PAROCHIEBLAD VAN IEPER ZESDE JAARGANG 1935 NUMMER 2 ZONDAG 3 MAART Sint Jozef In dit Teeken... DE TUINKLOKKE De Tuinklokke Inzonderheid van Sint-Maartens Administratie verschijnt tienmaal 'i jaar* Janseniusstraat, 5 Welk katholiek hart heeft geen devotie voor Sint Jozef r Een Amerikaansch Jesuiet schreef eens geestig en raak: «Er zijn heiligen voor wier deugd we veel ter- bied hebben, maar waar we niet van houden. Mis- schien verschrikt ons de hoogte van hun heilig heid. misschien hinderen ons de eigenaardigheden die wij in hun leven zien. We,vragen hun stilletjes verge ving, dat wc weinig of niets voor hen voelen». .Maar Sint Jozef. Wie zou zich niet aangetrokken voeltn tot den H. Jozef? Het kan gi beuren dat sommigen van hem vervreemd zijn door flauwiteiten van godvruchtige lectuur'' of door de leeli'ke beelden en schilderijen, die haast 'n beleediging zijn voor zoo 'n beminnelijke Heilige... Sint Jozef ging niet met'n lelie in de hand door zijn woonplaats, daar had hij. geen tijd voor, hij moest veel te hard werken om het Kind Jezus en Zijn Moeder te kunnen onderhouden. Wanneer 's avonds zijn armen pijnlijk waren van vermoeienis, vroeg hij den Heer niet door een wonder zijn werk af te maken. Hij dacht alleen aan het werk dat God hem had opgelegd, en hij ging daarmee voort. Hij was Jozef, de werkman, Jozef de rechtvaardige, Jozef aan wien de Almachtige God het hoogste ambt had toevertrouwd dat aan 'n man kon gegeven worden. Hij was de beschermer van Onze Lieve Vrouw, hij was degene die aan het Kind Jezus voedsel en kleeding en onderdak verschafte, en liefdevolle bescherming, in het verre Egypte en in de kleine woning te Nazareth. Alleen Maria was dichter bij Jezus. Maar het hoofd van het Heilig Gezin was Jozef en niet Maria. En naast Zijne moeder moet het Goddelijk Kind innig veel ge houden hebben van Zijn nederigen, geduldigen, hard werkenden Pleegvader. Dikwijls zal de Kleine Jezus, als het dagwerk was gedaan, in Jozefs armen zijn geklommen om hem te liefkoozen zooals kinderen doenmaar met'n teederheid die alleen uit 'n hart kan komen dat Goddelijk en tnenschelijk was... Moge Sint Jozef onze voorspraak zijn bij zijn Voed sterkind, bij Jezus, nu en in het uur van onzen dood... Daar is een teeken, dat ons, katholieken, on -indig veel zegt. Daar is op de wereld geen ander teeken, geen insigne, geen uniform, geen wachtwoord, geen wapen dat zoo veel beteekent. 't Is het heilig teeken des Kruises. In de woning Ge komt ergens binnen en ge wordt toegelaten in de huiskamer, met haar prettige aankleeding. Daar prijkt het kruis op de eereplaats tegen den wand. Het verkondigt u luide, dat de Gekruiste hier vóór alle dierbaren gaat. Ge gaat 's avonds ter ruste en bevindt U op de stille slaapkamer. Daar straalt het u alweer tegen, vlak boven de ruststede. Het is alsof het zeggen wil: Ook hier verlaat ik u niet. Ook hier beschrrm ik u van af mijn troon, den tioon des Kru.sscs. Gedurende den dag. En "s morgens als ge zit aan de ontbijttafel en de kinderen, frisch en heelemaal uitgerust na den langen nacht, komen aanloopen naar moeder, dan ziet ge, hoe moeder ze een kruisje teekent op het voorhoofd. Zoo even, één oogenblik, houden ze hun beweeglijke kopjes stil, juist lang genoeg dat moeder haar heilig werk kan doen. Dan gaan ze zitten rond de tafel. Zij vouwer hun handjes. En terwijl moeder den kleinste op haar knie neemt en met de onhandige hand het kruisje slaat, van hoofd tot borst, van schouder tot schouder, teekenen de grooteren zich zelf met dat zelfde teeken Zoo gebeurt het nog dikwijls gedurende den dag En 's avonds, voordat zij ter ruste gaan, is de beurt aan vader. Met zijn groote hand teekent hij op de kleine koppen een kruis, en zendt dan de woelige troep weer ter ruste, ter ruste onder het Kruis, dat stil en beschermend hangt boven de klei ne ruststeden Ons besluit, «In dit teeken zullen wij overwinnen». Laat dan ook het Kruis ons heilig eere-teeken wezen, waarvoor de eere-plaats wordt ingeruimd in on ze woning. Laat dan ook niemand door het leven gaan zonder dat teeken, afgeteekend op hoofd,, borst en schouders door ons eigen hand. Laat niemand van ons leven of sterven zonder dat teeken, al ware het maar het klein kruisje van onzen Rozenkrans. Aan dit teeken, eensdaags, zal Christus, de eeuwige' Rechter, ons erkennen als de Zijnen.

HISTORISCHE KRANTEN

Tuinklokke (1930-1940) | 1935 | | pagina 1