Wi
Binnenland
Buitenland
I
flterhclijlte UtaUxdcr
47e Jaar Nummer 2438
Wekelijksche Oplage 8000 nummers
Zaterdag 16 November 1912
CALLEWAERT-DE MEULENAERE
Opening der Kamers
Veranderingen in het flinisterie
Senaat
Oorlog in de
Balkanstaten
1
Telefoon N° 52
Al wat opstel, aankondigingen, inschrij
vingen, enz. betreft, moet vrachtvrij aan
den Uitgever gezonden worden
B0TERSTRHHT, 3 6, YPER
Prijs per Nummer 5 centiemen.
De Mis van den H. Geest
Op de straat
In de Kamer
VERKLARING der regeering
Maatschappelijke hervormingen"
De legerhervorming
De schoolkwestie
De kieswet en de
algemeene werkstaking
De wetsontwerpen
M. Vanderv6lde
Staatsminister HELLEPUTTE
van Geldwezen M. CARTON DE WIART, minister van
De Toestand
De Montenegrijnen rond Scutari
Inneming van Salonika
door de Grieken
Beleg van Andrinopel
Do forten te Tjataldja
Cholera en typhu?
Servië en Oostenrijk
l lil
Handschriften worden niet teruggezonden.
Naamlooze schriften worden niet in acht genomen.
Briefwisselaars worden verzocht telkens hun
volledig adres op te geven. Ieder hoek waarvan
twee afdruksels zijn ingezonden, wordt besproken.
DRUKKER-UITGEVER
AANKONDIGINGEN
Gewone 0.15 de regel. In't blad 0.30 de regel.
Rechterlijke 1 fr. de regel.
Groote en langdurige volgens overeenkomst.
Bekendmakingen buiten West- en Oostvlaanderen
worden ontvangen bij AGENCE HAVAS, te Brussel.
INSCHRIJjVING
VOOR 'T HEELE JAAR 3 FR.
ZZZZZZHZ buiten België vracht er bi
Zondag 17 N ovemler, 25c Zondsg na Sii.xen
Qcianfdag van het Feest der Algemefue
kei kwijding.- E. Gregorius de wonderdoener
Evangelie van den Zendag. In dien tijd
zeide Jezus tot dp scharen deze gelijkenis Het
rijk der hemelen is gelijk aan een mosterdzaad
je. dat iemat d nam en op zijn akker zaaide. Het
is'wel het kleinste van alle zaden, doch als het
opgewassen is. is het gro ter dan de moeskrui
den en het wordt een struik, zoodat de vogelen
des hemels in zóne takken komen nestelen Eene
andere gelijkenis zeide Hij hun: Het riik der
hemelen is gelijk aan zuurdeeg, dat een vrouw
nam en mengde onder drie maten meel, lotda'
het meel geheel wa - gezuurd.
Dit alles zeide Jezus tot de scharen in gelijke
nissen en zonder gelijkenis sprak Hij niet to'
hen opdat vervuld zou worden, wat door den
profeet was voorzegd lk zal mijn mond ope
nen in gelijkenissen, en openbaren, wat verbor
gen was, van de grondvesting der wereld.
Gedurige Aanbidding te Hollebeke.
Maandag 18. Wijding der Basiliiken van
HE Petrus en Pavlus.
Dinsdag 19 H. Elisabeth, weduwe, natro
nes der gasthuiszustersH. Pon'ianus, Paus en
martelaar.
Woensdag 20 H. Felix de'Valeis, belijder.
Donderdag 21 —Opdracht van O. L. Vrouw
H. Columbanus, abt.
GeJurige Aanbidding te Pep rirghe (Sint
jan).
Vrijdag 22. H. Cecilia, maagd en marte
lares, patrones der muziekanten-
Zaterdag 23 E. Clemens, paus en marte
laar, patroon der schippers; E. Felicilas, mar
telares
D9 Mis van rlen H. Geest, werd als naar
gewoonte, gecelebreerd in de kapel van het
H. Sacrament van Sint Gudula op verdoek
van de katholieke associatie van Brass 1,
en werd zeer ta'rijk bijgewoond.
Meer dan 150 afgeveerdigden en senators
waren aanwezig, waaronder al de ministers,
uitgenomen M. Segers, de bureelen van
Kamer en Senaat, met de voorzitters, enz
Van de Katholieke Associatie waren er de
voorzitter, de secretaris en talrijke hden.
De socialisten hebben willen beslag ma
ken. Ze zijn er deerlijk van aft ekomen. Zij
hadden eenen grrrooten stoet aangekondigd
om de roode kamerheeren naar het parle
ment te leiden... maar 't was een hondeweer
en veel roode jannen hadden hunne katte
gfzondeD.
Met een'ge honderden, traden zij om 1 u
bij het blazen der klaroenen vooruit, hun
muzii k gaf lament om courage te geven en
de revolutionnaire liedjes te begeleiden.
Alle betoogingen mogen over de schreve
niet gaan van de %óne neutre d. '- het
kwartier waarin de Kanvrs, de ministeriën,
het koninklijk paleis, het paleis der gravin
van Vlaanderen gelegen zijn.
Burgemeester Max van Brussel, die ten
allen tijde zijne voorliefde toont voor al wat
socialist is, hal vergeten eene voldoende
politiemacht te plaatsen aan de «zóne neu
tie. Zoo gerocht de stoet aan het paleis
der Kamer a'waar de manifestanten plezier
hadden de roode volksvertegenwoordiger
toe te juichen en de katholieke uit te jouwen.
Maar ziet, M.Max wil zijne vergetendheid
herstellen, de politie werd toegezonden...
en 't was nu een loopen.ge kunt niet meer...
en de stoet was uit
M. De Winter, oudste lid, katholieke
volksvertegenwoordiger van Antwerpen,
opent de vergadering. M. 't Kint, opvolger
van M. De Landtsheere, en M. Goelhals van
Meulebeke, opvolger van Mj Beernaert
leggen den eed af.
De Kamer kiest zijn bureel. Zijn gekozen
voorzitter M. SCHÖLLAEItT met 89 st> m-
men fe ondervoorzitter M. Nerincx. me
82 stemmen 2* ondervoorzitter M. Har-
mignies, met 89 stemmenverder nog de
secretarissen.
M. SCHOLLAERT beklimt den zet. 1 van
het voorzitterschap, hij bedankt den a ge
treden voorzitter M. Cooreman, en brengt
hu'de aan de nagedachtenis van MM Re
Landtsheere °n Beerraert. Sluiten zien aan
Lij deze hulde M. de Broquevil'e, namens
het gouvernement M Woeste namens
rechterzijde; M Denis namens de socialisten;
L. Huysmans, namens de liberalen.
Minister de 'Broqueville aan het woord.
Mijnheeren,
Getrouw aan de gedragslijn verleden jaar
vastgesteld, wenscht de regeering den zittijd
openen door verklaringen, die haar van aard
schijnen aan iededer de uitoefening van de
parlementaire verantwoordelijkheid te verge
makkelijken.
De verwezenlijking voortzettend van het pro
gramma over twee jaar door de troonrede
geschetst, onderwerpen wij heden nog aan de
mandatarissen der natie de wetsontwerpen be
trekkelijk de volgende punten
Maatschappelijke verzekeringen betrekkelijk
den ouderdom, de ziekte en de onbekwaam
heid tot werken verzekering der visschers;
stichting eener nationale maatschappij van
goedkoope woningen; wijzigingen aan de wet
van 13 december 1889in 't vooruitzicht van
een langer schoolbezoek; handelspoliciekre
dieten voor de handeldrijvers en de ambachts
lieden en achterstallige intresten; herziening
van titel I van Boek I van het burgerlijk
wetboek; wijziging aan de samenstelling der
beroepskamers en vermeerdering van het per
soneel der gerechtshoven en van zekere recht
banken; rechterlijke policie; wet betrekkelijk
den gezondheidsdients, samenstelling eener na
tionale maatschappij van waterleiding.
Er komt u een wetsontwerp voorgelegd te
'"worden over de inrichting van de postwissels
en overdrachten.
Het belang van deze verschillende ontwer
pen zaL niemand ontgaan, ook heeft de re
geering de eer u te vragen van ze spoedig
te onderzoeken.
Het zal niet ongepast zijn u hier te doen op
merken dat, indien in de bespreking van de
budjetten men er niet kan aan denken het
getal sprekers te beperken, de regeling dooi
de partijen van hunne "deelneming aan de
besprekingen, over bijzondere wetsontwerpen,
Weel klaarte, bevoegdheid en snelheid aan het
wetgevend werk zou bijbrengen.
Op dit gebied schijnt de eendrachtige goede
wil gemakkelijk te verwezentlijken inderdaad,
het zou de groote nationale partijen verklei
nen aan hunne openbare werking een doel
toe te kennen dat vreemd zou zijn aan het
grootste welzijn van den natie en, daardoor
zelf, hebben er alle belang bij de weerde van
hunnen wetgevenden invloed te doen uit
schijnen, dan wanneer zelfs de opstellen, in
hunne oogen, de volmaaktheid van het ideaal
niet zouden verwezentlijken.
Mijnheeren, bezorgd om in geweten de plich
ten te vervullen die ons de zorg voor onze
onafhankelijkheid en de bekommering onzer
internationale verplichtingen opleggen, zijn wij
ertoe gebracht te onderzoeken of de tegen
woordige legerinrichting ons toelaat aan de
noodwendigheden te voldoen, die zich tijdens
de laatste maanden hebben veropenbaard.
Voor deze opzoeking hebben wij de verslagen
onzer diplomaten en de werken van de be-
voegdste vakmannen tot richtsnoer genomen.
Het zijn de besluiten van de grondige studie,
die Wij gedaan hebben, diè wij de eer heb
ben u mede te deelen. Indien wij het doen,
dan is het omdat de regeering de overtui
ging verworven heeft dat de verandering van
het internationaal leven en de internationale
staatkunde, de opvattingen van het verleden
in zaken van landsverdediging onvoldoende
maken.
Voorzeker komen de beschouwingen over 'den
toestand van Europa en over de betrekkin
gen der mogendheden hier niet te pas. Het
is nochtans toegelaten een feit te bestatigen,
onderwerp van wereldlandsche bekommei in
een De voorbereiding tot den oorlog duuit
onophoudend en hevig voort. Verre van mij
het gedacht aan eene der vreemde regeeringen
oorlogzuchtige inzichten toe te schrijven. Hun
ne pogingen tot het behoud van den vrede
verdienen gansch onze erkentelijkheid. Doch de
geschillen die de vrede in gevaar zouden
kunnen stellen worden meer dan ooit in
gezien, en overal werkt men onophoudend
om voorbereid te zijn.
Wat den aandachtigen opmerker betreft, is
de plaats welke in deze gebeurlijkheden aan
België toegekend is. Het belang van den rol
van ons land in een strijd tusschen mogend-
heden van West-Europa, wordt duidehjker dan
hij het ooit geweest is; het belang blijkt
namelijk uit de voorbereidingen die strekken
om dèn aanval in te richten en hem te voor
komen van den oogenblik af dat de ooi log
zou vorkla&rd zijn.
Zoo is de toestand die door de gebeur
tenissen der laatste maanden scherper afge-
bak nd geworden is en met eene klaarbhj-
kendheid die bij de regeering eene gewettig
de onrust verwekt.
Hij legt aan België geene nieuwe plichten
OP doch hij vergroot deze die wij altijd er-
Wrfhebben hij maakt ze stipter, dringender.
Wil Sm dat het niemand onbekend weze
Jat de regeering besloten heeft voor geene
enkele poging achteruit te deinzen om die
plichten te vervullen.
De wet van 1909 verzekerde aan het land
een modelleger, beantwoordend aan de nood
wendigheden die toen konden ingezien worden.
Dit leger is stevig ingericht, bewapend en
bevoorraadzijne officiers ontvangen eene
opleiding van groote weerde. Dank aan de
wet van 1909 overtreffen de, effektieven, waar
over wij beschikken, grootelijks de vroegere
cijfers, en iedereen zou den vaderlandschen
bodem met de voorvaderlijke heldhaftigheid
verdedigen.
Doch sinds 1909 hebben de gebeurtenissen
zich snel voorgedaan en zij hebben aange
toond dat er nieuwe maatregelen noodig zijn,
indien wij op de hoogte van onze plichten
willen blijven.
Het is aan Jde regeering niet toegelaten daar
aan te twijfelen, en, indien zij het u zoo dui
delijk zegt, dan is het in het volle bewust
zijn van de verantwoordelijkheid welke op
haar rust. Voorzeker is ons vertrouwen in
de Mogendheden, die voor onze onzijdigheid
borg staan, onverminderd: de genegenheid die
zij ons toedragen is vast; zij hebben er ons
klare bewijzen van gegeven.
Maar men mag uit het oog niet verliezen
dat de groepeèringen van de mogendheden,
militaire verbonden en verstandhoudingen heb
ben doen ontstaan die, in de veronderstelling
van een europeeschen oorlog, aan de waar-
borgsverklaring de weerde zouden kunnen
ontnemen, die alleen de onzijdigheid van den
gewaarborgde verzekeren kan. Het is inder
daad te voorzien dat al de mogendheden die
voor onze onzijdigheid instaan weldra oorlog
voerders zouden zijn of worden. Ons leger
moet talrijk genoeg zijn om de plichten te
vervullen die het door de omstandigheden
zou opgelegd worden; onze strategische stel
lingen bebeerschen het land en hunne be
zetting zou aan den oorlogsvoerder, die er
zich meester van zou maken, een voordeel
verschaffen dat misschien over den strijd zou
beslissen; deze stellingen moeten bijgevolg uit
sluitend bewaakt worden door nationale leger
machten, voldoende om alle poging te ver
ijdelen om er zich van meester te maken
en er den grondslag van krijgsverrichtingen
van te maken.
Mijnheeren, wij hadden het recht niet u
de plichten te verzwijgen, die uit den tegen-
woordigen politieken toestand van Europa
voortvloeien; het is daarom dat wij u zeggen:
aan eenen nieuwen toestand moeten nieuwe
en passende opofferingen beantwoorden. Hel
is niet te veel vragen van. de belgische weer-
digheid en vaderlandsliefde met deze eens te
meer de. zorg toe te vertrouwen van te waken
op wat de opperste rots van een volk uit
maakt.
Als gevolg van deze verklaring maakt de
regeering zich gereed om een ontwerp neer
te leggen, dat de maatregelen vaststellen zal
die opgelegd worden door de omstandigheden
die ik kom te bedoelen.
De gouvernem enteele meerderheid zal be
grijpen dat, zoo het Kabinet dit deel van zijne
mededeelingen voor gansch heit Parlement Voor
behouden heeft, het uit eerbied is voor de
vaderlandsehe gevoelens van al de leden der
Wetgeving. Wij hebben niet gewild dat in
zulke, kwestie er onderscheid gemaakt were
tusschen de eenen en de anderen, omdat de
eer van de eenen zich hier samensmelt met
de eer van de anderen.
Mijnheeren, de 'Regeering heeft u loyaal d<
waarheid gezegd zij vervult haren plicht
zonder zich over ondergeschikte kwesties tt
bekommeren en de blik gericht op dit vader
land dat ons allen zoo dierbaar is.
Wij laten aan uw ingelicht geweten de
zorg, de plichten te beseffen die het door
de "eer en de veiligheid van België voorge
schreven zijn. Gij zult, ik weet het, handelen
als fiere en vrije mandatarissen van een volk
dat terecht aan zijne onafhankelijkheid ver
kleefd is.
Mijnheeren, de schoolkwestie was een de
bijzonderste inzetten van de laatste kiezin
gen. De regeering 'denkt niet van onmid
dellijk bepaalde voorstellen te moetei
doen, (locli zij zal er u in den loop vai
dezen zittijd voorleggen. Haar ontwerj
zal namelijk strekken om de jeugd sterk ti
wapenen, dank aan een beroepsonderwijs ii
•overeenstemming met de noodwendighedei
der streken. De regeering oordeelt ta
het verplichtend schoolgaan niet zou km
nen opgelegd worden, indien de ve
de vrijheid der ouders, 'der armen zoowel ilf
der rijken, niet volledig waarborgde, om v>oj
hunne kunderen het onderwijs te kiezen la
hun past.
De eerbied voor andennans overtuiging bikt
zoo overeenstemmend met ons nationaaL a-
rakter te zijn, dat het tegensteekt te du-
ken dat het akkoord op dezen grondslag iet
zou kunnen gesloten worden, ten minste in
de middens waar de liefde voor de vrij bid
een ijdel woord is.
Mijnheeren, in vergaderingen en in de druk
pers is er aangekondigd geworden dat er aan
de Kamer een voorstel zou gedaan worden tot
herziening van art. 47 der grondwet. In de
zelfde voorwaarden, en voor dat het moge-*
lijk was er eenig gedacht te kunnen over
uitdrukken, is de wetgeving verwittigd ge
worden dat zij gehouden is eene goedkeurende
stemming uit te brengen, op straf van de stof
felijke werkzaamheid der natie opgeschorst te
en.
Dat is een feit zonder voorgaande in de
politieke geschiedenis van het land.
In waarheid, zulke houding strekt eenerzijds
om gekozenen der natie het recht te ontne
men in volle vrijheid te stemmen en, an
derzijds, om van de gevraagde herziening de
genen afkeerig te maken, die, bewust van de
verantwoordelijkheid, wenschen in den per-
sooh van den gekozene de yyeerdigheid van
den kiezer geëerbiedigd te zien.
De regeering zou de wetten die de uitoefe
ning van het kiesrecht regelen niet als on
veranderlijk kunnen beschouwen; de gedach
ten veranderen door den tijd; de ondervin
ding opent nieuwe gezichteinders.
Doch de eerste plicht van de regeering is
van niet toe te Laten, door de bespreking
onder de bedreiging, instellingen te laten
schenden die niet door eene eenvoudige meer
derheid opgelegd zijn, maar den uitslag zijn
£ener overeenkomst tusschen de partijen.
"Uit hoffelijkheid de in-aanmerking-neming
aanveerden, zooals zulks gezegd is, zou de op
positie zelf in dwaling brengen zijn, zoolang
me(n. er niet in gelukt is ten minste, de voor
bereiding tot een akkoord vast te stellen over
de formulen die men in de plaats van de
tegenwoordige formulen stellen wil.
Hoe groot ook zijn wensch tot inschikkelijk#
held is, kan een ministerie, dat wijs en
loyaal werk wil verrichten, niet als een ge
woon voorstel aanzien: een aandrang die de
grondwet tot mikpunt heeft, wet die onaan
tastbaar is, zoolang de twee derden der leden,
in de twee Kamers, de wijziging ervan niet
bevelen.
Het is niet anneembaar dat eene herzie
ning gedaan worde onder de .bedre'ging van
openbare woelingen, door welke men aan de
Nationale Vertegenwoordiging een besluit zou
willen opdringen.
De regeering is overtuigd dat het Parle
ment, met de meedeelingen, die de regee
ring de eer heeft te doen, in overweging te
nemen, tijdens dezen zittijd een werk zal
verwezentlijken van aard om de partijen te
vereeren en het werk door allen geleverd in
het opperste belang der natie, vruchtbaar te
mkaen. (Langdurige toejuichingen rechts.)
Onmiddellijk na deze rodevoering heeft de
regeering de volgende wetsontwerpen neerge
legd op het bureel der Kamer
1. Op de verzekering tegen ziekte, vroeg
tijdige werkonbekwaamheid en ouderdom
2. Instelling van eene voorzienigheidskas ten
voordeele -der belgische zeevisschers
3. Op de handelpolicie
4. Op het krediet voor de kleine handelaars
en ambacbtsLieden, en op de achterstallige
rekeningen; i
5. Herziening van Titel I van Boek I van
het Burgerwetboek;
6. Verandering aan de samenstelling van
de kamers der Beroepshoven en vermeerde
ring van het personeel dezer hoven en van
zekere rechtbanken;
7. Op de rechterlijke policie
8. Op de landelijke policie
9. Op (den gezondheidsdienst
10. Samenstelling van eene Nationale Maat-
schappij van leidingen van drinkbaar water
11. Inrichting van eene Nationale Maatschap
pij van goedkoope woningen;
12. Op het werk van vrouwen en kinders.
Van zijnen kant heeft M. Davignon, minis
ter van buitenlandsche zaken, ook verschil-
Lige wetsontwerpen neergelegd.
Ge ziet dat er voor de Kamer werk is op
den winkel, veel en goed werk, voor kleine
burgerij en volk. Die stokken in 't wiel steekt,
om zulk werk te vermoeilijken of te belet
ten, zal de afkeuring van alle weldenkende
burgers en werklieden op zijnen hals Irekken.
namens de socialisten, vraagt dat de be
spreking der ministerieele verklaring enkel te
naaste weke zou beginnen; en intusschentijd
heeft hij een voorstel neergelegd om de grond
wet te herzien, ten einde het meervoudig stem
recht af te schaffen.
Deze week is de Kamer in de afdeelingen
bijeengekomen.
De zittijd der Kamers begint met
eene sensatiewekkende verassing t.w.
eene verandering in het Ministerie.
GENERAAL MICH E L geeft zijn ontsrig
als minister van Oorlog m gezond
heidsreden en uit reden van eenig
verschil van gedacht van HOOFDMI-
NISTER DE BR0QUEVILLE nopens de
uitvoering van Alleman soldaat
STAATSMINISTER HELLEPUTTEen M.
PAULSEGERS van Antwerpen," wor
den minister. Een nieuw minis'erie
wordt gevormd, dit van Zeeveen,
Posterijen en Telegrafen.
Zoo is nu bet ministerie samen
gesteld
Kabinetsoverste M DE BROQUE-
VILLE, minister van Oorlog M. HEL
LEPUTTE, minister van Landbouw
en Openbare w<rken M PAUL
SEGERS, minister van Zeewezen,
Posterijen en T. legrafen M. VAN
DE VYVERE. minister van IJzerwegen;
M. RENKIN, minister van Koloniën
M. P0ULLET, minister van Weten
schappen en Kursten; M BERRYER
minister van Binnenlandsche zaken;
M.HUBERT, minister van Nijverheid
en Arbeid M LEVIE, minister
Rechtswezen.
Het voorloopig bureel met M. Pirët
Goblet als voorzitter en M. Struye als
sekretaris opent de vergadering.
Gelijk in de Kamer wordt het bureel
samengesteld, M. de FAVEREAU wordt
herkozen als voorzitter. In den Senaat wordt
insgelijks de verklaring van MINISTER
de BROQUEVILLE medegedeeld. Later,
gelijk in de Kamer, zal daarover bespreking
gehouden worden.
In den loop der laatste week zijn gewichtige
gebeurtenissen voorgevallen. De Grieken heb
ben zich meester gemaakt van de stad Salo-
niki, de tweede hoofdstad van Turkije. J)e
Bulgaren hebben de Turken eene gewichtige
nederlaag doen ondergaan tusschen Lule-
Bourgas en de laatste turksche verdedigings
lijn van Tjadaldja, en hebben zelfs eenige
forten dier laatste Turksche macht ingeno
men. Sedert eenige dagen echter, komen maar
weinig berichten meer over den oorlog; wat
doet besluiten dat de Bulgaren geen nieuwe
overwinnnigen behaald hebben, en tegenge
houden worden door de Turksche legers.
Scutari en Andrinopel blijven ook zegevie
rend de aanvallen der bondgenooten afweren.
Turkije zou reeds vredesvoorwaarden aan
geboden hebben. In alle geval zou de Turk
sche regeering, nadat ze vruchteloos een be
roep gedaan heeft op de mogendheden, zich
bereid verklaard hebben de vredesonderhan
delingen met de Balkansche bondgenooten te
willen aangaan; wat doet vermoeden dat de
oorlog wel 'op een einde loopt.
De beschieting der stad duurt voort. Maai
de Turksche troepen bieden heldhaftigen weer
stand. De bevolking der stad heeft den Turk-
sehen bevelhebber gevraagd te willen de stad
overgeven, of een uitval wagen tegen den
vijand. Hij heeft beide voorstellen afgewezen,
daar volgens hem de stad het nog lang kan
uithouden, en een algemeenen uitval wagen
te gevaarlijk is.
Eene afdeeling Serviërs is het leger der
Montenegrijnen komen versterken. De beschie
ting gaat met onzeggelijk veel moeilijkheden
gepaard, daar de aanhoudende stortregens de
streek in een waar moeras herschapen hebben.
De Giieken, na verscheidene overwinningen
op de Turken behaald te hebben, rukten met
ongewone snelheid naar Saloniki, de groote
Turksche zeehaven in Macedonië. De Turk
sche troepen die daar lagen, waren 25.000 man
sterk. Als het gerucht van de aankomst dei-
Grieken zich in de stad verspreidde, greep
de angst de bewoners aan; en de troepen,
overtuigd dat zij geen weerstand konden bieden,
lieten weten aan den Griekschen bevelhebber,
den Kroonprins, dat zij bereid waren zich over
te geven. De onderhandelingen duurden eenige
uren, waarvan de Turken gebruik maakten
om eene ijselijke moorderiji onder de chrls-
tene bevolking te plegen.
De voorwaarden tot overgave werden aan-
veerd, en de Grieksche troepen trokken zege
vierend de tweede Turksche hoofdstad bin
nen, onder de toejuichingen van het volk.
De Turksche bezetting gaf zich gevangen: al
wapenswerden afgenomen, de officieren al-
Leen mochten hunnen degen bewaren.
Dé Koning van Griekenland, die onderlus-
sehen was toegesneld, heeft zijne plechtige
intrede in de stad gedaan onder de algemeene
geestdrift van het volk. Een Te Deum werd
in de hoofdkerk gezongen, in tegenwoordigheid
der Koninklijke familie en der voornaamste
legerhoofden.
De Bulgaren belegeren sedert verscheidene
dagen de stad. Zij hadden gehoopt de forten
na eenige dagen te kunnen innemen, maar
zij zijn in hunne verwachting bedrogen.
Naar er verteld wordt, zal de Turksche bezet
ting zich toch weldra moeten overgeven, daar
er reeds een geweldige hongersnood zich doet
gevoelen, en er ook weldra gebrek zal zijn
aan schietvoorraad.
Ondertusschen gaan de Bulgaren voort, on
danks den sneeuw en de overvloedige regens,
die de streek in moerassen hebben veranderd,
de forten te beschieten. Reeds zijn zij erin
gelukt er vier in te nemen, maar de Turken
bieden nu een hopeloozen tegenstand.
In Constantinopel, waar in sommige volks
wijken de meest ondenkbare vuiligheid
heerscht, en waar de besmettelijke ziekten
zich dna ook gemakkelijk kunnen uitbreiden,
is de cholera en typhus op een ourustbahrende
wijze uitgebroken. Reeds zijn er meer dan
honderd slachtoffers.
Servië, dat tot nog toe een binnenland is,
zou van zijne overwinningen willen gebruik
maken om eene strook gronds van Turkije
af te nemen in hel grondgebied der Albanezen
langs de Adriatische Zee. Griekenland en Bul-
garië steunen Servië, daar zij met noode
oogen zouden zien dat Servië eene haven
krijgt in de AEgische Zee.
Maar Oostenrijk, dat de Albaneezen be
schermt, wil van Servië's voorstel niet hooien.
Rusland ook ondersteunde Servië. Een oo-
genblik is de toestand zeer gespannen geweest,
en men sprak reeds van een oorlog tusschen
Rusland en Oostenrijk. Nu is de toestand