r EERLIJKHEID ZONDER GODSDIENST MUIL- EN POOTPLAAG Kerkelijk nieuws Te bekomen Sterfgeval Premiën 500 tr. IkOuodulare, Mandelzonen. 400 fr. Duinkei'ke, Koorzangers. 300 fr. Houlhem (Yper), Ha rraonie. 200 fr. Passchendaele, Fanfare. 100 fr. Iseghem, Fanfare Rousbrugge, Harmonie Herzele, Fanfare S aden, Fan fare Voormezeele, Fanfare La Madeleine, Koorzangers. 73 fr. Gheiuwe, HarmonieZonnebeke HarmonieMoscroen, HarmonieTour coing, Harmonie; Gent, Vriendenkring; Tourcoing, Union, Koor Becelare, Hoi monie; Comines ten Brielen, Harmonie; Wytschaete, Fanfare; Iogelmuoster, Phi! harmonie. 30 fr. Brugge, Katholieke Burgersgildi Robaais, l'Alouette, KoorComen, Union Wervick, Harmonie Tourcoing, Me lom. nen, Koor. Raadgevingen in geval van Het is eene onvergeeflijke dwaling te denken dat de muil- en pootplaag van het vee uit zich zeiven moet ge nezen. Kr is nu bewezen dat, zoo men geene doeltreffende ontsmettiugstof gebruikt, die de kiemen dood, de ziekte, alhoewel tijdelijk van zelf ver dwenen, blijft voortbroeien, en wat later en dan nog erger zich weder kan veropenbaren. Doodt dus de kiemen van het begin af, wilt gij de ziekte uitroeien ener van verlost blijven. Het beste ontsmettingsmiddel is te verkrijgen bij den uitvinder Houoré Ruyssen, apotheker op de Kaatsmarkt ie Veurne, die u allen uitleg op aan vraag dienstwillig zal bezorgen. Wij mogen onze geachte lezers ver zekeren dat het middel onschadelijk en onfeilbaar is en dat het 'f mond- vlies niet verbrandt zooals menige andere. §t Niklaaiskerke. Morgen, Zondag, 20 Oogst, ten 3 ure, Plechtige Inhuldiging van hel beeld van Gel Gerardus Majella. Sermoendoor E. P.Delpuite, redemptorist Maandag, 2t Augustus, ten 8 uie: Solemneele Mis ter eere van den G-l. Gerardus Majella. Sermoen door E P Delputteredemptorist. i 71 rr BOESINGIiE. Donderdag, rond den mid dag, zijn ten nadeele van David Lawaye, twee schelven tarwe afgebrand. De pompiers der gemeente hebben een derde schelf kunnen vrij waren. De oorzaak van den brand is onbekend en de schade zeer groot. ISEGHEM. Dinsdag avond brak boven de stad een groot onweder los. De bliksem viel op eene werkmanswoning, aan den Kotjesmolen. Het huis met gansch den inboedel is de prooi der vlammen geworden. Maandag namiddag, rond 4 4/2 ure, wrrd liet kind van Seynaeve-Boone, wonende in de Kruisdreef door een brouwers wagen overreden. De dood was oogenblikkelijk. Over 11 jaar werd omtrent op de zelfde plaals hr t eerste kind van de echtgenoolen Seynaeve door een kamion den schedel verbrijzeld. GEERAARDSBERGEN. Loopt de wereld op haar einde De genaamde J. G18 jaar oud, wonende Leeuwerikstraat, te Antwerpen, had sedert ge- ruimen tijd kennis gemaakt met een meisje, zekere D..., uit de Glementinastraat, 17 jaar oud, en werkzaam als winkeldochter bij eeuen handelaar op de melkmarkt. Het koppel zou géern getrouwd hebben, maar de ouders beweerden dal zij nog te jong waren en er binnen iwee of drie jaar wel kon over ge sproken worden. Goede raad was duur. Na eene bijeenkomst besloten zij elkander getrouw te blijven, bij le- J ven en dood Gtrok zijne preêop, die 50 fr. per maand bedroeg. De winkeldochter kreeg haar loon en beiden vertrokken. Het geld was spoedig verleerd zoodat het jonge koppel zonder geld Dijsendag te Geeraardsbergen aankwam. De rivier de Dender genaderd en zonder mid delen van bestaan zijnde, namen zij het besluit zich te verdrinken. Zij vonden eene koord, waarmede zij zich aan elkander bonden, en sprongen in het water. Gelukkig had een schipper geheel de zaak nagezien, en gelukte erin de twee drenkelingen boven te brengen. Het duurde echter geruimen tijd vooraleer de kinderen tot hel bewustzijn konden ge bracht worden. Door de zorgen der policie van Geeraards- bergen werd het koppel naar Antwerpen ge zonden. G... is volkomen genezen, doch zijne gelief de, ondanks de goede verzorging der ouders, is nog niet volkomen hersteld. Hebben wij ongelijk te vragen Loopl de wereld op haar einde HOTEL GEPLUNTERD. M. Vanderlinden, uit de Oappoeillestraat, te Brussel, trok eene maand geleden naar zijn buitengoed, liet zijn huis aan zijn lot over, zonder de policie te ver wittigen, en scheen te denken dat er geene dieven te Brussel meer zijn. Dijsendag, rond 6 ure des morgens, hoorden de geburen verdacht gerucht in de alleen gela- tene woon. Zij verwittigden de police en deze deed onmiddelijk huiszoeking. Zij bevonden al de meubelen opengebroken, en hun inhoud op den vloer uitgeschud. Drij schouwgarnituren en al de kunstvoor werpen, waren reeds ingepakt, gereed om weg- gedregen te worden. Toen de agenten aankwamen, namen twee persoonen de vlucht over de muren der gebuur- tehofkens. Zij kwamen eindelijk op den koer van M. de advokaat B., Zwitserstraat, terecht. Deze hield de schelmen in bedwang tot de agenten hem daar kwamen in de boeien slaan. Zij loochr nen eenigen uitleg over hunne een zelvigheid en beweren dat zij vondelingen zijn zonder naam en zonder woonst. Zij verklaarden verder dat zij zinnens waren 't huis Vander linden overdag te verlaten, daar zij des nachts verontrust zouden geweest zijn met hunnen buit. Zij schijnen 25 jaar oud. De policie denkt in hun persoon de hand gelegd te hebben op de plegers der menigvul dige diefstallen, welke sinds eenigen tijd in de omstreken werden vastgesteld. UIT LEUTEGHEM. Elk nen goên dag, vrienden, zei Ko Zatlap, en hij slak zijnen kop iu't zwijnskot. Jan Biervoerders was 's avonds late uit de Groote Pinte vertrokken, zwaar gelèan en dat nog erger is, scheef gela&n, zoün de Duit- schers zeggen. Jan, clie bij vergetenheid zijn laatste pinte niet betaald en had, kwam 's anderdaags aldaar voorbij. Jan, riep de baas, die nog een goê memo rie hadde, Jan, daar staat bier nog eene pinte van gisteren avond Drink ze uit, zei Jan, ze zou wel verscha len. Jean Batisse was 'ne waleen bij was knecht in een herberge. 't Kwam 's avonds 'ne keer een engelscliinan om daar te slapen en Jean Batisse moeste zijne leer/en aftrekken. Jean Batisse trok en trok, van't geloove weg, al dat hij trekken kost en hij deed zulk geweld... dat du wind door zijn vel school Zijn dat manieren, zei de bazinne i) Zwijg, madam, zei Jean Batisse die veinl en verstaat geen waalsch. Klaas Stumpers was met zijne tamilie, waar onder ook zijne schoonmoeder, op reis naar Amerika. Op zee werd de oude dame ziek.... en stierf. Het lijk werd op de gewone wijze lot de begraving in zee voorbereid, en daar liet scheepsvolk bij toeval gebrek bad aan een nuo- dig gewicht, om het lijk naar den bodem te doen gaan, bonden ze er een zak met steenkolen ge vuld aan. Kijk, zei klaas, terwijl zijne vrouw en kinderen over het verlies van moeder en groot moederweenden, ik had altijd wel een sterk vermoeden dat ze naar de helle gaan zou, maar dat ze haar eigen stookselzou hebben moeten meenemen, zie, dat is wat te erg, en dat heb ik ook nooit gedacht. Alle soorten van lt.lakk.en ter her berg Oen Congo, te Dickebusch tot. POPER1NGHE. Dinsdag was de hitte zoo hevig dal zij onverdragelijk was. 's Namiddags hebben wij een deugdelijk onweer gehad, ver gezeld van veel regen. De hoppepluk zal begin nen in September. MEENEN. Eene algcmeene werkstaking was uitgebroken onder de aardewerkers van de tramlijn, Meeuen-Moeskroen. De werklieden, een dertig in getal, vroegen opslag van loon, en die niet bekomende hebben zij liet werk laten staan. Zij zijn rustig. De werkstaking begonnen rond 8 ure heeft niet lang geduurd, dank aan de krachtdadige tussclienkomst van den heer puliciekommissaris, die aan de werklieden, die vereenigd waren in het Café Sl-Arnoldus heeft doen verstaan dat zij naar eenige oproer makers niet moesten luisteren. Onmiddelijk hebben eenige mannen het werk hernomen, en de andere hebben het voorbeeld van de eerste gevolgd, zoodanig dat ten 9 1/2 ure er maar eenige, een tiental ten hoogste, nog aan het werk niet waren. Zondag rond 4 ure 's morgends hebben twee polieieagenten een kerel van uit de Kor- trijkstraat aangehouden, die door de boetstraf felijke rechtbank van Kortrijk veroordeeld was voor aftruggelai'ij en nog zijne straf uit te doen hod. BOUSSELARE. In strijd met betgeen on langs uit Moerbeke (Waas) gemeld werd, kun nen wij stellig bevestigen dat onze stadgenoot Degryze geene bekentenis van plichtigheid gedaan heeft in het gevang van Leuven, maar wel zijne onplichtigheid staande houdt. Naar het schijnt, worden er van hoogerhand pogin gen aangewend om zijne in vrijheid stelling te bekomen. Verleden zondag en de twee volgende dagen vierde men alhier inde kerk der eerw. Paters Redemptoristen, het vijf en twintigjarigjubo feest der Heilige «Familie. DU Broederscha zoowel geschikt om den godsdiens 1 om n het h'"oor leden te bewaren en ook nog 01 de toenadering van burger en werkman tr bewerken, werd Ie Roussclaae opgericht oor biseehoppelijk schrijven van Mgr Faicl, den 6 augusti 1874. Ter gelegenheid van dit jubel feest was een nieuw gedenkenisvaaudel een eclit meesterstuk, door M. Allaert vervaardigd, aan dc H. Familie geschonken. Zondag morgend om 8 1/4 ure, vergaderden boven de Iwaall honderd mannen in den jongelingenkring, welke van daar stoetsgewijze met de konink lijke Harmonie aan 't hoofd naar de Paterskerk optogen. Daar hadden de wijding van 't vaandel en eene welgepaste aanspraak door den eerw. Pater Godts, stichter der 11. Familie, plaats en werd eene plechtige mis van dankbaarheid door den Z. E. P. Van Aerlselaar, provinciaal der Redemptoristen, gezongen. 's Namiddags 0111 3 ure was hel openings- sermoen van dén Triduüm van den jubilé. Wal de goede Pater Godts daar al vertelde dien achternoen en de volgende dagen, ware le lang om uiteen te doen 't is altijd Pater Godts van over 25 jaren, vertelde mij een jubilaris. Hij onderricht het volk gezellig en weel het te overtuigen van de waarheden door zijne klare uitleggingen, hem eigen. Dinsdag morgend had eene generale com munie plaats, waaraan boven de 800 mannen deel namen, Om 1 1/2 ure 's nammidags, had het sluitsermoen plaats, en werd er aan een hon derdtal leden, al deze die sedert 25 jaren regel - matigde H. Familie bijgewoond hadden, een zilueren eeremetaal geschonken. Mei een dank- (jaar Te Deum eindigde de Triduum, die strekt den bijzonderen inrichter, den onvi moeibareu pater Van Cleemputte ter eere, niet beter kunnen lukken. Zondag gaan de leden der H. Familie, met boven de 700, naar Oostakker. Dat zal de moeite weerdzijn! Gedurende hunne afwezigheid zal de stad Rousselare vereerd worden 111 t hei bezoek van pastoor Daens. MUIZENVERSTAND. - Op het schouwstuk vaneen verlaten huis waren twee kandelaars blijven staan, met twee keersen. Daar kwamen toegetreden een bende muizekes fijn, die op keerseroet verlekkerd zijn. Hel roet van die twee keersen was, tot de grate toe afgeknaagd, maar een van de wieken hong neder, en de ander slond pijlrechte. De natuurkundige, M. Ter tr ais, die dat verteld, besluit daaruit 1° dat de muizen de eerste keerse zullen be ginnen afknagen hebben a 1 onder en dal de keerse zal afgeknipt en gevallen zijn op den duivel van die schamele beestjes; 2" dat die eigenste muizen, door die eerste obere avouture onderwezen, de tweede keerse zullen beginnen afknagen hebben al boven, en dat de wieke alzoo zal rechte gebleven zijn; 3° dat de muizen slimme en behendige beest jes zijn Die mensch zal verre komen als hij lange ge noeg blijft leven. KIEZING TE THOUROUT. Zondag is het kiezing geweest te Thourout voor de aanwij zing vaneen provinciaal raadslid in vervanging van M. Maurits Vandewalle, die zijn ontslag had moeten indienen ten gevolge zijner benoeming als rechter bij de rechtbank van eersten aanleg te Brugge. Twee kandidaten stonden op rang. M. Piers de Raverschoot, voorgesteld door de katholiekegezindheid, isgekozen geworden met 8525 stemmen legen 2508 verworven door M. C. Moeyaert, voorgesteld door de partij dei- groene christene democraten. Er waren 558 nietige briefjes. SCHRIKKELIJKE BRAND TE MOEN. TWEE KINDERS LEVEND VERBRAND. Maandag namiddag, rond len drie en half, heeft een geweldige brand de hofstede vernield van Remi Dolphens, op Kuokke, te Moen. Niemand was op het hof als de brand ontsaan is uitgeweerd de maarte en de Iwee kiuders, 'eentje van twee jaar en half en eentje van vijfjaar, van een der werklieden die daar met zijne vrouwe dagelijks ging werken. Om de Binders alleen niet te indeten thuis laten, had de boer toe„ laten ze m tê ie brengen naar het bof, waar zij speelden en alen. Van zoohaast men den brand geware wierd, trachtte men te redden wat nog te redden viel en men gelukte erin de peerden en het vee aan de vlammen te onttrekken. Maar niemand en had gedacht aan de twee kinders, die met den noenestond bij vader in de schure geslapen had den en die hij gerust laten liggen had als hij naar den arbeid ging. De man, als uitzinnig van angst en schrik, riep en herriep, maar vruchte loos wierden de kinders gezocht. Eindelijk wierden '/.ij ontdekt in de puinhopen van de af gebrande schure, maar in welken staat? Nog slechts twee hoopjes asschen. Niets van de hofstede is blijven staan. Al liet alaam.de meubels, drie zwijns, twee honden, zijn in den brand omgekomen. Er is verzekering, maar volgens het sehijnt, vele onder de weerde. De laatste overblijfsels van de twee verbrande kinders zijn in een kistje gelegd geweest en Dijsendag namiddag begraven. Het parket is ter plaals geweest. De brand is aan de strooien dakingen begon- 11 n, en volgens het schijnt zou het wel mogelijk zijn dat een vuurgenster uit den vierd ui vel van den trein van 3 uren, de oorzake er van geweest is. De trein loopt op eenigestappen van het hof ONMENSCHF.LIJK. Het parket van Door nik is begonnen met het onderzoek van eene zaak, die aantoont welke barbaarsche zeden er nog in sommige streken van ons land heer- schen. Te Orcq werd door de groote hitte een zekere L., zinneloos. Hij verliet zijne woning, liep door veld en wei, zich verbeeldende, dat al wat ti j voorbijging zijne eigendommen waren. Zoo kwam hij in een koornveld te M -slin- l'Evèque, waar een maaier hem verjagen wilde,. Hij weigerde en nu kwamen er nog andere veldarbeiders bij, die den ongelukkige afran selden en toen lieten loopen. Op eene hoeve gekomen, vroeg hij eene tas melk en om deze te warmen stak hij eenige busselen strooi in bra lid. Hij werd nu opnieuw verjaagd, doch door de dorpelingen achtervolgd, met eene koord om den hals gebonden, geslagen, aan eene kar ge bonden en voortgesleept, tot dat de ongelukkige geheel uitgeput was. Toen sloot de veldwachter hem op in een varkenskot. Des anderendags vernam de burgemeester wat er gebeurd was en deed den ongelukkige, wiens lichaam nog slechts eene wonde was, een fatsoenlijker verblijf geven en door eenen doctor onderzoeken. De zinnelooze kon zich doen kennen, en zoo kon de burgemeester zijne familie verwittigen. De geneesheer, die hem verzorgt, zegt dat zijn leven in gevaar is. De vcrledene weke werd alhier begraven k midden een grooten toeloop van volk de hi-er Leopold Pau wels. Bestierder der Wee- zenjong.-ns van stad. Op het kerkhof werden drie lijkreden uil- g-sproken, die de gansche loopbaan van den overledene kenschetsen. Wij gpven hieronder de bewoordingen ervan. Rede van M. Van Raes Dierbare familie, vrienden en kennissen, en Heeren Collega's. Het was treffand, over drie dagen, de versla genheid gade te slaan, waarin ons gesticht ver viel, wanneer ons de droeve mare gedaan wierd, dat onzen welbeminden Bestierder in den Hoere ontslapen was. Wanneer dat wreede en onverwachte nieuws ons ter kennis kwam, kon niemaad zijne aan doening verduikentrouwens Mijnheer l'auwels was de vriend van iedereen van iedereen was hij geëerd om zijne vaderlijke bezorgdheid, van iedereen bemind om zijne goedhertigueid zonder weerga. MENGELWERK 17 door HONORÉ STAES Rondom haar is alles eenzaam. Achter haren rug ligt het groote woud met zijne eeuwenoude eiken en beu ken, welk de gansche oosterkein vóór hare blikken ver bergt; langs hare beide zijden en vóór baar strekken zich velden, kanten en de groote rivier uit, waartus schen hier en daar, doch zeer schaarsch, het strooien dak eener boerenwoning boven een boschje van fruil- boomen zichtbaar is. De weg is modderig en de arme vrouw kan, daar het sneeuwwater haar gedurig doet uitglijden, enkel lang zaam vorderen. Zij hijgt en het zweet parelt op haar voorhoofd. Geen enkele boer is er in den omtrek om hare vracht van haren rug te nemen en ze naar haar stulpje te dragen. Eindelijk laat zij haren bussel hout langzaam op den grond zakken, en zij zet er zich op neder om wat te rusten. Nog tien minuten, murmelt zij, terwijl zij met haren voorschoot haar zweet afdroogt, en zij kijkt ver langend naar hare hut dio een eindje verder aan de bel ling van eenen heuvel schijnt te hangen. Daarna laat zij hare blikken in den omtrek weiden en murmelt voort: Het moet hier schoon, zeer schoon, en aange naam zijn in den zomer, wanneer de natuur met haar prachtgewaad getooid is en de vogelkens zingen. Men- schen die, ais wij, schipbreuk geleden hebben op den stroom der wereld, zullen er in tiet genieten van Guds lieve schepping, verwijderd van de samenleving, ruste voor den vermoeiden geest, baiseut voor hel bloedende tiarte vinden. Hier zal Marcel tevreden ziju.» Zij iaat het hoofd in de palmen der handen zakken en schouwt naar het zilverachtige walervan den stroom die een honderdtal stappen bezijden de plaats waar zij zich bevindt, rusteloos voortrolt. Tevreden, herhaalt krj ua eene poos; ja, dat zal mijn echtgenoot hier zijn, en waar hij zich gelukkig rekent, zai ik het ook ziju. Ai de menscüeu die hier 111 den omtrek wonen, zullen ons beminnen, want zij zui len met weten dat wij uil de hooge wereld gevallen zijn en dat er eene vlek op onzen naam kleeft. Zij zullen den ken dat wij, evenals zij, van in onze wieg, geen ander lot hebben gekend dan dit van te moeten werken zorgen en sparen om in ons onderhoud te kunnen voorzien, en vertrouwelijk met ons omgaan. Marcel zal visschen, ik zai met de kinderen in het Losch aardbeziën gaan pluk ken of miereneieren zoeken om ze 111 de stad te verkou pen. Wij zuilen hier een siukskeu grond benouwen, eene geit houden, gedurende den winlei veel hout rapen om uet te verkoopeu, en ia die nederige levenswijze zuilen wij oneindig meer genoegen vinden dan in net gemeten eener zorgelooze weelde. Daarenboven zal het mij hier veel beter gelukken mijn groot levensdoel te bereiken dan in het midden der stad, waar de menscüeu, immer voortgestuwd door eene koortsachtige zucht naar ge win, enkel het stoffelijke betrachten. Hier spreekt elk vogeltje dat door de lucht vliegt, elk diertje dat over den grond kruipt, elk boombladje, elk graskalmpje, elk bloempje van Gods almacht, hier zijn geene ongelukkige verdwaalden die hunne booze driften aanbidden, hier praalt het geloof rein, frisch, krachtig, onverzwakt in het harte der brave eenvoudige dorpelingen, hier zal ik het eindelooze geluk gemeten mijnen Marcel in ons nederig kerksken, tusscheu de andere brave meuschen te zien knielen voor die Voor zienigheid die hem beproefd heeft om hem op den reen ten weg ie brengen. Zij glimlacht zoet en staat daarna op om haren weg te vervorderen. Veel heeft de moedige vrouw doorstaan sinds de twee aar en drie maanden dal men haar haren echtgenoot heeft ontrukt. Wanneer men haar thans ziet, zou men niet kunnen vermoeden dat zij over korten tijd nog eene blozende rijke dame was die nooit kommer of ellende had geproefd, wie het onbekend was dat er zich eene schaduwzijde aan liet menschelijk leven bevindt. Dan was zij het beeld des levenspoëzie, het beeld der lachen delente, heden is zij dit de: ervaring, dn van den naakten winter; en haar aanschouwende, zou men zich met anders kunnen inbeelden, dan een dier wezens te zien welke van in hunne kindsheid tegen nood en ziele- kwellingen hebben moeten worstellen. Tot op het einde van den verleden zomer had zij het volgehouden in het steegje waar wij naar laatst ont moetten; maar daar haar Handenarbeid met genoeg op- oracüt om 111 haar onderhoud en dit hater kinderen te vuorzieu, en zij alzoo, üoe zuimg zij ook leefde, lang zamerhaiid haar geid zag wegkriuipeu; en bovenal om uat hel gesnap der lastertongen met uitstierf en zij met uuivenug den iioodiouingen indruk voorzag welke die kwaadsprekerij op Marcel zou makeii bij zijnen terug keer uit het gevang, had zij eindelijk hel stadje verlaten waar ze zooveel heil had gesmaakt en tevens zooveel wee had moeten verkroppen. Op zekeren dag had zij haar oog op eene landkaart gesla gen; zij had er een vlekje op gezien dat enkel door een oijua onmerkbaar stipje was aangeduid en daarhenen was zij gereisd om te vernemen of er daar voor tiaar en haar huisgezin geene ledige woning zou te vinden zijn. Een bouwvallig onbewoonl hutje op de helling van eenen heuvel had er bare aandacht getroffen, en nadat zij de stulp en derzelver omtrek onderzocht had, tiaa zij nare handen godvruchtig samengevoegd en weemoeuig gemurmeld: Heer, hier zal het balhngsgezinstilhouden. Stor uwen zegen over deze plaats. Hel laatste geld dal zij bezat, bad gediend om hare meubelkens naar hare nieuwe verblijfplaats over te brengen, en toen haar huisje een weinig hersteld en zoo bewoonbaar was gemaakt, bad zij het eenige zilverstuk dat haar nog overbleef, verwisseld tegen het eerste brood dat zij met hare kinderen in hare hut zou eten. Gelukkiglqk bad zij eeri dag later van den bestuurder der gevangenis waarin haar echtgenoot verbleef, eene geringe som ontvangen, als opbrengst van zijn werk, en hiermede was zij op eene armoedige wijze door den volgenden winter gesukkeld. - Gedurende het schoone jaargetijde zou zij in het dorpje een bestaan vinden, en midderwijl zou Marcel dédr wel geweest zijn om voor zijn gezin tezorgen. Deze zoete gedachte had haar moed gegeven om voort te gaan op haren lijdensweg. Verscheidene smeekschriften had zij reeds naar den koning gezonden om de verlossing van haren echtge noot te bekomen. Tot hiertoe echter waren hare pogin gen vruchteloos gebleven, doch de volksvertegenwoor diger wiens bijstand zij had afgesmeekt, had haar stellig verzekerd dal Van Hoeck eenige maanden afslag zou beko men hebben.en daarom was het dat zij zooveel moed had en dagelijks aan hare kinderkens beloofdedatwanneer de vogelkens uil de vreemde landen naar hier zouden komen om te zingen en hunne nestjes in boomen en struiken te bouwen, vader met hun zou medegekomen zijn. De brieven die zij van haren man gedurende den laatsten lijd 0 living, lieten haar hopen dal hij geheel en gansch kalm was geworden. Er stonden soms zelfs woor den van opbeuring in, en wanneer hij over de toekomst schreef, soheeo hij verzekerd dat hij nog hooger in de samenleving zou gestegen zijn dan hij het vroeger had gedaan. Hij sprak zelfs van rijkbetualde ambten en scheen zich nog weinig om de vlek te bekommeren die op zijnen naam kleefde. Zóó gelaten in zijn lot was hij zelfs dat, wanneer Lena hem, nu zes maand geleden, bij een harer bezoeken in het gevang, hem voorzichtig- lijk het verlies van hun kapitaal had aangekondigd, hij, zonder door deze tijding unsteld le zijn, koelbloedig had geantwoord; Er bestaan middels om hel terug te winnen. Vervolgt) 1111 ft

HISTORISCHE KRANTEN

Nieuwsblad van Yperen en van het Arrondissement (1872-1912) | 1899 | | pagina 2