Bijvoegsel aan Ihatbolkk IDolbsgejind II II II W EE V I CK TRIMARD'S Yan alles Wat KOMEN Raadsel prijskamp Zaterdag 9 November 1912 Sn 't Kamp RAADSEL 4 Rechten en Plichten MENGELWERK N° 2 I 'T PUIDENESTJE Kerk te Komen. e... e. .e... .ou. .0.. i..a...i, .i..e..ij. .ie. .i..e.a...i. y.eaa.... e. .o.e.a. .0. .e..ou.e i. .e.e. .a. Zoekt de medeklinkers en ge vindt vier verzen van Guido Gezelle $rt Xiriifkiii IIfrstijf po If wij overüid Vifervick aaneewe!/6 St?d£j en 8emeenten van het Arrondissement, hebben werken ot versnreidiJvfn a a'$ eere Palm verdienende voor het onverpoosd ^o nummers dat Te Wervick^/^pe^^g W* V°?' sanda is er fopvertmn„.a j n Persc"J Volk wekehjksch verkocht wordt. Die propa- de onvermoeibare Wervirk^h 6 ir er?~e.n r°PaSancia Af deeling gesticht in den schoot van strfid en^nze werk^no stJonSe WachU Van ff het eerste uur van onzen oorecht^eiddaTwiidip m Jf W\Van Wervickj onster zijde, 't Is ook in volle zooveel te meer dat het ™oedlSe Jo?.ge Werkers onzen rechtzinnigsten dank uitdrukken betrouwen man Het tandvastlëen zlJn °P wien men, niet voor een tijd, maar voor a'tijd zoo hii zich lier'fnmo ,V00r ons een 8enoegen ^e propaganda-groep te kunnen voorstellen °a daPPere poging» be- Ten huldigen dage wordt veel gesproken, veel geschreven en gewreven over recht en plicht; maar, helaas hoe weinig naar recht en plicht gezien en geleefd, hoe zelden recht en plicht wel verstaan. Alles gadeslaande, woorden en werken van oversten en onderdanen, van werklieden en patronen, zou men genegen zijn te gelooven dal elk rechten wil hebben, zonder naar plichten om te zien. Maar zoo is de zaak niet, wTant wie rechten heeft onder de ster velingen heeft plichten, en, wil hij rechten doen gelden, zoo moet hij ook plichten ken nen en naleven. Dat kan niet ontkend worden Zoo, een werkman, die voor een patroon werkt, heeft zijne rechtenmaar ook zijne plichten. Welke zijn zijne rechten Eerst en vooral, hij heeft recht op een be hoorlijk loon, dat hem en zijn huisgezin toe laat fatsoenlijk te leven; recht op gezonde werkplaatsen; men mag den werkman geen overtollige uren voor het werk houden, voor al de zondagrust moet gewaarborgd worden en blijven; hij heeft recht op eene men- schelijke behandeling van wege patroon of meestergast; recht, waar hij bij gevaarlijke mekanieken staat of werkt, op beschutsel;, voor zooveel het de mekanieken en het werk dal er op verricht wordt, het toelaten. Welke zijn zijne plichten Te zorgen dat hij deugdelijk, goed werk levere en regelmatig voortwerke, ten einde zooveel mogelijk voort te brengen. Niet doen dus, zooals men soms van die kruipers ziet doen, van zoo gauw zij het hoofd van den patroon gezien hebben, wer ken zij zooveel als ze maar kunnen, en zelfs boven hunne macht, maar nauwelijks is hij weêr vertrokken, of aLles ligt stil, ze gaan aan 't klappen en houden zich met andere onnoodige dingen bezig. Dat is oneerlijk. Neen. zulke doenwijze betaamt niet aan een christen werkman. Gij wordt betaald voor te werken, gij zijt verplicht, als eerlijk man, uw werk gewetensvol te verrichten, alsof het voor uw eigen ware. .Werken dus, den maandag juist gelijk den zaterdag, 't zij de patroon er bij staat of niet, dat is eerlijk. Het is niet dat wij op andere gemeenten edelmoedige en jeugde hulpkrachten missen wel integendeel en wij zijn allen dankbaar wellicht hebben wij voor anderen ook eens de goede en aangename gelegenheid een bijzonderen dank toe te sturen doch niemand zal het kwahjk nemen dat wij het vandaag speciaailijk hebben ten opzichte van onze Wervickscbe vrienden wier werking effen al voorbeeldig is. Nog eens dank, jonge vrienden, uit Ypei reiken wij u een broederhand, zoo het was in 't verleden, zoo blijft het in de toekomstwij rekenen op malkander, wij steunen op malkander, en te zamen gaan wij ter victorie Op het werk en in alles wat het werk aan belangt, is de werkman gehoorzaamheid en eerbied verschuldigd aan zijnen baas. Een werkman, die alzoo zijne plichten verslaat en vervult, verdient eerbied en achting. Doch boven dat alles heeft hij nog een natuurlijken plicht, die voor hem een waar recht is 't is van zich te vereenigen en in en door de vereeniging te zorgen dat hij voor zijn werk, dat hij zoo gewetens vol verrichteen loon tracht te veroveren, waarmede hij en de zijnen behoorlijk kun nen bestaan. t Ziet daar voor den werkman. Wat de patroon aangaat, zijn plicht is recht te laten geworden aan zijne werklie den en dus ook en bijzonderlijk het veree- nigingsrecht in niets - te krenken. Indien nu patroon en werkman wederzijds hunne plichten volbrachten, zou elk zijn recht hebben en zou de verstandhouding lus- schen hen er veel bij winnen. i r*r is." Werklieden, geschiedt alles zooals het zijn moet Uwe plichten vervult gij ze, uwe rechten hebt gij ze Helaas helaas l Onder de werkersklasse, zooals onder de burgersklasse vindt men gewetenlooze lieden, dat zijn slechte, die oneer en schande bren gen aan hunnen stand; deze vervullen hunne plichten niet en kunnen dus geen aanspraak maken op rechten onder dezen moogt gij niet gerekend worden. Nevens gewetenlooze, treft men onkundige, onbekwame aan, en deze brengen schade en belemmering aan uwe verheffing; deze doen misschien wel wat zij kunnen, maar niet wat zij moeten, en zoo kunnen zij geen achting en genegenheid verwerven bij baas en kaiant. Dat moet gij verhelpen met u te volmaken ware vakmannen moet gij wor den, meesters in uw vak en zoo dwingt gij eer- beid af voor uwen stand. Daar was een tijd dat men zei 't en is maar een werkmensch; de tijd moet komen dat men zegt 't is een werkman. En uwe rechten, hebt gij ze Helaas 't is nu nog deels zooals het was over eenige jaren, en toen schreef Deken De Grgse zaliger De meeste werklieden hebben geregeld driemaal armoe in hun leven, dat wil zeggen in drie tijdstippen van hun leven moeten zij door de openbare of Vervolg :- Fons Crepeele, een jonge knapper uit de buurt, wist al lang dat Deentje Biaem een snel jong was, zoo zeker als zijnzuster Maria wist, dat Remi Braem de fijntigste jongen was van de stroke. Daar Leentje ook beschotten vond in Fons en Remi in Marietje, zoo schudde moeder Braem "weerom den kop en grolde ij vroeger Die vervloekte wereld I Tut i tut tut knulde Meetje, t Zij nog twee jongens, laat ze maar roekeloeren; dat en is aL nog geen meening en Remi j zal wel voor ons zorgen. Ge hebt uw Remitje ingezwolgen ruttelde moeder dan, - maar al dat loopen en bresschen deugt niet; we zullen op einde alleen zitten en vader valt zoo zeer 't Was waar, Pier eerselde. De dokter bijzondere liefdadigheid geholpen worden. (Liefdadigheid die komt aanvullen wat in werkelijkheid aan de rechtveerdigheid is te kort gedaan, verkracht hare zending.) Dat is' |mis, grootelijks mis, want, voor goed werk, hebt gij recht op bestaan, op behoor lijk bestaan. Niemand, zeker, betwist zulks, maar intusschen herkent men u dat recht, doch geeft men. u niet dat behoorlijk bestaan. Wat gedaan om het te verhelpen Als uwe patronen moedwillig weerstaan om u uw recht te laten weervaren, zoo gezeid door de concurrentie die zij moeten volhou den, er blijft u slechts één middel over t is bij u de onderlinge concurrentie afschaf fen en te verbroederen in en door eene ster ke vereeniging. Vereeniging! Ziedaar uw redmiddel dooi den grooten Paus Leo XIII zaliger aange wezen, als rechtveerdig verklaard en als een natuurrecht erkend1. Eendracht maakt macht Erkent uwe vereeniging, betrouwt haar. Siaapl niet, rust niet, als het uwe vereeniging geldt, want daarin ligt uwe kracht en uwe macht, daardoor verheft en veredelt gij u, en zoo komt gij tot een menschenweerdig beslaan dat u toelaat al uwe plichten te ver vullen, plichten jegens u zeiven, plichten je gens vrouw en kinders, plichten jegens God, Kerk en Vaderland. De Vereeniging 1 Ziedaar uw redmiddel, uw schat 1 Als zij 11 roept, weest er. Als zij u aanspreekt, antwoordt haar. Als zij u 'noodig heeft, springt bij. Als men haar aanrandt, verdedigt haar. Schaamt u niet over uwe vereeniging; blijft bij uw gedacht en uwe overtuiging. Weest sterk, sterk door eendracht, door kennis en bekwaamheid, door getal en door geld. Weest vrij, vrij bovenal van politieken dwang, van politieke heerschappij. Zwijgt, zwijgt nooit over uwe vereeniging. Licht uwe verdwaalde, verachterde, be nauwde broeders in, brengt ze bij het groote leger, breekt de lamheid der onvereenigden. Werkt, werkt, opdat gij, in volle recht veerdigheid, uw recht op behoorlijk leven tegenover baas en meester, en stad' en land zoudt doen gelden. Weest mannen uit een stuk, christenen die God en hunnen plicht boven alles stellen. Ja, daar was een tijd dat men zegde 't is maar 'n werkmensch; de tijd moet komen dat men zegt 't is een werkman. Ziet daar het werk der vereeniging. Leve de vereeniging, die plichten zal doen kennen en rechten doen eerbiedigen 1 had hem 't zwingelkot verboden; 't was d&ér, beweerde hij, dat de man zijn spa- hoeste opgedaan had; maar Pier was doof al dat oor, en toen de dokter met nog meer nadruk, dreigend sprak Ge moet absoluut uitscheiden met zwin gelen 1 En met eten ook zeker 1... snakte Pier. Gelukkig dat ze nog een appeltje hadden itegen den dorst, doch de landsche menschen laten dat zoo geerne onaangeroerd. Meetje, die nu niets meer kon verrichten en veel tijd had om na te denken, was ook in den grond ongerust en dikwijls, als ze de gelegenheid vond om met Remi alleen te spreken, kortvlerkte en vermaande ze hem; Manneke, niet te veel loopen! Ge moet op uw huis peinzen en vader laten rusten; hij heeft het dood-noodig. Als het niemand zag, dan nam hij Meet- tjes hoofd tusschen zijn handen, keek haar schalks in de oogen, en zottebolde Grootmoedertje, 'k zie u liever dan al de meisjes van de wereld, en 'k zal voor u en vader en moeder zorgen, zoolang ik asem heb. Ze streelde dan, met haar verfrommelde handjes, langs zijn gloeiende kaken en loech, met heel haar tandeloos mondje open. Lena die veel min van zegs en uiting was dan Remi, stilde moeder met weinig woorden 7 wat rust en verzet vinden kunnen en waar ze dan ook hunne ouders of vrienden ont vangen mogen als ze bezoek krijgen. Wat het bijwonen der soldafenmis in 't :amp betreft, volgens genomen inlichtingen en persoonlijke bestatiging, gaan er van de soldaten die 't kamp doen, hoogstens 15 t.h. naar de mis. Mits goede inrichting zou dat veel kunnen verbeteren. Er zou, daar zoo wel als in de soldatenmissen in de garni zoenen, den soldaten een aanwezigheidsbewijs moeten gegeven worden, mede tellende voor de punten bekomen voor aanmoediging en belooning in hunne verblijfplaatsen. Dank dien maatregel zouden de ouders en bestuur ders de plaatselijke soldateninrichtingen, hen beter kunnen leiden, en nazien of de rekruten ginds hun grooten plicht van mis hooren niet verzuimen. Ook in 't Kamp diende de aalmoezenier in rechtstreeksche betrekking te komen met dc soldaten en deze in de carrés te kun nen bezoeken om hun zedelijken steun en aanmoediging te geven. Men ziet het, er is voor onze soldaten nog dringend veel verzèdelijkingswerk in t richten. Werden al'.een maar de enkele aan gegeven maatregelen genomen, hoopvol zou den wij de toekomst inzien omdat liet hle geldt het knapenschap van ons volk, da we aan de familie moeten kunnen teruggeven lichamelijk en zedelijk ontwikkeld, opdat ze met nieuwe overtuiging en sterkere wils kracht vooruit zouden gaan op den weg van waarheid en plicht. Reeds meermaals werd geklaagd over den erbarmelijken 'zedetoestand van het kamp. Opdat de ouders en de oversten, zoo gees telijke als wereldlijke, daarover ingelicht wor den en zoo mogelijk de noodige maatregelen nemen, doelen wij het volgende mede uit een artikel van Hooger Leven», een zeer ern stig katholiek weekblad Is het kamp voor onze soldalen een schrikbeeld van lichamelijke overspanning, het is bovendien en vooral een gevaar waar wei nig uitverkorenen tegen opgewassen zijn. Bezoeken zelf in het kamp van Beverloo gedaan en ingewonnen inlichtingen nopens dén toestand, laten ons toe te bevestigen dat dit kamp en 't schijnt te Brasschaet al even erg gesteld in zedelijk opzicht veel te wenschen laat. Er bestaan b:jna geen huizen waar de soldaat, na eene afmattende dagtaak, zich deftig en zonder gevaar verzetten kan. Men verzekerde ons dat er gedurende den kamptijd rond de 300 vreemde danseressen en serveuzen aldaar komen overgewaaid zonder die van de streek zelve te rekenen. En al dat volkje gelint en gestrikt, gewit, gezwart en geroodseld, gekrold en gestreken, acht zich maar at te zeer geroepen om onze jongens van den rechten weg af te helpen en met zich in den poel van zedelijke en li chamelijke ellende te dompelen. Er zou daar natuurlijk eerst en vooral een groote kuisch moeten gedaan worden en dan ook bijgehouden; maar dit al'.es zal steeds weinig baten zoolang eir daar niet een of meer goede soldatenkringen bestaan, met lees- en schrijftafel, enz., waar onze jongens Moeder, sprak ze kort en goed, wij zijn hier zeker nog, ik en Remi Ja, rutteLde ze, vogels-op-takken 1 En uw Fons dan Hij kan wachten, moeder, of elders gaan. Zoo stonden de zaken in 't Puidenest. Va der verslechtte stilaan, vastgegrepen door eene sleepende borstziekte, die hem langzaam ten grave trok. Met den winter was hij merke lijk achteruit gegaan en moest door de groo te hoeveelheid van kloekte opgeholpen wor den. 't Zou beteren met den uitkomen meende hij maar de uitkomen was er, en Pier ondervond dat hij tenden gesponnen was. i Op een Zondag na-noen, wen ze allen in 't Puidenestje rond den beerd zaten, kwam Pol D'Haene, een jongen van Remi's jaar, die in 't Fransche wrocht, het huisje binnen; hij werd er gul onthaald en bleef er lang en veel gezeten, aan 't vertellen van dat aar dig verre land, waar de menschen zoo schrik kelijk veel geld winnen en zoo prinselijk gevoed worden en tegen-avond vroeg hij Re mi mede naar Stroombeek-plaats, om een pot je te drinken. 'k Heb ze thoope I zwetste hij, al op zijn zak slaande, waarin de vijffrankenaars rinkelden. Remi trok mede, overladen met aanbeve lingen en vermaningen. Meenen. Slatiedicven. Sedert eenigentijd werd het zuiden van West-Vlaanderen en het noor den van Henegouw bijzonderlijk geteisterd met dief ten van allen aard. 'tWas voornamelijk in de staties van den ijzerenweg, dat de schelmen binnenbraken, waar zij de koopwarenmaga- zijnen plunderden. Ondanks het wakend oog der policie bleven de dieven op vrije voe ten loopen. In de laatste maanden werden er juist in de streek (58 statie-diefstallen ge pleegd. Alleen in de statie van Meenen werd er niet gestolen. Do aandacht van de policie dezer stad werd getrokken op die uitzondering en het ministerie van ijzerenwegen werd ver wittigd. Maandag stapten te Meenen af MM. Du- soleil, Verhulst, Herman en Pauwels, allen politieofficiers bij het opperkomiteit van na- zich in het ministerie te Brussel. Na te Da- dizeele en te IJedeghem verscheidene huizen bezocht te hebben, deden zij, vergezeld van de politie van Meenen, talrijke huiszoekin gen in deze stad. Verschillige voorwerpen werden aangeslagen, en naar het komissa- riaat overgebracht. Men denkt dat leden der dievenbende Meenen bewonen en alhier niet stolen in de statie om door de policie niet verontrust te worden. Aanhoudingen worden verwacht. De vier poLieieofficiers keerden om 6 ure naar Brussel terug. Hevige brand te Londen. 14 dooden en II gekwetsten. Zondag morgend, rond 2 ure, is brand ont slaan in de groote magazijnen Van John Bar ker, gelegen wijk Kensington te Londen. Tal rijke bedienden bevonden zich in de slaap zalen «ap het oogenblik dat de brand uit brak. Vier bedienffen die uit de vensters ge sprongen waren, werden op den slag gedood; een tiental bedienden werden onder de b an- dende puinen bedolven. De pompiers waren slechts het vuur na een vijftal uren meester. De uitgestrekte ma gazijnen zijn ten gronde afgebrand. De scha de is aanzienlijk. Een elftal bedienden die door de bran dende vlammen gevlucht waren, werden erg gekwetst Geen vrouwen advokaten. Ilel hof van beroep van Rome heelt op zijne beurt beslist dat mevr. Thérèse Labriola niet tot de balie mag toegelaten wcrlen. Nieuwe Olie. Tot in de laatste tijden werd in de fabrieken van ingelegde groenten in Italië en Duitschland, het za 'd van den tomaat, goud appel, ofpommo di Oro zooals de Italianen dit noemen, weggeworpen als tot niels geschikt. Sinds echter beeft men bevonden dat dit zaad zeer rijk is aan oliestof en men heeft kleine slagerijen opaericht, waar het verwerkt wordi en voor 12.000 kgr, een 1000-tal kilos uitmun tende olie oplevert, die in elk opzicht met olijf olie te vergelijken is. Tielijk thuis 1 Niet te drinken Geen twist en duizend en nog. 't Was heel laat dien avond als hij inkwam en toch vond hij ze nog allen rond dén heerd, buiten vader. Hij had de gewoonte niet lang uit te blij- veln en veel te drinken en, in hunne ongerust heid, waren ze opgebleven. Hij kwam ontutterd binnen, met de klak op 't één oor, al lachen, lijk een zot. Jongen, jongen, streed moeder, ge zijt van brouwers hondje gebeten Remi sprak er niet op, maar hij greep zijn moeder in de leen en hefte ze op. Zotte Jongen I knulde ze. Meetje loech, dat ze kraaide; de jongen greep 't vrouwtje bij den kop en gaf haar twee klinkende piepers. Zeere zeere I streed Lena, naar uw bedde, groot kind Zoo haastig, zeker, morde Remi... Ge zult het niet dikwijls meer moeten bevelen Al is 't, dat broeder en zuster wel over een kwamen, toch maakte het verschil van karakter, dat ze niet innig aan malkaar waren; Remi botste meermaals met zijn uit bundigheid, op het gelaten meisje, 'lijk op een gesloten deur, en meesttijds eindigde zijn wildheid met pruilen en half-vinnige woorden. Dien avond haapten de vrouwen de be dreiging niet op, besloten in de jongens woorden Ge zult het niet dikwijls meer De nieuwe Kerk. Hierbij geven wij een zicht op de nieuwe kerk van Komen waarvan de eerste steen gelegd wierd op 3 November 1909, die plechtiglijk ingezegend werd op Maandag 21 October 1912 en bepaald voor den dienst werd geopend den volgenden Dins dag. De kerk die Komen te danken heeft aan Pastor Decock, Burgemeester Vander Mersch en zaliger M. Paul Ferrant, is opgemaakt volgens de plans van bouwmeester J. Coomans van Vper. M. Coomans is ver en bij bekend om zijne ontwerpen en uitvoeringen zoo van nieuwe ge bouwen als van herstellingen.Hier zijn wij niet van zin de reeks werken op te sommen en te prijzen van den yperschen bouwmeester,enkel vestigen wij den aandacht onzer lezers opzijne godsdienstige gebouwen kerken en kapellen. Als voorbeelden en kunststukken kunnen wij aanstippen de kapel van het O. L.!.V. gesticht (Krankzinnigengesticht) te Brugge, de Sint Janskerk tejKortrijk, de parochiale Deze laatste, waarover de Komennaars met recht en reden fier zijn, is een perel te meer in de kunstkroon van den bouwmeester. De ktrk van Komen moet niet onderdoen voor de Kortrijksche Sint Janskerk. Zij is heel en al eene kerk der streek in eigen bouwmateriaal; wat, ons dunkens, niet belet heeft aan M. Coomans in zijne schepping herinneringen te gaan zoeken aan den bouwtrant van het Noorden. De kerk is volgens kruisplan gebouwd, met een vierkantigen toren nevens den ingang. De eenvoudigheid en ongezochtheid zoo in het algemeen plan als in de onderdeelen afzon derlijk beschouwd, geven aan de kerk haar grootsch uitzicht een uitzicht van stevigheid die de eeuwen zal doorstaan. Binnen zal de aanblik nog veel gunstiger indruk maken als eens de muren niet meer zoo naakt zullen zijn en kleurramen in de vensteropeningen zullen gestoken zijn. Wij meenen dat de critiek over de kerk critiek zal altijd bestaan zich zal moeten op houden bij kleinigheden. En welke critiek Wat al leering, wat al kunstonderricht zal de nieuwe kerk, zoo een heerlijkkunstgewrocht, voor het volk van Komen niet medebrengen. Eene kunstkerk met al het leven dat daarin ;teekt, spreekt aan het volkshert en verheft het hooger op in verstandige en geestelijke ielsontwikkeling. De Stokvisch slaat op. Het jongste opslag- bericht, dat eiken dag wat nieuws aanbrengt, geldt den stokvisch. Eene aanzienlijke stijging ier prijzen wordt aangekondigd, daar de molu- wevangsl weinig opbracht. De veehandel tusschen België en Holland. n de maand September laatst werden uit Holland in Belgie ingevoerd 4303 koppen vee, waarvan 502 stieren en 852 ossen gekocht wer den door de groote vleeschhouwers van Brussel, \nlwerpen en Gent. De totale invoer in de 9 eerste maanden van iet jaar bedroegen 51,330 st. hoornvee, tegen 32 450 stuks in 1911. De invoer van Ilollandscbe paarden was ook grooter. Voor de bierhandelaars.De Landsbond der handelaars in bier heeft een ver. oekschrift aan de Kamers gestuurd, om te vragen dat langs wettelijk en weg zou bevolen worden ter griffie van de plaatselijke handelskemer de door hen op fiesschen en kannen gebruikte opschriften en en fabrieksmerken neer te leggen, welke voor werpen hun uitsluitende eigendom zouden olijven. Deze opschriften en merken zouden liet meer mogen gebruikt worden zonder hun- ae loestemming. Rechtsvervolging zou mogen ingespannen worden tegen mededingers die deze fl -sschen of sannen gebruiken, om er hun eigen waar in ta koop aan te bieden, de opschriften of fabrieks merken erop doen verdwijnen en aldus oneer lijke mededingen aandoen'. Een fortuin in zijn haar Een inwoner van Colorado, Vereenigde Staten van Amerika, de neer M. Gorwack, die nederig leefde te Lead- tille, heeft op zonderlinge wijze forluin ge maakt, dank aan zijn haarkapper en zijn baar. De heer Corwack deed zijn baar snijden, toen de haarkapper zijn haar in hel helle zonlicht uitkammend, eensklaps uitriep Maar mijn- moeten bevelen, te meer, daar hij een steke los was maar 's anderendaags- morgens stond hij zoo verborsteld en mis troostig op, dat heel zijn uiterlijk zielsdruk verraade en, uit afleiding, schoot de bedrei ging van gisteren-avond moeder te binnen; wijl ze hem den morgen zegen gaf, keek ze hem diep in de oogen en vroeg Remi, wat beteekenen uwe woorden van gister Hij werd rood en verlegen, hij sloeg zijne oogen neer en wrikkelde met de teenen; maar achter een stond, rechtte hij den kop, zag zijn moeder in 't aangezicht en ant woordde Moeder, ik ga naar 't Fransche, over morgen. Naar Frankrijk 1... kropte ze en greep de tafel vast, om niet te vallen. Ja, moeder, zegde hij nu vast. Ja, ik ga meê met Pol D'Haene; 't is effen; klap pen kan niet helpen. Moeder wist bij ondervinding, dat er geen zeggen aan hielp; hoe meer hij tegengegaan was, hoe koppiger hij werd. Meetje had hem, als klein kind, be'.roe- leld en bedorven, en al zijn grillen ingevolgd, en, als hij later-tijde spartelde en danste van grilligheid, om zijn zin te hebban, gaf Meetje toe, spijts vader en moeder, en zoo was de jongen opgegroeid, uitermate open, vroolijk en lieftallig, maar eigenzinnig en koppig. heer, het is verbazend, gij hebt gouden loover- tjes op uw hoofd. Inderdaad, het is eene eclfie goudmijn. De heer Corwack zegde niets, maar bij dacht na en ontdekle dat zijne haren wellicht die loovertjes opnamen tijdens de baden die hij alle dagen nam in eene kleine bron achter zijnen akker, te Leadville. Hij onderzocht de zaak en stelde vast dat de bron zeer veel goed bevatte. Corwack kocht of huurde dadelijk den grond langs beide oevers van de beek en heeft nu zijn goedveld, niet zijn haar aan een maatschappij verkocht voor 2 miljoen frank. De Bruxellesville verkocht. De Compa gnie Maritime du Congo heeft aan de Empreza National de Navegacoa 1, te Lissabon hoofdstad van Portugal de welingerichte stoombootBru xellesville verkocht. Het is aan boord van de «Bruxellesville» dat Z. M. de koning, torn nog kroonprins, in Oogst 1909, uit Kongo, naar Antwerpen terug gekeerd is. De Bruxellesville is een prachtig vaartuig, gebouwd in 1909 en metende 5771 ton. Remi, vroeg moeder weenend, wat gaat er u tegen thuis Niets, moeder, antwoordde hij, maar ik ben moede van voor niet te werken bij de boeren; al ons slaven telt voor zero; wij winnen niet genoeg om vader kloekte te bezorgen. Jongen, jongen 1 zuchtte ze, g'hebt u laten opwinden door D'Haene's losbol. Hij schudde het hoofd en stribbelde tegen, koppig al .- Neen, ik ben oud genoeg om te weten wat er mij te doen staat. AL wat Fransch- man is, spotte gisteren-avond met mij, omdat ik hier moorsch gelijk een voermans-peerd, voor hongerioonen, zoodat er zelfs niets overschiet om 's Zóndags met de vrienden uit te zetten. Pol D'Haene geeft alle jaren vijfhonderd frank aan zijn ouders, en hij heeft nog genoeg over om leute te maken. Zoo dat ge geen geld noch leute ge noeg hebt, bij ons, kind Hij kleurde, want ja, hij had uit 's herten grond gesproken en zijn eigen verraden. Pol D'Haene en zijn maten hadden, benevens de groote winning, ook de vrijheid en de wilde leute afgeschilderd, ginder, in 't verre, vreemde land. Remi had dien avond, meer dan ooit, dien luchtkring van lijden, verdriet en een tonigheid, die thuis heerschte, op zijn jong, zot, leutig herte voelen wegen, en hij hunkerde naar de wijde, vrije, opene wereld. "(Wordt voortgezet^

HISTORISCHE KRANTEN

Nieuwsblad van Yperen en van het Arrondissement (1872-1912) | 1912 | | pagina 5