Ifeerbelijbe Ikaknder Nieuwjaarsgiften voer (au Paus Vrijmetselarij Binnenland Buitenland WmH1ll»IDISSE!IlEXT KonlBRiljRe Fanfare.- concert Wekelijksche Oplage 8000 nummers Zaterdag 18 Januari 1913 48e Jaar Nummer 2447 De Legerwet Groot-hertog Nicolaïévitch van Rusland YPER CALLEWAERT-DE MEULENAERE Ontslag van een minister in Frankrijk Geruchtmakende ontmoeting Uit Sint Petersburg, hoofdstad van Rusland i kwam de nieuwsmare dat Groot-Hertog Nico» laïévitch algemeen adjudant-generaal, oud- voorzittervan de Nationalen-verdedigings-raad, door eene beroerte is geslegen geweest en dat de toestand van den hooggeboren zieken zeer zorgwekkend is. Groot-hertog Nicolaïévitch is kozijn van den Keizer van Rusland. Hij is slechts zeven en vijftig jaar oud, hij huwde eene der dochters van den Koning Nicolas van Montenegro, dat klein Balkan-landje dat met zijne heldhaftige ^bondgenoten den strijd voert tegen den Grooten jTurk. In hei 1st laatstleden werd de Groothertog (namens den Keizer "naar Frankrijk gezonden om hetrussisch leger te vertegenwoordigen bij de fraasche manoeuvers. Da Groot-hertog is een der beste generaals van het russisch leger, en 't is alleszins een zwaar verlies voor de Russische legermacht, bijzonderlijk nu. in de tegenwoordige weder landsche verwikkelingen. De keizer van Rusland heeft niet altijd leute ?en plezier met zijne Kozijns, Ooms of Broeders Groot-Hertogen. Zoo komt hij Groot-Hertog ÏMichel-Alexandrovitch, zijn eigen broeder, het recht van regent (bij het afsterven des Keizers jvoor de meerderjarigheid van dea troonopvol- tger) te ontnemen en hem, voor al zijnegoederen en bezittingen, in voogdij te stellen en dat al om reden dat de Groothertog, spijts 's Keizer s vermaningen, niet heelt willen afzien van een rangvernederend huwelijk. Opstand te Constantinopel P Vredesconfereneie te Londen B©TERSTR»»T, 3 6, YPER Telefoon N° 52 Al wat opstel, aankondigingen, inschrij vingen, enz. betreft, moet vrachtvrij aan den Uitgever gezonden worden VOOR 'T HEELE JAAR 3 FR. Prijs per Nummer^3 centiemen. Zondag'19 Januari. Septuagesima. H. Marius en gezellen, martelaars. Vandaag begint een nieuw kerkelijk tij 'perk, waarin de Kerk bare kinderen er vooral op wijst, dat de arbeid en de strijd het leven van den waren christen moeten kenmerken. De vij anden omringen hem van alle kanten. Het mach tige wapen van dien strijd is het gebed. Da Inleidingszang der Mis geeft deze gedachten op meesterlijke wijze weder. 't Is ook da voorbereidingstijd tot den vasten (drie weken) dia begint. Eene volkomen veran dering is er in de gebeden der kerk. 't Is rouw en de kreten van droefheid en medelijden zullen iederen dag toenemen en afwisselen met ernstige vermaningen totfstrijd en lijden, tot aanjPaschen. 't Is ook dedijd die Jesus' openbaar leven'ver- beeldt. r Evangelie van den Zondag."— Tn dien tiid zeide Jezus aan zijne leerlingen deze (gelijkenis. Het rijk'"des Hemels is gelijk aan eénen man, vader van een huisgezin, die des morgens uitging om arbeiders voor zijnen wijn gaard te huren. Nadat hij met zijne arbeiders voor een denarie daags was overeengekomen, zond hii., hen in zijnen wijngaard. Fn uitgegaan ziinde omtrent helderde uur, zag hii andere op de markt ledig slaan en hij zeide tot hen Gaat ook gij in miinen wijngaard, enjhetgeen billükTis zal'.ik u geven. En zij gingen heen. Als hij omtrent het zesde en negende uur wederom uitging han delde hii op dezelfde wijze. Omtrent het elfde uur uitge gaan zijnde vond hij anderen staan en hii zeide tot ben waarom staat gij hier den ganschen dag ledig Zij zeiden hem Omdat niemand ons gehuurd 'heeff.'-Hii zeide tot hen Gaat ook gij in mijnen wijngaard. Als het avond ge worden was, sprak de eigenaar van den wijngaard tot zijnen opziener d'Roep de arbeiders enfgeef hun het loon van de laatsten beginnende totfde eersten. A's zij nu kwamen, die omtrent het elfde uur gekomen waren, ontvingen zij ieder een denarie. Toen nu ook de eersten kwamen, meen den zij. dat zij meer zouden ontvangen, maar ook zij ont vingen elk een denarie. En als zij dien ontvingen, morden zij legen den"huisvader, zeggende": Deze laatsten hebben maar een uur gearbeid, en gij jlrebt lien met ons gelijk gesteld, die den last van den dag en de hitte gedragen hebben. Maar'hij.'antwoorddeaan'een'van hen, en zeide: Vriend, ik doe u geen onrecht; zi.jt gij niet voor een denarie met mij overeengekomen Neem. wat u toekomt en ga ik wil ook aan'dezen laatsten zooveel geven als aan u. Of staat het mii niet vrij te doen. wat ik wil Of is uw oog boos, omdat ik goed ben Aldus zullen de laatsten de eersten zijn en de eersten de laatsten, want velen zijn geroepen, weinigen uitverkoren. Maandag 20. Feestdag van den Zoeten Naam Jesus. ffff. Fabianus en Sebastianus, martelaars Patroonfeest van de schutters. Dinsdag 21 —Gedachtenis van het gebed van O. H. J. C. in den hof van Oliven. Woensdag 22. EH. Vincentius en Anasta- tiusmartelaars. Gedurige Aanbidding te Brc laere Donderdag 23 - Trouwdag ran de ff. Maagd Maria H Raymondus, belijder E. Emeren- tianamaagd en martelares. Vrijdag 24. ff. Timotheus, bisschop. Gedurige Aanbidding te Zuydschote. Zaterdag 25. - Bekeering van den H. Apostel Paulus. Patroonfeest der koordedraaiers. Gedurige Aanbidding te Bave'en (bij Rous- brugge) INSCHRliVINGSLIJST VAN HET YPERSCHE VOuK VIERDE LIJST Overdracht 533.00 fr. Om Gods zegening over eene familie te bekomen 1.00 fr. Onbekend 5 00 fr. Onbekend 5 00 fr. Onbek°nd 1 00 fr. E. H. Ryckeboer, Yper 20.00 fr. Twee Congreganisten, Yp"r 8 00 fr. Onbekend 2.00 fr. E H.Feys, rustend pastor,Ypcr 500 fr. Onbekend 3 00 fr: 583.00 fr. Wijl hebben 't beloofd, wij zijn van ons woord. Vandaag moeten wij schrijven over de vrijmetselarij in Kongo. Van af het. Leopoldiaansch regiem in Kongo, is, van uit de Kongo-administratie in België, de vrijmetselarij naar het Zwartenland afge zakt, om aldaar haar geheim werk voort te planten. Nu komt het van langs om klaar der dat de vrijmetselarij op den Kongolee- schen bodem meer en meer durft, zonder schaamte of vreeze, sedert de overname van Kongo door België, sedert dat alzoo de cen trale Kongo-administratie het Ministerie van Koloniën geworden is. Onze lezers weten nog goed hoe verleden jaar vrijmetselaar citoyen Vandervelde in de Kamer (daar, ja, omdat hij daar onschend baar is) onze edelmoedige zendelingen laf- hertig heeft aangevallen en valschelijk beschul digd, gesteund op geheime brieven hem toe gezonden door vrijmetselaars in Kongo ver blijvend, gesteund op staatsdocumenten door vrijmetselaars ontfutseld aan het Ministerie \an Koloniën. Als de missionarissen, en in. 't bijzonder de aangevallene Pater Vandenbeselaere, aan moortelbroeder Vandervelde vroegen zijne aan vallen te herhalen buiten de Kamer, dan vluchtte de laffe aanrander, omdat hij wel wist dat, moest hij buiten de Kamer zijne be schuldigingen vernieuwen, hij1 voor den tri bunaal zou geroepen worden om veroordeeld te zijn. Genoeg daarover; onze lezers weten dat en ze hebben -ook niet vergeten in welke zege tocht de missionarissen, met Mgr Roelens aan 't hoofd, België doorliepen op protesta- tie-meetingen en overal in triomf ontvangen werden. Ook heeft de valsche en Iafhertige aanranding van citoyen Vandervelde niet wei nig geholpen om op 2 Juni 1912 aan de gekcrteleerde liberalen en socialisten de ge nadeslag te geven. Doch, iets anders moeten wij nog bijvoe gen, iedereens aandacht erop te vestigen, tot zelf deze van Minister Renkin, is 't dat een nietig arrondissementsblad als het onze, hem onder de oogen valt. Het heeft alle katholieke vaderlanders pijne gedaan tevernemen dat de verdediging der missionarissen in de Kamer, tegen Van dervelde, niet heel en al voldoende was; het heeft' alle katholieke vaderlanders met verbazing geslagen, dat de twee voornaamste logehelden in Kongo, die .den aanval gesteund hadden of geholpen Br.'. Wangermêe en Br.'. Leclercq, niet alleen geene verdiende straf of tot orderoeping ont vingen; maar dal zij terug naar Kongo moch ten en dat in eene verhevener bediening! 't Was jubel in de logen I nu mochten de Kongoleesche vrijmetselaars in hunne duivels- krochten nieuwe plannen smeden I £iji had den niets meer te vreezen, zij konden volop hun ongodsdienstig, anti-vaderlandsch, anti beschavingswerk voortzetten. Zoo komt thans het nieuws uit Kongo dat nu de vrijmetselarij aldaar het hooge woord voert. Alswanneer men in de loge van Boma de antiklerikale nederlaag van 2 Juni 1912 vernam, was het een tempeest van helsche, vloeken en duivolsche godslasteringen, een samenzvveeren om wrake te nemen, in Kon go, en dèt op de duivelachtigste wijze. Nu dan, ver van alle toeziende oog, ver van eene pers die hunne wandaden zou be kend maken en schandvlekken, hebben de logemannen in Kongo de vervolging begon nen tegen katholieken en zendelingen. Geen twijfel dat de vrijmetselaars, die zetelen in 't Centraal bestuur te Brussel, dat alles we ten maar die logewerking zullen zijl veeleer steunen dan beletten. De katholieke fonetionarissen of handels agenten in Kongo, worden het leven moede gemaakt door uitgezochte bestuurlijke knoeie rijen... zij zijn het zwarte beest dat nooit wel of van pas kan handelen. In hun chris telijk leven worden zij vervolgd, gekleineerd, misprezen, gedwarsboomd. Voor de missionarrissen is het nog slech ter... en wij hoorden zeggen dat het leven voor hen zoo onverdragelijk en onmogelijk wordt dat er, in sommige geestelijke orden, zou spraak zijn Kongo te verlaten, om elders in andere vreemde streken, onder vreemde landsbesturen te gaan werken voor de be schaving der volkeren en de verchristelijking der zielen. Een enkel feit willen wij aanhalen Alle blanken, in Congo, hebben een «port d'armes»; allen dragen wapens, dat is vol strekt noodig èn tegen wilde dieren èn des noods tegen wilde menschen. Welnu, is het waar, ja of neen, dat de missionarissen al geen kanten meer een «port d'armesi kunnen verkrijgen, dat zij zelf al hunne wa pens ontnomen worden, zoodanig dat zij on mogelijk nog op reis kunnen gaan buiten hunne residentie, om hunne zendingstreek te doorloopen? Is het waar, ja of neen, dat o.a de groote en heldhaftige pater Cambier, te Luluaburg, in de Kassaï, noch roeren noch keeren meer kan, daar hij nu juist gelegen is tussehen de residenties van de twee beroem de vrijmetselaars Br.:. Wangermêe al 't Oos ten, BrA Leclercq al 't Westen, die alles uitvinden om den Pater den duivel aan te doen Wij hebben dikwijls de Engelschen, aan gevoerd door zekeren fanatieken Morel, hoo- ren prolesteeren tegen wreedheden in Kongo. Welnu, de tijd is gekomen dat alle katho lieken, alle vaderlanders, alle onpartijdige en rechtzinnige lieden protest aanteekenen, en zulks tot bij den Minister, tegen de wreed heden in Kongo gepleegd door de vrijmet selarij Wreedheden zijn het, ja, wreedheden en monsterachtige vervolgingen welke katholieken en zendelingen nooit tegengekomen hebben in andere verre streken, onder vreemde mogend heden, hetzij protestantschehetzij god- delooze... maar wreedheden die onze belgi- schc zendelingen en katholieken te lijden hebben in belgisch Kongo onder een bel- gisch katholiek gouvernement. Dat gaat boven zijn hout; dat is alle menschen te wreed I Wij viagen dan met de katholieke dag bladen Vat is het gedacht van minister Renkin daarover Sedeit vijf, zes maanden is Z. E. P. Mortier, algemeen overste der missionarissen van Scheut, in Kongo. Hij zal er een jaar1 lang verblijven, om de missiën te bezoeken en den toestand te onderzoeken. De EE. PP. Jezuieten zenden, deze maand, naar Kongo, den hooggeleerden Pater Ver- meersch, den belg, die wellicht best thuis is in Kongo-zakên, om ter plaats de zaken na te gaan. Wiji vernemen dat, rond Juni of Juli, er in Kongo eene algemeene vergadering zal plaats hebben van al de Oversten der Mis siën, en dat Mgr Roelens, bisschop en Op-; per-Kongo, alhoewel zijine gezondheid licig niet gaïisch hersteld is, er aan houdt te ver trekken om aan die vergadering deel te nemen. Die nog meer wil weten over de vervol gingen in Kongo leze het jaarverslag van de Missiën der Witte Paters, opgemaakt door Z. D. H. Mgr Roelens, en verschenen in het Januari-nummer der Annalen. Wij drukken de hoop uit dat het katholiek gouvernement, ingelicht gelijk het zijn moet over de vrijmetsèlaar's wreedheden in Kon go, maatregelen zal weten te nemen om de framassonerie aldaar in de boeien te slaan, tot vrijwaring en versterking der christene beschaving, tot bewaring van België's eer en faam 1 BELG. Op Driekoningendag werd te Thielt eene algemeene vergadering gehouden in den Ka tholieken Kring om de nieuwe militaire wet te bespreken. Minister Van de Vyvere was er aanwezig en heeft de volgende verklaring gedaan Voor de kiezing, zei hiji, dacht geen en kele minister dat er eenige verzwaring zou noodig zijn. En dat verzeker ik u. 't Is precies in de laatste maanden, dat er eene dreigende wending is ontstaan, en die bij ons eene verzwaring der krijgslasten dringende noo dig maakt. Ik mag natuurlijk, als minister, geene staatsgeheimen uitbrengen maar ik ver zeker u dat we weten wat wijl doen; dat wij het niet geerne doen, zeer noode zelfs; doch dat het onze plicht is, als bestuurders en vaderlanders, van ons leger grooter en sterker te maken. Maar, vrieniden, de ministers weten, eerst en best, dal de vergrooting van 't leger bij 't volk niet zal welgekomen zijn; ze weten dat ziji van u een zwaar offer eischen; ze weten dat zij, na de kiezing en zonder die militaire lasten de populairste minis ters zouden geweest zijn. Dat alles weten zij1, en gij zult zeker toch niet denken dat hel voor hun plezier is, of om eenen of an deren galondrager plezier te doen, zoo als hier gezegd werd, dat wij een grooter leger vragen I... Ik zeg het nogmaals, 't is drin gende noodig wij weten het, wij zijn over den gang der zaken ingelicht. Willen wij vrij en onafhankelijk en eigen Belgen blijven; willen wiji onze zonen nooit tegen den vijand zien optrekken in onvoldoende getal willen wijl onze kinderen niet laten vermoorden willen wij de rampe, de schrik en de ver nieling in 't eigen land niet hebben, een sterk, een sterker leger, dat is het eenigste middel, dat is de dringende noodwendigheid, en wel geen enkel Belg zeker, zou weigeren de noodige opofferingen te doen, als liet geldt het bestaan, de vrijheid en 't heil van ons land, van onze zonen, van onze familiën, van alles wat wij hebben I r#i Zondag boden de Antwerpsche katholieken een feestmaal aan M. Paul Segers, mi nister van Zeewezen. Er waren bij de 1200 dischgenooten, Mijnheer Ryckinans, senator, voorzitter der Meetingspartij, in zijne aanspraak, zegde liet volgende En waarom zouden wijt ook niet spre ken met Ylaamsche oprechtheid, over dat meest brandende aller vraagpunten De LE- GERKWESTJE I Wiji begrijpen de veranderingen in den in ternationalen toestand wij buigen met eer bied voor de woorden van de verantwoorde lijke Staatsmannen, die ons zeggen dat het belang van het Vaderland offers van het vclk eischt. Doch wij vertrouwen dat die offers niet verder zullen reiken dan het streng nood zakelijke. Wij verlangen eerbied voor de godsdienstige overtuiging en eerbied voor de taal onzer zonen in de ka zerne. Als wij onze kinderen aan de kazernen moeten toevertrouwen, willen wij dat zij ons terug gegeven worden, zooals! zij in den huis kring opgevoed zijn. De Slaat heeft ook ten plicht onze natuur-; lijke réchten' als Vlamingen te erkennen. Zij die onze Viaamsche jongens .aanvoeren,, zij' die onze Viaamsche' jongens in de hospi talen verplegen, moeten onze taal spreken en onze zonen verstaan. Als er voor het vaderland moeilijke dagen oprijzen, moet de officier er eene eer in stellen met zijine soldaten omgang te heb ben in hunne taal, en. waar er «aannen als de Broquevillle, als- Segers, als Helleputte in het ministerie zitten, mogen wiji de oplos sing, verwachten die beantwoordt aan 'onze wchsehen, i Minister Segers, in zijn antwoord, heeft de volgende verklaring afgelegd Het democratisch karakter van het mili taire wetsontwerp is blijkbaarde vrijstel lingen zullen vooral de arme klassen begun stigen voor voldoende voorbereide soldaten zal het eenjarig vrijwilligerschap eene dienst vermindering daarstellen nooit zullen land bouwers meer dan éên zoon te gelijk aan de kazerne moeten afstaan. In 1881, onder het liberaal gouvernement, gaf België één man op '140 inwoners aan het leger de nieuwe wet, dank aan de vermeerdering der bevolking en de ver mindering van diensttijd, zal één Belg op 138 man leveren. De offers aan manschap pen: zijn dus niet vermeerderd, met de of fers aan geld zal 't zelfde zijn. De minister verheugt zich over de woorden, door zijn collega Frans Van Cauwelaert in de Kamer uilgesproken, woorden die niet die zijn van een militarist, maar die van een wijs en verlicht vaderlander. (Die woorden van Fr. Van Cauwelaert hebben wij mede gedeeld in Hel Ypersche Volk.). Weest altoos diep overtuigd, gaat de mi nister voort, dat Paul Segers liever in verstand houding blijft met zijne goede, trouwe kie zers, dan een hoog ambt bekleedt. (Daveren de toej.) Doch, beste toehoorders, vreest niet I Aan het hoofd van het ministerie staat een zeer knap man, baron de Broqueville. Ik geef u de verzekering dat hij de wenschen door M. Ryckmans, senator, uitgedrukt, zal verwezen lijken, hij zal voor de zedelijke belan gen in liet leger zorgen, liij zal, in zake taalkwestie, de Vlamingen vol doening geven. Heel de Europeesche pers houdt zich bezig met het ontslag van M. Millerand, als mini ster van oorlog, van Frankrijk. De joodsche bladen overladen hem met verwijten; de vrije drukpers, zelfs deze die rechtstreeks zijne politiek bekampen, spreken volmondig zijn lof uit. 't Schijnt -dat het eene tamelijk o-ude historie is, welke zijn ontslag veroorzaakt heeft. Ze zou nog dagteekenen van den tijd der be ruchte Dreyfuszaak. Te dien tijde was er in het Fransch leger een algemeen geacht kolonel, met name du Paty de Clam. Deze was overtuigd van het verraad van Dreyfus, steunende op de ei gene woorden van dezen laatsten. De joderij bemeesterde de regeering, en de kolonel werd gestraft. De voorgangers van Millerand ontredderden, al meer en meer het fransch leger, dat be stuurd werd gemeene kuiperijen en verklik kingen zonder einde. Milllerand, socialist van etiket, maar vaderlander in 't herte, stelde een eindo aan dit verderfelijk regiemver beterde het leger in alle opzichten en gaf de leiding in handen van bekwame officieren. Reeds kort voor Millerand's ministerschap had men aan kolonel du Paty de Clam be loofd, dat hem graadherstelling zou worden geschonken. De algemeene herkende bekwaam heid van den kolonel inziende, had Millerand thans gemeend die belofte te moeten vervul len en hij herbenoemde den kolonel in den staf van het territoriaal leger. Dadelijk staken de Dreyfusards het hoofd op en verklaarden dat Millerand geen minister meer kon blijven. Heel het gedoe van de radicale partij heeft aan dat bevel gehoor zaamd, en daarop is Minister Millerand moe ten aftreden. De koning van Spanje heeft Maandag laatst een lang verhoor verleend aan senator Azear- rate, leider d er republikeinsche partij, in de Cortès. Die ontmoeting verwekt eene geweldige op schudding. Men wil er het bewijs in zien dat de koning zich bepaald bij de liberale politiek aanSluit In iijn onderhoud, verklaarde de koning zich partijganger van de breedste godsdienstige verdraagzaamheid, en van uitbreiding van hét onderwijs in liberalen zin. De ministerraad heeft den minister van bin- nenlandsche zaken verwittigd dat er kracht dadige maatregelen tegen de Jong-Turken zul len genomen worden, en dat men desnoods al de hoofden van het Comiteit zal verbannen. Builen de genomen veiligheidsmaatregelen, zijn 300 politieagenten, in burgerkleediji bij de Porie geposteerd. Alle maatregelen tegen eené mogelijke volksbeweging zijn genomen. De hoofden der Balkan-afgeveerdigden ver gaderden Dinsdag morgen. Zij besloten, gelijktijdig met de overhandi ging der mogendheden, ook eene nota te overhandigen aan de Turksche delegatie te Londen, om haar mede te deelen dat, zoo Turkije de nota der mogendheden niet met eene aanveerding beantwoordt, de Balkan-af geveerdigden de onderhandelingen zullen af breken en onmiddelijk orders sturen aan de legerhoofden, om den wapenstilstand op te zeggen. De eisch der Balkanstaten is aan ons Andrinopel, aan ons de eilanden. De vijandelijkheden zouden vier dagen na de opzegging hervatten. Gemeenteraad. Dagorde van de open bare vergadering op Zaterdag 18 Januari 1913 te 5 u. 's avonds. 1. Stadseigendommen' herstelling van het belfort 2. id. afstand van grond aan den Staat, om toegang te verleenen. aan de nieuwe koopwarenstatie. 3. id. pacht van grond 4. Bureel -van Wel dadigheid giften ter gelegenheid van aan vraag op grafplaats-concessies. 5. Burger lijke Godshuizen rekening 1911, begrooting 1913. 6. Aanvraag tot het afschaffen van Carnaval. Sint-Michiels Turners. Morgen zondag om 7 ure 's avonds zeer stipt groot Turnfeest in 't katholiek Volks huis. Kaarten zijn te verkrijgen in het Volks huis van 11 tot 12 ure voormiddag Voor de eereleden en hun huisgezin, koste- looze kaarten voor voorbehouden genummerde plaatsen. Familiekaarten aan 5 fr. met voorbehou den genummerde plaatsen te voren te vragen. Persoonlijke kaarten aan 2 fr. met voor behouden genummerde plaats. Persoonlijke kaarten aan 1 fr. met voor behouden ongenummerde plaats. Persoonlijke kaarten van le plaats aan 0,50 fr. Persoonlijke kaarten van 2# plaats aan 0.25 fr, 1. Zonder kaart wordt niemand binnen gelaten. 2. Vriendelijk verzoek aan eenieder zijn» kaart te voren te nemen. 3. Ingang al de Hondstraat. SPELWIJZER Ie DEEL! I. Optocht der Turners: St-Michielslied, II. Samen oefeningen der kleine Turners. III. Alleenspel voor Bazuin: Air varié op c. Ah I vous dirai-je, maman - van A. Re- naud, door J. Desramault, IV. Mali oozendans door kleine Turners. V. Alleenspel voor Saxofone soprano: Air varié van H. Painparé Heer door A. Lietaart. He DEEL I. Samenoefeningen der groote Turners. II. Kluchtige Tweezang Deftig volk. III. Samenoefeningen met ijzeren stok door groote Turners. IV. Alleenspel voor Saxofone alto Mal- tre Córbeau van J.-B. De Lannoy door A. Lielaert. V. De Ronde van België, Kluchtzang. VI. Normandische Dans door groote Tur ners. VII. Lijfgebouw of pyramid®, nuari te 7 2 u. 's avends in de Iweinszaal, gewijd aan de werken van Paul' Lebrun, Dorsan van Reysschoot, Robert Herberigs en Tousjaint De Sutter, en vertolkt door de toondichters alsmede Hoor Mevrouw Lucia Rell, MM Richard Lille en Emile Van dér Mensbrugghe. Peogramma, Eerste deel. 1. Marche Jubilaire c- (Keninkl. Fanf.) P, Lebrun. 2. L'Heure du Beffroi M. Vander Mens brugghe) D. Van Reysschoot. 3. Prière (Madame Rhel) uit opéra Francesca R. Herberigs. 4. Etude Caprice piano door den toon dichter J, Toussaint de Sutter. 5. Air uit le bedrijf van Francesca (M. Lille) R. Herberigs. 6. Zonnevonken, (Mme Rhel) P. Lebrun. 7. Vlaanderen 1 - (Koninkl. Fanf.) Eerste uilvoering P. Lebrun, Tweede deel. 1. Saltarelle (Koninkl. Fanf.) Eerste uitvoering D. Van Reysschoot, 2. Chamon d'Antonine (M, Vander Mens brugghe) J. Toussaint De Sutter. 3. A, Lamento uit opéra Le Cirque Mir te R. Herberigs, B. Berceuse - (Mme Rhel) Uit «Fran cesca j R. Herberigs. 4 A. Lenlelust p Lebrun. B. Aria uit «Cirque Mirtor (M. Lille) R. Herberigs, AANKONDIGINGEN Gewone 0.15 de regel. In't blad 0.30 de regel. Rechterlijke 1 fr. de regel. Groote en langdurige volgens overeenkomst. Bekendmakingen buiten West- en Oostvlaanderen worden ontvangen bij AGENCC HAVAS, te Brussel Handschriften worden niet teruggezonden. Naamlooze schriften worden niet in acht genomen. Briefwisselaars worden verzocht telkens hun volledig adres op te geven. Ieder boek waarvan twee afdruksels zijn ingezonden, wordt besproken. DRUKKER UITGEVER INSCHRIJVING bulten België vracht er bl/.

HISTORISCHE KRANTEN

Het Ypersche Volk (1910-1915, 1927-32) | 1913 | | pagina 1