lip
éièmm
SRAFZEI1EH
m-m
KIBHI
GRAFKELDERS
Breuken
01tijd 25 tot 50 Gpofzepl^en
in (pagozijn in alle ppijzen.
VPE1
René SCHMIDT-A CUE
In de Pappen
1
WYPELIER-TAFFIN N.V.
i
V 24 n V
Hel oudste en beslkoopste Huis der streek.
- Overtuigt U, door een bezoek ter plaats
21, JVIEEj4EfiSTEEfiWEG, 21,
Alls marnier- en ArduiniuerHen
ffiflRlDEREN SGHOUOIHN
in magazijn.
f
<3ranö JSasar be la 1Rue au JSeurre ji
maroHSjn- ReisariiHesen
Omnium de Constructions
Electriques et d'Appareillage
HUIS AIME GRUWEZ
BELGISCHE FABRIEK VAN CHiCOREI
YPER
Chicorei in fijn poeder,
semoule en graan.
een Cm
Jioogspannings-, üieht- en
Drijf knaehtinmehtingen.
Dix mudestraat, 14, YPER.
w
BRUGGE, 9, AKADEIVHESTRAAT, 9
Effen en Gegolfde Cimentplaten - Draineerbuizen
Abonneer U op hst YPERSCHE VOLK
Ferdinand Watcrbley-Riem
Afdeeling YPER
Tarief der Geldplaatsingen op Hypotheken
ALGEMEENE
6!e(?tpifi^otie - Ondepnemingen
R. Rrutsaert-Develter
Telefoon 186
Telefoon 186
KEUS VAN
*k
geplaatst
binnen de
KORTR1JK BIJHUiSopen alledage
Kokelaarstraat, 3
VRIJEN INGANG
14, Boterstraat, 14
VASTE PRIJZEN
14, Boterstraat, 14
GR00TE KEUS van KINDERVOITUREN merk "SWAN,,
Rookersartikelen
S:
4
I
NOORDSCH en AMERIKAANSCH HOUT
Veemarkt, YPEH Telefoon 154.
Brussel - 194-196, Alsembergschensteenweg - Brussel. I
Aannemer
Moden-artikelen in 't Groot
Moerstraat
üeeningen op eerste hypotheken.
Plaatsingen op de Spaarkas.
Het toevertrouwd geld wordt uitsluitelijk gebruikt voor
hypothekaire leeningen bij voorkeur in West-Vlaanderen.
De Maatschappij ontzegt zich alle andere werkzaamheden.
7 °/o voor 5 of 10 jaar naar keus van den geldstorter.
LtQQt Utu geld in CDest=C?laandepen.
M. JEROME DAVID, Gemeente-Sekretaris, te Brielen.
I De SPAARZAAMSTE in 't gebruik, de BESTKOOPSTE en de BESTE. |i
I
Een enkele proefneming
li moet alle onbevooroordeelde huisvrouwen overtuigen, ji
II
gestel^ sn plons op aonopoog.
Verkoop van allerhande electrische toestellen.
Riemen in leder, Balata, Washington en kemelhaar,
Polities, Kussenblokken, Klingerit Amiant,
Caoutchouc (buizen, blad en koord), Bourrage,
Graisseurs, Kranen, Poetskatoen, Piemvet, enz.
Oliën, Vet en Vaseline voor machienen en wagens,
Lamp-olie, alsook beste Saladeolie.
we
Telefoon 785 Telefoon 785
ctor
t vVj
B| pi
UITERST VERZORGD WERK.
J
GENEZING van aile se*,
van BREUK, ZAK Kr"'*
VERPLAATSING
INGEWANDEN-
UlTSTORTWc
en alle gebrek -j»a
lichaamsdeelen, door d>
nieuwe GEBREVET'EEf
DE toestellen van dec GK
DIPLOMEERDEN
cialist Breukmeester
Albert DUMONCEAU
Belgische firma, opgerick-
in 1885, VIJFMAAL GE
BREVETEERD, EERE-
DIPLOMAS, GOUDEN
MEDALIES Deze toesfei-
len volkomen zonder RUG-
of ZIJVEEREN, zonder
GUMMIE of ELASTIEK,
worden dag en nacht en
voor alle werken zoader
eenig ongemak gedragen
Weerhouden onder zachte
.REGELMATIGE druk-
'king alle breuk, doet ze
verminderen tot volledige verdwijning, me:
alle WAARBORGE passing en allen uitleg
kosteloos in de VLAAMSCHE TAAL, van
9 tot 2 uur te
YPER: de l' en de 3' Zaterdag van
iedere maand, Hotel du Nord 61,
Statiestraat.
van 8 tot 6 uur.
BIJZONDER HUIS te BRUSSEL
65-67, Rue de la Meuse, 65-67.
Tcl. iOrt Eigenaar: JULES VERSAILLES Tel. 40ft
Huisgerief, Glas-en Gleiswerk, Porceiein, Fantaisie-artikelen
Artilrelen -voor Geschenken
CHARETTEN en KINDERSTOELEN
EIKEN en ACAJOU MOULUREN
HUIS VAN VERTROUWEN
Gesticht in 1896
Bijzondere prijzen voor
voortverkoopers.
Het Huis gelast zich met alle
Herstellingen.
X X W O Vis***\s f* L g
Naamlooze Vennootschap ten Kapitale van 4 000.000 fr.
van Openbare en private werken
Telefoon 125
De Haernestraat, 15, YPER.
Abonneert U op
c HET YPERSCHE VOLK
Kleerstoffen, Witgoed, Merceriën
Sajetten, enz.
Specialiteit van Gordijnen
en gemaakte Stoors.
FOURRUREN - HERSTELLINGEN
Telefoon 60 Yper
2 - 4, Boterstraat "V
dicht bij de Haile csggEggggSIHEHBI
Postcheck 37.177
Voor nadere inlichtingen, wend U tot den Gewestelijken Agent
rss:s:siK£&%VuV.v.vvA.vn^A?ffi£ss9»e33S£»»^.VAV.sxUVusiu::sïs:53:£::ïs::?:2ïfH'»
Mengelwerk v. "Het Ypersche Volk,, 10
l
n
j
Oorspronkelijk dramatisch verhaal
door Camille Vervarcke.
Opspringeh. roepen en zich verdedi
gen. of zich zoo stil houden als 't tno
gelijk was.
Daar moest hij evenwel niet over
nadenken want in het volgende oogen-
blik hoorde hij planken op zijne schuil
plaats leggen en daarop volgden oor-
verdoovende «lagen.
Men nagelde het A-at toe!...
Jozef werd radeloos, koud zweet
Brak uit al zijne poriën, en de slagen,
die zoo onheilspellend dreunden op het
ijdele vat. schenen hem op zijn hert
nedèr te dalen, en hem 11a korten tijd
het leven te moeten benemen...
Deerne had hij 0111 hulp geroepen
maar zulks was bepaald onmogelijk
en daarbij de verdubbelde slagen moes
ten natuurlijker wijze verder gehoord
worden dan zijne versmachte kreten.
Hij bevond zich dan hulpeloos in de
macht dier vreeselijke vijanden.
Het werd hem duidelijk dat de on
bekende boosdoeners van zin waren
hem in het vat te nagelen, en wat
gingen zij dan verder met hem aan
vangen
Het scheen den armen Jozef dat hij,
onherroepelijk verloren was. maar
tttsschen het gerucht der holle slagen
kwamen evenwel bekende stemmen
zijn oor treffen...
Zijne vrienden kwamen hem dus ter
hulp, zoodat er een weinig moed in
den boezem van den gevangene daalde.
Nu wilde hij beginnen tegenstand te
doen. maar het was te laat.
Hij had daar vroeger moeten aan
beginnen.
VIII.
De heer Delatour en zijne knechten
waren plotseling uit hunne rust en uit
hunnen slaap getrokken, door de don
derende slagen wier gerucht zich van
uit den kelder gansch het kasteel door
verspreidde.
De mannen lagen gekleed en gewa
pend op hun bed.
Zij zijn daar! schreeuwde de ba
ron in koortsachtige levendigheid,
staat op mannen! vrienden!... Nu zul
len wij de schurken gevangen nemen.
Rudolf en de hovenier lieten zich
zulks geen tweemaal zeggen. Xa wei
nige oogenblikken bevonden die drie
mannen zich te samen in den gang en
begonnen te luisteren.
Lang konden zij niet twijfelen, het
gerucht kwam uit den kelder.
Met het geweer in de vuist vlogen
zij daar heen. en. aangezien er overal
lichten brandden moest de vervolging
tamelijk gemakkelijk zijn.
Ondanks hunne wapens waren de
drie verdedigers van het kasteel toch
erg aangedaan als zij de keldertrap
afdaalden...
Rudolf riep
Jozef houd u kloek wij komen
Zijne gezellen schreeuwden iets in
denzelfden zin.
Beneden gekomen zagen zij aan
stonds twee mannen staan nabij de
ton. in welke Jozef de wacht moest
houden.
De twee geheimzinnige kerels wa
ren deze maal van gewone gestalte,
en bijna gekleed gelijk sommige pa
ters. als zij hunne driehoekige kap
over hun hoofd getrokken hebben.
De hovenier legde aan, maar de ba
ron zegde hem
Schiet niet. wij moeten die kerels
levend vangen.
Het was evenwel te laat. het schot
knalde, en de twee mannen trokken
langzaam, zonder eenige vrees te too-
nen, naar het diepe van den kelder.
Jozefriep de baron, maar de
knecht kon zich van uit zijn nauwe
gevangenis niet doen verstaan.
Nu toch men hoorde dat hij nog
leefde en zijne vrienden dachten voor
zeker dat zij later nog tijd genoeg gin
gen vinden om hem te helpen.
Daar zij zich sterker waanden dan
de twee indringers trokken zij maar
onberaden en met gevelde geweren op
hen los; en werden maar te laat ge
waar dat deze hun eene poets gespeeld
hadden.
Zij waren er inderdaad in gelukt een
j lanteern in stukken te slaan en on
middellijk daarop vervulde natuur
lijk eene onfeilbare duisternis de
plaats.
I Gansch onthutst stonden de baron
en zijne mannen daar te zien en be
grepen dat zij in de sluwheid geens
zins tegen die mannen of tegen die
spoken opgewassen waren.
Een oogenblik nadien hoorden zij
een luiden spotlach aan den ingang
van den kelder.
Bij de stralen van de lichten die in
den gang brandden konden zij de twee
geheimzinnige wezens in hun bruine
pij gehuld, den kelder zien verlaten,
maar bijna oogenhlikkelijk daarna
kondigde eene zware slag gevolgd
door scherp gerinkel aan, dat er eene
lamp verbrijzeld werd.
Een dergelijk gerucht werd kort na
dien nog verscheidene malen gehoord.
Laat ze maar begaanzegde de
baron, die nog tamelijk koelbloedig
was, nu zullen wij hen wel vast heb
ben, want zij kunnen niet weggera-
ken.\Wij moesten hen op den voet
volgen... Komt, mijne vrienden, móed
W ij hebben ze beetAls gij ze nog
kunt gewaar worden, moogt gij schie
ten zonder iets of iemand te zwichten.
De drie mannen kwamen dus in den
gang waar nog een flauwe klaarte
heerschte. voortgebracht door eene
lamp die verder was blijven branden.
Licht moeten wij hebbenzegde
Rudolf.wacht een oogenblik. hier staat
een lanteern ik zal hem doen branden.
I Ja, zegde de baron, doe dat maar
op uw gemak... Hier snijden wij hen
{toch den weg af...
I Rudolf sloeg dan vuur en alhoewel
hij een weinig beefde brandde de lan-
Iteern nog betrekkelijk gauw.
Houdt uwe geweren in gereed-
I beid. zeide hij. want met dees licht in
OPVOLGSTER DER FIRMA
9
de hand zal ik niet kunnen schieten.
Zoo deden zij en waren van zin die
per den koridor in te gaan, op zoek
naar de boosdoeners maar plotseling
knalde van op eenigen afstand een
schot en de zoo even aangestoken lan
teern vloog in stukken tegen den
grond.
Bij God, zegde Rudolf, die kerel
schiet goed... Ik meende nochtans dat
zij geen geweren bij zich hadden.
't Zal een pistoolschot zijn, meen
de de baron.
Met al dat stonden zij daar wederom
in de duisternis, want de andere lamp
was onderwijl ook verdwenen.
Komt langs hier, zegde de baro^i,
hier in deze plaats kunnen zij toch op
ons niet schieten.
Hij duwde zijn twee knechten in
een klein kamerken nabij de achter
poort waar allerhande gerief bewaard
werd.
Daar ontdekte Rudolf een anderen
lanteern en gelukte erin hem aan te
steken.
Als de drie mannen bij die vernieuw
de klaarte malkander zagen bemerk
ten zij aanstonds dat zij bleek waren
van schrik en aandoening.
Inderdaad, dat schot hetwelk klaar-
lijk te kennen gaf dat hunne vijanden
niet alleen sluw maar ook behendig
waren, deed hun verstaan dat zij wel
van vervolgers vervolgd hadden kun
nen worden.
Wat moesten zij nu aanvangen
Het was blijkbaar 0111 zulks te we
ten dat de twee knechten hunnen
meester ondervragend bezagen.
Deze wist niet welke bevelen hij ge
ven moest maar verstond evenwel dat
zijne bedienden het recht hadden op
hem te rekenen.
Daarom zeide hij na eenige overwe
ging
Die mannen komen hier voorze
ker niet om te stelen, wij zouden hen
dan wel kunnen laten begaan dewijl
zij toch ook geene personen meer kun
nen benadeeligen. Laat ons dan naar
den kelder gaan daar zullen wij Jozef
kunnen verlossen en die kerels op
wachten.
Dat was waarlijk niet slecht gespro
ken, en dat gedacht stond de knechten
aan.
In den kelder gekomen hoorden zij
aanstonds de stem van den waker,
maar zij scheen van zoo ver te komen'
Welnu, kom dan te voorschijn-
beval de heer, waar blijft gij?
Maak eerst dat ik hier uit kan-
wedervoer Jozef clan heel verstaan
baar, daar hij zijnen mond aan eer.e
kleine opening gebracht had. men
heeft mij in dit vat genageld...
Nu verstonden zij alles en onmiddel
lijk stelde men zich aan 't werk (ter
wijl de heer den ingang des kelder-
bewaakte) om Jozef uit zi jn eng ge
vang te verlossen.
Bij middel van een ijzeren stang, die
Rudolf juist onder de har«d kw..:
slaagde men daar nog tamelijk gau*
in. en Jozef kwam te voorschijn.
Het scheen hem waarlijk te verheu
gen eens zijne leden te kunnen uitrek
ken.
('t Vervolgt.