MENGEL! EERLIJKHEID ZONDER GODSD ENST Het feestma< 1 van de Wacht Voor de Boers Uit Poperinghe eerie ferme borsteling krijgen, en ze zou hun Rolf's groote deugd doen Alzoo zal de lezer verstaan dat wij .-rootere gebeurtenissen r»; eten afwachten maar er zal denkelijk niet zeer lang meer te wachten zijn. Nog nooit en werd het. feestmaal der Ka tholieke Wacht met meer geestdrift en tezel- vertijde op deftiger -v ij ze bijgewoond dan dit, ja tr. Ha werkvolk van Yj.er houdt er aan te tongen dat ze wel opgebracht zijn en bij de hoo; ere klassen mogen gezien wor den. En waarlijk, die Zondag avond in 't Volkshuis geweest is, heef: moeten beken nen dat de leden van de Katholieke Wacht waarlijk deftig volk zijn, met recht en reden geëerd en geëerbiedigd. Mannen van de Wacht, proficiat voor uwe onberispelijke houding! Was er alles deftig, 't en was er niet te min geestig om er wierd daarbij veel eere gedaan aan d' keurig bereide spijzen Kalf vleeseh met witte boontjesossengebraad met vaderlanders iekens m-t appelmoes en dan fijne taartjes Wie en zoude er daar van zijne vingers riet aflekken tot aan zijnen ellebnge! bijzonderlijk als 't zoo smakelijk is gereed gedaan 'ijk de heer Van Haver beke en den weerd uit het Volkshuis dat kunnen Aan de eeretafel zaten al de grooten van stad, nevens den. he, r Seys, Voorzitter dei Wacht en M. Iweins d'Keckhoutte, Eere Voorzitter. We bemerkten onder' andere ZeerEerw.Henr Deken Kanonik De Brouwer, heer Baron Siirjnoiit dq Volsberehe. de eerw. heei Brest Rye boer, Pastor Kano- nik Duclos, Pastor Bus.-chae' t van St Pieters. heer Senator Sti uy heer Schepen Bergh man, de bieren n; enlevaadsleden, eere leden van dn War t en. de bestier leden, enz. enz. Bii 't nagerecht stelde, cerw. Heer Kanonik De Brouwer dc gewondheid voor van onzen Heil; i, va,i" p us en drut.ie de hoop uit d a ij :y.'-d van 't Vatikaan nog ten minste jaar in leven te zien. om dan bet ongehoord schouwspel te kunnen vieren van eenen honderdjarigen Paus Zijne schoone woorden werden begroet door den driemaal herhaalden kreetLove Leo XIII De eere voorzitter der Wacht, M. Iweins d'Eeckhoutt brac! t hulde aari Zijne Hoog mogendheid d--n Kon in... e'e aan de konink lijke familie, voire; olijk den volksgelief den jonkvorst A!bi echt. Hij vro g dat de heer Sobry, adv,, t. zoude lezing geven van een prachtig v.-de andsch gedicht, door hem naar Z. Hoogmogendbeid den Koning gezonden en aarvoor hij den vlei rdsten bedank'-i: sbri- f bad ontvangen. D' heer Sobry voldeed bereidwillig aan dien w- isch en las hel volgende stuk, dat wij met genoegen _w^4^A ïperïing, vereer den Koni. j, Vier zijn feestelijken dag. Ze d een heilv\ nsch naar zijn woning. Hulde oar's Lands hoogst gezag. Als de beiaard zijne toonen Over uwe woonste giet, Wil uw koning liefde tonen En zi: t't vaderlandscbe lied Als gij 't vaandel uit ziel steken Bij de grooten uwer stad, Volg dat voorbeeld, 'tis een teeken Dat gij houdt aan t> Igie's schat Als de klokk; n lot u roepen Kom ter Kerk, 't is Te Deum, Laat u niet vergeefs beroepen En bid God voor't Koningdom Leopold is de beheerder, 't Hoofd en 't hert van 't Vaderland, Uwe meester en regeerder. Die reeds wrocht met hand en tarid Voor 't geluk van alle standen, 't G< i ro 't welzijn van de streek En den vree met vreemde landen, En no it voor geen moeite en week. In d vier en dertig jaren Dat hij Belgie heeft bestuurd Heeft het Land niet wel gevaren, Wiei-d bel schip niet wel gestuurd Daarom moet g'hem dankbaar wezen, 't. Is voor u een heil'ge plicht, En voor geene spotiers vreezen, Machtloos of van zinnen licht. Gij moet wenschen dat hij leve Voor het welzijn van het Land, En dan immer, immer streven, Steunend op zijn groot verstand, Zijnen invloed en zijn trachten, Naar meer werk en nijverheid, En meer ziel en lichaamskrachten, Bron van weelde en heerlijkheid. 't Zal dan Leopold behagen Op uw stad een oog te slaan, Hare grootheid weer te vragen Om als Brugg' herop te staan Hij zal haar dan 't geld doen krijgen Voor haar Hoofdkerk ep haar Hal, Die de welstand op deed stijgen, En 't gebrek laat in verval Hij zal dan de vaart doen geven Tusschen Yperen de Lei, En geen slijk meer laten kleven Op den grond der Yperlei Hij zal breedte en diepgang geven Om naar zee te kunnen gaan, En, is 't mogelijk te herleven Op d vrije, handelsbaan. Dkt. dat moogl gij al verwachten Van uw goeden Opperheer Vier zijn feest, en wijd uw kraobien Koning Leopold ter eer. Daverende toejuichingen begroetten die schoone en flink uitgedrukte ged chten en de heer Advokaat werd van eikendeen geluk gewensebt. De heer Voorzitter Seys stelde dan de ge zond beid voor der hoeren van den gemeen eraad en voornamelijk van den beer Burge meeste'. Eenr driedubbele liuldebetooging bekrncbtigdi zijne woorden. De heer Burgemeester bedankte den heer Voorzittei en de leden van de Wacht voor hunne bewijzen van genegenheid en beloofde meer dan ooit te werken tot den welstand der .verkende klasse. Hiervoor zal noch moeit rif ch opoffering gespaard worden De werklieden moeten worden in staat esteld om behoorlijk bun amh; ebt te leeren n alzoo later bekwaam te ijnom voor hen zeiven en voos vrouw c; Lr de s eerlijk hun b idsschole uitnemende veel mede helpen De woorden van den heer Burgemeester werden geestdriftig toegejuicht. Na de .insprak n weid onder 't drinken van een smikMij»; pintj Ypersch bier en daar eeri liedje gezongen en daarin was de heer Henri Becelaere, onze onvermoei bare volkz nger.ils naar gewoon te «primus». Ook werd hij dapper toegejuicht, en 't was wel verdiend ook, want waar hij is, is er leute Kortom, de feeste van de Wacht is opper best gelukt en strekt tot eere aan de deftige werkersbevolking van Yper. Wij ontvangen den volgenden brief Bi USS. l, 16 November 1899 Mijnheer de Bestuurder, Wij hebben een Comiteit ingericht met het doel een beroep ie doen op de edelmoe digheid van geheel hel Belgische Volk ten voordeele van de weduwen en w« ezen der Boeren, slachtoffers van den Transvaalschen oorlog. Wij durven hopen dat gij ons daartoe uwen kostbaren steun zult verleenen, hetzij dooi' een» inschrijving iu uwe kolommen te openen, hetzij door de aandacht der lezers van uw geëerd blad te vestigen opdat groot sche werk van liefdadigheid. Hierbij voegen wij den omzendbrief, dien wij aan het publiek zenden. Wij verzoeken U, Mijnheer de Bestuurder, m t de betuiging van onzen in-nigen dank, de verzekering te aanvaarden van onze ge /oelens van hoogachting. De leden van het Comiteit, Eere-Voorzitter A. G. Van Deth, Consul-generaal der Zuid-Afri- kaansche Republiek, 98, Gulden Vlieslaan. Jonkheer E. J. deStuers, 26, Anspaehlaan, Voor zitter. P. J. B Ruys de Perez, 26, Joseph II straat, Se cretaris. L. A. van Sonsbeek, 26, Anspaehlaan, Penning meester. Baron A. von Ziegesar, 70, Hamerstraat. G JV. deStoppelanr,tö, Steenweg vanCharleroi. Baron V.van Lawick, 218, Steenweg van Char leroi. Graaf H. van Bylandt, 9, Vergote-straat. Juliaan De Vriendt, Lid van de Kamer van Volksvertegenwoordigers, 35, de Lochtstraat P. Dorhout, 8, Kleine Noordstraat. Ds. W. Hoek, 108, Leopold II laan. Commandant JJacqweGgepansionneerd hoofd officier van het Franscke Leger, 3, Belliard- straat. G.Lorand, Lid van de Kamer van Volksverte genwoordigers, 91, Belliardstraat. Odilon Périer, advokaat. 41, de Hériotstraat. A. Prayon-Van Zuylen, advokaat, 25, Gewijde Boomstraat II. A. P. H. Ravenswaay, 107, Koninklijke Sint- Mariastraat. L. Verwindt, 141, Louisalaan. Baron AC. M. van Lawick, 45, Lange Haag straat. Dr. J. C. Vollgraff, Hoogleeraar aan de Univer siteit, 46, Arloristraat. Bijdragen worden ontvi ngen ten bureele van 't Nieuwsbladir. de Boterstrale, 36. Een hiief uit Popennghe is ons te late besteld om vandaag ingelijfd te worden. K loostervervolging lt> al de kloosters der Assomplionisten van geheel Vrank rijkis er huiszoeking ge daan geworden, overal omtrent in dezelfd omsiandigheden. Te Arras vonden de huiszoekers en man nei der wet, in den overste renen man die juiste niet op zijnen mond gevallen is Toen de onderzoeksrechter wildp welen van wien de overste giften ontving, om de 450 ezen te voeden die de paters er onder houden, weigerde hij het te zeggen. Die giften, ze d' hij, komen va' lief!" dige personen mnürik zal rii mands nam. noemen, daar zij nnsschlen oo'; nog met een rechterlijk bezoek' zouden vereerd worden. Toen de rechter de boeken wilde aan slaan, zegde de oversteGoed, M de rechter, neem ze maar doch aangezien mijn bestuur aldus onmogelijk wordt, zal ik morgen de 450 weezen naar do prefek tuur brengen, Na ze door al de straten van Arras te hebben geleid, en ik zal aan den prefekt zeggen Daar, mijnheer, zorg gij nu zelf voor het onderhouden voedsei van deze 450 kinderen. En gij weet, M de rechter, dat ik gewoonlijk doe wat ik zeg. Daarop begon de huiszoeking, er er wer den slechts eenige onbeduidende papieren aangeslegen. H DE MOORD VAN ELVERDINGHE. - De de de pensejager is hem Zondag komen aan geven bij den heer Substituut Prokureurdes K°Vangde verleden». weke reeds was er te Rous- selare bii de vaart eene klakke gevonden met een briefken erin waarop het volgende stond Vaartwel, vader en moeder, broeders en zusters, ik sterf. Schrijft aan tparket dat deze a die gepakt zijn ouplichtig zijn, het is ik die „geschoten heb. Gusfaf. Nu weel men wie die Gustaaf is. Aan t gerecht de zake klaar Ie trekken, waar ze nog duistei schijnen zou. In alle geval, 't ware te wenschen dal er kon een einde gesteld worden aan de talrijke mis daden door ot om dat ongelukkig pensejagen bedreven. WAAROM NOG HOESTEN Ik verklaar openbaarlijk dat de Siroop de Pratere den strafsten hoest, de sterkste verkoudheid in twee dagen geneest. Het is do eenigste aangename borstremedie die altijd spoedig en zeker geneest Al deze die Siroop de Prater. genomen hebben, zijn eens om te verklaren dat haar gelijke niet bestaat, maar let wel op, vraagt en eischt altijd echte Si ioopde Pratere. aan 2 franken de flescli Dit geneesmiddel kost maar 10 centiemen daags Te bekomen te Yper, apoth. Socquet- Terriere Rousselare Veys Kortrijk Hulpiau en De Boey. UIT LACHEM. Vader, tot zijnen zoon, die in school nog al dikwijls de eerste is... al achter te beginnen - Wie is er nu eigeutlijk de grootste luiaard uwer klas? Dat en weet ik niet, vader. Dat moet ge toch weten. Horkt, als al de anderen leeren, lezen of schrijven, wie blijft er dan werkeloos zitten rondkijken? De meester, vader... M Emiel Lyard, nijveraar te La Louvière, schrijft Ik. ondergeteekenden verklaar den Elixir Vincent tegen jicht en rhuiuatism te hebben ge bruikt, tot het bestrijden eenei' langdurig rhu- matism dat mjj veel deed lijden de uitslag was inderdaad verbazend, Ook raad ik hem aan den raenschen die met deze ziekte geplaagd zijn. Ik machtig M. Vincent dezo verklaring openbaar te maken. E. Lyard. Depots te YperLibottete PoperingheMon- teyne. Prijs, 3 fr. de flesch. SMOKKELARIJ. Het smokkelen, met den winter en de lange avonden, is wederom volo[ aan den gang. Wij willen hier spreken van het smokkelen van vee langs de hollandsehe grens, wat veel winste geeft. Er gaat geen enkele nacht voorbij, of er worden kudden van de schoonste koeien bin nen gesmokkeld. Men smokkelt altijd van de schoonste koeien, en natuurlijk 't is al ééne ruzie, en aan de die is meest winste. De koeien welke men alzoo uit Holland blauwt,zijn meest aIlijd in kudden van vijf tol tiene. Dat smokkelen is eene geheele inrichting, en er moeten daar verkenners bij zijn, gelijk in eenen oorlog. De koeibeesten worden op een of ander punt der grens bijeen gebracht, en de blauwers komen daar. Het plan wordt beraamd aan elk een wordt gezegd wat hij te doen heeft, eh men trekt er maar op los. Eerst gaat een troep verkenners voorop, alles afspiedend, om te weten of zij geen onraad ge speuren. Dan volgen de smokkelaars rn>:l den troep koeien, gemeenlijk tweemannen voor ééne koe. Eindelijk is nog een laatste troep blauwers soorte van beschermers, alzoo ééne aehterboede. En al die lieden kennen zoo een gerucht, zulk een gefluit, en weten seffens langs waar er gevaar opkomt. Op zekere plaatsen, langs den kant van Turnhout, moeten de smokkelaars de beesten door de vaart trekken. Maar zij staan daar niet voor, en bovendien rnet dien overzet zijn zij nog al gauwe kant en klaar. Eu 't gebeurt toen ook, en nog al getijde- lijk, dat gendarmen of douaniers op de smok kelarij komen. Toen is het een geheel spel, en zelve dikwijls een gevaarlijk spel, als de blauwerszich ver wee ren. Het meeste deel der blauwers vluchten, trachtende de beesten er algelijk nog over te krijgen. Maar andere blauwers verweeren zich tegen d>' douaniers, en eene bloedige botsing ontstaat. Het is reeds meermaals gebeurd, dat smok kelaars of douaniers alzoo erg gewond geraken. Uit Turnhout wordt een tooneelke van stout moedige smokkelarij, in de volgende bewoor ding vermeld Het was in hel holle van den nacht, en een roep smokkelaars kwam op, zes koeibeesten geleidende. De smokkelaars welke de beeslen voortdre ven, waren negen in getal de verkenners waren voorop. (i Deze waren den nabijzijnden douanepost genaderd, en zij bemerkten niet dat er ievers onraad was. De eigentlijke smokkelaars, geen noodtee- ken hoorende, kwamen dan maar met den troep koeien aan. li Al met eens komen douaniers uitgeschoten, die de koeien aanslaan en de blauwers wilden vatten. De smokkelaars, door de duisternis begun stigd, konden nog met twee koeien de vlucht nemen. Twee (lagen te voren, werd ook een tame lijk groote troep koeien ingevoerd, en de dou aniers waren te laat. Zij zaten de smokkelaars op de hielen doch blauwers en beesten, gerochten bij lijds over de grens. M Marquinier, place de la Justice, 15, Bi uxelles, écrit: - Jedevaisgarder la chambre par suite d'un aocès de rhnmatisme goutteux, j'éprouvais de 'ordes douleurs. J'essayai l'élixir antigoutteux et antirhumatismal Vincent. L'effet fut vraimeut surprenant; au bout de deux jours je pouvais 'eprendre mes occupations.» Marquinier. DépAt a YpresPharmacia Libotte. Prix 3 fr Ie flacon. KOPPIGE VOERLIEDEN. - Uit GentEen ongeluk dat erge gevolgen kon hebben, gebeur de dezer dagen op den Zwijnaardsehen steen weg. Een beerwagen van V. De Wilde, van Heusden, keerde van Zwijnaarde naar de stad terug, en moest aan den spoorweg van Gent- Brugge kruisen niet eenen agen die van de stad kwam. Geen van beide voerlieden wilde voor den andere wijken, en zoo stropten zij alle twee op den doorgang der ijzerbaan. Eindelijk kon de eene wagen over de baan rijden doch de beerwagen was met een d»r wielen tusschen de riggels gerocht hij kon voor- noch achteruit, en fn de verte zag men de Malle aankomen. De voerman spande dadelijk zijn peerd uit, en de baanwachtster liep de baan op, om met haar vlagske teeken te doen dat de baan on klaar was. De machinist bemerkte het evenwel niet, en eenen minuut later botstede lokomotif in volle snelheid op het voorspan van den beer wagen, dat verscheidene meters verre geslin gerd werd, terwijl de trein ongedeerd voort reed. De reizigers, die zich in den trein bevonden, zijn er met eenen lichten schok van afgekomen.' EEN TOREN VAN BABEL. In de lente van 1901 zullen de Amerikanen de houders zijn, van een nieuw record. In Buffalo bouwt men een ijzeren toren van eene hoogte van 1152 voet; hel grondvlak is .-en vierkant met een omtrek van 180 meters. De toren zal verdeeld worden in vijf verdiepingen: de eerste komt op eene hoogte van 71 nieters, de tweede op 155 meters, de derde, op 24J. de vierde op 300 en de vijfde aan den top, waar een platform van 08 vierkante meters gebouwd zal worden met zomer- en wintertuin, restauraties en een schouwburg. 34- eleclriscbe liften, zullen per uur 10,000 personen naar boven kunnen brengen, binnen de 7. s minuien, 's Nachts zal de toren vet licht kunnen worden door duizende veelkleurige lampen in guirlandes opgehangen. De drie ingenieurs en vier bouwmeesters, die het plan van het reusachlig gebouw ont worpen hebben, schatten de kosten op 2 mil- lioen dollars. Provinciale tent» -stelling van Gent Gr <>,e bijval v. t Pianos ten tooge ges el-! J 'or y. i: mtoppelaere gad 'uhru. re .i 3. Hoestzinking. Lj T tin inogèue. i»9 MENGELWERK 27 door HONORÉ STAES «Wacht!.... alvorens te sterven, nog e n zoen... De eerste dio ik u gaf, was de verlovingszoen....D3n was ik gelukkigDe tweede welken gij van mij ont- vingt, was de huwelijkszoen.... Dan waande ik dat geen onheil machtig genoeg was om mijn geluk te ver gallen.... De laatste die ik op uwe wangen zal drukken, moet de zoen der wanhoop, de zoen des doods wezen... Na hem zal de vernietiging volgen van heil en smart...» Op ditoogeobllk richt Lena zich half op. De bedwel ming waarin zij was gevallen toen het werktuig van Martin op haar hoofd gebonsd was, is voorbij. Duurbare, gij leeft nog roept Marcel, met eenen schreeuw van blijde verrassing, en hij laat zijnen revolver vallen. Duurbare steent zijne echtgenoot, Is het tabernakel opengebroken Van Hoeck heft zijne eebtgenoote van den kille mar- martrap, zoent haar op het bebloede voorhoofd, en jammert «Lena.... ik w; s bet niet die het wilde open breken.... Het is op u v hoofd dat hiju getroffen heeft... Ik zal u wreken... Hij zal sterven door mijne handen... Mijne teergeliefde echtg< noote... lijdt gij veel Ha waai- lie I wij et v< rdiend zoo o: velukkig te zijn?... Aoi i>; niijii zij het noodlot dat, ons immer blijft vervolgen I labornakf 1 opengebroken L «rhaalt de gckwüfste. Ni lii Lc.au, jammert de gewezen fa- briekbestuu riet'. Lijdt dj veel «Niet vi el, Marcel.... Gij hebt toch mets uit de kerk genomen nietwaar? Niets, Lena,.... Uw hoofd is vol bloed.... Doemnis «Ik ben nog enkel een weinig duizelig, Marcel... Leid mij naar huisWees niet ongerust wegens mij... Zi», ik kan goed gaan.... De Hemel zij gedankt dat de afschuwelijke heiligschennis voort omen zij Schielijk loopt er eerie koude rilling door Marcels leden De ongelukkige herinnert zich dat hij voor eenige oogenblikken een revolverschot gelost heeft, en li ij beseft dat het geluid ervan tot buiten de kerk ge drongen is. Hij begrijpt dat, zoo hij nog eenige tijd in den tempel blijft vertoeven, er mogelijkheid bestaat dat tiij opnieuw zal vastgegrepen worden om tusschen de muren eener gevangenis een deel van het overige zijner dagen te gaan verslijten. Neen, Lena, wij mogen hier niet langer meer blijven, zegt hij sidderend. Ik zal u in mijne armen nemen ew naar huis dragen. En hij raapt zijn vuur wapen op steekt het in zijnen zak, klemt daarna zijne vrouw tusschen zijne armen, en verlaat met zijne kost bare vracht, zoo snel het hem mogelijk is, de kerk. Eenige oogenblikken later is hij met Lena in deopene lucht. Van Hoeck ziet angstig in het ronde, en daar hij geen enkel levend wezen in den omtrek bespeurt, mort hij, eenigzins gerustgesteld Niemand zal het schot gehoord hebben. Stap pen wij evenwel haastig voort. Het gevang Brrr is ijs er van.... Ik wil voortaan bij mijne vrouw en inderen blijven. ln de straten van het dorpje is het zoo doodsch moge- Ljk. Geen gekletter van zwingelmolens, geen getiktak van weefgetouwen, zelfs geen hondengeblaf weerklinkt meer door de ruimte, en door g,;en enkel vensterluik dnngt nog een lichtstraal naar buiten. Middernacht is immers het uur der ruste voor de b aven. Zwijgend treedt Marcel voort net zijrie vrouw tus- seli'! - zijne armen. Hij hijgt onder zijnen zwaren last, maar meer nog onder het gewicht der wanhoop, die op zijrie ziel drukt, en rtieër dan eens moet hij zich geweld aandoen om zijne smart te beletten zich door jammer klachten lucht te geveiL Lena, van haren kant voelt langzamerhand hare krachten vermeerderen en hare duizeligheid overgaan. De slag welken Martin haar had toegebracht, was wel geweldig geweest, doch had haar enkel op het achter hoofd, de minst gevaarlijke plaats, getroffen. Nog ge voelt zij dat er bloed uit de wonde vloeit, maar hare pijn is reeds dermate verminderd dat zij goed ver draaglijk is. Na eenigen tijd, wanneer zij ziet, dat zij buiten de kom van het dorp zijn, zegt zij tot haren man Laat mij zakken, vriend. Ik ben sterk genoeg om tot huis te gaan. En terwijl zij dit zegt, doet zij eene lichte poging om zich los te trekken. Redriegtgij mij niet? vraagt haar echtgenoot angstig, aan haar verzoek voldoende. In het geheel niet, Marcel. Geef mij uwen arm. Met die hulp zal ik gemakkelijk tehuis geraken. Wij zijn immers maar een kwart uurs van onze woning meer verwijderd. En werkelijk treedt zij aan den arm van haren man voort. Er vloeit nog altijd bloed uit uw hoofd, zucht de gewezen fabriekbestuurder. Lena, Lena, ik ben gedeeltelijk de schuld van het ongeluk dat u getroffen heeft. Waarom verrnaledijdt gij mij niet....? Als christene mag ik niemand kwaad wenschen, Marcel, hoe zou ik dan iemand kunnen vermaledijden dien ik meer dan mijn eigen leven bemin Schielijk voegt zij er met bange stem bij Marcel, moet die andere weer in ons huis ver nachten «De andere is op de vlucht gegaan, gromt Van Hoeck. Maar ik zal hem wederviuden En zoo hij tusschen mijne handen komt, geraakt hij er niet levend uit. Gij zuit hem vergiffenis schenken, zooals ik het doe, beste vriend. Alleenlijk verzoek ik u dat gij nooit met hem in betrekking kornet, want hij was de booze geest die hel geluk wilde vernielen dat ons in de toekomst te wachten staat. «Geluk geluk denkt gij daat nog aan tgcht Marcel met eenen bitteren orii.mianh Meer dan ooit, lieve vriend. Thans beh ik vol komen de zekerheid dat het ons ten dei-le zal vallen. De goede God heelt immers mijn offer aanvaard, het mirakel is zienlijk. Welk offer Dezen avond nog had ik Hem gezegd dat Hij van mij eischen mocht al wat Hij wilde, zelfs mijn leven, indien Hij mijnen duurbaran echtgenoot de ge nade der bekeering schenken wilde. En ten teeken dat Hij mij verhoord heeft, beeft Hij mij op de wonder baarste wijze mijnen Marcel laten redden op het oögen- blik dal hij inden kolk van de gruwelijkste der mis daden ging nederzinkcri. Van Hoeck zegt hier niets op, maar schijnt in ge dachten te verzinken. Nadat hij met zijne vrouw nog een honderdtal stappen gedaan heeft, mompelt hij Inderdaad, het is eene hoogere macht dan de' rr erischelijke die u irr de kerk bracht. Hoe waart gij daar gekomen Ik herhaal u, lieve vriend, dat mijn God, die welhaast ook de uwe zal zijn, er mij henen bad geleid om u te redden. Mijn leven heeft Hij niet geeischt, maar enkel eene lichte pijn,die niet lang zal duren, o l Hij is oneindig goed en bermhartig. Plotselings begint Marcel hevig te snikken, en Lena ziet voor de eerste maal haars levens dat er tranen over zijrie wangen rollen. NV at deert u, lieve vriend vraagt zij angstig. Hij drukt haar legen zijne borst en zegt altijd snikkend Len t, Lena, ik benijd u omdat gij gelooven kunt Konde ik het, ik zou, evenals gij, nog hoop hebben in de toekomst, ik zou den haat kunnen ver- dtijven die tuijn binnenste verschroeitik zou tevre den zijn me mijn nederig lot,... en mijne weelde van vroeger kunnen vergeten. Een lichte kreet van blijdschap vliegt uit dun inond der vrouwe Zij vergeel dal zij piju aan hei hoofd ge voelt, zij ontwaart dat zij op hel punt is haar levensdoel te bereiken, dat haar man luistert naar de stem der ge nade. Met van ontroering trillende stemme zegt zij MP" 1 -DoJ orarr.i li. O... I .ir Nijvrr

HISTORISCHE KRANTEN

Nieuwsblad van Yperen en van het Arrondissement (1872-1912) | 1899 | | pagina 2