MENGELMAREN
LOON NAAF. W
den Katholieken Kring
Staatkundige Omschouw
Vrankrijk
Duitschland
Transvaal
liet liefdadigheidsconcert
van St Vincents Collegie
Sterfgevallen
Rechtbanken
St-Pieters kerk
m
Nu staat M. Colaert op om den Nieuwen
Minister, in name van den Gemeenteraad,
te verwellekomen.
Het nieuws van uwe benoeming als
minister, zegt hij, heeft ons pijnlijk geval
len wij verliezen eenen burgemeester, ons
zoo verkleefd, en die zoovele gr daan heeft
voor de stad Yper.
Maar van eenenanderen kant, mijnheer
de minister, wenschen wij u geluk met uwe
benoeming. Het is zoowel voor ons als "-oor
u een eere dat gij tot dat hoogeambt getoe-
pen zijt door Z. M. den Koning.
Herinner u altijd dat Yper veel voor u ge
daan heeft. Dit zal uw plicht zijn.
God heeft u leven, verstand en fortuine
gegeven, maar het is Yper die u groot ge
maakt heeft. Het is wij inden giord die u
Minister gemaakt hebben.
In 1872 zond Yper u naar den provin
tieraad die u bestendige afgeveerdigde noem
de.
In 1878 zond Yper u naai' 't Senaat
waar uw talent u onder de groote mannen
van het Land stelde.
In 1891, verkoos Yper u als gemeente
raadslid en alzoo werd gij onze Burgeme: s
ter.
Wij hebbendus ten uwen opzichte oozte
plicht gekweten nu is het uwe tu urt u'-un
plicht ten onzen opzichte te doen.
De Minister van Arbeid, mijne vriend -n
roept M. Colaert uit, het is uwe Minister,
(luidruchtige bravos)
De Minister, weest ervan ovi rtui d,
zal voor u nog meer doen dan de Burgemees
ter. Als Minister van Nijverheid zil hij de
Minister zijn van de groote en de klei no
burgerij.
M. Sobry Leeft alreeds een woord g'-zoid
van 't geen er voor Yper te doen staat
Wij hebben onze praalgebcuwen te her
stellen, onze vaart te voltrekken, onz<
gezondsdienst te behortigen, onze verbi
dingswegen te lande uit te breiden.
De Minister zal ons krachtdadig tei
zijde kunnen staan om die openbare werker
uit te voeren.
Over eenige dagen sprak ik, in dm
trein, met een bediende die inden tijd et n
verboor verkregen had van M Jules Vand n
peereboom, zijnen Minister. In zijnen nede
rigen stand, had hij gevraagd wat hij meer de
recht te zijn, en had zijn geding gewonnen
tegen eenen machtigen ambtenaar M. de
Minister Surmont zal dit voorbeeld volgen
Komen er moeilijkheden te ontstaantusschen
eenen groote en eenen kleene, en is deze
laatste in zijn recht, zijn recht za! de over
hand hebben, zijt er zeker van. (Bravos).
Aan het werk kent menden werkman.
En wanneer men M. den baron Surmont aan
't werk zal gezien hebben, het Land, de ka
tholieken, ja zelfs de liberalen zullen aan den
Koning zeggen dat zijn keus allerbest ge
weest is. (Toejuichingen).
Die toejuichingen, M. de Minister,
getuigen dat mijne woorden overeenstem
men met de gevoelens van deze menigte. Zij
erkennen het goed dat gij gedaan hebt, rn
hebben betrouwen in da toekomste.
Nog één woord. Gij zijt Gentenaar ge
doopt maar wij hebben u Yperiing
gevormd. In deze stad Yper, die uwe moeder
stad geworden is, hebt gij dag n van rouwe
en dagen van vreugde geteld. Wij hebban i
uwen rouwe en in uwe vreugde gedeeld Ypet
bewaart hetgeen gij liefst op de aarde b zat,
meer dan de helft van u zeiven. en onder
andere het geheugen van eene heilige
vrouwe, de Voorzienigheid van den aime
(diepe ontroering.)
Wij hebben u en de uwen noodig
kom hier uwe verlofdagen slijten, en uwe
wekelijkscbe rustdagen. Zoo zal ons uw
weggaan als Burgemeester min pijnlijk val
len. Wij zullen dan verslaan dat. het Land,
die uwe diensten noodig had, hel recht had
u aan uwe plaatselijke bezigheden te onttrek
ken in het belang van het algem.en welzijn.
Blijf dus onder ons, blijf Yperling «(bravos)
Daarna staat de heer Minister op, en tol
ranen toe bewogen op het ziuht dezer plech
ige belonging, bedankt hij al zijne vrienden
m die diepe blijken van genegenheid
Uw spijt bij mijn weggaan, zegt hij,
heeft mij tot den grond van mijo herb getrof-
ten.
Yperling ben ik Yperling zal ik blijven
(oravos).
Het was mij meer dan genoeg uw burg-
neesier te zijn, en ik had het willen blijven.
Nooit heb ik de begeerte gehad minister te
a orden, lk had eene ware schrik over de
verantwoordelijkheid die ik op mij trok.Maar
d omstandigheden hebben machtiger ge
veest dan mijnen wil.
lk zal dikwijls te Brussel zijn, hel is
vaar; maar ik blijf inwoner va u de stad
Yper. i
Wanneer de belangen van Stad en van
'v t Arrondissement het zullen vereiscben,
zal tk nevens u zijn om dezelve) te verde
digen Ik zal geheel mijn leven indachtig zijn
wat «ij voor mij gedaan hebt.
Altijd zal ik ter uwer beschikking zijn.
Mijn huis zal open zijn voor al wie mij be
ert te spreken wanneer ik hier zal komen.
Eu die naar Brussel zullen komen, groote en
si- ene zullen mij altijd bereid vinden hen te
lanhooren.
Iï blijf aan 't hoofd der Katholieke partij
van Yper. In alle moeilijkheden zal ik u on
iersteun. n. Mijne opvolgers zullen altijd op
mij mogen rekenen In één woord ik zal met
•ert rn ziel met u zijn. (bravos).
Diepe ontroering belet de Minister nog
order te spreken.
To juichingen zonder einde begroeten die
aenelijke woorden van den heer Minister,
iiie de zale verlaat om te gaan naar
•va Mij heer Biebuyck, Voorzitter van het
Tribunaal, m name en plaats van M. Iweins
1 Eeo; buutte,d-.-n heer Minister verwelkomt.
in zijne antwoorde doet Mijnheer de Mi
•ister verklaringen lijk deze hooger in 't
V '1 hshuis
En daarna met het luimig karakter dat
m-n hem kent, vraagt de heer Surmont, den
Minister eenen oogenbük daar te laten om
net eenige vrienden een hertelijn... partijtje
domino te spelen.
wordt
aan do Kamers ook nog'
eon krediet gevraagd van 700.000.000
zegge zeven honderd vnillioen
voor de versterking der franse he
kusten. Wat die dwaze oorlogsuitgaven
tot al eischen
'1 Ministerie Waldeck-Rousseau heeft
eene nieuwe wet voorgesteld om belet
Ie geestelijken eu bisschoppen te kun
nen vervolgen, die zouden durven
zijne politiek afkeuren.
De wetgevende Kamers zijn daar
bezig met de bespreking van de ver
meerdering der oorlogsvloot.
Weinig bijzonder nieuws van den
oorlog, tenzij da) Maarschalk Roberts
nu zelve 't opperbevel genomen heeft
over 't leger aan de Modderrivier.
Waarlijk 't was prachtig.... Al de stukken
van het programma hehbert meesterlijk uit
gevoerd geweest, t' ls onder dien indruk dat
dal honderde en handerde aanschouwers,
uit de deftigste familjen van Yper de feest
zaal van het Collegie vrijdag avond verlie
ten.
Men sprak van dal zoet en aangenaam
muziek der mandohnen dat met zooveel
geestdrift en genoegen toegejuicht werd
t Waren heeren nandolinisten uit stad,
oud' leerlingen van bet Collegie zeide men,
die het hunne hadden willen bijbrengen om
het feest op te luisteren.
En de koorstukken voegde men er bij
waren niet min schoon Wie zou ooit ge
dacht hebben dat de Ghineezeri zoo ervaren
zijn in de toonkunde? immers het stuk
noemde Li-Esin.
Het fransch blijspel Monsieur Gavroche
van Antony Mars is e< ne der schoonste stuk
ken die wij tot nu toe hebben zien spelen in
't Collegie. In zuiver"en schoon fransch, met
gepaste en uitgelezene gebaren hebben de
jonge spelers op eene meesterlijke wijze het
stuk weten uittevoeren. Eere aan den bestier
der van het Concert, die met zooveel vernuft
zijne jonge spelers heeft welen te geleiden
en eenen zoo iuisterlijken uitslag beeft beko
men
Het vlaamsch stuk Onze Vader be
rijmd treurspel, Ie pater van Francois Cop
pée, veranderd en vertaald, was zeer schooi
verheven en indrukwekkend, 'k Hoorde
gen, wie beeft er dat stuk vertaald in mne
zoo boeiende en dichterlijke taal dat en kan
toch nooit een frè'-e trois points zijn
helaas er slaan drie puntjes in plaats van
zijnen naam.
De tafereelen of tableaux die altijd zoov el
bijval hebben zijn ook bijzonder wel gelukt
Levende schetsen uit de geschiedenis van de
Kruistochten betrekkelijk de onwaardeerbare
elikwie van het H. bloed van Christus, di>
ioor Diederik van den Elzas overgebracht
werd naar Brugge.
Kleeding en wapenrusting - alles was
in den trant en in den stijl van den tijd
waarop deze gebeurtennis geschiedde dat
hebben kekwame en geleerde kenners besta-
tigd.
De armen der stad zullen ongetwijfeld het
laatste en het beste deel hebben in dit lief
dadigheidsfeest want de zale was opge
pept, van volk maar, het Collegie ook
vindt roem en eere in de manier waarop het
zijne leerlingen weet te vormen en te voor
schijn to brengen.
Zondag noen is hier ter stede overlede
Mevrouw René Begerem Syoen, echtgenoote
van den achtbaren gemeenteraadsheer.
Donderdag had de plechtige begravenif
plaats ta midden eeil overgrooten toeloop
van volk uit alle standen der samenleving.
Eikendeen had er aangehouden om de dier
hare overledene en bate beproefde familie
olijken van genegenheid te geven.
Wij bieden do familie Begerem de uit
drukking onzer gevoelens van oprechte
deelneming.
Donderdag is alhier insgelijks overleden
den heer Jules Wallaert Pil, aannemer in
stad.
Zonder veel beslag er van te maken be
herttgde de heer Wallaert alles wat kon
meehelpen tot geluk en voorspoed van zijne
werklieden. Hij was een vriend en troost
der armen.
M. Wallaert oritvange hierboven den loon
zijner deugden en goede werken.
De plechtige lijkdienst en begraving za
plaats hebben Maartdag morgen ten negen
>n halfin Si Pieterskerk®, zijne parochie.
Eedgerecht van West-Vlaandereii
Lijst der heeren gezworenen, bij lotin
aangewezen, om te oordeelen over de zaken
die in de 2° serie van het i' Kwartaal 1900
zullen opgeroepen worden. Opening den
Maandag, 5 Maart, onder het voorzitterschap
van M de Bie, raadsheer bij het beroepshof
te Gent
Titelvoerende Gexwoornen
G Dreyepondt, rentenier, B'Ugge.
Doutrelirigrm brouw-r, Kortrijk.
A. Anseeuw, handelaar. Kortrijk.
J. Coevoet, handelaar. Poperinghe.
V Casier, handelaar. Meenen.
Ch. B-tus, handelaar, Yper.
Van Muilem, doctor. Blankenher<ghe.
A. Danneel, Bakk ir, Oostende.
Th Debrabandere, brouwer, Aerseele.
St Kervyn, gron eigenaar, Brugge.
Lefevre, burgmeester, Harelheke
Debhaudt, fabrikant, Kortrijk.
L. Vermeerscb, steenbakker, Dixmude
M itihvs, handelaar, Brugge.
J -B. De K uwer, brouwer. Wcstoulre
Carpenlier, bandelaar. Kortrijk.
Nys, fabrikant, Kortrijk.
Grossé. handelaar, Brugge.
M. Desforges, reeder. Oostende.
Delva, handelaar. Werwick.
Carpenlier, handelaar, Hooghlede
De aedt. gemeente ontvanger, Iseghem.
F D'Hycdt, bediende, Oostende
E Hanssens, gem ente-raadslid, Harelbeke
C Quatannens landbouwer, Eesst-n.
Decanniere, koopman in wijnen, Kortrijk.
Ampen, handelaar, Poperinghe.
Cu. D'bondt, grondeigenaar, Brugge.
I'd denbroucke, handelaar, Kortrijk.
Merlin handelaar, Brugge.
Bijgevoegde Gezwoonen.
D. Meyers, koopman in wijnen, Brugge.
de Sehietere de Lophem, grondeig id.
<1. The.velin. advokaat, id.
Degrav brou ver, id.
gekend, de Crombekenaars hebben er een
handje voor om te versieren, vooral wanneer
het hunne priesters geldt.
Pastor Van Overschelde, hertelijk proficiat,
en ad muitos amos Nog lange jaren
KOLOSSAAL Indien gij vrienden of ken
nissen hebt die door influenza aangedaan
zijn, of die hoestenen blaffen om te scheuren,
zegt'hun seffens eene flesch Siroop Depratere
te koopeu. Gij zult hun de grootste dienst
bewijzen mogelijk, want de Siroop Depratere
doet wonderen, zij geneest in min dan twee
dagen de zwaarste verkoudheid, dezwaarsten
hoest. Let wel op, vraagt en eischt altijd de
echte Siroop Depratere aan 2 franken de
tl 'scli Dit geneesmiddel kost maar 10 een
nemen daags, te bekomen te Yper apolh.
Socquet Dixmude, Gbyssaeit.
GOEDE MAATREGEL. - Bij gelegenheid der
tentoonstelling zullen de kaarten heen en weer
naar Parijs, tegenwoordig geldig voor 5 dagen,
geldig z.jn voor tien dagen. Deze maatregel zal
toegepast worden van bij de opening der ten
toonstelling.
Tiftl UPPD biedt kosteloos aan, aan allon
(">11 llEbn die aangetast zijn van eene
Gebed van reertig uren
Zondag18 Februari, hoogmis om 10
lof, sermoen, processie om 4 1/2
ure
ure.
Maandag, hoogmis om 9 ure en solemneel
lof om 5 1/2 ure.
Dinsdag Is op den M aandsg.
CROMBEKE. D Crombekenaars hebben
Dinsdag op deftige wijze hunnen nieuwen
herder onthaald.
Dichten, jaarschriften, praalpoorten, vaandels
en wimpels, 't was alles in overvloed, en, 't is
huidziekte, haarwormen, eczemas,puistjes,buid-
tl.... borst- raaag-
- P«
utslag. chronische bronchieten, bc.
en hUasziekten, rheumatism, eon onfeilbaar
middolte doen k-mnen om zich spoedig te ge
nezen, zooals hijzelf volkomen genezen is ge
weest na alle mogelijke geneesmiddels vruchte
loos te hebben doorstaan en beproefd. Dit aan
bod, waarvan men het menschlievend dool zal
n zien. is het gevolg eener belofte
Per brief of postkaart schrijven aan den Heer
Vincent. 8 place Victor Hugo, te Grenoble, die
kosteloos en vrachtvrij per post antwoorden en
de gevraagde inlichtingen opsturen za! to
VERBLIJDEND TEEKEN. Als ge nu gaat
denken dat de katholieke studenten zoo talrijk
worden in de liberale Hoogeschool van Brus
sel dat zij reeds een blad aan hun eigen heb
ben
Professor Pergameni. die er doceert, schrijft
D-' Hoogeschool is door de kalholieken over
rompeld, en deze toestand ontroert diep.
Ziedaar eene gebeurtenis die ons op verre na
geene tranen uit de oogeu perst, maar een be
wijs te meer is, dat onze gezindheid vooruit
gaat en wortel geschoten heeft tot in de broei
kassen onzer tegenstrevers. En als het zoo
voortgaat zal het laatste vrij onderwijsgesticht
dat de geuzen behielden, ook nog teenemaal in
dehanden dier sakkersche papen vallen.'t Is
wreed, zei Verhaegen, en hij bezag zijne Hoo
geschool
LANDBOUWERS Wilt gij de groote ver
liezen voortgebracht door den buik-
fljop der kalvers en veulens, vermijden
Hein altijd in uw huis een of twee doozen
Amerikaansche Poeder Depratere. Deze die
het alreeds gebruikt hebben kunnen getuigen
met ons dat het \ns->rikaansche Poeder De-
praler" e-m schat is die nooit niet en faalt.
H t geneest den afloop in min dan 4 uren.
Vraagt en "o-ht altijd helechte Amerikaan
sche Poeder Depratere aan 1 fr. de doos, te
oekoraen te Yper, apoth. SocquetDixmude,
Ghyssa rt en overal.
MINISTERS. De provincie West-Vlaande-
ren levert aan het land wel haar deel in zake
van bestierders.
Wij hebben
1" Den voorzitter der Kamer M Beernaert
2' Drie StaatsministersMM. Tack, De Lants-
heere en Beernaert:
3* Drie ministers: MM. Liebaert, Van der
Bruggen en Baron Surmont de Volsberghe.
ilt i ij suiker vrste qualiteit? Neemt
de pakk'-n va d<- Tt i"iische maalderij
MENGELWERK 6
door
N1 EK BROZEN
«Al wat gij mij oplegt, meester is mij heilig,
antwoordde de jongen. Ik wacht uwe bevelen.
Luister jongen, ik wil u rnet eene zake van
gtoote aangelegenheid beproeven.
Indien gij uwe zending naar mijnen wensch vol
brengt, zult gij redens hebben om van mij levieden te
zijn. Staat mijn voorstel u aan
lk dank u mijnheer, om al het goede dat gij
mij wilt. k en heb uwe bevelen niet te bespreken,
maar enkel uit te voeren. Gij moogt over mij beschik
ken. Jleder uwer begeertenis mij een bevel. Ik luister.
Gij weet, hernam de Nobele, en eene innige
voldoeninge speelde om zijne lippen dat er een
mijner schepen aan wal ligt, dat eerstdaags zal ver
trekken. Gij zult inschepen.
Ik zal u aan den stuurman bevelen, en zorge zal
gedragen worden dat u geene deernisse over enkome.
Hebt gij begrepen
Ik begeer dat gij naar Europa oversteekt en u na
mentlijk voor drij maanden te Antwerpen vestigt.
In den namiddag kunt gij komen om mijne géschreven
bevelen te ontvangen.
Gij zult ze eerst open maken als gij in zee zijt. Dan
begint uwezendinge die, ik herhaal het van het groot
ste belang is.
Van hier verwijderd gilde Judith die, als
een bedorven kind zooals zij rs aan het sleutelgat
geluisterd had.
Joseph verklaarde zich bereid om de hem gegeven
onderwijzingen stipt te volgen, en orider eenen aanmoe
digende handdruk vergezelde de Nobele hem tot aan
het ijzeren hek.
De Nobele wreef zich in dehanden.
Ja, mompelde hij, zoo was hel best. Die
jongen van hier tijdelijk verwijderd. Judith is nog
jong, zij zal hem vergeten.
Toen do voordeur achter graaf de Nobele weêr ge
sloten was, hield Joseph stil, als was hij 3an den grond
vastgenageld. Hij legde zijne beide handen op zijne
horst als wilde bijzijn herte beletten zijnen boezem te
ontspringen, eu, zijn zelve niet meer meester, gilde hij
Judith, wanneer zie ik u weêre
Nu klonk het boveu zijn hoofd,
Hij keek op, en zag inderdaad het blonde kopje dat
hij zoo ütf had, boven den tuinmuur uitsteken...
Iiaron Hector Von Daver.
Het is nu twee dagen geleden dat grave de Nobele
de dood van zoo nabij zag, twee dat hij zijn leven te
danken had aan de blinde verkleefdheid van eenen
slave.
Het is twee dagen dat grave de Nobele in zijnen
herteangst besloot Joseph te verwijderen, twee dagen
dat hij gezworen had dat zijne dochter, dien slaven
jongen vergeten zou.
Wie zou in dien strijd de overhand halen
De stalen hardnekkigheid van de Nobele, of het reine
liefdegevoel zijner dochter
Hel dei stralend kijkt de zonne aan den oostliinder
ovet v Iden en bosschen. Hare warme stralen schiet zij
ais gloeiende schichten mildig over de kolonie heen. De
vogeltjes, in de stroke zoo menigvuldig, en van soorie
zoo verschillend, fluiten vroolijk hun morgenlied den
Schepper ter eere, wijl zij huppelen, wippen en sprin
gen, van takje tot takje. Alles in de weelderige schep
pinge, rondom de woninge van de Nobele walmt
vreugde eu genot uit. Over het hert van den grave
alleen ligt een duistere nevel. Eene diepe, prangende
smarie doet zijn herte in een krimpen.
In twee dagen is grave de Nobele tieri jaar verouderd
Op eenige honderd meters der woninge van dt-
Nobeleiserin den vroegen morgen een fransch schip
toegekomen.
Eene bonte menigte van slaven en zeelieden loopt
woelenden krioelend en met een dof gemor door een.
Boven het gewoel hoort men van tijd tot tijd de klaar-
klinkende en korlgebiedende stemme van den stuurman
die zijne bevelen uitdeelt.
Toen de laatste bevelen gegeven zijn, de stuurman,
een felle, streusche kerel, met witte, gepuritte knevels,
wendt zich toteen fatsoenlijk gekleed heerschap, en
schijnt met hem een pas onderbroken gesprek te her
nemen.
De aangesprokene ziet er wel vijftig uit als men
hem eventwel met meer aandacht aanschouwt, geraakt
men tot de overtuiging dat hij inderdaad veel jonger is
De vermoeidheid die op zijn gelaat te lezen staal doet
onvrijwillig denker, aan een leven van slempernijen in
hel welk de frisohheid van zijn wezen schipbreuke te
lijden kreeg.
Water ook van zij, de aangesprokene is met bijzon
dere zorge gekleed en opgeschikt, en het is genoeg te
zien dat hij zoekt en wenscht goeden indruk te maken
waar hij zich aanbieden zal.
Heer baron, hooren wij den stuurman zeg
gen, uwe onderwijzingen zullen punt voor punt
gevolgd worden, daarvoor geef ik u mijn woord.
Goed Retro, ik en verwachte niet min van onze
wederzijdsche vriendschap. Gij moogt overigens over
'uigd zijn. voegde er de baron bij, «dat ik den
dienst welken gij heden bewijst, zal weten naar weerde
te beloonen.
Maar zeg eens Pedro, ging de baron verder, gij
zijt meer dan eens op dees eiland geweest. Denkt gij
dat ik gemakkelijk met grave de Nobele in betrekking?
zal geraken
Waarom niet, heer baron, grave de Nobele is
e u welopgevoed man.
Ja, dal weel ik genoeg Pedro, maar 't is al
hebbelijk lange dat hij hier met half wild volk te doen
heeft, en ik vreest dal hij wel zou 'tinnen achle lo th
ig geworden zijn, -n mn >sul m v i m ve m jen
■ggen tegen al vie hij nieten k-n.l. Wam dunzl u,
Ped ro
Wat mij dunkt, heer baron Dit ik van geheel
aderen gevoelens ben. Hel is nu twintig j u of zoo
iels, dal de grave hier leeft, verre van zijn geboorte
land verwijderd. Hij z 1 v )0". r grnovn in vin
den met u, eeu landgenoot, over zijn lieve Frankrijk te
mogen spreken.
«Ik wenschte wel dal gij mocht waarheid spre
ken, Pedro, zei de baron.
Daarop stak hij eencigaar aan, knikte den stuurman
vriendelijk goên dag en sloeg den weg tiaar het
kasteel op.
Welke gedachten woelden er in het hoofd van dien
man, die zich baron liet henten, en die, niettegen
staande zijne onberispelijke kleeding,veel meer 'tuitzicht
had var. den booswicht dan van den eerlijken man
Grave dn Nobele zat in de benedenzaal, toen het
oude Treesje hem eene visietkaart aanbood.
Baron Hector Von Daver, Parijs, las hij.
Treesje, bevool grave de Nobele, breng
dien heere bij mij.
Ik bid mijnheer de grave om verschooninge,
sprak de inkomende baron diep buigend, zoo ik hem
in zijne menigvuldige en drukke bezigheden kom stoo-
ren. Ik had dieper in het eiland eenige zaken te ver
effenen, en ik mocht niet nalaten, zoo dacht ik ten
minste, bij mijnheer de grave, die mij een landgenoot,
en diensvolgens een vriend is, een bezoek van fatsoen
lijkheid te doen.
Op alle ander oogenblik zou grave de Nobele zich
dadelijk de vrage gesteld hebben, wie de baron moest
ingelicht hebben over zijne oorspronkelijkheid. Nu
echter, dat de gebeurtenissen van de twee verloopen
lagen hem zoo diep geschokt hadden, scheen bij zich
om geene voorzichtigheid te bekommeren.
A A
V