Bijvoegsel aan «HET YPERSCHE VOLK» van Zaterdag 27 September 1913
De Koning
Roodhuiden
fPEft ABBBJIDISSEHIEHI
Rond de Wereld Naar Amerika
U
DK INVLOED DER GAZETTEN
WERVICK
LICHT, a. u. bi.
Voor uwe Gerben
Casier-Van Elslander
Sedert Januari hebben wij herhaalde
lijk geschreven over de loge-schandalen in
Congo.
Alswanneer, met het begin van 't jaar,
de protestbrief en beschuldigingsakt van Pater
CAMBIER t9gen den Staatsprokureur, Vry-
metselaar, Protestant,Zweed Munch openbaar
gemaakt werd, was het eene a geheele ver
slagenheid in de Loge... h t regende solfer
en vuur op den tempel... de vrijmetselaars
waren verpletterd, daaraan hadden zij zich
niet verwacht, en ze wisten niet hoe zich uit
nesten getrokken, heel hun duivelsplan viel
in duigen.
Alswanneer een katholiek Minister
voor het minst den schijn toonde te twijfelen
aan de protestatiën van de katholieke Zen
delingen en op eene voor het minst onbe
hendige wijze tegensprak en tegenschreef
ter verbazing van heel het katholieke
land dan steeg er een jubelkreet op uit
de logekrochten, het spel was nog niet ver
loren, de kans keerde ten baste, de vrijmet
selarij mocht op de twee ooren slapen en
eene voor haar nog voldoender toekomst
verwachten... Wat dingen! een katholiek
Minister geeft troef in de vrijmetselaars
kaart Wie had dat van zijn leven kunnen
verhopen
Alswanneer men raadt hoe de
vervolgde en tenden-uit-afgema: telde Zen
delingen het stilzwijgen werd opgelegd, al
hoewel de aanvallende katholieke Minister
niet zwijgen zou om deze ten gronde toe te
kleineeren die niet meer antwoorden kon
den... dan, o dan 1... was het zegefeest in de
loge... en het ordewoord werd gegeven aan
de vrijmetselaarsbladen den strijdhoorn te
gen de katholieke Zendelingen te doen
schallen...
Een nieuwe strijd begon. Wij hoorden
alsdani.. dat er in Congo moest gewrocht
worden om de Zwarten te beschaven doch
dat de Chpistene beschaving te hoog, te vol
maakt was voor wilde negers, dat men nog
wachten moest tot latere tijden en eerst een
middelweg inslaan, trapsgewijze vooruit
gaan, een middelmatige verbetering aanne
men, t. w. het invoeren onder de Zwarten
van de Musulmansche beschaving en religie.
Dat kwam uit de Loge, dat kwam van
mannen zonder religie, voor wien, ten nutte
van anderen,alle godsliensten even goed zijn
uitgenomen den eenen waren katholieken
godsdienst, 't Was een nieuw middel tegen
de Zendelingen, tegen de Kerk.
Y^ij hoorden alsdan ook... dat de ijver
y^n de |atholieke Zendelingen te prijzen is
doch somtijds en in sprpmige kwestiën veel
te hevig en te vurig 5 dus dat hy wat moet
ingetoomd worden vnl. in zijne bestrijding
van de veelwijverij. De veelwijverij, zegde
men, in haar eigen wellicht een lageren trap
van beschaving, is bij de Zwarten aan te
nemen, ligt in den aard van het volk, is
hijgevolg zoo slecht niet. De Zendelingen
missen met hun stelsel van christen huwe
lijk te willen - invoeren.
Dat kwam uit <jö Loge, dat is een onzedelijk
stelsel tegen de meest af loende verklariogen
der volkenkunde, tegen de ontegenspreke
lijke uitslagen van het christen beschavings
werk. Dat is een stelsel aangenaam aan som
mige ambtenaren in CoDgo, die in onze Zwar
te Colonie een bijzonder voorbeeld geven
van deugden en niet alleen schandelijk leven
en loopen en reizen met eene bedorvene
bijzit; maar, te wete van iedereen, een hoop
zwarte vrouwen bezitten ter walgelijke vol
doening van hunne dierlijkste driften.
Is dat te verwonderen Uit de Loge is
nooit iets anders dan proper en zuiver geko
men met de welriekendste geuren van eene
eigenaardige deugdzaamheid. En 't zijn die
log-isten die onze Zwarten gaan beschaven
naar de begrippen der vrijmetselaars zeden
leer 1
Propere beschaving 1
Is het dan niet noodig, Katholieken, onze
katholieke Zendelingen te steunen, te ver
dedigen, te wreken 1 Is het dan niet noodig
de verschrikkelijke Congoleesche wantoe
standen openbaar bekend te maken, te
schandvlekken en te bestrijden
Welke toekomst voor ons Congoland
moeBt de vrijmetselarij meester blijven in de*
Admiaistratie.
Welke toekomst voor ons Congoland
moest een vrijmetselaars gouvernement in
België meester zijn.
Dat mag niet, dat zal niet 1
r*i
Die bekentenissen hebben ons een weinig
van de werke weggeleid... ter zake.
Met het begin van Oogst hebben wij laten
weten,aangaande de eerrooverij welke Pater
pambier te lijden had, dat de aanklaagster
van den Prefect van Qpper-Kasa'i, de bedor-
venelvijftienjarige Mpchidikwabe voor den
prokureur-genepaal Duchaine verklaard had
gelogen te hebban en dat heel de beschuldi
ging tegen den grooten Zendeling een uitvin
ding was, een plan tegen hem gesmeed.
Niet een katholiek heeft ooit geloof ge
hecht aan de eerroovende beschuldiging
tegen den vermaarden Apostolischen Prefekt,
en... wij meenen wel dat de Minister onzer
Colonië niettegenstaande zijne voor ons
onbegrijpelijke ministerieele handelwijze
als katholiek ook nooit een twijfel had tegen
de eer van den roemrijksten onder al onze
Afrikaanders.
Yan waar dan, bij een verstandig en zoo
hooggeplaatst man.die driftige opstand tegen
de Zendelingen Toch zeker tiet om vuile
potten wit te wasschen Was het om de eer
te redden der Administratie Geen beter
middel daartoe dan al die vuile en ondeu
gende potten er uit te bannen.
Nu, met Oogst 11. liet op eene hem ge
stelde vraag de Minister weten dat voor
aleer uitspraak te doen over heel de zaak bij
nog het volledig verslag van Prokureur-
generaal Duchaine van doen had. Wij zeg
den daarop dat we tot dan zouden geduld
hebben.
Weltu het is geweten dat dit volledig
verslag niet met den laatsten CoDgoboot,
verleden week Dinsdag, toekwam maar
sedert omtrent vier weken het in handen is
van den Minister. De Minister was sedert
dien met verlof, wellicht heeft hij zijn rust
dagen benuttigd om op zija gemak kennis te
nemen van de gewichtige stukken.,, doch
nu... nu...
Nu is de tijd gekomen van te spreken.
Heer Minister Jicht 1 licht over heel de
zaak.
MENGELWERK
1
DER
1
Bij het graf
van den Zwarte-Vogel.
We moeten ze uit al onze krachten be
strijden en edelmoedig de katholieke pers
ondersteunen die den goeden strijd strijdt.
Alle goddeloos blad uit onze huizen 1
Nooit een blad koopen van onze tegenstre
vers dat ware krijgsvoorraad aan onze
vijanden bezorgen.
Dat elke[katholieke familie haar katho
liek blad hebbe 1
Werkt tot verspreiding der katholieke
bladen.
Geeft haar uwe aankondigingen eischt
ze in openbare plaatsen, in de hotels, res
taurants, koffiehuizen en koopt in de sta
tiën katholieke b'aden.
Het artikel van onzen Waalschen confra
ter is uitmuntend van tijd tot tijd moet er
eens op de trom geslagen worden, want zoo
wel aan het kwaad als aan het goed, dat de
gazetten kunnen stichten, wordt dikwijls
eerst gedacht a's 't te laat is.
Syndikalisme
Er zijn op dit oogenblik 105.000 leden
ingeschreven bij de Christen Syndikaten.
Het is het officieel cijfer medegedeeld door
E. P. Rutten.
Volgens eene statistiek over eenige dagen
in Vooruit verschenen telt de socialistische
partij 116.000 ingelijfde.
Als men denkt dat de socialistische partij
twintig jaar voren is in syndikalisme, is de
uitslag der christene syndikaten troostend
en ook hoopgevend daar de rooden schier niet
meer vooruitgaan terwijl de christene vak-
vereenigingen met reuzenschreden hun le
dental vermeer eren. Nog enkele jaren en
de Roode zijn overwonnen.
Doch nooit hadden de rooden zoo talrijk
en zoo sterk gestaan, zoo geweldig moeten
bestreden worden indien de kathelieken,
gehoorzamend op het woord van Leo XIII
in Rerum Novarum seffens hand aan 't
werk hadden geslegen indien de werkers
van het eerste uur en de werkers van du nog
geen lakensweerdigen tegenstand hadden
tegengekomen vanjjwege katholieken zelf.
Mocht de taak der christene propagandis
ten meer en meer vergemakkelijkt"!,worden
om honderd duizende nieuwe leden aan te
werven want er zijn in België nog meer dan
600.000 ongesyndikeerden.
Oom Klopaert op ronde
Zóndag speelde de nieuwe kerkorgel voor de
eerste maal de hoogmisse. Heere toch Wat
verschil in 't begeleiden van den zang tusschen
't muziek van eeüen indrukwekkenden orgel en
dit van een arm getrek van eenen harmonium
Hoe aangenamer, hoe melodischer, hoegrootsch
en hoe schoon
De zangers ook voelden het en zongen nog
beter nog schooner dan voorheen. En, spreken
de van zingen, zegt eens, heeren zangers, gij
zult het van wegens Oom Klopaert niet kwalijk
nemen niet waar, zoo hij u aanwakkeren duift
de wekelijksehe repetitie wat beter en
regelmatiger hij te wonen, ten einde M. Van-
steenbrugge toe te laten en de gelegenheid te
geven u grondig in den kerkzang te onder
richten en uwe stemmen met deze van den orgel
te accordeeren 't Is toch om te zingen, en
om te zingen zooals het behoort dat men naar
'I okzaal gaat, meenen wij, en niet om mondje
toe te spelen, en om boven de hoofden van de
menschen te kunnen loeren. Is 't niet waar
Onder u zal er immers niemand ontkennen dat
er ondertusschen niet meer dan één gevonden
wordt bijzonderlijk onder de achtienmaan-
ders die wat al te veel op Pier Krinkels
vinke gelijkt-
Geen land misschien waar de Katholieke Kerk mier vooruitgang maakt als in Ameri
ka. Doch daar wordt ook gewrocht door een ieverige geestelijkheid die naar alle middel
uitziet om het waar geloof te verspreiden. Wij hebben in voorgaande nummers reeds gewe
zen op de werking van den Belgtschen-Amerikaanschen Priesterbond [ten voordeele des
uitwijkelingen. Nu iets anders.
Men moet in sommige deelen van Amerika rekeniDg houden met de ongehoorde uitge
strektheid van
zekere bis
dommen
Sommige stre
ken zijn zoo
ver afgelegen
dat ze haast
nooit door
katholieke
priesters kon
den bezocht
worden. Daar
om dachtmtn
eerst op ht t
inrichten van
een chapel*
car d. i. een
spoorwagen
kapel, die
dank aan de
aldaar beken
de goede me
dewerking
der spoorweg-
De Auto-kapel compagniëo,
kosteloos op de verschillende spoorlijnen vervoerd werd. De chapel-car gestuurd
naar de uitgestrekte landen van het Westen diende er als kerk. Doch deze reizende kapel
kon enkel de menschen bedienen die dicht bij de spoorlijn woonden. Voor 't binnenland was
zij echter van geen nut. Daarom heeft men daar nu de Auto-kapel uitgedacht.1^ 1
E9ne rijke onbekende dame heeft da eerste motor-kerk wag sn geschonken, gebouwd
door een der grootste automobielfabrieken onder kerkelijk toezicht, 's Nachts isjj het vo-
rendste deel van den Auto ingericht alsj«8laapwagen voor twee priesters? waarvannen
.;.'F t L '1 'Vjvj.rgg*
srfv* |T T II
Jantje Tandt had reeds dikwijls bemerkt dat
er door de opperlucht van Pier Krinkels hjr-
berg, altijd op dezelfde plaats en zonder roeren
en poeren eene wijdgebekte vinke zat te loeren.
Uren op uren, keer op keer had Jantje reeds
staan wachten tot de vinke toch eenmaal zou
slaan of elders zou kijken. Doch te vergeefs.
Maar vader, sprak Jantje, toen hij
zekeren keer peizend te huis toe kwam, hoe
komt het toch dat Pier Krinkels vinke altijd
zingensgereed zit te gapen maar nooit niet 'n
slaat
Janlje, antwoordde de vader, Pier
Krinkels zette daar de vinke voor den glans
harer pluimen, voor het overige ze gaapt maar
voor de mode, z'is immers gedroogd en opge
vuld
Als men nu onze schoone keike binnentreedt
ziet men sedert eenige dagen, hier en daar langs
pilaar en muur eene kaart hangen waarop in
groote letters gedrukt staat Het is streng
verboden in de kerk te spuwen.
Weihoe, een verbod hetwelk men tot nu toe
enkel in vischmijnen, spoorhallen, schouwbur
gen, enz. enz. uithangen ziet moet dan voor
Wervicks kerke, voor 's Heerens tempel, voor
't huis Gods genomen worden Wat in kazer
nen, kostscholen, verbeteringsgestichten, ge
vangenissen enz. enz. strengelijk vervolgd en
onmedoogeud wordt uitgeroeid, moet in Gods
woonst worden te keer gegaan
hunne knieën tot bij de vlam om te war
men, zonder aan het stuk vleesch te ko
men dat nog niet doorbraden was.
Helaas ja, en't mocht zelfs liet langer meer
duren
Schaamtelooze, onweerdige vuilaards, klein
in getal 't is waar, maakten op sommige plaat
sen van de kerk een echten stal, en heele opper
vlakten walgelijk spog deden de welopgevoede
menschen van afkeer het hoofd afwenden Een
koewachte" eerbiedigt meer een versehgemeste
stal, en een wildeman spuwt met meer omzich
tigheid in eenen mesthoop 1 't Is eene schande
In de kerk zijn spuwers en spochers op hun
ne plaats niet. Want wie zou kunnen gelooven
dat zulke lieden kristelijk en katholiek zijn of
het ooit hebben geweest Zij komen maar naar
de kerk omdat zij moeten de eene gedwongen
door vader en moeder, de ander uit vreeze voor
zijn wijf. Anders zage men ze niet.
Wij weten het genoeg, de plichligen zullen
deze regels riet zien, onder de lezers van Het
Ypersche Volk vindt men die niet 1
Doch wij kunnen niet nalaten, nu vooral dat
de omstandigheid zeer wel past, zoo eene ge-
meene, onweerdige daad zonder omwegen te
schandvlekken. Tevens doen wij eenen oproep
tot alle deftige, welopgevoede, kristene, katho
lieke lieden in het vervolg als 't nog voor
vallen zou de pliebtigen hunne walgelijke
handelwijze te helpen afleeren. Wanneer bij
voorbeeld in de toekomst een vuilaard nog de
kerkvloer bespuwt, dal al wie er bij zit zich van
hem verwïjdere, dat men hem alleen eD ver
laten late zitten midden zijn walgelijk spog en
in eene ronde van meters en meters groot. Hij
zal de les verstaan. Ten anderen men heeft
zulke lieden zoo schrommelijk niet te duchten,
want moesten zij 't zij zoon, 't zij vader,
te huis, in kamer of keuken rond hunne ooren
en met heele plaasters den vloer bespuwen,
't zou er anders luiden Hunne moeder of hun
wijf, gave den walgelijken rekel van eenen
jongen eenige klinkende vijgen om de ooren, of
ze sloeg haren vuilen vent alzoo een vijf en
twintig ke'eren den bezem op den kop saaagspfe.
Oom Klopaert.
Huwelijk. Dinsdag laatst had in de paroS
ehiale kerk van Wervick het huwelijk plaats
van Mijnheer Aimé Blockeel, hoofdonderwijzer
aan de kath. knechtenschool van Komen-ten-
Brielen met Mejuffer Martha Allegaert. -«««a
Zijne talrijke vrienden wenschen [Aimé,~aïs-
mede zijne jonge gade 's Heerens zegen, en vele»
geluk en voorspoed in zijnen huwelijken staat
Bouquets, BloemkorvenRouwkronen
en Tafelgarnituren
WEND U TOT HET HUIS
Maar wat zagen zij voor huime oogen!?
't Vervolgt, t
r*i
Zeg niet er is geen zaak Cambier meer,
vermits de beschuldigster bekend heeft ge
logen te hebben.
't Is waar ER IS GEEN ZAAK CAMBIER MEER
maar ER IS EENE ZAAK LECLERCQ-MUNCH en
deze is allerergst, deze moet opgelost worden.
Neen er is geen zaak Cambier meer
ten a ideren, voor alle katholieken is er nooit
een geweest, 't Stond klaar bewezen, van
eersten af, dat de groote zendeling in die
eerlooze beschuldiging van kindermoord het
slachtoffer was der boozen. Had er eene
zaak Cambier geweest, de Pater had aan
prokureur Munch niet geschreven en dit
schrijven zelf niet openbaar bekendgemaakt
in Belgie. Daarbij komen thans als bekrach
tiging de bekentenissen der bedorvene
zwartin...
Neen er is geen zaak Cambier maar de
zaak Leclercq-Munch staat daar en moet
klaar getrokken worden.
In welken toestand bevinden zich, volgens
het verslag Duchaine, die twee magistraten
van Lusambp (twee ambtenaren der vrij
metselarij in Congo)
Het is substitut Leclercq die de eerste de
beschuldiging van wege de jonge Muchidi-
kwabe heeft ontvangen. Hoe komt het dat
dit boos kind Pater Cambier in de zaak heeft
gemengeld Wie heeft Paters naam er mee
gemengeld? Wie? de zwartin of... de sub
stitut? (De substitut die toch, na vruchteloos
de familie van M. Jules Cambier, Paters's
broeder, geduiveld te hebben, te voren ver
klaarde We zullen er den Pater inlap-
pen!) Ongetwijfeld staat het antwoord op
die vraag in het verslag Duchaine, het land
moet dit antwoord kennen.
En heeft men ter gelegenheid van die
droevige zaak niet onderzocht hoe Muchidi-
kwabe haren man ontvluchte... Was dat
misschien op het aanraden van een Blanke,
die inzichten had Daar zijn zooveel aardige
en heel stichtende historiekes voorgevallen
in Congo.
En wat den kindermoord betreft is er
een kind vermoord geweest Toch alleszins
Niemba's kindje niet. Het kind van die brave
vrouw uit de Missie, is een natuurlijke dood
gestorven en 't was een zwart kindje... En
zoo er kindermoord gepleegd werd, was het
van een gemengdkleurig kindje en zoo
ja wiens kind was het van een Blanke vrij
metselaar en wie vermoordde het of deed
het vermoorden
Niets, niets van heel die zaak mag onver-
openbaard in de cartons verdoken blijven
van het ministerie.
En prokureur Munch
Die gevi ij metselaarde protestantsche zweed
liet, in April 11. weten aan den Minister dat
hij overtuigd was dat Pater Cambier plichtig
was.
'k Vraag het ul in April 111 en 't was
sedert vier maanden t. w. sedert de pu
blicatie van Pater Cambier's beruchten pro-
testatiebrief dat Munch niet meer veroer-
de, geen onderzoek meer had ingesteld...
('t Laatste onderzoek was zeker einde 1912 te
Staats-Luluaburg waar hij laffelijk de arme
Niemba en eene gezellin aanhield en gevan
gen bracht daar hij, prokureur, aldaar juist
vertoefde met zijne blijgezinde bijzit-reisge-
zellin
Ziet gij dien eersten schielijken uitslag van
Pater Carpbier's krachtdadige protestatie
tegen zijne verdachtmaking tegen de onwet
telijke aanhouding van Niemba, tegen de
onrechtveerdige prpceduur-wijze, tegen de
eerlooze schandaalverwekking, tegen pro-
N° 2
kureur Munch Munch de arme vrijmet
selaar is plat geslagen, hij roert noch keert,
hij spreekt noch schrijft, hij is stom en doof,
hij is koes... zelf (zoogezegd) ziekgevallen.
Hoe verstaat men dat van wege een
magistraat die overtuigd is van de plichtig-
heid van een verdachte en die door dezen
verdachte zelf beschuldigd wordt zijn ambt
te buiten getreden te zijn en onwettelijk ge
handeld te hebben.
Was vrijmetselaar Munch niet 't akkoord
met vrijmetselaar Leclercq in de eerrooverij
tegen Pater Cambier?... De zweedsche pro
testant Munch zat zelf in de valle die hij op
maakte tegen den katholieken zendeling...
en hij wist niet hoe eruit gerocht.
Heer Minister trek gij hem eruit, op de
wijze wel te verstaan welke hij zal verdiend
hebben volgens het verslag Duchaine, trek
hem uit de valle en uit Corgo.
Vervolg :-
1 En van daar is de groote vrees gekomen,
die de bijgeloovige bewoners der woestijn
voor dien berg hebben.
Maar ook, "waarom, riep Dondervuur
uit die de jongste der hoofdmannen was. en
hem minst kon inhouden waarom ons hier
samenroepen, als liet nacht is Konnen de
zaken zoo wel niet geschikt worden bij klaren
dage als bij het licht der maan l
't En is hier niet, maar ginder... zei
de Groote-Wonde; eu hij wees al bevende
nar den grafheuvel. Dat de Zwaile-Yogel mij
genadig zij
De Zwarte-Vogel kan mij hier komen
(1) D eKoli in gd e r Rooill mi den, J. Demeester,
Rousselaere, fr. 1.50.
De coloniale vrijmetselaars hoopten dat de
Belgische katholieken de zaak zouden effen
laten eens dat Pater Cambier's eer hersteld
was.
In 't geheele niet. De zaak zal effen gelaten
worden eens dat zij heel en al zal vereffend
zijn, anders niet. Dat willen, dat eischen wij
voor de eer van het koloniaal Ministerie,
voor de eer van België. Wat in Congo ge
beurde viel nooit voor in koloniën van andere
landen, zelfs niet in Protestantsche noch in
Fransche. De eer van onze zonen, onze
broeders, onze vrienden die, ginds ver in
't Zwarte land, goed en bloed ten beste
geven voor de christene beschaving, eischt
de vereffening der zaak.
Zoo moet het zijn, zoo zal het zijn, anders
is de toekomst niet veilig voor onze zende
lingen in Congo. De vrijmetselarij zou
weêrom zegepralen en, geleerd door de
ondervinding dezer zaak, tegen de eer der
zendelingen nieuwe duivelsplannen smeden
welke, boozer en doorslepener opgevat, zoo
gemakkelijk niet zouden klaar getrokken
worden als de zaak Cambier. •■êfm&j
Het Katholieke land verwacht het woord
van den Heer Minister. We durven nog ver
hopen dat hij met krachtdadigheid de noo-
dige maatregelen nemen zal en alzoo eens,
als Minister van Koloniën, de verkleefdheid
en dankbaarheid van het katholieke Vader
land winnen, zoo die onze groote hoofd
minister de Broqueville, van het eerste uur
af, heeft gewonnen. BEFGA. j
halen, indien hij wil, voegde Beertje cr bij;
maar ik en zal mij in zijne klauwen niet
gaan werpen 1
En bevreesd over zijne spreekwijze, na
derde hij vol angst dicht tegen het vuur, en
zei tol den ouderling
Gij zegt, eerweerde Wasliaki, dat gij
niet weet wie er den schicht geworpen heeft,
die tegen de deul' oiizel' woning is komeu
vliegen
Geduld 1 antwoordde- de oude raads
man men moet kunnen zwijgen en zijne
nieuwsgierigheid bedwingen. Het teeken dat
wij gekregen hebben, komt voorzeker van
eenen machtigen hoofdman. De schicht, die
tot onze wigwans kwam, is een teeken van
groot gevaar voor de kinderen van Dacotnh.
Wij hebben ér op geantwoord... Laat ons
wachten 1
Alsdan kwam een zacht gerucht tot aan
hunne ooren, van redelijk verre van den
overkant van den stroom'; en hunne geoe
fende oogen zagen eene zwarte lijn, die langs
den oever lag -en welhaast op het water
vlotte.
Hugh 1 riep Timakon uit, en hij wees
cr naar ,en bezag zijne makkers.
Het en leed geen oogeinblik of zij hadden
hunne wapens vast, en lagen plat op hun
nen buik te wachten, gelijk tijgers die hun
aas beloeren.
Het was eene schuit. Zij vaarde recht naai
den vreeselijken heuvel, den stroom pp. Vier
1 Het katholiek blad l'A ml de VOrdre van
Namen roept nog eens de aandacht op het
belang der gazetten, welke hij betitelt als de
school voor volwassen en de predikstoel van
den modernen tijd.
Elkeen, zegt het blad, leest gazetten en
velen lezen anders niets.
Daarom is de pers het verstandelijke voed
sel van allen.
Daar zij zich bezig houdt met al de gods
dienstige, maatschappelijke en politieke
kwestiën, vormt zij het oordeel van de 1
volksmassa's in alle zaken.
Haar invloed is nog grooter dan deze uit
geoefend op de kinderen gedurende de
schooljaren, want haar invloed duurt het
leven lang, terwijl de invloed der school
maar voorbijgaande is.
De invloed der school ontmoet dikwijls
hinderpalen in de luiheid en domheid van
het kind.
Het is zoo niet met de perB men stelt
belang ia al de kwestiën welke zij aanvat.
Wat zou er van de katholieke bevolking
geworden, indien goddelooze meesters naar
willekeur dagelijks de ziel onzer kinderen
konden verderven
De pers heeft meer invloed dan de school,
en ziedaar waarom wij Diet vreezen te zeg
gen, dat 't met een volk gedaan is, indien
men aan de gcddelooze pers toelaat haren
noodlottigen invloed uit te oefenen.
De pers, de gazet is de grootste [predik
stoel van den huidigen tijd.
Zooals het volk zich schaart rondom den
stoel der waarheid, van op[welken een rede
naar van talent zijne stem doet hooren, zoo
luisteren menige hoopen menschen naar de
stem der pers en gelooven al wat zij ver
kondigt.
Meer, de invloed der pers is grooter
dan die van den uitstekendsten redenaar.
De predikant verkondigt strenge waarhe
den welke men niet gaarne hoorthij moet
worstelen tegen de driften en de vooroor-
detlen.
De pers vleit, maakt zich belangwekkend;
men luistert er gaarne naar en men stelt er
een blind vertrouwen in.
We mogen dus niet onverschillig blijven
als wij de Blechte gazetten het vergift van
het ongeloof zien verspreiden, in de ziel den
baat zien storten tegen] alles wat aan den
godsdienst raakt.
kloeke armen dreven ze door h'et water. Als
zij te midden den stroom kwam, scheen zij
te aarzeleen; en omkeerende, liet zij haar
met den stroom nederdrijven naar de plaats
waar het vuur nog altijd brandde.
Al met eens stond een der roeiers recht
in de schuit en hij liet drie maal te reke
het geschreeuw van den uil hooren.
De vier oorlogsmannen, die dezen schreeuw
moesten kermen, stonden op.
De roeiers staken h'unhe roeispanen omhoog,
cn de schuit lag welhaast aan boord. Twee
groote, kloeke Indianen stapten er uitde
eene was in den bloei zijner jaren; de an
dere was reeeds over de helft. Zij staken
hunne handen uit tot de krijgers, die ze
groetten met de bekende namen
Red-Cloud
Spotted-Thal
Het waren twee vermaarde opperhoofden
van de streken die onder het toezicht van
de Vereenigda^Staten stonden.
Zij zetten hen bij het vuur, zonder een
woord te spreken, en droogden hunne natte
kleaderen. Zij eir waren niet te onderscheiden
va'ri de andere wilden., tenzij door de blin
kende beeltenis van Washington, den voor-
zilelr der Vereenigde-Staten, die met een kos-
telijken band over hunnen hals hing.
Zij namen de schoonste plaatsen, aanstaken
lmnne pijpen, gelijk ware Roodhuiden, legden
hunne wapens, nevens hen neder, en staken
1 11
m b
-■
De auto-kapel gereed om het H. Misoffer op te dragen,
natuurlijk een bekwaam chauffeur-mecanicien is. Overdag is het achterste deel in eene
kapel herschapen. Merkt wel dat de wagen enkel dient als koor; daarbij heeft men een
tentzeil dat aan de achterkant aan den geopenden wagan verbonden is en op de «prairie)),
opengesteld. De auto-kerkwagen trekt door al de min bevolkte streken van het uitgestrekte
Westen waar een priester nooit of slechts zelden komen kan en doet veel goed.
Maar zij en spraken nog niet I
Dondervuur. die daarover verwonderd stond,
vroeg hun
Gij zijt het zeker, groote koningën, die
ons samengeroepen liebt voor dezen avond,
en gij zult ons zeggen...
Red-Cloud en Spotled vielen hem in de
rede
.Wij en weten niet meer wat er gaan-
do is als gij, zeiden zij, Wijl hebben den
schicht gezien, en wij zijn hier!.,.
Zij waren allen in de grootste verwon
dering. Wie mocht er die groote mannen sa
mengeroepen hebben, zonder te zeggen waar
van er sprake was Eén alleen was
genoeg gekend, en had invloed genoeg op
al de stammen, om zulks te durven oden.
Maar die man was verdwenen sedert drie
maanden, en niemand wast wat er van hem
geworden was. Er wierd gezeid dat hij in
de handene gevallen was der Witten, die hij
menigmaal aangerand had en overwonnen.
Altijd was het zeker dat zijn hoofd ten prijze
gesteld was, en dat hij, is 't dat hij nog
leefde, genoodzaakt was hém te verschuilen.
't En kon dus h ij hief zijn. Maar was het
h ij niet, wie mocht het dan wezen
Terwijl dat zij alzoo hij hen zèlven dach
ten, hoorden zij drie maal den schreeuw
Kiezerslijst. De lijst der kiezers van Wer-
vick, voor het jaar 1914 1915, voorloopig vastgei
steld door het schepencollege op den 31 oogst
laatstleden, bevat
A) Vcor de Kamer van Volksvertegenwoordi-
1372 kiezers met 1 stem 634 met 2 stemmen
267 met 3 stemmensamen 23J2 kiezers en 3508
stemmen.
B) Voor Senaat en Provincie
1024 kiezers met 1 stem 619 met 2 stemmen
267 met 3 stemmen samen 1940 kiezers en 3123
stemmen.
G) Voor de Gemeente
1020 kiezers met 1 stem 523 met 2 stemmen
131 met 3 stemmen en 151 met 4 stemmen samen
1826 kiezers en 3067 stemmen.
Vergeleken met de kiezerslijst verleden jaar
opg imaakt voor 1913-1914, is er eene vermeer
dering
Voor.de Kamers,van 23 kiezers en 51 stemmen
voor Senaat en Provincie, van 24 kiezers en 6)
stemmen en voor de Gemeente, van 39> kiezers
en 65 stemmen.
van den uil in een sperrenwoud dat nabij
den zijsfroom gelegen was.
De krijgslieden keerden hunne oogen naar
dien kant ,maar zij en zagen niets roeren.
Red-Cloud deed teeken naar Timakon, en
deze kroop, gelijk eene slang, tusschen het
droog riet, dat het al was dat men liet zag
verroeren.
Eenige oogenblikken later stond hij recht,
twee honderd stappen verder, en doorpeilde,
met zijn scherpziende oog, het dikbegroeide
sperrenwoud.
Drie manneh kwamen te voorschijn, cn
naderden Timakon, hunne handen uitsteken
de. Deze ging er naar toe en stak ook
zijne hand uit.
Wie zijt gij was zijne vrage.
Opperhoofden I
Van welke volkeren
Van de Indianen der heuvelen waar
de zon ondergaat.
De krijgers hebben teeneh naam. Welk
is de uwe
Roode-Pluim,,. Alexander-de-kalispell... Tra-
zi-Horse
't Is wel L. Ik hen Dondervuur... Was-
haki. de raadsman van den Serpenteustam,
cn vier andere hoofdmannen .zitten ginder...
Er is plaats voor u bij het raadsvuur... Komt!
Timakon hood ze zijnen makkers voor.
Hunne aamefl deden ze hoog achten door
Kaai 43, en Meenenstraat, 8.
hunne nieuwe gezellen. Een andere boom
stam wierd bijgerold, en zij zetten er hen
op. Maar men vroeg hun niets. Gelijk Red-
Cloud en Spotted-Thal de reden der bij
eenkomst niet en kenden, die nieuwe aan-
gekomenen, alhoewel zij vermaard waren in
het Ear-West, zouden er niet meer van
welen.
Maar al met eens kwam er een schrik
kelijk verschijnsel voor hunne oogen.
De noorderwind lichtte eene vervaarlijke
donkere wolk op-, die, ondanks hare groolte;
met eene ongelooflijke snelheid voortvloog
door de lucht. Het was gelijk een onzagge-
lijk wangedrocht, dat de maan te keere ging.
Welhaast was deze overmeesterd en verdwe
nen En de aarde lag in eene gruwzame
duisternis gedompeld.
Te midden den donkeren, kwam het luid
ruchtig hinniken van een peerd tot aan hunne
ooren. Zij huiverden van benauwdheid het
gerucht kwam van den grafheuvel.
Op den zelfden oogenblik weergalmde, tot
drie maal toe, de schreeuw van den uil.
Maar niemand en gebaarde liet te hooren:
zij beefden door al hunne lidmaten.
Middelerwijl was de donkere wolk voort-
gevlogen, en de stralen der maan verlicht
ten wederom de natuur.