aan Nieuwsblad van Yper -- Zaterdag, 24 Februari 1912 Eene verkeerde doenwijze. Wij willen de aandacht van den landbouwer op eene wijze van bewerking vestigen die soms gevolgd wordt en die geen andere dan nadeelige uitkomsten hebben kan. Het gebeurt dat de landbou wer eene tijdelijke verzacht! g der weersgesteldheid ten base neemt om zijn land te ploegen hoewel er nog een dunne laag sneeuw op ligt. Dat is eene ver keerde handelwijze, zelf dan wanneer de grond bevroren ligt of wanneer het maar gerijpt heeft. En wel om de volgende reden Het ploegen van bevroren grond licht de bovenlaag in klodden op, wat den grond bij ontdooiing slij- kerig maakt en ongeschikt voor doelmatigen zaai. Het onderbren gen der ijskoude bovenlaag en der sneeuw maakt den grond bovendien geweldig koud en ver traagt het ontkiemen. Men denke niet dat het onderbrengen van tot sneeuw of ijs bevrozen water uit de bovenlaag dezelfde uitwerking heeft dan het onderbrengen van koud water; want dat is voorzeker het geval niet. Een kilo water op 79 graden, vermengd met een kilo water op nul graden geeft 2 k. water met 39 1/2 graden. Een kilo water op 79 graden vermengd met een kilo sneeuw of gestampt ijs op 0° geeft daarentegen 2 k. water met nul graad. Er ontstaat dus een gewel- digsterke afkoeling. De sneeuw smelt langzaam in den grond wegens het geringe vermogen tot warmtegeleiding der aarde dit geldt vooral voor klei- achtigen grond. Het ploegen bij vriezend weder of het onderbren gen van sneeuw maakt den grond bijgevolg koud en weinig geschikt tot verwarming. Het zaad kiemt er lastig en verrot er dikwijls. Men moet den grond maar bewer ken en bezaaien wanneer die gezet en verwarmd is. Haventeelt. Haverteelt is eene der voor naamste lenteteelten. Haver is een uitnemend geschikt voeder voor het paard en de verbouw ervan is daartoe als 't ware ver plichtend. Haverstroo, al wordt het door zekere landbouwers niet vervoederd,is nochtans een zeer goed voeder wegens den betrek kelijk grooten inhoud aan voeden de bestanddeelen. Op de markt wordt haver ten slotte altijd tegen betrekkelijk hoogen prijs aan den man gebracht. Men mag echter niet uit het oog verliezen dat een lonende verbouw van haver aan wending vergt van hulpmesten. Haver volgt gewoonlijk op een gewas dat den grond reeds uitge put heeft, vindt niet genoeg voe dende bestanddeelen in den bodem en geeft dan maar een schralen oogst. Dit graangewas vergt nochtans, met ronde cijfers uitgedrukt, 80 kilos stikstof, 50 kilos phosphor- zuur en 60 kilos kali of potasch. Zoo men toegeeft dat de vorige teelten den grond in den besten toestand gelaten hebben, hoeft men nog de helft diér hoeveel teid aan meststoffen aan te brengen. Als stikstofmest kan7 0 tot 100 k. sodanitraat volstaan, zoo men stalmest gebruikt heeft. Zooniet heeft men 150 tot 225 k. nitraat noodig. Om te voorzien in de behoefte aan phosphorzuur zal men op kalkhoudenden en drogen grond 400 k. superphosphaat aan wenden. Op vochtigen grond, 600 k. slakken meel. Wat kali of po tasch betreft, die voedingstof wordt door haver goed benuttigd, zelfs wanneer die in weinig oplos baren toestand oorhanden is, maar een tcegifte aan potasch is soms in veie omstandigheden noo dig. Inde proeven te Borsbeke, van M. P. Devuyst, werd de volgen de formuul voor onderhavige streek de beste bevonden Sodanitraat 225 k. superphosphaat 600 k. Die formuul, zegt M. Devuyst, ver zekert eene zuivere winst van gemiddeld 170 frank voor de haver en 10 frank voor klaver ten behoeve van dit laatste gewas kan men bovendien 600 k. kaï niet toedienen. Het planters der Aardappels. Weldra zal de planttijd ander maal aanbreken. De knollen gin gen in onze kelders door de milde luchtgesteldheid van dezen winter reeds fel aan't schieten. Zoo wjij doorgeschoten knollen onderzoe ken bemerken wij dat de topoo- gen vroeger dan de andere oogen uitschieten die scheuten zijn tal rijk en krachtig terwijl de navel- oogen min talrijken veel zwakker zijn. Wij kunnen ook opmerken dat het de groote en middelmatige knollen zijn die de sterkstescheu- ten geven. Uit die waarnemingen leiden wij af hoe de planting der aardappels moet geschieden. Inderdaad, zoo wij de plantknol- len doorsnijden om stukken te planten, zullen wij een onregel- matigen oogst krijgen want de topstukken' geven krachtig r scheuten dan de naveistukken. De topscheuten groeien daarenboven spoediger en sneller dan de scheu ten uit navelstukken. Het is dan beter heele knollen te planten. Door het p'anten van stukken legt men bovendien snijvlakten in den grond die gemakkelijk door ziekte aangetast worden. Insek- ten hebben het ook veel gemakke lijker waar het stukken betreft, om schade te verrichten. Men moet knollen .uitkiezen van struiken die 't jaar te voren veel knollen voortbrachten. Men moet dus het plantgoed uitlezen. Daartoe zou men bij het uitdoen de knollenrijkste struiken moeten uitkiezen en onder de knollen ervan de groote en middelmatige voor plantgoed bestemmen men moet bij die uitlezing ook de kenmerken der soort op het oog houden. De planting van denaard appel geschiedt van af 25 Maart tot 30 April. De planting mag niet te laattijdig geschieden daar als dan veel minder ingeoogst word Wat de bemesting aangaat moet men vermijden te veel of te ver- schen stalmest aan te wenden daar zulks nadeelig inwerkt wat betreft de hoeveelheid en de rijp wording.Dan heerschterook meer gevaar voor de ziekte. Een te rijke bodem aan bewerktuigde stik stof houdende stoffen, en te straffe b mesting met groen mest geven aanleiding tot dezelfde nadeelige gevolgen. Men raadt aan den stalmest onder te we "ken bij hetw interploegen. Als schei kundig mest kan men per hecta re gebruiken 250 tot 300 K. soda nitraat en 600 K. superphosphaat wanneer de grond voldoende po- taschhoudend is.Opzandachtigen grond zal men bovendien 200 K. zwavelzure potasch toedienen. Deze hoeveelheden worden opge geven voor gevallen waarin men geen stalmest gebruikt. Wanneer men kaïniet in de lente gebruiken wil moet men het ver mengen met een weinig kalk ten einde den schadelijken invloed der chloorstof te vernietigen, 't Blijft best de kaïniet reeds op de vorige teelt aan te wenden, in zeer rijken bodem aan bewerk tuigde stoffen geeft slakkenmeel uitstekende uitkomsten. Zoo men mest roet een 20000 K. sta^m st zal roen 200 K. sodanitraat en 400 K. superphosphaat aanwen den. v>:Uitgelezen Zaaizaad. Ö^rleelkundige bemesting is nietejoldoende om een schoonen oogst te bekomen men moet ook een oordeelkundige keuze ver richten van zaaizaad dat aange past is aan eigen bodem en kli maat. Mesten die in hoofdzaak stikstof en phosphorzuur inhouden vermeerderen en verbeteren den oogst. Wanneerzoo maar gedurig 't eerste het beste zaaizaad ge bruikt wordt zal de opbrengst op den duur sterk afnemen. Aan wending van mesten kan niet baten voor herstel van de kwali teit der geteelde soorten die wegens ontaarding van het zaai zaad te wenschen over laten. Men moet dan uitlezen. De uitlezing kan door den landbouwer verricht worden. Het genoegd daartoe goed ontwik kelde zaaddragers uit te kiezen die alle soortelijke kenmerken vertonen maar gewoonlijk wordt dit werk te lastig bevonden en niet veel zorgen aanhet zaaizaad besteed. Indien men zelf niet uitleest, is 't maar best uitgekozen en uit gelezen zaalzaad te koopen dat aangepast is op bodem en kli maat, Er weze hierbij aangemerkt dat zaad, 't welk rechtstreeks uit 't Noorden komt, vroegtijdigen oogst geeft, terwijl zaad uit het Zuiden zeer geschikt is voor laat- tijdigen oogsthet ontaardt spo - dig en moet aangepast worden aan bodem en klimaat. De zaai tijd van haver en de planttijd voor aardappels zullen weldra aanbre ken ziehier dan eenige soorten die nu in Belgie 't huis hooren Haversoorien Ligowo, Wonder bare Zweedsche haver, Reusach tige troshaver, Zwarte Cartari- aansche, enz., enz. Aardappel soorten Goudgele van Zweden, Verbeterde Magnum, Institut dé Beauvais, Blaue Riesen en zeer veel andere meer. Beetzaad. Laat ons deze gelegenheid te baat nemen om een bijzonder woord te zeggen over beetzaad waarvan de aankoop dit jaar wel eenige verr assing zou kunnen aanbieden. Men weet dat er ver leden jaar een aanzienlijk tekort was, in de opbrengst van beet zaad daarentegen staat de kwa liteit veel hooger dan in gewont jaren hot geval is. Terwijl het een aangenomen zaak is men denke aan de normen van Magde burg- dat een kilo marktschoo; beetzaad in 12 dagen tijds 70.000 kiemen geeft, verkrijgt men thans, naar de proeven van M. Huehle in Duitschlarid en F. Strohmen in Oostenrijk-Hongarië, niet minder dan 100 000 Lt 138.000 kiemen. Er zou dan eene besparing aan zaaizaad kunnen gedaan /orden van 30 tot5Q d/0, waardóór in alle behoeften .zou kunnen voorzien worden door middel van oordeel kundige vermengeling. Het is echter te ,-oorzien dat dit vermen gelen niet immer met alle eerlijk heid geschieden zaldat de land bouwer dan zijne voorzorgen neme en z rge voo mogelijkheid tot invorderen van scnadevergoe- ding. Daartoe eisch hij bij aan koop eene fakluur met vermelding van alle noodige waarborgen en late het zaad op kwaliteit en waarborg onderzoeken door ont leding van een staal dat bij ont vangst van het zaad met inachtne ming van alle voorschriften geno men werd. De landbouwer zou bij aankoop van zaaizaad dezelfde voorzorgen moeten nemen dan bij aankoop van mesten. Zooals wij in ons vorig Landbouw- Bijvoegsel N" 11 zegden, geven wij nu hieronder een artikel verschenen in den Belgischen Landbouw-Almanak van dit jaar (1), betreffende de bemesting- der groenten bij middel van natuurlijke meststoffen (beir). Waarom zouden wij scheikun dige meststoffen gebruiken bij groenteteelt Zie toch eens welke uitslagen wij met natuurlijken mest en besproeiing met beir ver krijgen. Hoe dikwijls hoorden wij die redeneering in den mond der moeshoveniers, terwijl zemet fier heid hun breedgebladerde sala de, donkergroene spindzie en dikke preiplanten toonden, die daar weelderig groeiden in dat mengsel van beir en grond, waar uit de bovenste laag der moesho ven bestaat Wij zouden tot antwoord de vraag kunnen omkeerenwaarom beir gebruiken, als wij over andere bemestingsmiddelen be schikken Geene plant voedt zich met drekstoffen uit de drekstoffen worden alleen eeni ge voedende bestanddeelen opge nomen, die echter in veel groo- ter hoeveelheid in de scheidkun- dige meststoffen aanwezig zijn. Hoveniers, die 'op de hoogte zijn van hun vak, winnen door het gebruik van meststoffen betere en meer vroege groenten de gewassen, die ze ter markt bren gen, zijn smakelijker, hebben schooner voorkomen en... zijn zuiverder. Wanneer zal de ver bruiker van ongekookte groenten zich gaan bekommeren met de teelt der gewassen die hem ter tafel worden gebracht Terwijl allerhande voorzorgen worden genomen om zich te vrij waren tegen soms ingebeelde microben, vreest men niet, bij elk maal zich bloot te stellen aan het opnemen der kiemen van de gevaarlijkste ziekten. Evenals de larve van den hon den-lintworm, te.zamen met het voedsel in het organism van het schaap kan dringen en de vreese- lijke draaiziekte veroorzaken, zoo kunnen ook de kiemen van aller hande ziekten aan ons worden medegedeeld door de groenten, wier bladeren met beir werden bevuild, terwijl hunne wortelen zich in drekstoffen ontwikkelden! Laten wij de natuurlijke mest stoffen gebruiken opgronden die F. P. della Campagne (Verboden nadruk.) (1) Verkrijgbaar in den Nederlandschen Boek handel, Sl Jacobsmarkt, 50, Antwerpen, en bij Oscar Mayolez en Jules Audiarte, Lebeaustraat. 17, Brussel. Prijs 1 fr.

HISTORISCHE KRANTEN

Nieuwsblad van Yperen en van het Arrondissement (1872-1912) | 1912 | | pagina 5