fl DE PENSEJAGER MÉNGËLMAKËN sill Iftf 1? 1 Hl i J;f Nog eene feeste VAN AL AKS WAT De Valsche Bankbriefjes Pijkc gift A bas la calotte i !i-U; 'lil sa»ï V', i Isli! Af $i J! i'li -iv - lil i 573 14,318,751 T 573 'J yper Seder besteller, bij den Drukker van 't Nieuwsblad, van lOOvisiet- Kaartea aan 1 f. 50 op schoone ivoorcarlon, bekomt gratis een prachtige porte-cartes, A i vi fi tté 'A H Tl I i i t I i f i I d»t die genegenheid even gemeend is van wege de muzikanten ten opzichte van hunnen beminden bestierder. M. Verstraete is niet alleen een knap lee- raar en Bestierder, hij is tevens een meester- hoboïst. Als leeraar deed hij zijne proeven in de Brugsche muziekschool, waar zondag een zijner leerlingen zulken grooten en welver dienden bijval genoot in de muziekfeest van 't Conservatorium als bestierder is hij te Yper met recht en reden gewaardeerd als hoboïst deed hi) zich nogmaals toejuichen Zondag in zijne heerlijke Sonatine voor hobo en Piano, geschreven en hem opgedreven door een anderen Brugschcn meester, heer Joseph Ryelandt, wiens fijngevoelde werken overal zoo gretig gezocht en aanhoord wor den. Concertino van Guilhaud, een werk doorzaaid met allerhande moeilijkheden werd geestdriftig toegejuicht door de talrijke kenners van goed en schoon muziek. Een anderen Bruggeling, M. Bossier,wist door zijne alleenspraken in zijne Epave van den grooten franschen Meester Coppée tot tranen toe te ontroeren, maar ook in zijne talrijke kluchten, bijzonderlijk i'K ben racend)) hertelijk te doen lachen. Onze jonge stadsgenoot Lucien Verhaeg hen en zijn zustertje dat hem zoo wel bege leidde op de piano, genoten welverdienden bijval, zoo door hun kundig spel als omdat het dubbel aangenaam is jonge Yperlingen e veel belovende kunstenaars te mogen toe juichen. De verschillige stukken die gespeeld wer den hebben den gedurigen voortgang bewe zen,van den kleinen vioolspeler,die dank aan zijn talent en zijne werkzaamheid eene schoone toekomst mag te gemoet zien. De eere van den avond' kwam grooten- deels aan Jonkvrouw Van Hoorde, ie prijs van de muziekschool van Antwerpen. Met zuivere en welgeoefende stem zong zij eerst het groot Aria uit Gaïd van Amb. Thomas en vervolgens ik ging van Blockx. Bloemen en Sterren van Mortelmans en een pereltje van Lassen, j'avais rêvé. De aanhoorders waren overzadelijk en Jufvrouw Van Hoorde voegde een nieuw nummer bij het reeds welvervulde pro- gramme en zong Ton sonrire van Catherine en het groot aria van Galathée door Victor Massé.Eene geestdriftige betooging bedankte haar voor die vriendelijkheid. Een bijzonder woord van lof aan de heeren Vanhoutte en Wenes, die met hun bekend talent de moeilijke rol van begeleiders op de piano hebben vervuld. Geerne ook brengen wij hulde aan die heusche jonkheden,de kern der Ypersche jeugd, die zoowel de bediening van Com missaris hebben waargenomen en alzoo de aloude Ypersche hoffelijkheid hebben ge handhaafd. Als men de Ypersche gazetten leest zou men haast denken dat de eene helft der bevolking bestaat uit renteniers en million- nairs en de andere helft uit artisten. 't Was zondag feeste in de Iweinszaal acht dagen te voren in 't Volkshuis, morgen nog eens in 't Volkshuis en Maandag geeft de heer Vanhoutte, onze befaamde pianist, een e u Audition de piano een concert van pianospel, waar hij zijn talent ale pianist zal kunnen doen gelden. De leden van den Katholieken Kring zijn tot die feeste genoodigd. Bericht aan de liefhebbers van kunstig muziek. Mengelwerk van 7 Nieuwsblad van Yper, Nr 32 door E. H. LEROY VERBODEN NADRUK Waar was de betichtigde, Koben bijge naamd Aandegat waar was hij op dien tijd, op die ure Volgens zijne eigene getuigenisse, was hij in de bosschen waar hy als hulpbosch- wachter op dienst was. Maar, uit hetgene Sophie, Kobens moeder, getuigd heeft, blijkt het dat Karei, sedert eenigen tijd, nooit meer toe en liet. dat Koben 's nachts op ronde ging omdat hij niet wel genoeg en zag en niet doorsle pend en voorzichtig genoeg en was maar laat ons zeggen, omdat hij hem niet meer en betrouwde. Bijgevolg moeste hij op die ure t'huis zijn en niet in de bosschen met zijn gewere. Was hij er, 't en kon maar zyn, met het gedacht zijnen stijfvader van kante te helpen dat en lijdt geen de minste twijfel. 't En anderen, zijn tweeloop, dien men 's anderendaags op zijne kamer voi d, en was maar met eene schote meer geladen. Het was de rechtere de linkere schote moeste volgens onderzoek van deskundigen, binst dien nacht afgeschoten geweest zyn. De moordenaar en heeft, in zijne ont steltenisse, zeker niet gepeisd, dat die onvoorzichtige kleene omstandigheid tegen hem eene verpletterende getuigenisse zou geven. De betichtigde over dit punt ondervraagd beweert op den boord van den bosch achter een wild konijn geschoten te hebben. Aan wien zal men zulk uitvluchtsel doen ge looven Ik zal nog meer zeggen op vijf stappen Een syndikaat van handelaars is Vrijdag avond vergaderd, om de houding der natio nale bank te bespreken, die weigert de valsche bankbriefjes te aanveerden zonder aan het publiek een zeker en afdoende mid del te verschaffen om de namaking vast te stellen. Deze handelaars, zeer groot in getal, heb ben besloten zich naar de Nationale Bank te begeven en de uitwisseling te vragen van a hunne briefjes van ioo fr. Zij hebben ook beslist geene banknoten van ioo frauk in betaling meer te aanveerden ten einde, alle moeilijkheden te voorkomen. De kleine handel te Brussel gelijk overal, toont zich bevreesd en aanveerdt de bank noten van honderd frank slechts met achter docht. Vrijdag zijn vele personen naar de Bank geweest om hunne bankbriefjes te doen uitwisselen. De Bank heeft er zoowel belang bij als de bijzonderen dat deze toestand niet langer dure, en het ware te wenschen dat zij het publiek zou gerust stellen. Een blad schrijft De vrees van een valscb bankbriefje te hebben zou niet bestaan, indien men overal te werk ging gelijk in Engeland, waar men al de valsche banknoten gereedelijk uitbe taalde aan dezen die ze te goeder trouw aan boden, op voorwaarde dat de aanbieders hunne goede trouw bewezen. Eenige jaren geleden, tengevolge van eene ontdekking van valsche banknoten van de Bank van Frankrijk, vroeg men bij onze naburen en elders dat men eën wedstrijd zou uitschrijven, met eenen prijs groot genoeg om de kunstenaars aan te zetten eene teeke- ning voor bankbriefjes te léveren welke moeilijk zouden kunnen nagemaakt worden De Nationale Bank heeft donderdag mor gen aan den minister van financies de teeke ning doen voorleggen voor een nieuwen druk van briefjes van ioo fr. de voorzijde zou in vierkleuren, de keerzijde in drie kleuren gedrukt zijn. Om een goed bankbriefje uit een valsch te herkennen moet men vaststellen of er op den rug van het paard dat den wagen van den Vooruitgang trekt, vier blauwe streepjes zijn. Het briefje is goed als bet paard die vier blauwe streepjes heeft. Een ander middel om de bankbriefjes te herkennen, is het nazien van het nummer van het briefje. Op de vier hoeken van elk briefje staan nummers, overhoek gelijk.Voor het nr in den rechterhoek van boven en den linkerhoek van onder staat eene letter. Het getal dat voorafgegaan is door de leiter, wordt vermenigvuldigd met z5 dan trekt men er een getal af dat gelijk is aan het volgnummer der letters te beginnen van Z. (Men moet echter opmerken dat de J weggelaten is en men dus heeft ABCDEFGHI KL a5 24 23 22 21 20 19 18 17 16 i5 OP QPSTUVWXY 12111098765432 Achter bet verschil schrijft men het getal door geene letter voorafgegaan is. Hieronder een voorbeeld met een bank briefje dragende de volgende cijfers M N 14 13 Z 1 alsdan Wij hebben T 573, wij vermenigvuldigen 573 met 25 en bekomen 14325 de letter T, staat tegenover nummer 7 in hooger ver melde rangschikking men trekt dus 7 van 14325 af en men heeft 14318 men schrijft nu het getal zonder letter, of 751 achter het bekomen getal en men heeft 14,318,751, of het groot getal van het briefje. Deze rekening is dezelfde voor alle Bel gische bankbriefjes. Voor die van honderd frank moet men in de tweede plaats maar zien of de vier blauwe streepjes op de mg van het paard te vinden zijn en bijzonderlijk als bet watermerk klaar en duidelijk is. Men moet echter in acht nemen dat de getallen van een valsch briefje juist kunnen zijn, want de valsmunters kennen ook die berekening. Behalve de door de bank opgegeven middelen is er nog een ander om de valsche briefkens te ontdekken. Men legt een biljet op eene gladde vlakte, eene marmeren plaat bijvoorbeeld. Men bedekt het dan met een wit papier, dat men, op de plaats van den filigrane francs-100, wrijft met een looden of tinnen voorwerp, als de rug van een lepel of de niet gepunte zijde van een potlood. Wanneer nu het briefken goed is, zal francs-too zich op het wit papier overdiuk- ken is het valsch, dan niet. De Nationale Bank heeft last gegeven al de briefjes van 100 frank, geteekend Ver- straeten, directeur, in te houden. Den it December waren er reeds meer dan de 6/io binnen gekomen, onder welke er slechts 98 valsche' waren. Baron Surmont de Vols'oerghe, gewezen minister van arbeid, heeft aan de koninklijke bibliotheek van Brussel eene overprachtige verzameling van medaliën en vaderlandsche eere- en erkenningsteekens geschonken. Bij die verzameling heeft hij eene andere gevoegd, bestaande uit medaliën en pennin gen. Deze laatste behelst meer dan 8tooo suks. Ziedaar eene gifte welke door eenieder op hoogen prijs moet gesteld worden, want de verzameling heeft eene onschatbare weerde. Als de kiezing nadert, beweren de libera, len, op alle tonen dat ze noch tegen gods dienst noch tegen priesters en zijn, verre van daar ze eerbiedigen,den priester en willen iedereen vrij laten,^. op 't papier Maar als de kiezing voorbijA pf dat ze bij hun vólk zijn dan gaan ze maar op los A bas la calotte weg met de priesters is dari hun .geliefkoosde Apfeutse err ze' plakken dicr spreuke. mét een sanctje erbij op deuren en vensters van voorname, katholieken Dan en kunnen ze geene soutane zien, noch geen kloosterkleed of hun bloed kookt en t gaat er mij van alle soorten van liefelijke benamingen waarvan luiaards en geldzuch tige bedelaars in hunne geuzenbeleefdheid aan 't hoofd staan. Luiaards omdat zij bidden, vasten en boeten Nietdoeners!... omdat zij hun leven slijten in hospitalen, gevangenissen en scholen. Onzedige menschen omdat zij de vrije zedeleer niet aankleven. Geldzuchtige bedelaars mocht men de liberalen geloven dan ware er in ieder kloos ter eene goudmijn «In Frankrijk, riepen zij onlangs om het volk op te hitsen, beloopen de zware eigen dommen tot eene weerde van één milliard. van de plaatse, waar Karei Smeus'eus lijk gevonden wierd, heeft men het papier of het stopsel, op geraapt, dat boven de lading zat. Dit stopsel was half verbrand maar, volgens de letters die er nog op lezelijk waren, kon men met zekerheid besluiten, dat het een stuk was van het Nieuwsblad van Yper. Welnu, bij het onderzoek der onafgo- schotene lading, heeft meu gevonden dat deze ook gestopt was met een stuk uit het zelfste Weekblad. Eindelijk, nog eene laatste omstandigheid die ten klaarsten bewijst dat Koben de moordenaar is, en 't niemand anders zijn en kan. Het zaad dat wij gevonden hebben in de rechter schote die nog op zijne gewere zat, is van numer 6, en het zaad dat de genees- heeren uit de wonde van den vermoorde gehaald hebben, is ook van numer 6. De betichtigde wierd over deze laatste omstandigheid nauwkeurig ondervraagd maar uit zijn lood gesmeten door al die slaande bewijzen, waren al zijne antwoorden duister, tegenstrijdig, en bijgevolg aanzien als onaanveerdbaar. Diensvolgens, is Koben bijgenaamd Aan degat zoon van Broozen Krokette en Sophie Koppenko, stiefzoon van Karei Smeus. bosch-en jachtbewaker, plichtig aan die afschuwelijke misdaad eu dat met voorbe dachten rade,gelijk het uit de bovengemelde omstandigheden zonneklaar blijkt. Ik vrage dus dat het gerecht de strengste straffe toepasse de doodstraffe of levens langen dwangarbeid. Zijt indachtig, heteren gezworenen, dat de plichtige sedg" p-JWng dien moord beslist hadde, en datshA^ |,;f offer, zijn weldoener, ziju ati - Dat zijn verzwarende omsi, geen straffe is te zwaar vco menschen. Er dient een-. Van Zij hebben weer eens die eigendommen geroofd, aangeslagen, verkocht en die ver koop bracht slechts een millioen en halt ONKOSTEN op. Een onvermoeid besehimper onzer religie, Jean des Bonnefon, belijdt «Waar blijft het milliard der kloosters, door onze wetgevers sinds 1901 aangekon digd Die schatting was opgemaakt door officiële, zorgzame fonctionnarissen. En nu het uur der verkooping kwam, bespeurd men in het fameus milliard zooveel gaten als er lappen op Arlekyn's kostum genaaid waren De proceskosten de prolij ten der staatsvertegenwoordigers en likwideei- ders hebben er nieuwe gaten bij gemaakt. Het milliard dat beloofd was, zal geen acht millioen in gangbare munt opleveren.» En het bracht geen acht millioen op, maai ANDER HALF MILLIOEN onkosten. Het verschil verdween in geuzenzakken. Zoo ging het ook met de Jacobijnen dei Fransche revolutie. De godsdiensthaters hadden ook het goed der kloosters gestolen, de eigendommen dei rijken verbeurt, alles goed van den Staat verklaard. De tegenweerde van al die ontroofde goe deren, toen vijf en veertig milliard, werd uitgegeven in papieren weerden assignaten genoemd. Menging van alle vrienden der sansculot ten rijke menschen en... «Zoodrazegt de vrijdenker Taine zoodra de guillotine de gedwongen koers der assignaten niet meer steunde, dan vielen die vodden van honderd frank op 5o en 2ofr. en eindelijk op 28 centiemen Een pond brood kostte 5o fr. in assignaten, een pond vleesch 60 fr. het schepel pataten 200 fr. en zoo alles in evenredigheid. Men begrijpe als 't mogelijk is den uitersten nood der onge lukkige renteniers, gepensionneerden,staats- en stadsbedienden, werklieden zonder post. in een woord, van allen die niets meei bezaten dan wat assignaten Ook leed men overal aan honger, armoede en de diepste vertwijfeling Dat leert de geschiedenis Napoleon, wierp de mannen der revolutie van hun bloedigen troon. Frankrijk herademde. Het was tijd. Geene overeenkomst met den H. Stoel werd gesloten. Al die koopers van klooster goederen, zwartgoed aan een spotprijs, verlangden nu eene regeling van die soori verheeling van diefstal. De kerk altoos goed, stemde toe tot een Concordaat. De Staat zou voortaan een klein tractement aan de.priesters geven als restitutie. De koopers wierden alzoo ont heven van den kerkdijken ban, die op hen weegde.j k* Dat was een gesloten kontrakt, over 100 jaren aangegaan. Wat doen nu de geuzen van Frankrijk Zij schaffen eenvoudig het Concordaat af, nadat zij de klootergoederen hadden aangeslagen en vertoffeld De geuzengazetten van België juichen toe a bas la calotte 't Is immers de oorlog aan den godsdienst die verklaard is, zouden de koopers van klooster goederen, moesten zij terug in leven kernen, ook toejuichen Wij twijfelen er fel aan. En bij twee drie maan den,zullen diezelfde bladjes houden staan dat ze niet tegen den godsdienst zijn, dat ze priesters en klooster ligen eerbiedigen Ja, tot na de kiezing Dan is 't weder opnieuw A bas la calotte Dinsdagavond bemerkte een tramwerkman dat de deur van een wagon opengedaan was Hij bestatigde dat vier pakken inhoudende 205 gedroogde.konijnenvellen, voor eene weerde van 100 fr., weggenomen waren. Donderdag nachtend was een peerdeman der Rijschool aan de gazefahriek bezig met asch te laden op eenen wagen bespannen met twee oeerdon. Al met eens, gingen de peerden op de vlucht ioor de Diksmuideslraat, al over de markt tot aan het policiebu reel waar zij door den opziener Vuiicraenonbroeck en den agent RaspoecÜ tegengehouden wierden. Die daad strekt tot eere aan onze wakkere politic1. CROMBEKE Dinsdag laatst was het gemeenteraadslid Henri Derycke, rentenier, 54 jaar oud, wonende langs den steenweg naar Uoushrugge, het slachtoffer van eenen diefstal. Hij was rond 6 ure 's morgens met zijne vrouw Stephanie Desmytter, 49 jaar,vertrokken naar eene begraving te Langemarck. Bij hunne terugkomst rond 6 ure 's avonds bestaligden zij dat dieven in huis gebroken hadden. De vensterluiken van den achterkeuken waren toegesteken en eene ruit uitgesneden alwaar de dieven binnengebroken zijn. De kwaaddoeners hebben op de vouwte eenen koffer opengebroken waaruit zij 800 fr. in geld, een gouden uurwerk met gouden keten,brocben en ringen gestoten hebben, voor eene weerde van boven de 1000 frank. Alles was duorsnuiffetd en op de vouwte rondgestrooid. De dieyen hebben ook op den zolder geweest, maar hebben daar gelukkiglijk niets gevonden. Zij badden het licht ontsteken en daaruit oesiuit men dat den diefstal gepleegd is korts na het vertrek van M. Derycke ofwel korts vóór zijne aankomst. In een maudelje lagen er 8 eiers waarvan zij er 7 uitgezopen en dan nog eene kortetelto, 2 llesschen wijn en een half kistje sigaren medegenomen hebben. De dieven zijn onbekend. sa5awsa™ WAAROM NOG HOESTEN ■■■"üffil I wanneer wij openbaarlijk verzekeren dat tene flesch Borstsiroop de Pratere altijd voldoende isorn den geweldigsten en gevaar- jlijksten hoest te genezen. Alwie borstsiroop iDepratere ge..omen heeft kan niet nalaten jZi.ne voldoening uit te drukken en zegt aan alwie het hooren wiltdat is waarlijk eene goede borstremedie. Te bekomen in alle goede apotheken aan 2 franken de flesch. Te Oostende en overal te Yper, apothe ken May, Libotte, Aartsens en Donck te Poperinghe, Monteyne; te Komen, Van Win dekenste Meen- n, Sioen en Rotiers, te Beghem-(Markt) Rodenbach, en te Waasten, Van de Marlière. GENEZING strengheid gegeven te worden. Die gestrenge grijsde heer zette hem de iezinge was gedaan, en rond de tafel staken de rechters hunne hoofden bijéén, veze den wat, verschoven of versmeten wat bladen papier, terwijl er in de zale na dat lange zwijgen, 0,'kwat gerul en geronk gemaakt wierd. Binst geheel de lezinge van de beschuldi- gingsakt had moeder Coleta,bleek van angst en aandoening, geene ooge verslegen van haren Pieter, die daar zat rond te zien, zoo onverschillig als iemand die schijnt te zeg gen. Wat gaat dat mij aan. Van tijd tot tijd vaagde de bravo vrouwe met het verkeerde van haar hand, het zweet van haar voorhoofd, en dievelinge eene trane uit haar oogen. Nnbegostende ondervragingen van den beschuldigden. Op het bevel van den Voorzitter stond Koben rechte. Wat was hij toch bleek en mager I Hij en geleek waarlijk geen mensch meer, zoo aar dig was hij. Zijn leelijk wezen wa3 van wanhope en verdriet samengetrokken en gerompeld gelijk een ouden broek, zijne oogen diepe ingetrokken neepen zoo gewel dig open en toe van klare angst en vreeze, en geheel zijn gezicht wierd gesnakt door de zenuwenzoo dat hij gedurig degekste muileD trok dat men kan uitpeizen. Zijne klakke hadde ook nog eens veel af te zien hij wrong ze en duwde ze gedurig gelijk een schoteldoek. Was dat nu de houding en de doening van eenen plichtige onder de last van zijn scheJjjffstuk, verscheurd door de wroeging va/i zijn geweten, of, was het de doeninge ,.4n eenen onnoozele onschuldige onder den druk dier afgrijzelijke toevalligheid Niemand die het wiste, noch die het zou durven of kunnen, zeggen hebben. In 't begin antwoordde hij nauwelijks en bijna onverstaanbaar op de vragen die de Voorzitter hem stelde. Hij stamelde en brokkelde gedurig, en de woorden.en wilden uit zijnen mond niet. Nochtans allengskens kreeg zijne stemme meer vastheid en de woorden kwamen gemakkelijker. Het gevaar waarin hij verkeerde stak nieuwen moed in zijn herte, de angste ver minderde, en hij wierd stouter. De Voorzitter deed hem geheel zijn droevige geschiedenisse verhalen, hoe hij weg geweest was, een stiel geleerd hadde, en hoe hij moede Van werken met fooreman als hansworst geheel Frankrijk doorreisd hadde enz enz en hij eindigde met stout en bout te zeggen Wat bewijst dat nu al te male 'k en ben'tik niet die mijnen vader vermoord hebbe. 't Was gelijk wat men hem nog vroeg; hij antwoordde altijd eeuwig en ervig 'ken ben 't ik niet die mijnen vader vermoord hebbe. Gij bekent toch geschoten te hebben, den avond van den 17= in Oogstmaand k Moete wel maar 'k ben 't ik. niet die mijnen vader vermoord hebbe. Dit gedurig herhalen van die aflooche- niuge, verre van de gezworenen te over tuigen van zijne onschuldigheid, ging wel haast een bewijsreden te meer zijn tegen hem. En ook, hij zei dat zoo onbeschoft dat die heeren onder meikaar vezeldenWat doortrapte deugniet maar hij is benauwd hij en weet niet meer wat hij doet of zegt. Zoo dat Koben daarmee zijn zei ven meer nadeel deed als voordeel. Nochtans, hoe zwaar de bewijzen zijner plichtigheid ook waren, daar bleef nog altijd een twijfel daar en waren eigentlijk nog WESTVLETEREN Zateidag is de dakwerker Pieter Giceele van een dak gevallen dat hij herstelde en is op den slag doodgeblevenHij laat eene weduwe me vijf minderjarige kinaeren achter. Vraagt bij u-,ve leveraars de suiker in pakken van de Thiensche maalderij. POPERINGHE Zondag namiddag is de politie erin gelukt zekeren H. T. A. aan te houden, beticht van verscheidene diefstallen gepleegd te hebben in geene door en door slaande bewijzen om iemand te kunnen veroordeelen. Koben en verdedigde hem wel maar slecht maar hij en bekende algelijk niet den moord bedreven te hebben.In 't gedacht der rechters kosten al die getuigenissen zulke ongelukkige toevalligheden zijn tegen hem zij hadden nog zulke gevallen gehad, en zij bleven dus nog niet genoegzaam overtuigd. Al met eens, om indruk te maken,spiiugt de Voorzitter rechte en steekt een kleen zwart berookt houten pijpken uit naar Koben, en vroeg Koben, herkent gij dit Ba.... ja, ik, Mijnheer, dat is mijn pijpke, antwoordde Koben, niet wetende wat dat zijn pijpke kon in die zake van belang zijn. Mijnheeren, sprak de Voorzitter op ieder woord steunende, tot de gezworenen, dit pijpken, dat Koben als het zijne herkent, wierd gisteren gevonden door brigadier Vanrenterghem, op de plaatse zelve dei- misdaad. Met ding is vuil en beslijkt van zoo lange buiten te liggen naar alle waar schijnlijkheid zal de beschuldigde het daar verloren hebben op den dag der misdaad. Koben verschoot hem bijna dood, hij begost te zien, hoe dat nietig ding, hem misschien zou kunnen verpleteren. Hij zag het ten anderen en hij hooide het Geheel de zale, door t en geheel verstaan baar gerul gaf te kennen dat dit laatste bewijs alle twijfel wegnam. De jongen voelde dat hij verloren was, het zweet brak langs alle zijden uit, en hij kreeg alle kleu ren van schrik en angste. - Zoo, Koben, dat is wel uwe pijpe, niet waar hervroeg de Voorzitter nog eens. Koben bezag nu die pijpe net gelijk iemand die van zijne zinnen beroofd is- Zijne oogen stonden wild in zijn hoold en zijn mond hong dom en dwaas open. Ct Vervolgt)

HISTORISCHE KRANTEN

Nieuwsblad van Yperen en van het Arrondissement (1872-1912) | 1905 | | pagina 2