
buren. 't Is uw blad, uw werk
liedenblad, 't verdedigt uwe
belangen.
WERKLIEDEN in uw eigen
belang moet gij stemmen
voor de KATHOLIEKEN.
de
der
De liberalen en socialisten zoeken nu
gedurig naar de oplossingvan 't raadsel,
waarom hunne gazetten de stoof in
vliegen, of nog, onder de neus van den
ronddrager gescheurd worden.
Die oplossing is nochtans eenvoudig.
Ziehier: 't is omdat de werklieden we
ten dat het Qoede Woordvzn de liberalen
lastert, liegt en bedriegt en aan 't arme
werkvolk zijn godsdienst en geloof zou
willen ontnemen.
Waarom gesproken over Vrijmetselarij?
Doodeenvoudig omdat de Belgen moe
ten beslissen met de kiezing of zij voor
Belgie een bestuur willen van Katholieken
of Vrijmetselaars. Liberaal en socialist
schreeuwt om ter meest dat het nu een strijd
geldt van leven of dood voor de katholie
ke Partij. Stemt gij dus liberaal of socia
list, gij stemt de dood der katholieke re
geering. Maar dan Wie komt in de
plaats, wie komt aan 't bestuur van 't land?
Natuurlijk, de groote bazen der liberalen
en socialisten die al lange jaren watertan
den en schandalig t' hoopedoen om aan 't
schoteltje te geraken en ook eens minister
te spelen
En wat voor mannen zijn dat, die
groote bazen? 't Zijn alle groote Vrijmet
selaars
En is 't maar voor eigen rekening dat
zij framasson zijn Verre van daar, en 't
is hier dat de aap leelijk uit de mouwe
komt.
Al die schoone mannetjes moeten schoo-
ne dansen, zooals de Vrijmetselarij schui
felt. 't Is niet ik die 't zegge 't is de Loge
zelf. Horkt.
Den 10 Oktober 1910 maakt de Loge
van Bergen kenbaar dat al de Broeders
Framassons die een politiek ambt beklee-
den dringend verzocht zijn er zoo spoe
dig mogelijk kennis van te geven op het
secretariaat der loge.
Degroote loge, "het Groot-Oosten,die
aan 't hoofd staat van al de belgische lo
ges, vereenigt den 14 Mei 1911 de vrij
metselaars die volksvertegenwoordiger of se-
nateur zijn en doet ze voor haar vergade
ringen een tegenwoordigheidslijst teeke
nen. En 't geen ze hun wel op 't herte
drukt is van hen innig te vereenigen om
samen de nieuwe schoolwet tegen te wer
ken en om krachtig propaganda temaken
in de verschillende streken van 't land.
En om allen twijfel weg te nemen op
de vraag of de Loge het recht heeft aan
de vrijmetselaars, volksvertegenwoordigers
en senateurs, rekenschap te vragen over
hun politiek gedrag, antwoordt zij zonder
ommewegen de loge heeft niet enkel het
RECHT maar ook de PLICHT de han
delwijze te bewaken der leden die zij in
politiek vooruit steekt, vooral wat het PO
LITIEK en PUBLIEK leven aangaat.
Is dat klaar of niet Ook in 1879, als
het ministerie der 6 framassons aan 't be
wind was, zond de loge eene afveerdiging
van vrijmetselaars naar Pietje Van Hum
beek. om zijn memorie te ververschen en
om te zeggen dat hij te besturen had naar
de bevelen van de Loge.
Pietje Van Humbeek gehoorzaamde zoo
wel dat in een, twee, drie, de ongelukswet
daar was, de godsdienstvervolging, enz.
Verstaat ge nu, hoe liberalen en socia
listen het hoofd moeten buigen voor de
vrijmetselarij en als gij stemt voor hun,
dat gij willens of niet stemt voor de Loge
Daarom is 't noodig eens te weten wat
die duivelsche inrichting is, en wat zij zoo
al van zin is te doen, zoo zij met de kie
zing Belgie in hare klauwen krijgt.
Geen woord zullen wij schrijven of 'tis
letterlijk getrokken uit de officieële stuk
ken der loge zelve. Vele dezer stukken
staan gedrukt of gephotographieerd in het
anti vrijmetselaars tijdschrift dat sedert een
goed jaar verschijnt te Brussel. Wij zullen in
een aanstaande nummer het eigenlijk wezen
leeren kennen der framassonnerie en dan
verder heur vervaarlijk werk van verdel
ging en van anarchie, 't Was ons genoeg
vandaag te doen uitkomen, dat uwe stem
geven aan Liberaal of Socialist uwe stem
geven is aan hunne groot-meesteres de
VRIJMETSELARIJ.
AANKONDIGINGEN
DRUKKER-UITGEVER
BOTERSTRAAT. 62, YPER.
INSCHRIJVING