MENGELMAREN LOON NAAE WEEEEN PL MATS EL Kareltjes diploma Kleene samensprake Knoopt dat aaneen! Stad Yper Gemeenteraac Schikkingen voor den Vasten Priesterlijke Benoemingen gewezen Burgemester, een kunststuk aan te bieden, als bew:;~ van erkentenis en hulde voor de onschatbare diensten die hij aar onze Stad heeft bewezen. Men kan natuurlijk op sommige punten van gedacht verschillen met den heer Sur mont, maar niemand en kan betwisten dat hij een man is van groot verstand,een onver moeibare werker, een eerlijke en onpar tijdige bestierder, de man die in alles mol 't grootste gemak weg vond. Hij was dr verdediger van de belangen der werklieden In menige gelegenheid heeft hij dit getoond, onder andere wanneer hij op plechtige wijz den eersten steen lei van de huizen vat De vreemde kooplieden en ook de boer d'e beesten te verkoopen hebben, en zullen naar Ypermarkt niet komen, als zij hier ni aangetrokken eri worden. Zij en hebben hier geen belang, vermits de markt nog in gang niet en is, en dat de hoeren en vetleggers minder kans hebben hunne beesten te ve koopen, terwijl van hunnen kant de koop lieden mindere keus hebben om hunne goesti te kiezen. Daarom zouden we kunnen geldelij voordeelen geven aan dezen, die hier t markt hunne beesten te koop bieden, ten eersten met geen standgeld te vragen, ten tweeden met premier) uit te loven voor on Eigen Heird en als hij het minimum loot getal beesten die ter markt, worden gebracht voorstelde. Iedereen, zoowel werklieden al burgers zijn den heer Surmont dankbaarhei: verschuldigd. Mijn voorstel zou zijn dat de stad niet ge: delijk en zou tusschenkomen, maar 'k zou inschrijving zoo leeg mogelijk stellen, 01 aan iedereen den middel te geven erin mt te doen. M. de Voorzitter. Onnoodig te zegg< dat ik volgeern toestem in het voorstel v den heer D'Huvetlere, maar ik weet niet a! de heer Minister dit zou aanveerden. M. D'Huvettere. Ik en heb van niemand geen last gekregen om dat voorstel te doen en weet niet als de heer Minister het zou aanveerden.Mijn voorstel komt van mij alleen M. de Voorzitter. Velen onzer mrdp- burgers hebben hun spijt uitgedrukt in de feeste niet te kunnen meedoen, wanneer wij hem zijn portret hebben aangeboden, 't Ge dacht van den Schepen- en Gemeentere;;) was dan er eene grootsche huldebetoogim van te maken, maar onze geliefde burg meester, thans minister, heeft het nin aanveerd. M. Boone. Ge zoudt kunnen eerst en vooral hooren als de heer Minister zou aan veerden dat men hem een kunststuk aan biedt. Aanveerdt hij, dan kan de Schepen- raad verder de zake schikken ofwel eene Commissie benoemen. M. Struye. Vermits de Schepen-en Gemeenteraad de eerste getuigen zijn ge weest van al het goed dat de heer Baron Surmont de Volsberghe hier gesticht heeft, waarom en zouden zij ook niet de eersten zijn om dat voorstel te doen doorgaan. Het zal een bewijs zijn van dankbaarheid en open bare hulde dat blijven zal. M. de Voorzitter. De Schepenraad za trachten te weten als de heer Minister aan veerdt en dan eene commissie benoemen, die met de andere schikkingen zal belast worden. Het blijft verstaan dat de stad op geldelijke wijze niet tusschenkomt. Veemarkt M. De Caestecker. Er is eenen oproep gedaan geworden tot de veekweekers, beer; houwers en veekooplieden om te zamen mid dels te beramen voor de hciiuriciiting onzer veemarkt. Allen zijn van gevoelen dat er middel bestaat om de markt te doen gaan Maar't is noodig de belanghebbende aan te trekken naar onze veemarkt en daarvoor is er noodig hetgene men noemtle nerf de la guerre, de groote aantrek, het geld. Ik vraag daarom dat de gemeenteraad eene zekere somme zou ter beschikking stellen van de aangestelde commissie. Voor de vreemde kooplieden dient er ook I wat gedaan te worden om hun schadeloos 1 stellen voor de moeite die zij misschien ver toren zullen doen, ten minste in 't begin met naar Yper markt te komen. Benevens de premiën en 't ontslaan va standgeld,zou men nog kunnen gratis wegen Natuurlijk mits later, eens dat de markt in ,'ang is, die voordeelen in te trekken. 't Kapitaal dat de stad daar zou insteken i iou aan de burgerij grooten interest opbren „en en ik ben overtuigd dat elkendeert er ons dankbaar zou over zijn. Ik vraag dat dit bij dringendheid zou 't dagorde gebracht worden, daar er morgen vergadering is voor de inrichters, en dat we begeeren er hurt kennis van le geven. M. de Voorzitter. Welke som stelt gr voor M.De Caestecker.2000 fr. Is er te veel 't zal in de stadskasse terugkeerenis er te weinig, we zullen nog komen aankloppen M, de Voorzitter. De Schepenraad van gevoelen dat de herinrichting onzer veemarkt eene goede zake zou zijn voor stad Er werd vandaag eene vergadering gehouden van al de belanghebbenden,vetleggers,koop lieden en beenhouwers en allen zijn 'tak koord en verlangen dat de zake zou gelukken Onze achtbare ambtgenoot M. De Caestecker heeft ons belangrijke inlichtingen gegeven die ons in state zullen stellen de kwestie tot een goed einde te brengen. De heer Bestier der van 't Slachthuis werkt insgelijks kracht dadig mee; de veekooplieden hebben een af- geveerdigde benoemd in de Commissie, 't is de heer Jan Rommel van St-Jande heer Ch. Houtekiet is afgeveerdigd door de been houwers en de heer Ch. Swijngedouw door de landbouwers benevens een lid van den Schepenraad, maken er nog deel van de heeren De Caestecker, Vandenpeereboom en Vander Ghote. We zijn allen 't akkoord geweest om de veemarkt te stellen op den Zaturdag van tot 5 ure namiddag, al is 'tdat we voorloopig geen ure van sluiting der markt en zouden bepalen. Deze die hier hun vee niet en kun nen aan den mari brengen, zouden nog alle gelegenheid vinden om er den Maandag meê naar Kortrijk te gaan. De Schepenraad is geheel en gansch van t gevoelen van den heer De Caestecker, en vindt oek dat het geld dat we besteden, voor het herinrichten der Veemarkt, nuttig zal geplaatst zijn en voor de neringdoeners van stad rijken interest opbrengen zal. Is er niemand t -gen de dringendheid, dan zullen we't krediet van 2000 fr. ter stem ming leggen. Eenparig aangenomen. Grazingen van Z/illebeekvyver Verpacht voo) 5 jaar mits 550 fr. 's jaars aan Leo Deeoninck. Goedgekeurd met eenparige stemmen min ééne onthouding M D'Huvettere. Boomverkooping 8 olms staande op de vestingen worder verkocht aan M. Jules Baillieul, voor 651.75 fr.De aangebodene prijzen ver schillen van 465 tot 651 fr Goedge keurd. Inhuldiging van den Burgmeester M. de Voorzitter Colaert verlaat de zaal en de heer Struye, dd. Schepentneemt hei voorz.itlerssehap. M. Siruye, Voorzitter. Mijne Heem. er blijft ons nog schikkingen te nemen voor de inhuldiging van onzen heer Burgemeesiei iM. Colaert. Mij dunkt dal het zou betamen dezelfde plechtigheid te geven aan die inbu dip,beid als in 1891. tijdens de aanstelt tig van den heer Baron Surmont de Volsberghe Ik stel voor den Schepenraad te belasten net het benoemen eener Commissie en een krediet te openen voor de feeste. Het bedi ag van dn krediet zal later vastgesteld worden. Heeft niemand geene opmerkingen te loen, of andere voorstellen aan de goedkeu ring van den raad te onderwerpen De Schepenraad wordt met de benoe ming der bijzondere Commissie belast en het krediet gestemd. De zitting eindigt ten 6 ure 7 minuten. Kareltje de kluchtspeler spreekt schoone opdat het Nieuwsblad hem neen nieuw di ploma van volleerden komediant zou geven. Met plezier, Kareltje. Wij nemen dus uw Weeke blad van Zater dag laatst en schrijven letterlijk uil KARELTJE DEWEF.RDT, Luitenant bu het Keurregiment, Markies van Piefelberg, en onverbeterlijke fortuinnajager. Zijtge nu tevreden, Kareltje Cies. Ko. hoevele is voor u de reputatie van den mensch wel weerd Ko. De reputatie van den mensch Cies. heb altijd hooren zeggen dat die zake boven alle tijdelijk goed gaat, en niet te schatten en is. Cies. 't Is wel. Ko Maar veronderstel) at gij iemands reputatie zoudt gestolen heb ben, en dat men u geld zou vragen voor 't Cies. Drie frank, Ko, 't is al gelij* een beetje vreed. Ko.Vreed? In 't geheele niet Daar zij .oor dewelke ik maar dn frai voor twee en zou geven, en bovendien n dat ik dat zou betalen, 'k zou er nog H'achte conditiën of voorwaarden hij te s' li e. Cies Ge kunt gelijk hebben, Ko. Ko. Of ik Niemand verwachtte er hem aan dal Mijnheer Colaert ging Burgemeester vm Yper worden zegt Kareltje van t Weeke blad De benoeming van Mijnheer Colaert wa voorzien zegt !"'l Progris. Zonder verderen uitleg. Openbare titling op Zondof) 4 Maart 1900, ten 3 1/2 ure n •iniddn;: in di l'.iuvu-ls DAGORDE Inhuldiging van Mijnbeer den Burg. meester Benoeming van eenen schepene alzoo peizen te estolene, wat zoudt gij moeten geven Ko. O Cies! dat is te zien. Daar is putatie en reputatie. D ar is er die een miljoen weerd is,en daar is er voor dewelke met moeite drie frank zou geven. I Het is loeg 'laien boteren zuivel te ,e bruiken op al de dagen van den Vasten. [J. Het is te-gelaten eieren le eten alk dagen uitgenomen op Asschen Woensdag n Goeden Vrijdag Degene die verplicht zijn u vasten, mogen, builen de Zondagen, maar eenmaal daags eieren eten,te weten in den voornaamsten n aaltijd,en niet in de collatie; en zulks moeten zij ook oriderb udmi op I de andere vastendagen van het j ar. Op al d dagen van den vasten is het loeg laten eieren e gebruiken t >t het bereiden van ndere spijzen III. Wij staan hel gebruik van vleesch tor op al de dagen van de week,Asschen Woens dagen den Viijdag van iedere veek alleen uitgenomen. Degene die verplicht zijn tc vasten, mogen, buiten de Zondagen, ma n ëénmaal daags vleesch eten; te weten in den voornaamsten maaltijd, en niet in d collatie; en dit geldt ook voor vleescbsop en jeugd. IV. Het is verboden, zelfs aan degenen die mogen vleesch eten, vleesch en visch le eten ii een en denzelfden maaltijd, niet alleen op I de daszen vanden veertigdaagschen Vaste e Zondagen medebegrepen, maar ook p 11e andere vas'endagen van het jaar. V. Men is verplicht driemaal le lezen de Onzen Vader en den Wees Gegroeten eens de akten van Geloof.Hoop,Liefde en Berouw iederen d g dat men zal gebiui/ maken vai bovengemelde dispensatie van vleesch l eten. Men zal zich nochtans van deze ver plichting kunneii ontslaan, met eene aal moes, ieder volgens zijne godvruchtigheid, in den offerblok van den Vasten te storten. VI. Aan de militairen van allen gr d, aar hunne huisvrouwen, kinderen en dienstbo den, alsook aan de andere personen die da delijk in militairen dienst zijn, staan Wij het gebruik van vleesch toe op alle dagen van het jaar uitgenomen op Goeden Vrijdag. Met de militairen stellen Wij gelijk de gen darmen, de douaniers en de stadspolitie genten in werkelijk, n dienst zijnde, dezen die in dienst zijn op de treinen van den ijze renweg of trams, alsook de briefdragers en bedienden der accijusen In werkzaamheid VII Wij meeneii aan de geloovigen van ons bisdom wederom le moeie>> herin eren. dat de vastendagen, buiten den veertigdaag schen Vasten, zijn de Woensdagen, Vrijda gen en Z Herdagen van Quatertemper de vigiliedag; n vóór Sinksen, vóói de plechtig heid van de HH Petrus en Paulus, vóór O L. Vrouw Hemelvaart, Allerheiligen en K rstdag u dan no dat tiet al de Vrijda gen van het jaar verboden is vleesch te eten, behalve den Vrijdae aarop Kerstdag zou vallen. VIII. Ingezien de tijdsomstandigheden en ingevolc de bijzondere macht, Ons v; rleerid d' or Zijn Heiligheid den Paus van Rome, laten wij toe aan al onze diocesanen, dit jaar vleesch te eten, zelfs meermaals daags, op Smt Maicusdag en de drie Kruisdagen. Om dezelfde beweegredenen en in.evolge dezelfde macht,vergunnen Wij insgelijks aan al onze diocesanen, tot aan den Vasten van lockou r ilde jaui vlr sch te eten, zelfs mei i- n ais daags op lil dl Zul' ni "li van n. I die ge, II vast-'lid 1 II zij' T ii einde te voldoe aan liet verlangen \andru Heiligen Vader moeten Aij de ge len vigrii, die van deze toelatingen zouden ebruik in.keu aanwakkeren om daarvoor andere goede werken te doen, en bijzorider- tjk hel gebod van het vasten en van hel vl -eschderven sliplelijk te onderhouden. IX. Wij laten toe gebruik te maken van af gesmolten vet ui plaats van boter op al de dagen Van het jaar, behalve op Assch i Woei sdag en Goede Vi ijdag. Zijn tot pastor benoemd Te Passehendaele, de E H. De Jonck heere, pastor le Moera Te Zed< I'hem, de E H. De Grendel, pas tor ie SteetHerke Te Moeie, de H VatiHee, onderpastor, te Lungemarck Te Steenkerke, de H. Van Raes, onder pastor t Oosiduiukerke. Te Bekeghem, de E H Reynaert, On- ifi rpsstor te Alveringhem. DE ONDERWIJZERS in ons land klagen en terechtdat ze met hun hongerloon geen familie behoorlijk kunnen onderhouden. Elders is hel nog slechter. Wanneer de kas het niet toe laat, dan trekken de kleine beambten in Span je en in Italië geen duit. Zóó komt bet, dat een dorpsmagister uit Obauda aan de Gouverneur zijner provincie een smeekschrift gestuurd heeft oin den onderwij zersstaf te mog"n ruilen tegen den bedelzak. Connais-lu le pays enz. (Mignon). Glasser, een vent uit Albany, ter dood ver. oordei ld, omdat hij zijne zoete wederhelft ver moord had, gaf blijken van buitengewone koel- 'oedigheid. Terwijl hij in 't gevang zit, hoort hij een druk zagen en hameren. M'*t groote belangstelling vraagt hij aan zij nen bewaker of het schavot op tijd en stond zal opgetimmerd zijn en of hij een handje mag gaan toesteken. Dit vriendelijk verzoek wordt fgewezen. Van achter de traliën slaat Glaser- •chler de werkzaamheden gade, moedigt de arbeiders aan, g^efl hier en daar een raad, toj dat alles in regel is. Zonder schroom betreedt hij dan 't schavot. IN EEN der voorsteden van Brussel, hield de Gemeenteraad onlangs eene beraadslaging. Ter- wijl een der raadsheer* n een wel doordachle en zeer hoffelijke rede uitspreekt, slaat de burger vader plotseling recht en verklaart de zitting geheven. Iedereen is onthutst, doch deopschud- ding stijgt ten top, wanneer de achtbare Voor zitter in plat Brusselsch zegt, dat hij moet gaan MENGELWERK 8 door NIEK BROZEN Mijnheer de grave vat de zaken al te erg op, poogde de baron hem te doen gelooven, en ook zijne stemme beefde uw kind is nog jong, en de tijd is een goede vergeetmeester. En dan, kunt gij Joseph niet voor eenigen tijd verwijderen Gij hebt mij geraden, heer baron, en dat doet mij waarlijk genoegen, liet er de grave op volgen. Dat is reeds vast en onverbiddelijk alzoo besloten. Ik heb daareven Joseph bij mij laten komen, eri hem gezeid dat ik hem met eene moeilijke zending wilde bi, lasten, hem tevens belooning belovende zoo hij zijne zendinge naar wensch volbracht. En zijne take is moeilijk inderdaad. Vooreerst moet hij den lafaard die mij poogde te vermoorden in zee werpen vervolgens leg ik hent een verblijf op te Ant werpen, verblijf dat niet minder dan drij maanden kan duren, en gedurende het welke hij eenige ingewikkelde handelszaken moet effen maken. Bij deze verklaringen had de baron andermaal ge sidderd. De omstandigheden schenen zijn berekeningen tt bevoordeeligen. Ik moet uwe schikkingen in alles goedkeuren, heer grave, antwoordde de baron eindelijk en als achteloos. Maar, ging hij voort, als wilde hij enkel het gesprek eene andere wendinge geven. zou mijn heer de grave mij het genoegen niet willen geven, mij eens zijnen moordenaar van bij te laten zien Als dat u mag genoegen verschaffen, waarom niet lachtte de Nobele, zonder argwaan. Gij zuil het mij echter moeten vergeven zoo ik u in dit bezoek niet en vergezelle. Het ware mij immers onmogelijk den schurk, wairvoor ik reeds zoo bijzonder vele ge daan hebbe in de oogen te zien. Tot hij de deure van den kerker wil ik u geerne vergezellen, maar voor het overige moet ik u alleene laten. Van den gevangene len andere hebt gij niets te vree zen, hij is wel geboeid. Heb dank voor die gunste, heer grave, zei de baron. Als gij nu volstrekt wilt dat het eene gunste is. hervatte de Nobele,dan zal ik u ook eene gunste vragen: Neem hier, gedurende geheel den tijd dien gij op het eiland moet overbrengen, uwen intrek ais van den huize. Hoe langer uw verblijf duurt, des le liever zal tk het hebben. Onmogelijk zoo een lief aanbod af te wijzen, zei de baron glimlachende, terwijl grave de Nobele de hand drukte. Als ik maar slim speel dacht hij, is Judith de mijne Een half uur later was de baron op de twee schoon ste kamers van grave de Nobele's woninge ingekwar tierd. Het oude Treesje bracht al morren zijn reisgoed in orde. «Ik en weet niet grolde het oudje, waar den meesters zinnen staan. Dat een baron zulke barons vindt men iri 't modder 1 In den namiddag vergezelde de Nobele baron Hector i t bij de deuie van het gevang waar Alep opgesloten '■•tt, gaf hem den sleutel en liet hem dan onder een gul hartig tot weerziens alleene. Grave de Nobele, schuifelde de baron tus- Schen zijne landen, uwe dochter zal de mijne zijn n nogtans, ik en ben dien eerlijken slavenjongen niet weerd ^Bijlange niet Maskers af. In den hoek van den kerker lag Alep, de sluipmoor denare, op eene handvolle strooi, aan eene zware ijze ren kramme vastgeketend. Alep was een man van middelmatigen leeftijd, kloek en sterk gebouwd. Gansch zijn uiterlijk droez de sporen van ondeugd en wangedrag. Zijn ongekamde haarbos gaf hem veel meer het uitzien van een wild dier, dan wel van een redelijk schepsel Gods. Zijne verwilderde oogen die laaiden en brandden in zijn hoofd, waren be- weegloos en peilend op den baron, die stilzwijgend voor hem stond, gevestigd. Schurk wierp hem de baron stuur toe, uw laatste uur nadert. Uw doodvonnis is geveld. Hebt gij berouwover uwe, afschuwelijke euveldaad Een grijnzende, snijdende spotlach, was het ant woord van deri booswicht. Wonderschoon waarlijk opperheerlijk gekte Alep. Waaraan mag ik het te danken hebben dat een Blommaert mij de zedelesse komt spellen De baron sidderde en verbleekte. Hij hernam eventwel met schijnbare onverschillig heid Ik en ben Blommaert niet, maar wel baron Vort Daver, en wat gij daar zegt en versta ik niet. Ah ah spotte Alep 0p nieuw, gij zjjt nu baron. Inderdaad uwe pluimen zien er nog al net uit Nu, dat bewijst dat gij beter gevaren hebt dan ik.... Speeke, uwen ouden makker. De baron sidderde andermaal. Gij misgrijpt u, antwoordde hij kalm, ik en ken u niet. «Dat gij mij niet meer en kent, of liever niet meer en wilt kennen, Blommaert ...heer baron, spotte Speeke dat begrijp ik genoeg. Gij zijt nu rijke en in inzien zoo het schijnt, wat kan Speeke u scheelen. Speeke die niet anders en kan, dat. u een leven van mdeugd en misdaad herinneren Zoo gij en kent mij niet, ging hij voort Ehwel Blommaert, ik kam u en ik zal even uw geheugen wal gaan verfrisschen. Het is nu omtrent twee en twintig jaar ge leden t was kermis en jaarmarkt dr Blaesvierie, in Vlaande ren. Wij stonden daar op de jaarmarkt met eene barakke. De zaken gingen slecht en wij hadden besloten op té kramen, toen een der bijzonderste burgers van Cladzand uw geboorte streke, met twee k ,appe jonge meisjes voorbij onze barakke kwamzijne dochter en de dochter zijner halve zuster, Mmha Vongel, en Hilda bel eenige kind van den notaris van Blaesvierie. Ik zie nog, alsof het gisteren was, hoe uw vonke- leude, ondeugende oog de twee lieve eng. Is volgde, zooverre het mogelijk was haar ie volgen. Het was valavond. i iiu duurde niet lange vooraleer de man wandelend» t i Uitkeerde er was tamelijk vele volk te beeue. Eene der twee jonj:e dt r ieii was eenige stappen achtergebleven en beaeek de schilderingen onzer ba rakke. Een uur later stond geheel Blaesvierie in rep en oere. Een jong meisje was spoorloos verdwenen Onze barakke was in haaste afgebroken en wij rol den op de groote bane, de grenzen over. De dochter van at1 heus Vongel was voor altijd aan de liefkoningen var. hare ouders onttrokken. Zij lag weerloos, eene omp in den mond, in den hoek onzer kerre Gij waart de roover Blommaert, en Speeke was uw medeplichtige Hebt gij dat onthouden Blommaert, en houdt gij nog staande dat gij mij niet en kent Groote druppels sweet rolde,, den ttooeeseiden baron over het voorhoofd. Jij voelde da, vorder huichelen hen, „ie, moer helpen JSÜ "i" hij i„ eene korte ovi rwiging moest h|J U)t d|ftoude v bezaaid al hT 'n,H ,08bar,di*be'd misdaden beaaaid, al het „ut Irekken dal er ui, ,e ,rekkeo was. O vervolgt.) DOOR DEIIEERSCHENDE ZIEKTE AANGETAST,

HISTORISCHE KRANTEN

Nieuwsblad van Yperen en van het Arrondissement (1872-1912) | 1900 | | pagina 2