redens om die som te bestrijden zullen wij hier niet aanhslen. Enkel zal ik zeggen, dat vroeger ook in Meenen de geneesmiddelen geleverd wierden in 't gast- huis en de and >re gestichten door lie Apothekers der Stad. Alsdan kostte dat daar 700 fr. 00 per jaar. In 1894, heeft er eene Pharmacie opgericht geweest in 't gasthuis en van 't eerste jaar kostte het nog slechts 321 fr 00, zij een profijt voor de Hospicen van bijna 400 fr. 00... Waarom hier geeue Pharmacie in 't gast hnis ingericht Bij dit hooren neemt M. Van Merris het woord. Zijn uitval is hevig. *T is ten onrechte, zegt hij, dat de som besteed voor geneesmiddelen zoo zeer beknib- beld is geveest. Ik zal het U gaan toonen. En hij geeft lezing van de sommen toegestaan voor geneesmid delen iu eenige andere gemeenten M. van Merris, Schepen. Ik heb U daar nu ge- sproken van eenige vreemde gemeenten 'k ga u nu er bij Zeggen dat de apotiiekers altijd eenen tarief ge- volgd hebbeu die 10 p. °/0 leeger is dan dezen van Brussel. M. A. Schaballie. Dat en is niet moeilijk om er op te verminderen indien den tarief van Brussel hoog genoeg is. Van wien is dien tarief en van welk jaar M. van MerrisSchepen. Maar van 1872, en ge- teekend van Lecluyse en Lepoutre. Zie, hier is dien tarief. M. A. Schaballit. Ja maar Ja maar gaat gij nu beginnen spreken van Lecluyse en Lepoutre 't is 20 t'aar dat ze dood zijn. 'T is zeker om te lachen. Waarom ;omt gij niet uit met eeu tarief van over 100 jaar. Altijd die oude gebruiken die boven zweramen. Weet gij dan niet dat er sedert dien een nieuwen tarief verscheoen is M. Verscheure. Gelijk M. Schaballie U gezegd heeft, willen wij de geneesmiddelen hier niet bespre- ken. Maar op den zelfden artikel van den disch, zal ik U klaar doen zien, met inlichtingen genomen in dezelfde steden van U, en in nog andere, dat het met recht is dat die zaak opschudding gemaakt heeft in 't publiek. Gij zult niet verliezen met te wachten. Art. 22. Uitdeelingen van kolen in 't plein of't We- dnwenhof. 900 fr. M. Verscheure. In de rekening van 1894 zie ik twae facturen van kolen van M. Ch. Delbaere beloo- pende te zamen tôt 400 fr. Dat is bijna de helft van de som van 't budjet. Zijn er hier dan geen ander kool- marchands, of zijn de kolen van M Delbaere beter dan deze van een ander M. van Merris. Aile jaren vragen wij de prijzen bij verschillige marchands en deze van M. Delbaere zijn altijd de laagste. M. Verscheure. Dat is moeilijk verstaanbaar. Ik geloof wel dat de andere marchands ook kunnen goede kolen ievercn aan 20 fr. van 't duist, maar ik zal in lichtingen nemen. M. ASchaballie. In aile geval, vind ik dat die le- veringen zouden moeten verdeeld zijn, al ware er zelfs een klein verschil van prijs. M. R. Dcvos. En wij Gaan wij dan niets meer te commanderen hebben M. ASchaballie. Wij betwisten U het recht van commanderen niet. Maar zeg eens, waart gij zelve koolmarchand, zoudr. gi] het niet aardig vinden van nooit iets te leveren te hebben Of wilt gij misschien één met een keer rijke maken Budget van den Disch. Art. 8. Maandelijksche gelduitdeelingen aan den arme van de stad 30,000 fr. M. Verscheure. In 1886 bedroegen ze 22706 fr. 50 In 1887 23,540 fr. 50 In 1888 25604 fr. 50 1889 25,886 fr. In 1890 25,875 fr. 15 In 1891 26,389 fr. 85 In 1892 27,904 fr. 85 In 1893 29.972 fr... En in 1894 31,193 fr. zij eene verhooging van 8,500 fr. in 8 jaren dat is meer dan 1000 fr. vermeerdering per jaar. Waaraan is die op- klimming toe te wijten Is het geheel aan de aan- groeiing van de armoede? Voorzeker neen, en ik bewijs het. In 1894 beliep het maandegeld 31,193 fr.... Reke ning houdende van de jaarlijksche vermeerdering van 1000 fr..., hadde het in 1895, ten minste moeten 32,000 fr. bereiken. En hoeveel bedraagt het maan degeld in 1895? 29,900 fr., eene vermindering van 1300 fr. in plaats van eene vermeerdering van 1000 fr..., dat maakt een verschil van 2300 fr. De geld- deelingen in Januari en Februari 1895 bedroegen te zamen 5,692 fr. en in de twee zelfde maanden van 1896 bedragen zij maar 5.274 fr. 50, 't is te zeggen 417 fr. 50 min in twee maanden dat is eene vermin- d'-ring van 210 fr. per niaand of 2500 fr per jaar. Hoe k<«mt dat? Waarom die vermindering? Waarom geene vermeerdering meer? Gij zult het goed ver- •Uan. Vroeger hadden sommige dischhoeren groote som men maandegeld in handen, die de behoeftigen bij hen aile maande gingen ontvangen. (In plaats dat die sommen door den ontvanger persoonlijk behandigd wierden aan de dischgenoten, gelijk de wet het voor- schrift). De dischgenoten, meenende misschien dat zij verplicht waren, ten einde huit maandegeld niet t zien verminderen, bestelden bij die discheeren in winkel- waren geheel of gedeeltelijk hun maandegeld. Zij mochten zelfs, in den ioop van den maand, winkelwa- ren gaan halen in attrek op hun maandegeld. Hoeveel waren er niet, die zelfs geen nood hadden, bij de disch- heereu te winkel ging- n, om zooveel te gemakkelijker, in geval van nood, te kunnen onderstand hekomen. Dit ailes was natuurlijk een groot profit voor de disch hoeren, en het is gemakkelijk om verstaan dat deze die het meest bestelden, de beste gezien waren. Maar met April 1895 hebben de discheeten geen maandegeld in handen meer gehad. Ten gevolge van die verandering, zagen zij de arme menschen hunnen winkel verlaten en hun profit smelten. Zij hadden dus nog weinig be- lang erbij vermeerdering toe te staan of nieuwe fami- liën op den disch te brengen. Gelijk gij ziet, die gedurig vermeerdering van de maandelijksche gelddeelingen nam haren oorsprong in het profijt, dat de dischheeren er uit trokken, met koopwaren uit hunnen winkel te leveren in afkorting op 't maandegeld. De verkoop in hunnen winkel klom op in evenredigheid van het maandegeld dat zij uit- deelden. Het geld van den disch was dus, in hunne handen, een middel, ter hunner beschikking, om meer uitbreiding te geven aan hunnen handel. Het bureel van weldaad was een bureel van exploitatie gewor- den. Hadde het armbestuur onafhankelijke personen, zonder stiel of handel, voor dischheeren gehad, dan zouden wij nooit dergelijke feiten te betreuren gehad hebben. En nu hoe moeilijk zal het niet zijn vermin- deringen te doen, zonder de dischgenoten misnoegd te maken. Ziedaar het gevolg van cen slecht bestuur. MM. Berten en van Merris. Dat zijn al personali- teiten en dat moet gij vermijden. M. A. Schaballie. Laat Verscheure voortspreken. Dat zijn geen personaliteiten. Hij beknibbelt de han- delwijze van geheel den disch en daartoe heeft hij recht. M. R. Devos, zich tvendende tôt M. Schaballie). Heeft er niet gezegd geweest in 't congres dat uw vader ook een potje vergaard had bij den disch? M. ASchaballie. Ah gij gaat nu uitkomen met 't congres. Indien het op stadhuis maar zoo serieux ware gelijk in 't congres, 't ware eene kleine eer van hier te zetelen. Ten andere, gij weet wel dat zeggen en hooren zeggen n geene weerde heeft. Onze burg- meester heeft het reeds doen opmerken. Er moeten preuven bij zijn. Is niet waar M. de Burgmeester? M. BertenBurgmeester. Ja zeker, 't zijn bewijzen dat wij vragen. M. Verscheure. Gelijk gij zult verstaan hebben, beknibbelen wij de manier op dewelke den onderstand tôt hiertce verleend wierd maar wij bestrijden den welgeplaatsten en welverdienden onderstand niet dit ware, ten andere, gansch tegenstrijdig met onze katholieke princiepen. Want, ondanks het gerucht dat men rondgestrooid heeft, houden wij er aan te verkla- ren dat wij even zoo katholiek zijn als de meerderheid. En als katholiek zijn wij den arme zeer genegen en nooit zullen wij eene omstandigheid laten voorbijgaan om hiervan bewijs te geven. Hadden wij fortuin, zeker zou geen arme mensch van onze deur ongetroost weg- gaan. De christelijke liefdadigheid zouden wij weten te plegen zonder er politiek mede te mengen. En voor zeker zou men, op die manier, niet te betreuren heb ben, hetgeen wij zien sedert de stemming, die droe- vige en tevens lage handelwijze van sommige heet- hoofden, die hunne wraak over hunne politieke nederlaag op den arraeh en zwakken werkman weten uit te oefenen. Is dat liefdadigheid Is dat geven uit menschlievendheid Neen. Het is eene berekende liefdadigheid, die rnaar past aan vijanden van kerk en kluis. En wij laken zulke liefdadigheid. Geven overal waar er nood is, dat moet men doen. Daarom ook zouden wij de eerste zijn om het maande geld te vermeerderenindien men ons bewijzen kan dat de ellende zulks vereischt. Als wij de lijst der on- dersteunde huisgezinnen overloopen, bemerken wij, dat de verdeeling der hulpgelden op eene betreurens- waardige manier gedaan wordt. Geen regel wordt ge- volgd in het ve'rleenen van den onderstand, en geen voldoende inlichtingen worden genomen over den toe- stand, om verhooging toe te staan of nieuwe dischge noten te aanveerden. Alzoo is het, dat weduwen met 2 kinders 12 fr. per maand trekken, andere met vijf kinders 4 fr. Oude vorsletene menschen, de eene 12 fr., de andere 5 fr. Voor wat de bestede kinderen aangaat, voor de eene betaalt men 12 fr., voor andere 15 fr., zelfs is er een van 17 fr., die lang ingeschreven ge weest is voor 22 fr. en waarvoor de voedster nooit meer dan 17 fr. getrokken heeft. Waaris dat verschil bevaren M. andenberghe, Schepen. Ik kan niet verstaan hoe dat de administratie van den disch zoo slecht be- stuurd kan zijn. zich tvendende tôt M. Schaballie) Uw vader heeft 35 jaren dischmeester geweest en heeft er zelfs voor gedecoreerd geweest. M. A. Schaballie(beleedigd). 'T is nu de derde maal dat men van mijn vader spreekt ik verzoek U hem niet meer te noemen. Wilt gij met hem spreken gaat dan naar het kerkhof hij ligt in zijnen kelder. En ware het dat hij 35 jaar lang zoude slecht gedaan hebben, eh wel nu zal ik trachten hier 35 jaar op het stadhuis te zetelen, om te herstellen het kwaad dat mijn vader zoude kunnen gedaan hebben. Dat iedereen alzoo handele en ik geloof dat men niet zal te klagen hebben. algemeen handgehlap.) M. Vandtnberghe, Schepen. Die verandering, welke ik aan de disehmeesters opgelegd heb van in 't vervolg nog maandegeld in handen te hebben, is niet toe te wijten aan mij, noch aan MM. Verscheure en Scha ballie, maar wel in gevolge orders, ontvangen van de hoogere overheid. Altijd heb ik de heeren disehmees ters aanzien als treffelijke personen, die hun mandaat wel volbracht hebben Overigens, indien de aange- haalde onregelmatigheden zouden bestaan, zal ik de- zelve trachten te doen verdwijnen. M. A Schabaillie. Ingevolge de misbruiken welke in den disch bestaan, voorgelegd door mijn collega Verscheure, en ten einde deze te vermijden, tôt voldoe- ning van aile belanghebbende, doe ik de volgende voorstelien. 1° Naarmate het mandaat van eenen dischheer stieldoender of handeldrijver, zal eindigenzal het gemeentebestuur zorg dragen hem, te vervangen door eenen bijzonderenzonder beroep of handel. 2° Eene commissie te benoemen van openbaren onder stand samengesteld uit 3 leden der meerderheid en 2 der minderheid. Verzonden naar de commissie. Art. 9. Geneesmiddelen. 5,000,00 M. Verscheure. Is die som overdreven, overtollig of schreeuwend en wraakroepend? Na de uitleggingen, die ik zal geven, zult gij zelf oordeelen welk het woord is dat hier het best past. De medicamenten bedroegen in 1886 3113 fr. 58 in 1887 3263 fr. 54 in 1888 3373 fr. 10 in 1889 3601 fr. 45 in 1890 4450 fr. 75 in 1891 4482 fr. in 1892 4741 fr. en in 1893 5082 fr. 85. In zeven jaren zijn de geneesmiddelen geklommen van 3000 fr. tôt 5000 fr. is dat niet schrikkelijk Gij zult nu eens zien hoe groot de winst is op den verkoop van medicamenten. M. Van MerrisSchepen. Ik verzet mij tegen het gezegde van M. Verscheure. M. Vandenberghe en M. Monteyne zijn eerlijk en trefielijk en zij hebben in hunne rekeningen den tarief gevolgd van Lepoutre en Lecluyse. M. ASchaballie. Mijnheer de Voorzitter heeft reeds meermaals opgelegd van in geen personaliteiten te komen. Gij, M. Van Merris, gij begint er altijd eerst mêe. In de rekeningen van medicamenten die wij over- zien hebben, hebben wij niet nagezien wie de leveran- ciers van die medicamenten waren. Enkelijk hebben wij de overdrevenheid der prijzen bestaligd. In plaats van den tarief van Lecluyse en Lepoutre, tarief die nergens geldt, hadden zij moeten dezen volgen, voor- geschreven door den staat en verschenen in eenen om- zendbrief van 7 Januari 1887. M. Verscheure. Het zijn de Apothekers niet die wij beknibbelen elk tracht te bestaan met zijnen stiel en er zooveel profijt mogelijk uit te trekken. Maar 't is tôt de gernesnte-overheid dat wij ons richteu, die zich zoo weinig bekommerd heeft met de intresten der belastingbetalers. Wij zijn hier om de belangen van Stad te verdedigen en voor niets anders. Stadsbelangen moeten boven depersoonlijke belangen gesteld worden. Dit gezegd zijnde, zal ik U lezing geven van eenige geneesmiddelen met den prijs van inkoop en de/en van uitverkoop. Rofiln Olie de kilo Seneblaan Balsem Tranquille zalf Styrax Olie van Slaapkruid - Antypirine Het honderd grammen Iodoforme - Chlorure van Potasch de kilo Borax zuur Balsem van Opodeldoch Salycila te van Soude Koekepoer Het honderd kilos Créosote Plllen PUlen van Blaud Vallet Craninx Blankard n Debaeu Terre Plllen Het duist INKOOP. UlTVERCOOP. 0 90 5 00 1 00 S 60 z 30 10 00 3 50 17 77 3 00 8 00 11 00 30 00 4 75 12 00 1 75 13 33 00 20 00 t 20 10 00 10 00 100 00 21 00 80 00 5 3 30 20 20 00 00 3 30 20 00 S 00 20 00 4 00 20 00 12 50 50 00 2 50 20 00 101120 «2J76

HISTORISCHE KRANTEN

Le Progrès (1841-1914) | 1896 | | pagina 2