Het Familiehoekje
Naar den IJzer
H- Augustinus
Ypersche Kroniek.
Het plaatsen van den eersten steen
der Kaaimuren te Yper.
Kerkelijk Nieuws
Bloemenstoet van 28 September 1930
Van den pauselijken brief wordt
niets meer gerept... En met reden.
Van de veroordeeling van Hermans
wordt niet meer gesproken... En met
reden...
Nochtans had 't Westlandons
eenige gepeperde artikelen beloofd.
't Westland heeft ook de spe
cialiteit van hoogdravende en bom
bastvolle hoofdingen.
In zijn nummer van Zondag laatst
lezen we met verwondering onder de
naamteekening van Salut (die
eene echte vlaamsche naam is, weze
gezegd in 't voorbijgaan)De dertig
duizend Vlaamsche gesneuvelden aan
den Yzer spreken tot het feestvierend
Belgie
Mogen we vragen sedert wanneer
die 30.000 gesneuvelde Vlamingen bij
de Nationalistische partij werden in
gelijfd
4s
De Nationalisten plachten eertijds
te zeggen Van onze dooden maken
wij geen springplank
EhEhZe schijnen mij fel veran
derd... 't Is ook waar dat het maar
is om aan hun politiek te doen.
«In de dood liggen we geweldig
glorieus schrijft Salut, de onbeken
de gesneuvelde Vlaming, zonder to
tentrekking.
Ja glorieus! Maar jammer dat ge
aan den Yzer uwe vulpen mee-
hadt... dat doet uwe glorie wat ta
nen... Zwijgen is onverbeterlijk.
Er werd besloten in een der zalen
van het Yzerkruis eene mosaïk te ver
vaardigen«Vloek aan den oorlog».
Vit reden van spaarzaamheid waar
schijnlijk, richt het Komiteit een op
roep tot al de Vlaamsche oud-strij
ders 0111 hunne oorlogsdecoraties bin
nen te dragen waarmee die mosaï-
qtiemoet vervaardigd worden.
Wij zijn ook vredelievende men-
schen... We vragen ons nochtans af
waarom die vloek tegen den oorlog
tegen Belgie moet uitgespeeld worden.
Was het misschien Belgie's schuld?
Prof. Dr Daels schrijft... zal
ieder nacht, op het uur van midder
nacht, het uur waarop de aanvallen,
de patroeljen werden gedaan, waarop
de posten werden verwisseld, enz...
I'rof. Dr Daels schijnt ons van zijne
oorlogsjaren zooniet vele verbittering,
toch veel bevoegdheid in oorlogskunde
opgedaan te hebben.
Schoenmaker, blijf bij uw leest...
Donderdag 1.1. was het 1500 jaar dat
deze kerkleeraar stierf te Hippone,
stad van Noord-Afrika, bij de haven
stad Bone.
Zijn vader was heiden en zijne moe
der een heilige vrouw. Pin deze H.
Monica kon twee bekeeringen beko
men Deze van haren geweldigen man,
door gebed, stilzwijgenheid en verdul
digheid deze van haren minzamen
zoon door wijze raadgevingen, gebed
en tranen.
Als Augustinus geboren was werd
hij niet gedoopt dat was een mis
bruik dier tijden 1 maar alleenlijk
door een priester geteekend met liet
kruisteeken en wat gewijd zout in
den mond gelegd. Alzoo werd hij be
stemd om later gedoopt te worden en
mocht aanzien zijn als een geloofs-
leerling of catechumeen.
Hij ontving onderwijs in zijn ge
boorte-oord Thagaste, daarna in de
bijgelegene stad Maduro en later in
het wereldberoemd Carthago.
Hier studeerde hij hard, werd onge
lukkiglijk ketter en leefde een onre
gelmatig en zondig leven. In de zonde
van wulpscheid sleet hij 18 jaar. Hij
was groote zondaar en werd groote
Heilige.
Na het eindigen zijner studiën stel
de hij zich als leermeester, eerst in
zijn geboortedorp Thagaste, daarna
in Carthago, later in Rome en eindelijk
in Milanen. Tegen het gedacht zijner
moeder verliet hij Afrika om te gaan
naar Rome en de plaats, waar die
heilige vrouw den nacht van zijn weg
vluchten overbracht, noemt men Mo
nica's tranen
Te Milanen, waar zijne moeder hem
vervoegd had, kwam hij in betrekking
Twaalfden Zondag na Sinksen
Te dien tijde sprak Jesus tot zijne
Discipelen Zalig de oogen die zien,
hetgeen gij ziet Want ik zeg u Vele
profeten en koningen hebben begeerd te
zien, wat gij ziet, en zij hebben het niet
gezien en te hooren wat gij hoort,en zij
hebben het niet gehoord.
En zie, zeker wetsgeleerde stond op
om Hem te beproeven en zei Meester,
met wat te doen zal ik het eeuwig leven
bezitten En Hij zei tot hem Wat staat
er in de Wet geschreven hoe leest gij
het dan Hij antwoordde en zeiGe zult
den Heer uwen God liefhebben uit geheel
uw hert, en uit geheel uwe ziel, en uit al
uwe krachten, en uit geheel uw verstand:
en uwen naasten als u zei ven.
En Hij zei tot hem gij hebt go d ge
antwoord doe dat en ge zult leven.
Doch hij, zijn zeiven willende recht-
veerdigen, zei tot Jesus En wie is mijn
evennaaste
En Jesus hervatte en zei: zeker mensch
kwam van Jerusalem af en ging naar
Jericho, en hij viel onder roovers die hem
ook uitschuddeden, en, na hem gewond
te hebben, henengingen, en hem. half
dood lieten liggen. Nu 't gebeurde dat
zeker priester dien zelfden weg afkwam,
en toen hij hem zag, ging hij voorbij.
met den bisschop der stad, den H.
Ambrosius. grooten Kanselredenaar.
De sermoenen van Ambrosius, de tra
nen zijner moeder, en zijne lezingen
brachten Augustinus tot de volle be
keering.
Op 33 jarigen ouderdom werd hij
door Ambrosius gedoopt en onmidde-
lijk na zijn doopsel riep Augustinus
uit: «Te Deum laudamus waarop
de bisschop antwoordde: «Te Domi-
num confitemur en die twee heili
gen mieken daar gezamenlijk ons
vermaard dank-liedTe Deum.
Korts na dien stierf de H. Monica,
over van vreugde, omdat haar zoon
bekeerd was. Augustinus keerde later
weer naar Afrika, waar hij meende te
leven als voorbeeldige leek en het
zijne bij te brengen voor de goede
zaak. Tegen zijnen wil in werd hij
door het volk gekozen tot paster
eener openstaande christenheid, pries
ter gewijd door den bisschop van Hip
pone, die den geleerden Augustinus
het jaar nadien als hulp-bisschop vroeg
en bekwam. 35 jaar bestuurde Augus
tinus dit bisdom, schreef te Hippone
wereldberoemde boeken en... kon hij
zijn wederspannig volk geen zoo goed
maken of hij het begeerde, hij wrocht
door zijne geschriften ten voordeele
der H. Katholieke Kerk en ten voor
deele van alle geloovigen der toeko
mende tijden.
Zijne relikwiën berustten langen
tijd in Sardaigne en hedendaags te
Pavie bij Milanen.
Te Hippone bewaart men het een
been van zijn rechtervoor-arm, in de
basiliek daar in deze laatste tijden op
getrokken.
Ambrosius, Augustinus en Jeroom
van Bethleem, alle drie wereldberoem
de kerkleeraren zijn tijdsgenooten
Jeroom reiziger en vermaarde schrift
geleerde, Augustinus wijsgeer of phi-
losophe en Ambrosius redenaar.
Zondag laatst heeft de Bedevaart
plaats gehad aan den Ijzer.
Het doel van dien Bedevaart is de
gesneuvelden herinneren een gebed er
voren storten en op het graf van die
dooden den eed hunner getrouwigheid
aan 't Vlaamsche land vernieuwen onder
den diepgevoelden wensch Geen oor
log meer zoo als het staat op het reuzen
monument dat 50 meters hoog zijn kruis
ten Hemel verheft.
Die Bedevaart heeft stil en eenvoudig
begonnen.
De eerste Bedevaart herdacht op 4
September 1920, te Veurne-Steenkerke,
den Vlaamsche Kunstenaar Joe Englisch.
Eenige honderden bedevaarders kwamen
daar hun gebed storten.
De 2e toog op 28 September 1921 naar
Steenstrate om hulde te brengen aan de
Gebroeders Edw.en Fr. Van Raemdonck
op de plaats waar ze in malkanders
armen sneuvelden. Daar waren 3000
bedevaarders.
De 3* bracht op 27 Oogst 1922 liefde
volle hulde te Westvleteren aan Renaat
De Rudder den Heilige van den Ijzer
genoemd. 4000 bedevaarders.
De 4C kwam t'hoop op 26 Oogst 1923
op het Soldatenkerkhof te Oeren-Alverin-
ghem.Om openbare eerherstel te brengen
voor de 36 geschonden heldenhulde-
zerkjes 5000 bedevaarders.
De 5C Bedevaart vergaderde te Dik-
smuide den 31 Oogst 1924, op het
doodenveld... Daar was een stuk grond
aangekocht voor het redden en samen
brengen van de bedreigde Heldenzerk
jes 8000 bedevaarders.
De6e Bedevaart ging uit op 30 Oogst
1925.Zij was Vlaanderens klare antwoord
op den officieelen aanslag tegen de zerk
jes waarin er 500 moedwilliglijk ver
brijzeld werden. Meer dan 30.000
bedevaarders die dan .eensgezind en
plechtiglijk den eed van trouw aan Vlaan
deren aflegden. Op die Bedevaart wierd
't besluit genomen een groot Vlaamsch
IJzergedenkteeken op te richten.
Op 7e Bedevaart 22 Oogst 1926.
60.000 bedevaarders.
Op <5* Bedevaart 21 Oogst 1927, wer
den de geredde zerkjes door de Vlaam
sche Oud-Strijders naar de Bedevaart
grond overgebracht.70.000 bedevaarders.
Op 9" Bedevaart 19 Oogst 1928, groei
de het getal tot 100.000.
In de 10* Beievaart 18 Oogst 1929,
waren er 120.000 mannen die kwamen
getuigenis afleggen van hunne liefde en
trouw aan Vlaanderen en met eenen be-
toogen voor de algemeene vrede.
Deze Bedevaart van 24 Oogst 1930
overtrof nog alle de bijeenkomsten. Het
gedenkteeken is opgericht en onder den
kruiskop hangt eene machtige klokke
Insgelijks ging een leviet, die daar toe
kwam, hem ziende, voorbij. Doch een
zeker Samaritaan, die op reis was, kwam
omtrent hem, en, hem ziende, werd hij
van medelijden getroffen. En hij ging
naar hem toe en verbond zijne wonden,
daar wijn en olie opgietende, en hem op
zijn peerd zettende bracht hij hem in eene
herbergen bezorgde hem.
En den volgenden dag bracht hij twee
denariën voren en gaf ze de weerd zeg
gende Draag voor dien mensch zorg en
wat gij meer mochtet ten koste leggen zal
ik vergoeden, als ik wederkom.
Wie van deze drie, dunkt gij, is de
naaste geweest van dezen die onder de
roovers gevallen was
Daarop zei deze Die aan hem berm-
hertigheid gedaan heeft.
En Jesus zei tot hem Ga heen, en doe
evenzoo. Luc. X, 23-38.
In dit H. Evangelie is er van dingen
gesproken, ten eersten van 't godzalig
geluk dat de discipelen hadden van Jesus
te zien en te hooren. Dat groot geluk
blijkt uit eene dobbele beschouwing
1 Al wat in de wereld ooit van grootheid
en Heiligheid geweest was de koningen
en profeten hadden begeerd hem te hoo
ren en te zien, en zij hebben Hem niet
gezien noch gehoord 2 Al wat in de
wereld geweest was van verstand en
wijsheid hadden naar zijne kennis ge
smacht... en zij is voor hem verborgen
Nele genaamd door E. H. Pastoor
Blancke, van Cortemarck, gewijd. Deze
moet blijdschap en droefheid luiden over
Vlaanderen maar vooral triomf over de
hergeboorte van 't Vlaamsche Volk in
zijn eigen aard en in zijn zelfstandigheid
in een groot en welvarend Belgie.
Meer dan 130.000 duizend bedevaar
ders waren rond 't gedenkteeken ge
schaard.
Die Bedevaart is niet revolutionair en
al hoe wel er alle slach van elementen in
zijn blijft hij vast eene grootsche betoo
ging van het leven en de onbreekbare
eisrïi van een volk dat wil naar weerde
behandeld zijn en in zijne kultur ont
wikkelen.
Dat is zijn recht.
Spijtig dat zulk een schoone en mach
tige maar ingetogen en stille betooging
kwadelijk gestoord wierd. Dat doet niets
anders dan olie op 't vuur gieten, de ge
moederen verbitteren en wrok gevoelens
zaaien.
Zij zijn tergend en doen meer kwaad
aan de eenheid van 't land dan alle pro
paganda.
4e 4C
Dank moet toegekend worden aan al-
wie het zijne bijbracht om bloedvergieten
te voorkomen.
Hoe onzinnig vredelievende bijeen
komsten te gaan storen en op dusdanige
manier. De leeuwenvaan moet niet be
schouwd worden als anti-belgisch en roe-
kelooze rekels moeten onze driekleur niet
gebruiken als anti-vlaamsch.
ST-JOZEFS BEROEPSSCHOOL
TE YPER
Kostelooze DAGLEERGANGEN
(alle werkedagen van 8 tot 18 uur)
voor alle ambacht van hout- en ijzer
bewerking: teekenen, meubelmaken,
schrijnwerk, timmeren, modelmaken,
draaien, paswerk, mekaniek, electri-
citeit, enz. (theoretisch en praktisch).
Kostelooze ZONDAGLEERGAN
GEN (van 8 tot 13 u.) voor alles wat
den kleermakersstiel aangaatmaat-
nemen, patroonteekenen, snijden, con
fectie en aanpassen.
Begin van 't schooljaar MAAN
DAG 15 SEPTEMBER.
Inschrijvingen en inlichtingen bij
den Bestuurder (5, St Jacobstraat,
Yper) best 't Zaterdags of 's Zondags
voormiddags.
Zonda^rust.
De Apotheek van Mr Snoeck,
Groote Markt, zal alleen open zijn op
Zondag 31 Oogst 1930.
Wij hebben in ons laatste nummer ver
slag gegeven van deze plechtigheid die
Zondag 17 Augustus hier in stad plaats
greep, ter gelegenheid van het plaatsen
van den eersten steen der kaaimuren
dragende het volgende opschrift
Hooge Vaart
Gegraven in 1630-1640
Vernield in 1914-1918
Hersteld door Stad en Staat in 1930-1931
Hieronder volgen de redevoeringen die
ter dier gelegenheid gehouden werden.
REDE VAN DEN HEER SOBRY,
Burgemeester.
Mijnheeren,
Ik heb de eer gehad U uit te noodigen
tot het feest van het leggen van den eer
sten steen der nieuwe kaaimuren.
Wij houden feest, omdat de Staat be
loofde de oorlogsschade te herstellen,
door stad en streek ondergaan bij de oor
logsverwoesting van de vaart van Yper
naar den Yzer.
Wij houden feest, omdat het den Staat
beliefde de uitgeschrevene aanbestedin
gen voor het bevaarbaar maken van de
leege en de hooge vaart, van 't herop
bouwen van 't sas van Boesinghe, van
het maken van een nieuw sas ten Zuiden
van de ijzerwegbrug van Boesinghe, voor
't oprichten van eene vastliggende brug
op Boesinghe dorp, alsmede van het ver
beteren der kaaimuren en der laad- en
loskaai ten uitvoer te brengen.
Wij houden feest omdat wij verhopen
in 1931 de vaart weer te hebben, die
Yper groef van 1630 tot 1640 onder Filip
IV, Koning van Spanje, en 274 jaar be
nuttig de tot de oorlogsverwoesting.
Wij houden feest, omdat wij eindelijk
weer toegang zullen bekomen tot de zee,
gebleven. Gij ziet en hoort wat zij noch
gezien noch gehoord hebben en daarin
zijt gij gelukkig.
Inderdaad is er iets in de wereld meer
weerdig van alle pry's, van alle Heiligheid,
van alle wijsheid en kennis... dan wel de
vaste zekerheid te hebben dat er na
dit leven een ander is een eeuwigleven
dan den weg te weten naar de Eeuwig
heid, dan te weten wat er moet gedaan
zijn om ze te bekomen Dat overtreft
alle kostbaarheid en dat hebt gij beko
men met mij te kennen.
Ten tweede van de beoefening der
naastenliefde. Waarin bestaat ze in den
evennaaste te beminnen en uit bermher-
tigheid dadelijk bij te staan.
Oud Raadsel.
Te zei ver tijd kort ende lang
't maakt de eene blijde en de ander bang
'k zegge veel terdege
en niemand spreekt mij tegen.
Levenswijsheid.
Over de zorg voor het kind.
'k Wou dat ik woorden had als vlie
men... om te dragen tot aan 't diepste
en. l.angs den Yzer, tot 's Lands vaarten,
rivieren en stroomen, en, door beter ver
keer, Yper's herleving uit nood en dood
verwachten.
Als wij zien dat er in 't jaar 1927, te
Gent bij hoorbeeld, 2.428 schepen bin
nenkwamen en 2.827 uitvaarden als wij
lezen dat er 2.053.638 ton koopwaren
binnengebracht en 2.045.705 ton uitge
voerd wierden als wij vernemen dat er,
namelijk, 273 inkwamen geladen met
522.460 ton kolen, 177 schepen met
196.557 ton hout, 49 schepen met 110.108
ton chimieke vetten, 22 schepen met
750.056 ton petrool en essence, en 475
schepen met 342.587 ton allerhande koop
waren als wij vaststellen dat er, uit
Gent, 585 schepen 398.403 ton ijzer ver
voerden, 131 schepen chimieke voort-
brengels uitleverden, en 19 schepen de
haven verlieten met 3.940 ton brijken
als wij weten dat er 16 beurtschepen
vaarden tusschen Gent eenerzijds, en
Rotterdam, Amsterdam, Terneuzen, Ant
werpen, Brussel, Oostende, Brugge,
Rousselare, Aertrycke, Leuven, Aalst,
Selzaete en Aeltre anderzijds waarom
zou Yper niet mogen verhopen Engelsche
kolen uit Engeland, Noordsch hout uit
Noorwegen, en fosfat en petrool uit
Amerika te ontvangen langs de vaart die
Yper verbindt met de zee Waarom zou
Yper geene beurtschepen, gelijk vóór den
oorlog, kunnen zien in-en uitvaren, ge
laden met zand, graan, brijken en aller
hande landbouw- en nijverheidsvoort
brengsels
Verheugen wij óns en houden wij feest,
omdat Yper, benevens goede straten en
wegen, en trein en tramlijnen, en autobus
diensten, eenen waterweg bekomt, die
toelaat allerhande koopwaren goedkoopst
in- en uit te voeren, en een nieuw hulp
middel krijgt om handel en nijverheid te
bevoordeelingen.
Ik bedank den Heer Hoofdingenieur
Verstraete en zijne gewaardeerde mede
werkers voor de studiën, de opzoekingen,
de plannen en berekeningen die zij voor
de vaart gemaakt hebben en nog te ma
ken hebben.
Ik bedank de aannemers Byttebier,
Vanderghote en Monbaliu, die nu aan
't werk zijn om de vaart, de Boesinghe-
brug en het nieuw sas te maken, alsook
alle vroegere aannemers van gedeeltelijke
aanbestedingen voor het deugdelijk werk
dat zij uitgevoerd hebben en nog uit te
voeren hebben.
En eindelijk ik bedank al de overheden
en al de Yperlingen hier tegenwoordig,
die de goedheid hadden deze plechtigheid
met hunne tegenwoordigheid op te luiste
ren, en alzoo een bewijs gaven van hunne
deelneming in onze vreugd, van hunne
genegenheid voor de stad, en van nun
verlangen om Yper, dat streed en leed en
stierf voor 't Land, te zien herleven tot
meerdere eer en welzijn van volk en
vaderland.
REDE VAN DEN H. VERSTRAETE,
Hoofdingenieur Bestuurder van Bruggen
en Wegen.
Geachte Heer Burgemeester,
Mijnheeren,
Ik bedank den heer Burgemeester voor
de melding die hij komt te geven aan de
ambtenaren van het Beheer van Bruggen
en Wegen die zich met het herscheppen
der vaart van Yper naar den Yzei onledig
houden.
Zijn woorden zijn aangenaam om hoo
ren, niet zooveel voor de eer, maar wel
omdat ze getuigenis geven dat de kracht
inspanningen die moesten aan den dag
gelegd worden om dit jaar nog de werken
te kunnen aanvangen, hier gewaardeerd
zijn.
Wat bijzonderlijk die ambtenaren met
goeden luim bevangt, is de menigvuldig
heid der aanwezige personen in dit feest.
Een lucht van blijdschap schijnt ze te
omvangen, en dit bewijst hoe de Beheer
ders der stede en dezes inwoners trillen
van ver.angen naar middelen om gele
genheden te bieden nijverheid en handel
te stichten met de beste kans van voor
spoedige ontwikkeling.
Dit verlangen is een teeken van hoop.
Waar hoop is ontwaakt leven en meed.
Waar moed is mag vooruitgang verwacht
worden.
Onder gezegde middelen hebben de
Yperlingen, van in de oudste tijden af, de
bezitting van waterwegen en eene
scheepsverbinding met de zee op de eerste
plaats gesteld.
Al werd het woord nimmer uitgespro
ken, laat de geschiedenis van Yper, in
betrekking met haar vaart, klaar zien dat,
gedurende gansch het tijdstip der middel
eeuwen, hier gestreefd werd naar een
soort van Yper-Zeehaven.
Gezien den bloei van handel en nijver
heid in deze streek, was die strekking
diep van der ouderen ziel en geweten
Geep werk ter wereld is meer noodig,
meer hoogweerdig, meer dringend, meer
loonend of meer straffend, vreeselijker...
dan de zorg en de opvoeding van 't kind!
Het eerste, op dat punt, waarvan de
ouders moeten doordrongen zijn is de
onmeetbare dracht van hun werk. Zij
brengen op de werelden zijn de werktui
gelijke oorzaak van het ontstaan van een
wezentje dat met een onstervelijke ziel
begaafd is.
Bijgevolg zij brengen op de wereld een
wezentje, dat, eene ziel hebbende, zal
snakken om gelukkig te zijn, en dat, eene
onstervelijke ziel hebbende, van eersten
stonde van zijn bestaan, zal staan vóór
eene Eeuwigheid ...Zij stellen dan we-
zentlijk, en zonder dat het kind het weet
of gevraagd heeft, een wezen vóór eene
Eeuwigheid, die dit kind noch verdrijven
noch vermijden kan, en dat het alleszins
zal binnen gaan.
Wie en voelt de onmeetbare dracht
niet van de zake een onstervelijk wezen
stellen voor een Eeuwigheid die het alles
zins zal en moet ingaan.
Het tweede is de ontzaggelijkheid van
dat werk. Dat leven en die Eeuwigheid
kunnen gelukkig zijn t. t. z. 't kan een
leven zijn van blijdschap, vreugde en
Godzaligheid. Zonder einde en zonder
perk ('t is zelfs daarvoor dat God het
leven geeft) maar dat leven en die
Eeuwigheid kunnen ook verwaten en
voor het Ypersche, voorheden, niet over-
d reven
Toen, in het begin der XIIIC eeuw, de
voortbrengselen van zijn werkzaamheden
'door den vreemde zoo geprezen waren,
voelden de voorvaderen zich geprikt, bij
gebrek aan scheepvaart, hunne koopwa
ren enkel door bemiddeling der brugsche
handelaars te kunnen overzetten.
Zij wilden kost wat kost zich aan den
band dier tusschenkomst onttrekken en
deden voetstappen op voetstappen bij de
Gravin Margaretha van Burgondië om
een waterweg te bekomen die, langs den
Yzer, Yper met de haven van Nieuport
zou verbinden.
Dank aan hunne stevige aanhoudend
heid werden die pogingen met goeden
uitslag bekroond en, in 1215, werd een
vaart gedolven van Boesinghe naar het
Fort van Knocke. Te gelijker tijd werd
de Yperlee uitgediept en verbreed tus
schen Boesinghe en Yper, en voorzien
van een overdrachtdie de schepen
van het boven- naar het benedenpand
bracht en omgekeerd, zoodat de vaartui
gen binnen de stad konden dringen.
Dit is de oorsprong van den watergang
die heden nog de kaaimuren besproeit.
Om tot hun oogwit te komen hadden
de Ypersche gezanten veel beloofd en
wellicht de noodlottigheid van den toe
stand overdreven. Maar de bevolking
hield er aan te bewijzen dat ze de beko
men gunst waardig was zij spande alle
mogelijke pogingen samen om het
scheepsverkeer te doen ontstaan en ont
wikkelen.
Vastberaden en met echten durf knoop
ten de handelaars van Yper rechtstreek-
sche betrekkingen aan met den vreemde,
en hun buitengewone krachtinspanning
was zoo vruchtbaar dat, 15 jaar nadien,
de vaart te klein geworden was om te
voorzien in de noodwendigheden van het
vervoer per water.
Reeds in 1265 moest de vaart van aan
den «overdracht» van Yper tot aan Knocke
verbreed en verdiept worden.
Spijtig genoeg is de grond der streek
ongunstig voor het aanleggen van diepe
watergangen. Oeverinstortingen gepaard
met aansluiking deden zich regelmatig
voor, hetgeen groote belemmering ver
wekte.
Niettemin hielden de Ypersche nijve-
raars stand.
De moedige bevolking strekte hare be
drijven maar voort breeder en breeder
uit.
In den loop der XIVC eeuw was haar
handelsgebied zoo belangrijk geworden
dat de waterweg naar de zee opvolgenlijk
door Graaf Robert van Bethune, Graaf
Lodewijk van Maele en Hertog Philippe
van Burgondië opnieuw onder profiel
gebracht werd.
Het behoud der vaart was voor geheel
Vlaanderen zoo ernstig dat deze laatste
vorst de steden Brugge en Veurne dwong
het hunne bij te brengen om in het onder
houd van het kanaal van Yper naar Nieu
port en zijns oevers te voorzien.
Later, in 1643, toen Brugge reeds zijn
scheepvaart verloren was en den uitheem-
schen handel van West-Vlaanderen naar
Antwerpen overging, deden de inwoners
van Yper eene laatste poging om hun
haven te redden.
Herhaald aandringen bracht de spaan-
sche regeering ertoe op haar beurt de be
vaarbaarheid van het kanaal heel en al te
hernieuwen.
Van dien tijd dateeren het Sas van
Boesinghe en de nog bestaande kaaimu
ren van Yper.
Het eerste werd opgevat en uitgevoerd
door den Ingenieur Dubié, en gegronde
vermoedens laten toe te veronderstellen
dat de kaaimuren opgetrokken werden
onder het geleid van denzelfden bouw
meester.
Wanneer men aanschouwt wat heden
daags gebeurde en hoe men er toe kwam
de vaart van Yper naar den Yzer nog
maals te hergraven, moet men afleiden
dat de bewoners van Yper den aard hun
ner voorvaderen niet heelemaal van kant
geworpen hebben.
Op hunne beurt hebben zij krachtdadig
de begeerte getoond den alouden scheeps-
weg naar Nieuport te behouden.
Dit is een allerschoonst voorteeken.
Nogmaals zal het Ypersch volk eraan
houden te bewijzen dat het vastberaden
is den bloei zijner stede met den meesten
ijver te bewerken.
Reeds in de aanbestedingen der begon
nen werken heeft Yper een blijk gegeven
van wilskrachtzijn aannemers hébben
zich het belangrijkste deel weten toe te
eigenen.
Mochte die geluksbode een echte voor
spelling zijn.
De aangenaamste belooning die het
Beheer van Bruggen en Wegen kan ten
ongelukkig zijn t. t. z. een eindeloos
leven van lijden en pijnlijkheid, van
knagen en armzalig verdriet.
Dat kind is er voren gesteld en voor
hem 't kan '1 een of het ander zijn maar
ook 't zal en moet het een of het ander
zijn.
Ouders voelt gij niet het ontzaggelijk
gewicht dat op uw herte weegt, 't is gij,
die dat kind gesteld hebt... voor die
schrikbaren noodkeus van de eene of de
andere Eeuwigheid
4e
Opvoeding.
Weten is den akker
Willen is de ploeg
Werken is de voor
Strooit er 't zaad der braafheid in
Gods geest kweekt den vracht der
[welvaart in.
4t
Het ei.
Met kaas en eiers kan men over den
weg en op reis zegt een oude spreuk.
Het ei kan als voedsel dienen, maar
kan ook als geneesmiddel gebruikt wor
den en is gebruikt.
't Is veel als voedsel gebezigd en met
reden onder eenen kleinen omvang en
bate komen is de overtuiging te moge:
opdoen medegeholpen hebben in de her
boring eener stad zoo verdienstelijk we
gens de offers die ze haar getroost heti-
om de vrijheid van het gansche Vader
land te redden.
Heil de stad Vper
Heil de toekomstige ontwaking van
haar bloei
Heden Zaterdagavond van 7 1/2 tot
8 u. zullen overal de klokken geluid wor
den om den triomfdag aan te kondigen
die te Mechelen gevierd wordt ter eere
van Christus-Koning in deH. Eucharistie.
Zondag aanstaande zal het Allerheilig
ste ter aanbidding uitgesteld worden in
alle kerken, gedurende twee uren.
Alis geloovige christenen
wordendringend verzocht ter H. Tafel
te naderen, Zondag aanstaan
de en hun H. Communie te willen op
dragen tot de volgende intentiën
1. Dat onschristen volk op al de zon
dagen van het jaar meer getrouwelijk en
godvruchtig de H. MIS bijwone.
2. Dateerherstelen uitboeting aan 0.
L. Heer gegeven worde voor de heilig
schennissen tegen het Allerheiligste Sa
crament bedreven, vooral in het beproef
de Rusland.
3. Dat het zedelijk leven onder ons
christen volk sterker en dieper worde,
door een vurige godsvrucht jegens Onzen
Lieven Heer in zijn aanbiddelijk Sacra
ment.
4. Dat het gebruik van de veelvuldige
ja dagelijksche Communie, moge toene
men, ten einde de Katholieke Aktie te be
zielen en vruchtbaar te maken.
In St MAARTENS:
OP DON DER DA G 4 SEP T EMBER 1930.
's Avonds te 6 u. wordt de schoone en
zegenrijke oefening van het Heilig Uur»
gehouden Meditatie, gezangen en gebe
den, met uitstelling van het Allerheiligste.
OP VRIJDAG 5 SEPTEMBER 1930.
Eersten Vrijdag der maand te 7 uur,
Solemn, mis ter eere van het H. Hert van
Jezus, alg. Communie en Akte van Toe
wijding. 's Avonds te 7 u. plechtig Lof
Akte van Eereboet en kort Sermoen.
In St PIETERS:
Z. E. Heer Macnutt, engelsche priester
legeralmoezenier gedurende den oorlog,
overhandigde Woensdag 1.1. aan Eerw.
Pastor van St Pieters, twee misboeken,
in 1915 van uit de puinen der kerk mede
genomen
Een boek der Requiem-missen gedrukt
in 1776.
Een boek, groot formaat, 55x40, met
lederen omslag, de gezongene gebeden
der mis van den H. Geesten der gewone
Requiem-mis bevattende, alle noten en
woorden op groote schaal met de hand(?)
gevormd. Het handteeken van dit ge
wrocht luidt als volgt
Ten voordeele der Heeren-Ieden va
de zeer oude en vermaarde confrérie van
den H. Geest drukte Bonte-Caproen, ge
vestigd in Yper, dit misboek
D. Robertus Vast, kloosterling van Sint
.Jansabdij. Yper, 28 Juli, 1709.
:fc
Het comiteit der eeuwfeesten heeft de
eer ter kennis te brengen, dat de inschrij
vingen voor den bloemenstoet onweder-
roepelijk zullen gesloten worden op
Maandag aanstaande 1 September om
15 uur.
ZITTING
VAN DEN GEMEENTERAAD
van ft/iaandag 25 Oogst 1930,
M. Declerq, onpasselijk, laat zich ver
ontschuldigen.
Na lezing van het verslag, worden9
aanvragen voor grondvergunningen op
het stedelijk kerkhof goedgekeurd.
Een verwisseling van grond tusschen
de staat en de stad om de Basculestraat
te verbreeden wordt goedgekeurd.
De aanbesteding voor de onderhouds
werken van de buurtwegen van St Jan-
Zillebeke en Yper-Pilckem gafals uitslag:
laagsten aanbieder Mahieu Henri voor'
12400 fr.
Den openbaren onderstand vroeg een
gunstig advies voor de verbeteringskap-
pingen in bosschen, alsook eene pacht-
vermindering toe te staan, aan Moncker-
hey Hector, van 36671 ïr. te brengen op
27000 fr.
wel in een kaske weg gesloten ligt er
veel en deugdelijk eetstof.
Een gewoon schoon hen ei weegt in 't
algemeen 60 gr. of wat minder en 6 gr
daarvan af voor de schaal, daar blijft va:
50 tot 54 gr. voedstof.
Het ei bestaat uit twee klaar onder
scheidbare deelen Het witte en de
dooier. Die twee deelen zijn in verhou
ding tot malkander 2/3 en 1 3 zoodat
het witte daaromtrent dobbel gewicht
heeft van de dooiers of de dorre... Doch
het witte heeft daarom de dobbel voec-
kracht niet van de dorre.
Het witte dat 35 of 36 gr. weegt be
houdt 4,68 gr. eigentlijk albuminein de
dorre die rond de 18 gr. weegt bevat
gr. albumine en 5,76 gr. vet.
De dorre is dus het kloekst en geert
meest warmte terwijl dat het witte meer
stof geeft van herstel. Bovendien in 't f
ligt er nog ijzer en phosfaat en Lecithii
d. i. een stof die den eetlust opwekt er
met eenen voedt...
Het ei is een goed voedsel. Een kopt*'
eiers is zooveel weerd als eene kle':
pinte melk of als 50 gr. beste vlees-'
Het ei heeft altijd eene groote roi gr*
speeld in de voeding van ons volk
Maar 't was altijd aanschouwd ais ee'
kostelijk voedsel. 't Is in de spreuk*
gerocht en zelfs in de raadseis zoo iT
men teer als een ei en hij gaat g:
lijk op eiers.