dit ij; EN OMMELANDS, KATHOLIEKE WACHT Zondag avond, Maarte, ten 8 ure slipt, maandclijksche algemeene vergadering in 'l Volkshuis. De heer Burgemeester R. Colaert zal er plechtiglijk ontvangen worden en de Groote Fanfare zal de feesie opluisteren. Op 't einde bele tombola. der vergadering dub- Op Zaterdag, 10 Maart 1900. 5 centimen 't blad. '^stfi Jaar* lalmerk 1717. INSCHRIJVING VOOR DEN PAUS Inhuldiging van den Heer Burgemeester *.olaert Te trekken bij den Uitgever, Th 36, in de Boterstrate, te Yper, en hij 's lands boodschap we zen ofte post, tegen 3 frank 's jaars. 't Nieuwsblad van Yper verschijnt 's Vrijdags, en 's Zaterdags na de. markt, tegen 3 f. 's jaars; 3 f. en den vrachtloon huiten Belgenland. Hel Mad en is niet min te trekken dan voor een geheel jaar en 'l wordt op voorhand betaaL. 1'es moet vrachtvrij ingezonden worden naar de Boterstrate, T1: te Yper. Echt en recht, 't oud Volk indachtig; Kinderlijk, niet kinderachtig; Ypersch, Vlaamsch en, bovenal, God getrouwe ik wezen zal De bekendmakingen kosten 0,fr.i3 de reke binnen 't blad is 't 0,f.30 van 's Rechters wegen f. 1; overdruk, S fr. 'I honderd, leder boek, waarvan ons twee afdruksels zijn gezonden, wordt besproken. De Hoeren van de Agënce Havas, te Brussel, Tk,32,in de Magdalena- strate, en te Parijs, n° B, Place de la Bourse, ontvangen bekendma kingen voor 't Nieuwsblad van Yper, van al die buiten Oost- Westvlanderen wonen. Voorgaande lijst 1190 50 Eerw Zusters van't Gasthuis 20.00 's [Nuchtends Van in den vroegen tnorge: wapperden Zondag laatst de vlaggen en wimpels aari alle huizen. In de straten waar de stoel zou voorbijtrek keu, waren er lange masten ge plant, met wapens v .n Yper en van België versierd en bekroond met wimpels van de Ypersche en Belgische kleuren. Onze beiaard klingelde dal het leutig was om hooren en meldde aan eikendeen dat de stad in feeste was en dat vandage de nieuwe Burgemeester van Yper zijne plechtige in trede zou doen. Op de vestingen werden van tijd tot tijd kanonschoten gelost om heinde en verre de feeste aart te kondigen. Bij de spoo 'halle was de prachtige zege- poorte opgericht, met de kenspreuke «Welkom», die meer dan eens reeds de bewondering van yperling en vreemdeling heeft verwekt. De Stoet Van korts na den noen was er ten allen kante eene ongehoorde bedrijvigheid. Uil alle straten kwam bet volk toegestroomd, alhier heeren te peerde, aldaar schutters, bolders, biljardspelers, leden van zang-, muziek- of turngilden, en allen trokken Mirktwaarts, waai' d estoet bijeenkwam. 't Was waarlijk een indrukwekkend schouwspel wanneer rond 2 ure de prachtige stoel in beweging kwam. Aan't hoofd gen darmen te peerde en dan de groep der bui tenlieden te peerde en te voete. Naar 't oor deel van elkendeen zou deze groep den eer sten prijs behaald hebben, waren er prijzen toe te kennen geweest. Verder de Groote Fanfare in haar prachtig uniform. Biljardspelers, kaarters en visschers,allen talrijk vertegenwoordigd. Een groot getal schutters van verschillige maatschappijen. De weezejongens met hun muziek. De zangcrsgilde l'Orpheonde bond der duivenmelkers van Yper, leden van de twee hofbouwmaatschappijen, enz. enz. Een der groepen die meest de aandacht van de menigte op hen trok, hoe dikwijls bij ook reeds bemerkt is geweest, is voorzeker deze van de Si Michielsturners. Zijn groot getal leden, zijne bevallige kleedtj, zijne onberispelijke hnuditig, zijn g..esl van orde, zijn vlijtige gang, al die ge ven waren een voorwerp van bewondering voor de menigto in het algemeen ett in het bijzonder voor de keuders, en uamontlijk voor de menigvuldige militair; overheden,die op den doortocht stonden. Dan volgden de Stadsharmonieen de pom piers en daarna eene eerewacht van achttien ruiters, allen in habiet, met den hoogen hoed op en eenen zijden band met de Ypersche kleuren kruiselings over de borst. De inrich ter van dezen groep haalt veel eere van zijn wrtk, niet alleen over de schoo^e schikking van zijnen roep, maar ook over de knappe wijze, waarop nij in zoo korten tijd zijne ruil' rs heeft weten te leeren. Aankomst 't Was twee en half als kanonschoten de aank 'tost van den trein uit Brugge meldden. Bij 't uitstappen van d<>n trein werd de heer Burgemeester de hand gedrukt door de gemeenteraadsheeren, en de voornaamste overlieden. Buiten de statie gekomen speelde de Stadsharmonie ons Vad-rIattdsch lied, de pompiers beden de wapens en de duizenden toeschouwers juichten toe. Daarna verwelkomde M de Senator Siruye, dd.Schep, ne,den heer Burgemeester omtrent in dezer voege Mijnheer de Burgemeester, Namens den gemeenteraad en namens de p "heele siad Yper heb ik de eere U ge- luk en welkom te wenschen in onze lieve stad. Mocbtet gij lange jaren wei ken tot ge- luk en voorspoed van stad en de voetstap pen volgen van uwen uitmuntenden voor zaat en waarlijk met reden den vader van stad enoemd worden. Leve de Burgemeester 1 Levendige toejuichingen begroetten deze krachtige woorden en daarna bood het be vallig dochtertje van Mijnheer Cy.iel Boone, gemeenteraadslid, een prachtigen bloemtuil aan, terwijl het een zoo wel doordacht als puik opgezegd complimentje uitsprak. Eindelijk kwam de Stoet irt beweging. De heer Burgemeester was in open rijtuig gestapt met M. Struye, Senator, en de kleine Antoinette Boone. Onder de zegepoort kwam de ganscbe Stoet voorbij en de Voorzitters der onder scheidene maatschappijen gingen beurtelings den nieweti Burgemeester groeten. De heer Gaster Van Elslande, Voorzitter der Hofbouwliefhebbers, en de beer Antony Voorzitter der Zangersgilde l'Orphéon bo den elk een prachtigen bloemtuil aan. Op de Markt 't Was rond ten drieën als de Stoet op Mat kt aankwam. De V' i schil' "de maatschappij'»'; zien ut ei1"! ti n ilven kring van aan de Hond strate tot aan de Diksinuidestraat en de heer Burgemeester nam ze allen in oogenschouw. Hij had een vriendelijk woord en eene be danking voor eiken leen en iedereen was ten uitersten tevreden over zijne vriende lijkheid. Zitting van den Gemeenteraad Ten drie en half werd de zitting geopend in de Pauwelszaal, onder Voorzitterschap van den heer Schepene Berghman. Al de saadsheere.n waren aanwezig, en onder' hen bemerkten wij den heer Baron Surmont de Volsherghe, Minister van Nijverheid en Arbeid Weinig Burgemeesters hebben zeker de eere onder hunne gemeenteraadsleden eenen Minister te tellen? 't Is ongetwijfeld het eenigste geval in garisch Bplgenland. In de voorbehoudene omheining warm talrijke damen,onder ande. e Mevr.Colaert.de jonkvrouwen Surmont de Voisberghe, Mevr. Biebuyck. en andere en andere. De voornaamste Overht dspersonen en de Commissie der feeste hadden insgelijks in de voorbehoudene omheining plaats genomen, 't Publiek was uitnemende talrijk. M de Voorzitter, Schepene Berghman, sprak in 't fransch de volgende merkweerdige redevoering uit: Mijnheer de Burgemeester. Wanneer gij den grond van Yper belradt, aebt gij die talrijke menigte gezien, die zie" rond u verdrong, gij hebt hunne vreugde kreten ehoord, en hebt u zeker afgevraagd wat er in onze aloude stad gebeurde,om dan Ig uw gewaar te worden dat de Ypersche bevolking haren eersten ambtenaar verwel komde. Niet tevreden met op de ze^< poortp Welkom te schrijven1 et Ypersch volk heeft er aan gehouden in naden de gevoelens uil te drukken die hem uezi-len ten uwen pzichte. De plaats; lijke gilden, de muziek maatschappijen hebben eerten stoet gevormd, t voornaamste deel der bevolking heeft zich hij ben vervoegd om u zegepralend ten stadnuize te geleiden. Ik meette de tolk te zijn van u allen, mijne heeren en achtbare ambtgenoten, met den nieuwen Burgemeester welkom te wenschen. 't Isindeze ruime en prachtige gebouwen, deze Halle, die het stadsbestier mei groote zorL-e bewaart, in dit praalgebouw, dat de bewondering verwekt van al wie bier komt, dat gij gercpen wordt om te werken aai; tiet geluk uwer medeburgers en aan den voorspoed der stad Yper. Deze aloude gewelven, zullen u, ware 't noodig, aanwakkeren tot het werk, met u den iever en de werkzaamheid uwer voor gangers te herinneren,wier voetstappen gij besloten zijt te volgen. De keuze die zijn Hoogmogendheid den Koning gedaan heeft met u aan te stellen als Burgemeester van stad,is uiterst gelukkig. Uwe benoeming werd door het volk toege juicht, zij beantwoordt aan den wensch van geheel de bevolking. De gemeenteraad in 'l bijzonder is verheugd over uwe verhoog ing lot het eerste ambt van stad. Beter dan alle anderen, waart gij bereic om deze moeilijke bediening waar te nemen. Sedert 1884 bekleedt gij eene plaatse in de wetgevende Kamers, gij hebt ondervinding opgedaan vart bestierzaken, gij hebt geleerd belangstellen inde noodwendigheden u ver medeburgers. 't Is met mede te helpen tot het maken der wetten dat gij de noodwendigheden hebt leeren kennen, waarin deze wetten zouden moeten voorzien. Gemeenteraadsheer gekozen in 1887, hebt gij algauw een werkzaam deel genomen in de beraadslagingen van den gemeenteraad en de verbeteringen bestudeerd die er dieft den gebracht te worden in het bestier van stad. Schepene benoemd in 1891hebt gij weldra eene groote bedrijvigheid en zorge besteed voorde zaken van stad. Gij waart Niemand en zou durven betwisten dat zijne itenoeming als burgemeester niet gelukkig en is. Wanneer een vorst zijne blijde inkomst deed, stond hij onder eed voorrechten toe aan zijne onderdanen; hij verklaarde daa renboven dat hij een goede, rechtveerdige en eerlijke vorst zou zijn en dat hij volgens recht en reden zou heeischen. Welke giften van blijde inkomst mogen wij van u verwachtende zijn? De stad is wijzelijk bestierd geweest door den Burge meester, die ons komt te vei laten, 't En is uwe bekwaamheid niet miskennen tnel te tuigen dat hij een beslierder was zooals men er weinig vindt. Gij zijt eenigszins in zijne school gevormd geweest, 't Is met zijne voetstappen te vol gen dat gij uwe medeburgers voldoening geven zult. Gij zult het als plicht aanzien de werken van gezondmaking voort te zetten, de herstel ling onzer praalgebouwen voor te bereiden, in eenen min of meer korten tijd de zake der zuivering onzer vijvers op te lossen, voor- zooveel ons geldwezen het toelaat. Ik en zal van uwe oogenblikken geen misbruik maker met de verschillige hervormingen op te som men, die, sedert lang ontworpen, onder uw beslier zullen ten uitvoer gebracht worden. Uw verleden, Mijnheer de Burgemeester, zegt, ons wat gij tot i.u toe geweest zijl, en geeft ons de verzekering van 't gene gij zul' zijn in't toekomende. Met uw beminnelijk karakter en uw vriendelijk onthaal, zult gij u weten hertelijk te toogen met de kleinen gelijk niet Oe grodlefi gij zult de vragen uwer medeburgers met rechtschapenheid en onpartijdigheid onderzoeken. 't En zal niet gezegd worden dat onder uw bestier de grondbeginselen van recht ert rechtveerdigheid miskend geweest zijn, dat onze instellingen en vrijheden gekrenkt werden, dat uwe verkleefdheid aan het openbaar welzijn palen heeft gekend of palen gesteld is geweest. En nu, M. de Voorzitter, believe bezit te nemen van dezen zetel, door uwe voorgan gersopgeluisterd.(Langdurige toejuichingen) Onder het geestdriftig handgeklap der menigte neemt de heer Colaert plaats in den Voorzitterstoel en spreekt daarna de volgende merkweerdige redevoering uit Mijne Heeren en achtbare ambtgenoten, Bij het bezit nemen van dezert zetel gevoel ik eene onbeschrijflijke ontroering meester worden van mijne ziel. Het duidelijk besef van de verantwoorde lijkheid die ik op mij neem, als Voorzitter vart uwen Schepenraad en als Burgemeester der stad, ontstelt mij. De overgroole eer die mij den Korting gedaan beeft, met mij te roepen om den heer Baron Surmont de Volsberghe op te volgen en bezit te riemen van eenen zetel, door zoovele uitmuntende mannen opgeluistert, ontroert mij. De woorden van den heer Schepene Berghman zouden mij ongetwijfeld gerust stellen, indien ik er niets anders konde in zien dan de taal eene reeds oude en altijd h rtrlijke vriendschap.Aangedreven door de gevoelens die hen en u bezielen, heeft hi een al te vleiend tafereel geschetst van mijne loopbaan, in de lagere school, de booge school, de balie, den gemeenteraad,het Sohe pendom.tot aan mijne benoeming als Burge meester. Inderdaad ijne loopbaan is afwis selertd en werkzaam geweest, zooals dez van vele politieke mannen, die, aangewak ket d door hunne vrienden,altijd vooruitgaan zonder hunne krachten te tellen noch het gevaar af te meten. Maar mijn beminde ambtgenoot en mede broeder heeft de schaduwen van het tafereel al ijd eene machtige steun voor uwe ambt-1 vergeten.Hij en heeft niet gezegd tl t ik geen Yperling van geboorte en berthij beeft ook vergeten dat ik niet, als het grootste genoten van den schepenraad. ineitUi begaafd wanneer hij rtog op oe schoolbanken zat, onderscheidde M. Co laert zich ter Hoogeschool door zijne be kwaamheid, om later een uitmuntend lid van de balie te worden. deel mijner voorgangers, kan aanspraak maken hetzij op het gezag dat de geboorte geeft, hetzij op den eerbied vastgehecht aan eerte groote fortui*. Is het dan genoeg den zoon van mijnen arbeid te zijn en eenige diensten bewezen te hebben aan deze stad, mijne aangenomene moeder, om er onthaald, gefeest en toege juicht te worden, zooals het met moeite een kind van Yper zou zijn, die geroepen werd om aan 't hoofd vart uwe toekomst te staan. Voor eenige kennissen ter uwer beschik king gesteld, voor een weinig verkleefdheid en werkzaamheid aan uwe belangen besteed, voor heigeen iedereen aan het openbaar welzijn gevenkan.de goede wil, gij over laadt mij met dankbetuigingen zonder ach terdocht, zonder afgunst, in ruiling niet an ders vragende dan nog wat meer iever, en, ware 't mogelijk, nog meer bedrijvigheid aan 't werk. Laat het mij toe u te zeggen, beminde Yperlingen. mijne welbeminde medeburgers geworden, gij hebt van uwe beroemde voor ouders, die uwen vroegeren welstand en grootheid uilmieken, een edel en mildadig herte ontvangen. Laat mij toe u te zeggen, irt dit praalebouw, opgericht door hunne handen, ten tijde dat er afguast bestond tusschen uwe en mijne geboortestad, hoe hewonderensweerdig de hoedanigheden zijn die u kenmerken uw oude geest van herbergzaamheid, dat edelmoedig vergeten van oude veeten, het opofferen van eigene .edachten en bedoelingen, en zelfs het be roep tot aller medewerking om terug te eeren tot de bronnen uwer aloude heerlijk heid. Vóór den heer Baron Surmont de Vols berghe, en had Yper nooit gezien, 't gene met. noemt n vreemdeling aan 't hoofd der stadszaken. Voorbeeldige bestierder, weergalooze wer ker, voorzichtig en levens krachtdadig, was hij eert echt toonbeeld van Burgemeester van Yper. Is het niet waar, dat onder zijn be stier de stad onder vele opzichten grooten voortgang heeft gedaan Wie zou er durven loochenen dat hij de baan geopend heeft tot meerderen vooruitgang en tot grooteren welstand. Evenals Alfons Vandett Peereboom had hij het groolsch gedacht Yper tot zijnen vroegeren welstand terug te brengen, 't Is misschien eene begoocheling, maar 't is een dier droomen, die niet en kunnen schaden, en die men laten moet aan dezen, die voor het bestaan en den welstand van hunnen evenmensch willen strijden. Getuige van het rusteloos arbeiden van mijnen eerzamen Voorganger, van zijne on vermoeibare werkzaamheid gevormd in '.ijne school, om de uitdrukking te bezigen van mijnen vriend, M. Berghmanmocht ik, den Burgemeester opvolgende, ook zijne hoedanigheden erven Mocht onze samen werking mij de noodige ondervinding heb- oen gegeven om met vrucht het gemeen- tebestier te geleiden Met reden heeft men gezeid dat de weg Tgebakend is en dat ik hem slechts te volgen liebbe. 't Zal mijne eerzucht zijn en 't doel van al mijne pogingen. Maar als 't voorbeeld van Itooge komt, 't en is niet altijd gemak kelijk het na te volgen. Als God mij de kracht en de gezondheid verleent, en gij, mijne beminde ambtgenoten, uwe krachtige medewerking, ik zal er geraken, geleid door itwett raad,en aangewakkerd door uwen .over. Ik en heb geene andere bedoeling dan goed te doen, met rechtveerdigheid te be stieren en te werken aait 't geluk en den welstand onzer stad Yper. Het werk is begonnenlaat het ons voortzetten met al de vurigheid onzer ziel! Er is nog veel te doenonze praalgebou wen, waarover wij zoo fier zijn. moeten zonder vertoeven hersteld worden: de zake van het water, voor de nijverheid bestemd, moet ogelost worden; de werken van ge zondmaking voortgezetde wegens van stad en den buiten verbeterdde gemeenschaps wegen te water en te lande voltooid en uitgebreid. Op maatschappelijk gebied, hebben wij, niet zonder welgelukkeu, gewrocht aaa do ui—— —I ■mi i innHM,.,,,,,,,rn-rrnw miti imiim i mi' uhmjuiihwmi ammmmmmm imiMiiaia m m m

HISTORISCHE KRANTEN

Nieuwsblad van Yperen en van het Arrondissement (1872-1912) | 1900 | | pagina 1