tl
Aan onze Lezers.
HATEN
50 Jaar. - Nummer 7.
30 Centiemen.
Zaterdag 18 Februari 1928.
rEi
Dl
Wig/
Katholiek Weekblad van het Arrondissement Yper
s£
iU
m
In den loop dezer week zal aan onze geabonneerden, een
kwijtschrift door de post aangeboden worden.
Daar het kwijtschrift maar eenmaal aangeboden wordt,
verhopen wij dat eenieder zijn huisgenooten zal verwittigen
en het bedrag betalen op eerste vertoon.
Met besten dank bij voorbaat. DE REDACTIE.
Nationaal verbond
van het hoekje grond en van den Haard.
De Conferentie
over de Congo-Kolonie.
Uis
b-
'te
»eri
en.
Bor"
ABONXEMEXTPRIJS
1 Jaar 15 fr. 6 maanden 9 ff. 3 maanden 5 ff.
Men abonneert in alle Postkantoren en in het Opstelbureel.
ABONNEMENT VOOR T BUITENLAND:
25 frank. Op het Opstelbureel alleen te vragen.
BEHEER EN OPSTEL
io5, ZONNEBEKE STEENWEG, io5, YPER
Postcheckrekening 40.201
(j. CASIER)
waar op alle v. ekedagen alle inlichtingen te bekomen zijn
van 14 tot 16 uur.
AANKONDIGINGEN Prijs bij overeenkomst.
Alle Aankondigingen moeten tegen den WOENSDAG
ten laatste ingezonden worden.
Kleine berichten en nieuws ten laatste tegen den
WOENSDAG avond.
soor
k'G,
1-\G
dt
-ER.
"ick
GE-
RE
ste;.
ider
E*
eoi'
Ier
en
hte
uk-
K Haten is de toet lucht en het wapen van
He*
lejalle overwonnen zwakkelingen. Met haat
'a%orden alle verloren zaken gediend. Ha
ften is onchristelijk en ja onmenscheüjk.
■p in vroeger jaren, toen de flaminganterie
lQ(Oog in de wieg lag moest men om wille
pan het vlaamsch, Frankrijk haten. We
deden 't scrupuleus, en nochtans wat
- wisten we van Frankrijk We kenden zijn
landbestuur, zijne schouwburgen en zijne
Bromans en wij riepen weg met Frankrijk.
Welnu de oorlog heeft ons in dezen eene
|eheilzame les gespeld. We zijn in Frankrijk
geweest, noodgedwongen, en hoeveel
franschhaters zijn eruit bekeerd terugge-
ikomen. Want het w as onze zonde en onze
dwaasheid dat wij 't fransch en de fran-
,^cbe nat;® haatten om henzelf zonder ooit
—te vermoeden dat het fransch en het fran-
,rsche volk tot iets goeds kon in staat zijn.
Tat Frankrijk minder rot was dan
eJ Duitschland, Oostenrijk, Hongarve, Tur-
n8keye en Bulgaryë te zarnert, dat heeft de
groote oorlog bew ezen en dat er goeds en
veel goeds in de franschen zat dat leerde
.ons het verblijf aldaar,
s- Wij waren bij de eerste beschietingen
le uit Yper gevlucht en het fransche gat in
getrokken. En wij die in onze franschha-
l| tende waanzin zooveel kwaad over de
franschen hadden uitgebracht wij waren
nu wel gedwongen, door den nood, om
tot onzen zuiderbuur onzen toevlucht te
nemen. Fin hoe werden wij daar vriende-
j lijk, ja hartelijk ontvangen Zoo tege-
i moetkomend en met zooveel fijne kiesch-
i heid dat wij daar stonden met het rood
der schaamte op onze wezens over al het
onzinnige dat we eermaligover Frankrijk
hadden uitgekraamd. En zeggen dat er
nog zotten zijn die na die les voortgaan in
hunnen waanzin en verblindheid, met op
dat land te smalen, en ermede te spotten
als ware er geen sekkepit goeds aan. Een
groot en een schoon, een verfijnd en edel
volk zijn de Franschen. Zij hebben voor
ons gedaan hetgeen wij voor hen niet
hadden willen doen en op zulk eene wijze
dat wij 't hun onmogelijk zullen verbeteren
of nadoen.
Reconnaissance du ventre zal iemand
zeggen.
Maar ik ben gelukkiglijk niet alleen
met mijn bevinden. Duizenden landgenoo-
ten in Frankrijk gevlucht, zijn terugge
komen met hun mond en hun hart vol van
de fransche hoffelijkheid en herbergzaam
heid. Andere volkeren hebben ook onze
vluchtelingen opgenomen. Maar hoe gauw
is de geestdrift gekoeld en zelf gekeerd in
vijandigheid. Frankrijk heeft zijne ridder
lijke mildheid en verdraagzaamheid uitge
houden tot het laatste toe. Fin ik ben van
harte blij dat ik hier die hulde van dank
baarheid kan betalen aan mijne gewezen
weldoeners.
.Maar het is geene dankbaarheid alléén,
het is bewondering Bij vele volkeren
heb ik gereisd en heb de beschaving
gezien van verschillende kanten. Wel
weinig of geen zoo beschaafd lui heb ik
gezien als de franschman van den ouden
echten stempel. Hij is alzoo edel oud en
echt van raseigen voornaamheid als de
wijn in zijn bourgognefiesschen.
Zeker er zijn gebreken aan dat volk als
volk Maar welk volk heeft niet de zijne
en waarom steken wij als het Frankrijk
geldt altijd het slechtste naarvoor. Ik heb
bedronken menschen gezien te Parijs
maar 'khebbeschonken wijven en dronken
kinderen gezien te Glasgow. Er is
Wulpse,.tid - 'jk mar is er geen
te Weenen, te Berlijn, te Amsterdam, te
Brussel. -
De franschenhebben Zo la en Maupas
sant en Dumas maar ze hebben toch ook
Bourget en Brunetière en Coppee en Bazin
ze hebben Bossuet en Bourdaloue en Fé-
nelon en zooveel andere en wie hebben
wij De fransche roman is rot maar de
hollandsche is het niet minder. En ik heb
niet meer moeten blozen voor het toog-
raarri van een boekwinkel in Parijs dan in
Amsterdam.
Het theater te Parijs is in zedelijk op
zicht beneden alles maar ik geloof niet
dat het de zedelijke peil van de Londen
sche schouwburgen hooger staat.
Kom, kom dat is alles parti pi'is. Wij
willen het goede niet zien, wij willen
slechts het verkeerde het kwade zieri, om
dat men heeft ieeren haten.
Fin nu zou men ons nogmaals willen
brengen op eene school van haat. Om
goede vlaming te zijn zouden wij moeten
Belgie haten. Doch in dien appel bijten
wij niet. Haat is te verblindend. Haat is
te moeilijk en te lastig, veel lastiger dan
beminnen En al w as het maar voor 't ge
mak wij willen Belgie niet haten. Maar
daar zijn andere redenen. Belgie is ons
Vaderland, om 't even hoe het dat ge
worden is. Hoe is Duitschland het duit-
sche rijk geworden en Engeland groot
Bretanje en Frankrijk wat het thans is.
Duitschland was een verbrokkeling van
allerhande onafhankelijke staten, verschil
lend in taal en zeden in godsdienst en in
alles en toch heeft men d tar dien staat
kundigen band omheen geknoopt die men
Duitschland noemt. Wat was Engeland,
beurtelings Keltisch Deensch Anglo Sak
sisch en Noormansch en wat is 't nu,
Fingelsch En uit welke staten is Frank
rijk ontstaan Wat moeten.de Bretoenen
de Vendeers en de Provencalers zeggen
die daar met hun eigen taal en landaard
ingesloten zitten te midden franschspre-
kende en franschdoende landgencoten.
Gmdat de Walen geen Vlaamsch ken
nen moeten wij ons daarom van hen af
scheuren. Maar Walen zijn zoo goed Ger
manen, zoo goed Nederlanders als wij zij
zijn vierhonderd jaar eerder in 't land
geweest dan wij zij kwamen in 't land
al langs de oevers van de Maas terwijl
onze voorouders langs de Schelde binnen
kwamen. Zij lieten zich romaniseeren, dat
is te zeggen namen de taal en zeden van
de Romeinen over, dat is hun eenige
schuld, verders zijn zij van zuiver Ger-
maansch bloed zoogoed als wij.
Waarom dan het separatisme uit naam
der nationaliteit Waarom dan ons van
onze stambroeders afgescheurd?
Ten anderen dat is allemaal humbug
Men moet maar een paar eeuwen in de
geschiedenis der volkeren opklimmen en
daar ziet men de theorie der nationalitei
ten eenen aardigen dans beginnen.
Maar daarover gaat het niet, nietwaar,
het gaat over grieven, het gaat over anti-
militarisme en over nog vele ander anti's
die niets anders zijn als allemaal verkapte
haat.
F.n over den haat heb ik mijn gedacht
gezegd
YPERSCHE KRONIEK
De Nationale maatschappij
van voorschotten en ie ningen, aan het
Werk van den Akker.
Hare werking te Yper.
Een woord des Konings.
In het gansche land zijn de opera
tien aan den gang, om de fondsen in
te zamelen, noodzakelijk tot het wer
ken der Nationale Maatschappij van
voorschotten en leeningen aan het
Werk van den Akker: Van den eenen
kant de Tombola, van den anderen
kant de inschrijving der maatschap
pelijke aandeelen.
De kas van voorschotten en leenin
gen is gesticht door de gezamentlijke
werking van pat.oons en werklieden,
ten bate van den kleinen burger en
den werkmandeze beide laatste
standen brengen een miljoen in de
kas, door middel der Nationale Tom
bola met biljetten aan een frank de
patroons doen insgelijks eene in-
brengst van een miljoen, bij middel
der inschrijvingen van aandeelen van
ioo fr. ieder. En de vereenigde krach
ten vormen het fonds uit welk zal
leeningen toestaan aan de lokale
comiteiten, orn gronden te koopen
uitsluitend bestemd om te trienen voor
hovingen voor den kleinen burger en
den werkman.
't Is een heerlijk sociaal werk: het
sta! iliseert het Werk van het hoekje
grond, met den grond aan den kleinen
burger en werkman toe te vertrouwen
en ze cr eigenaar van te maken, door
tusschenl.omst der lokale comiteiten.
De onderneming is uitgestrekt, wijd
opgevatZij is weerdig van dc deel
neming te verwerven van allen, die
het familiaal welzijn van den kleinen
burger en wer". man bet-achten, die
ook hun Vaderland eminnen en hun
ne krachten willen inspannen om des-
zelfs vruchtbaarheid en welvaart te
verzekeren.
De Ministerraad heelt de Nationale
Tombola toegelaten; vooraanstaande
personen van Belgie, alsmede de lo
kale comiteiten van het Werk van den
akker hebben aandeelen ingeschreven
en het grootsche aangedurfd werk,
zal en moet blorien onder Gods
zegen
Onder de beheerders der Nationale
Maatschappij van voorschotten en
leeningen, vinden wij de nanjen van
de heeren
Moyersoen, gewezen Minister van
nijverheid en arbeid, Senator; Baron
Tibbaut, eerste ondervoorzitter der
Kamer van Volksvertegenwoordigers;
Baron Ruzette, Senator; Jozef Goe-
maere, bestendige Secretaris en een
der krachtdadigste werkers in maat
schappelijke werken.
Floe de lokale comiteiten werken.
Bij middel der leeningen hen toege
staan, koopen zij een ol meer percee-
len grond, verdeelen ze in hovingen
ter groot.e van 25o tot 5oo vierkante
meters en geven ze in huur aan de ge
zinnen, zonder onderscheid van partij
of denkwijze, met vermogen van er
eigenaar van te worden bij middel
van maandelijksche afkortingen.
Alles geschiedt aan den prijs van
inkoop, want de lokale comiteiten
zijn allen vereenigingen zonder winst
gevend doel, ingericht in de termen
der wet van den 27 Juni 1921. Men
ziet de toekomst waartoe dat werk
geroepen is; de sociale werking is
afgebakend en schittert helder voor
alle personen die het opkomer.de
communisme uit al hunne krach
ten en vermogens willen tegenwer
ken
Het Werk van het hoekje grond,
ontstond over een dertigtal jaren;
Minister Beernaerl, de schepper der
wetten op de werkmanswoningen was
er de eerste voorzitter van.
Het meerendeel der Europeesche
Staten hebben, onder verschillenden
vorm, den weg der navolging ingesle-
gen en hebben wetgevingen daarmede
in verband.
In Yper, ontstond het lokaal comi-
teit, onmiddelijk na den oorlog, onder
het voorzitterschap van M. Charles
Swingedouw, en versmolt zich m t de
Koninklijke Holbouwmaatschappij
in 1922, onder het gemeenschappelijk
voorzitterschap van M.Nicolas Van
Win sen.
In den schoot van het bestuur der
Koninklijke Hol bouwmaatschappij,
is het comiteit onlangs opnieuw her
vormd in vereeniging zonder winstge
vend doelzijn weg ligt open tot ver
heffing der huisgezinnen, tot bestrij
ding van het dure leven, den weg tot
veredeling der gevoelens, tot hoogere
zedelijke volmaking onzer volksklas.
Immers de tuinarbeid is een waar
devolle factor van vorming en eene
bron van persoonlijke hoedanigheden
en burgerdeugden: zindelijkheid,
orde, spaarzaamheid, vooruitzicht,
schoonhei isgevoel en eerbied voor
een anders goed.
Een dézer laatste dagen heeft
Z. M. de Koning in verhoor ontvan
gen M. Moyersoen, Oud-Minister,
Voor itter der maatschappij van
voorschotten en leeningen aan liet
Werk van den akker, cn M. Goe-
maere, bestendige secretaris van het
Nationaal verbond van het hoekje
grond.
Die herren gaven te kennen dat er
hedendaags meer dan een millioen
hoekjes grond bestaan, jaarlijks een
milliard opbrengende.
Den eigendom van den grond ver
volgde M. Gocmaere, is het doel van
arbeid, de vrucht der spaarzaamheid;
dien weg openen voor de nederige
man, is eene nieuwe reden om het
Vaderland te beminnen: wij zullen
van heele scharen kleine burgejs en
werklieden, kleine grondeigenaars
maken, door hun de middels te ver
schaffen om een eigen p rceel hoving
te verwerven.
Waarop Z. Mde Koning antwoordt
Ik schrijf mij in, nevens de deelnemers.
De inschrijving des Konings als
aandeelhouder, nevens de werkman,
nevens de burger, nevens den edel
man, 0111 den eigendom van het hoekje
grond aan den nederigen man te ver
zekeren.
Wat edel gebaar
Mocht dit hoog voorbeeld gevolgd
worden door alwie het Vaderland ge
lukkig en vreedzaam wil.
Het bestuur van den Handelskamer
had Zaterdag 4 Februari eene Confe
rentie bezorgd voor hare leden, de or
M Janssens, bestuurder in het Mi
nisterie van Koloniën.
De heer Ja .ssens had aanveerd te
komen spreken over Congo-Kolonie
op handelsgebied.
De heer Vermeulen, Voorzitter,
stek de heer Conferentiegever voor,
in gepaste woorden.
M. Jansser.s geeft eene kortbondige
geschiedenis over het ontstaan der
Kolonie, en hoe zij door het genie en
de taaie wilskracht van Koning Leo
pold II tot stand kwam, en na welke
lotgevallen zij van het Nationaal Do
mein deel maakt. Aan de Belgische
schatkist, kost de kolonie alleenlijks
ene uitgave van een m dertig mil-
licen acht honderd duizend franks.
De reserven der Kolonie z jn onuit
putbaar, (zegt de spieker), en het ge
slacht dat ons zal opvolgen, zal daar
eere bron van rijkdom vinden, waar
van men zich geene rekening kan ge
ven, nadat die strel en 80 maal de
groote van Belgie in uitbatings-
weerdc zullen gel racht zijn door het
aanleggen van routen, ijzerwegen,
factorerien. handelshuizen, stapel
plaatsen, missieposten, hospitalen,
scholen.
Van nu al reeds, levert de Congo-
Kolonie een rr gelmatigen uitvoer van
Ca utchouc, Copal, Vellen, Hout,
Tin-, Ijzer- cn Kopererts, Diamant,
Goud, Pal: olie, Ivoor. Katoen, Kof-
fiebo .nen, Plantenvezels, Radium.
De landbouw in de Katangk is ook
zeer ontwikkeld en levert rijke oog-
s n op.
Men voert in Ge we fsels, schoe
nen, bi "ren, quincaillerie, alaam, glas,
enz. Maar ongelukkiglijk zijn het
vreemde firmas die aan het hoofd zijn
'Engelsche, Fransche cn Duitsche.
Het Ministerie van Koloniën spant
al zijne krachten in, om den Belgischen
handel tot eene groepeering te bren
gen cn de plaats te doen innemen,
door vreemden in onze eigen Kolo
nie, ingepalmd.
Alzoo sprak M. Janssens met gloed
en overtuiging en wierd met belang
stellingen aandacht toegeluisterd.
Beurtelings bedankten hem ó'hcer
I Vermeulen en d'heer Burgemeester
Sob'ry over zijnelecrzarnc conferentie
en'drukte)! den wensch uit dat zijnen
oproep mocht aanhoord zijn en
vruchten dragen.
Vóór den oorlog telde Yper 17.000 in
woners: 't was een stil, aangenaam en net
stadje met weinig, heel weinig nijver
heid; stad van garnizoen, van welstellen
de menschen waar handel bloeide, dank
aan de omliggende gemeenten, dank ook
aan het garnizoen, aan de weldadigheids-
school die ten deele konden opwegen
tegen de ontbrekende nijverheid.
Maar de oorlog barstte uit, en gelijk
aan eenen vooruitgeschoven wachtpost
had onze stad den grootsten last van den
strijd te d' agen. Yper wierd ten gronde
toe vernield, maar hare vernieling verze
kerde de onafhankelijkheid van ons land.
Niemand zal, noch kan betwisten dat
Belgie daar eene schuld inboekte ten
voordeele van Yper, en dat deze schuld
maar effen zal kunnen gerekend worden,
wanneerYper in zijn vooroorlogschen toe
stand zal hersteld worden.
Het Staatbestuur moedigde onze Stads
genoten aan, en in groot getal trokken ze
naar hunne moederstad terug, en gelukten
erin hunne huizen herop te bouwen, en
leven te verwekken, daar waar den
oorlog dood en armoede gezaaid had.
Maar ongelukkiglijk was een groot ge
deelte van hunne vorige bestaanmiddels
verdwenen; de nijverheidsschool was
naar andere oorden verplaatst; het garni
zoen ging andere steden bewonenden
vaart van Yper naar den Yzer wierd niet
hersteld, en het arme Yper, van iedereen
verlaten kon rog enkel en alken op zijne
eigene krachten en initiatief rekenen, in
den grooten strijd voor het bestaan.
In deze omstandigheden, wat kan Yper
redden Wat kan aan Yper zijnen vorigen
luister terug geven! Alleenlijk nijverheid!
Maar voorliet welgelukken van nijverhe
den, zoowel als voor den bloei v an den
handel in onze streek, is het hoogst nood
zakelijk dat onze vaart naar den Yzer zoo
spoedig mogelijk voltooid w orde.
ééi,: f -"■■■■ .ta,