Droevige Dagen EUCHARISTISCH CONGRES SpieekM 52 Op Zaterdag 24 Oogst 1912 5 centiemen 't blad 47e jaar. Talmerk 2416 Te trekken bij den Uitgever, Tk 36, in de Boterstrate, te Yper, en bij 's landsboodschapmzen ofte post, tegen 3 frank 's jaars Dagklapper Evangelie van den 13en Zondag na Pinksteren Groote Betooging ter eere van het Allerh. Sacrament Aan de Vlaamsche Ouders Algemeene Spaar en Lijfrentkas Echt en recht, 't oud Volk indachtig Kinderlijk, niet kinderachtig Ypersch, Vlaamsch en, bovenal, God getrouwe ik wezen zal van den 24 tot den 31 Oogst *5 if flg If 'if- '<k ï4 s4 54 34 34 s4 s4 s4 Heilig Sacramentscongres ps 'jfi pi pi p* p»_ p» GEWESTELIJK VAN F E'R STUDIEDAG (24 Augusti) Zondag 25 Augusti Z.D.H. Gustavus-Jasephus Waffelaert Bisschop van Brugge. LUISTEKLIJKE PROCESSIE ;4 *4 *4 «4 54 *4 *4; «4 *4 «at s« £4 s4 SBH 54 £4 £4 £4 s4 si Tevreden zijn •j$ 54 54 £4 dk dk 'dk £4 £4 m iff if m 'if'if'ifVi Pensioen van 65 fr. •4 *4 dk. :4 s4 £4 '*4 s4 54 -54 Wettelijke Besluiten I DIT VAN YPER EN OMMELANDS 't NIEUWSBLAD VAN YPER verschijnt 's Vrijdags, en "s Zaterdags na de markt, tegen 3 fr. 's jaars; 3 fr. en den vrachtloon buiten Belgenland. Het blad is niet min te trekken dan voor een geheel jaar en 't wordt op voorhand betaald. Alles moet vrachtvrij ingezonden worden naar de BOTER STRATE, Tk 36, te Yper. De bekendmakingen kosten o fr. i5 de reke binnen *t blad is 't o fr. 3o van 's Rechters wegen fr. i overdruk 5 fr. 't honderd. Ieder boek, waarvan ons twee afdruksels zijn gezonden, wordt besproken. De Heeren van de AGENCE Havas, te Brussel, Tk 34, in de Zilverstrate, en te Parijs, Tk 8, PLACE RE LA BOURSE, ontvangen bekendmakingen voor 't NIEUWSBLAD VAN YPER, van al die buitea Oost-& Westvlaanderen wonen. s. 24 - H Bartelmeeuws, apostel, wierd de huid afgestroopt en daarna onthoofd. Z. 25.( H- Hlodwig, koning van Frankrijk, stieri van de pest in Kruisvaart van Tunis in Algiers in 1270. m. 26. H. Zepliyryn, m. 15" Paus van Rome 4 219. HH. Ireneus en Abundius, mm. HH. Secudis en Alexander, mm. d. 27. H. Jozef Calasanctius t H* Eutlialia, mgm.. van haar eigen broeder gedood. H.,Moyses F.thiopis. w. 28. H. Augustijn, b.en kerkleeraar f433. H. Hermes, m. patroon tegen de krankzinnig heid. d. 29. Jan-Baptisten onthalzinge. H6 Can dida, mgm. He Basilla van Smyrne. v. 30. He Rooze van Lima, mg. f 1617. H. Fiacre, patroon tegen de krampe. H. Gauden- tia, mgm met nog drie anderen. Te dien tijde trok Jezus, op zijne reis naar Jeruzalem, langs de grens tusschen Samaria en Galilea. En toen Hij in zeker dorp kwam, traden hem tien melaatsche mannen te gemoet die op een afstand bleven staan. En zij verhieven hunne stem en zeiden Jezus, leeraar, erbarm u onzer. En hen ziende zeide Hij hunGaat heen, vertoont u aan de priesters. En onderweg werden ze rein. Maar één hunner keerde/.zoodra hij zich gene zen zag, terug, terwijl hij met luider stem God verheerlijkte. En hij viel op zijn aangezicht voor zijne voeten neder, en dankte Hem. En deze was een Samaritaan. Maar Jezus antwoordde en zei- de .- Zijn niet alle tien gereinigd {Doch waar zjjn de negen anderen Vindt men er geene die teruggekeerd zijn om God eer te geven,dan alleen dezen vreemdeling En Hij zeide hem Sta op en ga heen uw geloof heeft u gered. Welgekomen, Kristen Schaar, Die, in het CoDgres, te gaar, 't Heilig Sacrament komt loven Heil aan allen die gelooven Dat God in de Hostie is, En die de belijdenis Huns geloofs komen versterken Zijn er hier of daar die werken Tegen God en het geloof, 't Weze een reden om de kloof, Die zij grooter willen maken Tusschen aardsche en hemelzaken, Toe te halen voor den troost En 't geluk van 's werelds kroost. Het geloof verheft de menschen Tot het toppunt vaD elks wenschen, Tot de hemelsche eeuwigheid En Gods Oppermajesteit. Zoet en zalig is 't te reizen Naar des hemels feestpaleizen Op de vleugels van 't geloof Daar is men noch blind noch doof Mengelwerk van 'tNieuwsblad van Yper nr41 DOOR HONORÉ STA ES (Overdruk met toestemming van 't Davidsfonds) Ga op zoek. wanneer gij met ledige han den terrugkeert. slijp ik mijnen sabel op uw apengezicht. Faas verbleekte eenigzins, wendde zich tot de weduwe en zegde Bazinne, de sergeant vraagt wijn. Toen ik ziek werd, kocht mijn brave Edward twintig flesschen, antwoordde de vrouw met eenen zucht. B Ik heb er tot hiertoe acht geledigd. Haal de overige. Burger sergeant, sprak de veldwachter aarzelend, de bazinne zegt dat er hier eenige flesschen zijn. Maar gij ziet dat de ar me vrouw ziek is. Heb medelijden met haar Laat haar haren wijn. Hij moet dienen om haar te versterken. Gaat gij, brigand schreeuwde de Sansculot. De boerin kan anderen koo- Yoor al de verhevenheden Van het te verwerven Eden Daar leert men de deugden aan Voor 't geluk van het bestaan, Hoe men God hier moet beminnen, Waken moet op ziel en zinnen, Om aan de ondeugd te weerstaan En den Hemel in te gaan Daar leert men met alle menschen Handlen, zoo wij zelve wenschen Dat met ons gehandeld zij. Goed en zoet van wederzij. O kon iedereen zich schikken Naar Gods leering en beschikken, Wat zou het veel beter gaan In '('gemeenzaam volksbestaan God wierd bovenal aanbeden, Geen geboden overtreden, Eer getoond voor d'overheid En voor elk rechtveerdigheid. God I vermeerder ons geloove, In 't Congres waar wij U loven, Laat ons deugdzaam zijn en goed En schenk ons eens 't eeuwig goed. Ten 9 1/2 u., vergadering der studieafdeelin- gen in 't Sint-Vincentiuscollege, Meenenstraat (voor priesters en wereldlijken, heeren en. da- men) ten 21/2 vergadering voor de onderwijzers in 't College en voor de onderwijzeressen in 't Klooster der H. Familie. I. Eerste Af deeling priesters a) Verslag van E. H. Dumortier, onderpas tor, Rousselaere Het godsdienstig onderwijs als voorbereiding tot de veelvuldige communie der kinderen. b) Verslag van den Z. Eerw. Heer Delanote, Deken van GhistelHoe gedaan om de kinderen meer te doencommuniceeren II. Tweede Af deeling burgers Verslag van M. Jos. Van den Berghe-Moer- mau van Rousselaere Wat de ouders kunnen en moeten om hunne kinderen dikwijls te doen communiceeren III. Derde Af deeling (priésters en wereld" lijken). a) Verslag van E. H. Ghys, bestuurder van de Damen der H. Familie te Tliielt Liturgische opleiding der kinderen als pen. Ik geloof dat het volk, welk wij, ten koste van ons bloed, komen verlossen, ons ten minste wel een slokje wijn mag geven. Reutels wenkte Tiste en daalde met hem in den kelder. ik wilde dat de laatste Sansculot in de naam zat. gromde de werk man. Wie zal al dien wijn betalen Betalen morde Faas. Laat niet zien dat gij kwaad zijt, of zij betalen u met eenen sabel op uwe rug. Gust, gij weet dat ik een moedig man ben maar rechtuit gezegd ik beef wanneer ik eenen Sansculot hoor spreken. Die Jacobijnen zijn echte mon sters. Welken nacht gaan wij beleven u Ik zal u bijstaan, Gust. En moet ik hier sneuvelen, in Gods naam dan. Gaan wij nu naar boven. Eenige oogenblikken later waren de sol daten aan het wijn drinken. Zij werden hoe langer, hoe luidruchtiger, en hieven weldra de Carmagnole aan. Wel waagde Reutels het nog eens op te merken dat de pachteresse ziek was, doch de huzaren gaven geen aandacht op de woorden van Faas, en zongen uit volle longen voort. Terwijl de Repuliekeinen den Franschen voorbereiding tot de H. Communie, en nl. de H. Communie der schoolkinderen onder de H. Mis. b) Verslag van E. H. Bernaert, bestuurder der Katholieke Scholen te ThieltDe beste manier om de kinderen te leeren Mis hooren als bereiding tot de H. Communie. IV. Vierde Af deeling onderwijzers a) Verslag van den Heer Delobel, onderwij zer te Rousselaere De rol van den onderwijzer ten opzichte der veelvuldige en dagelijkscke communie der kinderen. b) Verslag van den HeerBoudolf, onderwij zer te Boesinghe Wat de onderwijzer kan en moet om de joDgens beter de H. Mis te doen volgen en begrijpen. c) Verslag van den Heer Ach. De Cock, hoofdonderwijzer te Voormezeele Wat de onderwijzer kan en moet om het godsdienstig onderwijs als voorberei ding tot de plechtige communie doel matig te maken. V. Vijfde af deeling (kloosterzusters en onderw ijzer essen) a) Verslag van E. H. Dassonville, Pastor te Dickebusch Over het godsdienstig onderwijs in de kloosterscholen. b) Verslag van E. H. Gallens, bestuurder der H. Familie te Rousselaere Litur gische opleiding der Kinderen in de meisjesscholen. c) Verslag van de Eerw. Zuster Justine, van 't klooster der Grijze Zusters te Rous selaere Hoe de meesteressen bij hunne jonge leerlingen de dagelijksche com munie kunnen bevorderen. ten 41/2 uren ALGEMEENE VERGADE RING, met vrijen ingang, in 't Volkshuis, Hondstraat. Sprekers Heer Advokaat De Groeve, van Brugge; E. P. Ladislas, der Minderbroe ders, van Meelielen. ten 7 uren gezamentlijke aanbidding in St- Maartens hoofdkerk. 3ï 3E> 's morgens te 7 uren, mis met algemeene com munie voor de kinderen. te 10 uren, plechtige hoogmis in St-Maarten, gezongen door den Z. E. H. Kan. Vanden- Berghe, vicaris-generaal en aartsdiaken der Ka thedraal met pontificale assistentie van gezamenlijk gregoriaansch gezang der geloo- vigen (mis van 't H. Sacrament). Sermoen door den E. H. Doom, onderpas toor op St-Gillis, te Brugge. te 21/2 uren, in 't Volkshuis, vergadering voor de ehristene Huismoeders. Aanspraak van oproerzang uitbulderden, verscheen er een hoofd vóór het venster der huiskamer. Het keek gedurig eenige stonden met vlammen de oogen naar de soldaten en verdween daar na. Niemand had het bemerkt. Toen het lied geëindigd was, stond de sergeant recht en bromde tot Reutels Burger, de boerin, die hier woont, is ongetwijfeld zeer rijk. Ik denk het niet, burger-sergeant, antwoordde Faas angstig, want de man be greep reeds waar de Sansculot naartoe wil de. Gij liegt, brigand Ik heb hooren zeggen dat er in deze hoeve eenekarrevracht goudstukken zijn. Burger-sergeant, vroeger was de wedu we Draeman inderdaad rijk doch sedert eenige jaren heelt zij veel tegenspoed gehad. Verleden zomer stierven al hare koeien van de veepest, en werd haar oogst door den hagel verwoest. Daarenboven heeft zij vele oorlogschattingen aan het Fransche leger moeten betalen. Haar zoon is een vijand der Republiek. Hij is sedert eenige weken spoorloos verdwenen, burger-sergeant. De menschen E. P. Frulsaert, Rector van 't Klooster te Beauplateau. te 3 uren Vespers en te 3 1 /2 uren Ponti ficaal Lof door Z. D. H. Mgr. Waffelaert, Bis schop van Brugge, waarna door de bevlagde straten der stad Boter- straat, de Stuerstraat, Maloulaan, Elverdinghe- straat, Boesinghestraat, de Surmont de Vols- berghestraat, Dixmudestraat, Groote Markt, Hondstraat,Weninckstraat, Rijselstraat, Halle straat, Leet. Optocht van alle christenen mannenverga- deringen der dekenieên Yper, Meenen en Po- peringhe. Verscheidene Iloogeerweerde Bisschoppen en Prelaten zullen aan de processie deelnemen. De vergaderingen en congregatieën der Da- men en Jufvrouwen volgen het Allerheiligste Sacrament. De laatste benedictie wordt gegeven op de Leet. Gezamenlijk gezang van lofzangen ter eere van het Allerhoogweerdigste. Het ligt no? ieder in het geheugen welke strijd er gevoerd is geweest om het onderwijs in en door onze moedertaal te doen door dringen in de gestichten van het Vlaamsche land. De herwording is nu in volle werking, van jaar tot jaar neemt zij toe in uitbreiding in kracht en weldra zal men de gelukkige gevolgen er van kunnen waarnemen. Over het algemeen zijn de nieuwe maat- rege'en door HH. HH. de Bisschoppen, naar aanleiding der wet Segers Franck geno men, met geestdrift onthaald geworden maar toch hoeft er bijgevoegd te worden dat sommige ouders in deze zaak hunnen plicht deerlijk over hoofd zien en voortgaan met hunne kinderen aan waalsche gestichten toe te vertrouwen. Al is het ook waar, dat in die inrichtingen het onderwijs allerbest op de hoogte is en dat zelfs in vele met ernBt wordt gearbeid aan het aanleeren van het Nederlandsch, toch is het ook zeker dat de vlaamsche jongens, welke daar hun onderwijs en opvoeding ont vangen, geene geleidelijke ontwikkeling ge nieten en verstoken blijven van de vele voordeden welke het onderwijs bij middel van de moedertaal verschaft. Wij durven hopen dal de bestuurders van onze gestichten de voorschriften der overheid aangaande 't taalgebruik zullen doen naleven ook tegen den wil van onredelijke ouders, die voor hunne kinderen afwijking van het nieuwe heilzame stelsel zouden verlangen. Nogtans is het feit dat een zeker getal Vlamingen ver van huis 't waalsche onder wijsstelsel gaan opzoeken, wel eenigermate geschikt om den goeden wil van de vlaam sche oversten en leeraars zoo niet geheel te ontzenuwen dan toch merkelijk te verzwak ken. Natuurlijk hebben die ouders, strikt geno men, het recht hunne kinderen te sturen waar zij willen, maar er kan wel een dag komen dat die kinderen de handelwijze hunner uit het dorp zeggen dat hij waarschijnlijk verongelukt is. Ja, ja, de weduwe Draeman heeft veel verdriet in hare oude dagen. Heeft zij nog kinderen Neen, burger-sergeant. Dan zullen al hare goederen, na hare dood, in vreemde handen komen. Zij zelve zal er niet veel genot meer van hebben, want ik zie dat zij het niet lang meer zal uithouden. Bijgevolg kunnen wij haar geen leed doen daar haar nog eene kleine oorlog schatting te vragen. Burger-sergeant, ik durf u verzekeren dat de weduwe u niets kan geven. Zwijg, domkop Het schijnt dat gij met de boeren samenspant om de soldaten der Republiek moeilijkheden aan te doen. Wij hebben ons vaderland verlaten om de Bel gen uit de macht hunner dwingelanden te verlossen. Dit volk zou uit dankbaarheid onze voeten moeten kussen en het wil ons van honger doen vergaan. Veldwachter, zeg aan de boerin, dat wij van haar de geringe som van vijf honderd livres eischen. Dit geld moet binnen tien minuten in mijne handen zijn, zooniet zullen wij zeiven in hare koffers zoeken. ouders ten zeerste zullen betreuren wan neer er veel zal veranderd zijn in 't Vlaamsche land, en er in alle gemeenten jongelingen zullen zijn opgestaan om het volk van zijne zedelijke en stoffelijke belangen te spreken en 't voor te lichten in zijne eigene taal aan gaande den vooruitgang van land- en nijver heid wanneer zij den zedelijken vooruitgang van de mindere menschen zullen behartigen en hun welstand verhoogen, door de uitbrei ding van 't vakonderwijs mogelijk gemaakt wanneer de jongelingen alzoo zelve in aan zien zullen klimmen en eeu zegen worden voor anderen, dan zullen zij die hun middel baar en bijgevolg ook hun hooger onderwijs heelemaal in eene vreemde taal hebben ge noten, als vreemdelingen in Israël staan. De zaak is van te groot felang dan dat er niet de aandacht met nadruk zou opgevestigd worden en door al onze propagandisten worde in acht genomen. Elders ook, maar vooral op de taalgrens is het noodig tijdig de ouders dezen plicht voor te houden. Hoe meer wij vooruitgaan, hoe meerder en sneller wij voortswaarts willen en hoe minder wij met de verkregene toestanden tevreden zijn. Ofschoon wij nu allen barons zijn tegen onze ouderen van voorheen, en er geen ver gelijking te maken is tusschen de menschen- kinderen van nu en die van over 70 jaren, moet gij daarom niet gelooven dat er minder ontevredenen zijn. Integendeel. Onze voor ouders morden niet zij kenden of wisten niet beter en behielpen zich met het weinige dat zij hadden. Nu onze streken met spoor wegen, met steenwegen, met vaarten en kanalen, ten overvloed doorsneden zij, nu de telefoon-telegraafdraden boven onze hoof den gespannen en de afstanden voor het woordelijk of persoonlijk verkeer letterlijk weggecijferd zijn. nu is men minder tevreden dan te voren, 't Is aardig al de kinderen van Adam schijnen bedorven kinderen te zijn geworden bied hun de sterren aan, zij zul len er de maan bij vragen, en zoo gij hen die nog geeft, zullen zij er nog de zon bij willen nemen, zonder een oogenblik er op na te denken dat wij die niet missen kunnen en dat wij zonder haar volstrekt in het donker zouden geraken. Zoo is de mensch ofschoon de heele wereld op wieltjes loopt, dank aan de velos, motocy- cletten, automobiels en andere snelgerijen, zou men nog altoos rapper en sneller willen gaan, en zoo men morgen weer een tuig uitvindt dat in snelkracht aide andere over treft, zal men het ding met gretigheid aan vatten, al moesten er zelf een honderdtal de armen en beenen bij breken waaghalzerij is een deugd geworden, vooruit is de weg wachten of geduld kent men niet meer. De tevredenen zijn de gelukkigen, maar ze zijn de zeldzamen. ar. Leest en verspreidt 'T NIEUWSBLAD van YPER Burger-sergeant, ik verzeker u nog maals Een soldaat der Republiek heeft niet veel geduld, lummel. Met verkropte stem zeg de Faas nu aan de pachterse dat de soldaten van haar oogenblikkelijk vijf honderd livres eischten. De Weduwe sloeg verserhrikt de handen ineen en kermde Zooveel geld hebben wij in huis niet. 1 Reutels vertaalde deze woorden. Onsteek eenen lantaarn, beval de over ste. Wij zullen zien of men ons bedriegt. Nu strekte de vrouw de armen uit tot den sergeant en jammerde Mensch, heb toch medelijden met mij Ik zal u geven wat ik heb. Hebt gij mijn bevel hier verstaan, re kel schreeuw de Sansculot tot den veld wachter, die bedrukt naar de zieke stond te kijken. Faas leid hen op het kelderkamerke, kermde de oude vrouw.» Onder mijn bed staat een oude holsblok, waar veertig kronen in liggen. Arm schaap, gij zult dezen nacht niet doorstaan, dacht Reutels. Raeveloos, gij zijt de grootste schurk, die er bestaat Tot bewijs van het verstandig vooruitzicht, de spaarzaamheid en den welstand onzer werkers bevolking, bestatigen wij met vreugd en voldoening dat de algemeene Spaar- en Lijfrentkas, wier schuld gewaarborgd is door den Staat, den 3i december 1911 het aan zienlijk getal van 2 901.733 spaarboekjes uitgegeven had, waarvoor zij 1 milliard 8 millioen fr. van de spaarders ontvangen had mits intrest; daaibij dat zij 1.220.000 pensioenboekjes uitgedeeld had, waarvoor zij deschoone som van 185 millioen ontvangen had op voorwaarde er op tijd en stond pen sioenen voor uit te keeren en daarbij nog dat zij aan 45738 personen, die haar i3 mil lioen premien betaald hadden, verzekerings- brieven ter hand gesteld had. Het verheugt ons niet min dat zij op zelfden datum 89 millioen mits intrest in leening gegeven had aan bouw- en leenmaatschap- pijen die daarmee de werklieden hebben kunnen helpen gezonde werkmanshuizen bouwen of koopen. Om de in nood zijnde Belgen geboren vóór het jaar 1847, op de vraag van menige hunner, in te lichten, weze er hun hier konde gedaan, dat zij van nu voort, elk naar hun gemeentehuis, mogen gaan, om voor het jaar 19I2 het ouderdomspensioen te vragen. De gemeenten, die aan het Ministerie van nijverheid en arbeid de nieuwe voorgeschre- vene formulen van pensioenaanvragen ge vraagd hebben, hebben ze kosteloos ontvan gen. Aan de pensioenbetrachters is het du, van al de vereischte inlichtingen te geven, om te bewijzen dat zij recht hebben op het jaar- lijksch pensioen van 65 fr. Volgens de nieuwe wet van 11 mei 1912 is er jaarlijksch 65 fr. toegestaan aan alle Belgen, die in Belgie verblijven, geboren zijn vóór 1 januari 1843, en in nood zijn. Daarbij alle noodhebhende, in Belgie verblijvende Belgen, die geboren zijn tus schen 1 jan. 1843 en 3i dec. 1848, en die ten minste 18 fr. in de Algemeene Lijfrentkas gestort hebben, kunnen ook, het jaar van hetwelk zij 65 jaar oud geworden zijn, het ouderdomspensioen van 65 fr. 's jaar beko men. Dat alwie dus zich in bovengemelde voor waarden bevindt, van nu voort, en ten laatste vóor3i dec. 1912, naar zijn gemeentehuis optrekke, om vóór het loopende jaar 1912 het pensioen van 65 fr. te vragen. Het Staatsblad van 14 Oogst 11. kondigt de wettelijke erkenning af van den Boekbe- werkersbond Hand in Hand gevestigd te Yper en samengesteld door bazen en werklieden der drukkersnijverheid. De bijzonderste diensten van den boekbe- werkersbond Hand in Hand bestaan in eene Pensioenkas en eene Werkloozenfonds- kas; twee menschlievende instellingen dus. De bandieten, die gij naar hier gezonden hebt, zullen uw boos en wraakzuchtig hart wel tevreden stellen. Maar Onze-Lieve-Heer zal wel eens komen. Middellerwijl had hij een bollantaarn geno men en ontstoken. a Komt mede met mij, burgers, zegde hij nu. De pachterse zegt dat al haar geld onder haar bed in eenen klomp steekt.j Burgers al den buit, dien wij kunnen maken, hier op de tafel brengen 1 beval de sergeant. Wie iets in den zak durft steken, zal met mij afrekenen. Nu verlieten al de Sansculotten, opgeleid door den bevenden veldwachter, de huiska mer. Gust en Tist bleven bij de pachter se. Nauwelijks waren de Republikeinen uit het vertrek of eene stem riep op verdoofden toon door het sleutelgat der achterdeur Spoedig open Edward, zegde de oude verschrikt. Gust ontgrendelde vlug de deur, deed ze open, en Draeman sprong binnen. Edward, vlucht, steende de zieke. Zij zullen u vermoorden. (JHjoxM voortgezet.}

HISTORISCHE KRANTEN

Nieuwsblad van Yperen en van het Arrondissement (1872-1912) | 1912 | | pagina 1