DE SPIEGELS l BELANGRIJK BERICHT Pieter Dumont-Danserceer Aannemer van openbare werken. Em. Lammens en Zonen T Bericht. Binnen- en Buitenland. Nieuws uit Nieuport BILLARD Land- en Tuinbouw Extra goed nieuws Burgerstand van Nieuport GEBOORTEN. Hoogwater te Nieuport 4 1 door DOEWA i Ronde van Belgie. Bij het dóórtrek ken der renners der Ronde van Belgie was alhier eene vliegende kontrol ingericht op de Markt, bij Mev. Wed. De Vry. In tegenstrijd met andere jaren, hebben de koersmannen de stad dóórtrok ken, in plaats van langs de Veurnevaart voort te rijden. Die kontrool (alsook den ganschen door tocht), was ingericht door de Vroolijke Wielrij- dersclub Voorzitter de jonge heer Fr. De Vry die zich ten beste van zijne taak wist te kwijten. Bravo, jongelingen! 3 Yperstraat, 19, Nieuport De Magnesiamesten. poHdentsn heeft, zelfs in !t ministerie, verhaalde de reis van onzen quatuor naar Brussel. i Iedereen dacht nu zal het er van ko men. Nu zullen wij de havenwerken nog voor de kiezing hebben. Iedereen was be nieuwd om door 't Stinkertje, ’t orgaan van ’t stadhuis en ’t sakristij, den goeden, i extra goeden uitslag te vernemen van hunne gedane voetstappen en het gunstige gevolg van hunnen weldadigen hoogen invloed; maar tot nog toe, wist het Stin kertje daarover niets te vertellen. Er heb ben reeds twee zittingen van den ge meenteraad sedert dien plaats gehad, doch ons college bleet stom als een visch; het i en om alle embêtante vragen van Cheri te ver mijden, schrapte het eenvoudig de gewone formule vragen en mededeelingen van de dagorde af. Heeft de minister dan absoluut niets toegestaan? Heeft hij zelfs niets beloofd? ’t Moet zijn, want onze klerikalen zijn immers gewoon ons met beloften te paaien en indien de minister maar iets beloofd had, ’t Stinkertje ware zesmaal te klein geweest om het verslag op te nemen der gulhartige ontvangst van den quatuor in ’t ministerie; om de stellige beloften af te kondigen door den minister gedaan en om ’t wierookvat op den neus onzer knap pe (ho ho!bekwame (ho ho!) invloedrijke (ho ho ho!) stadhuisbazen aan stukken te slaan. Maar niets heeft de minister beloofd, en daarom zwijgen zij als e n graf. Zijn zij dan beschaamd geworden om het volk nog langer te misleiden? Durven zij dan zelfs niet erkennen dat het ministerie niets doen wil om handel en nijverheid hier vooruit te helpen? Zijn zij dan bevreesd om aan de visschers te zeggen dat de klerikalen hier niets voor hen doen willen? En of zij nu schelden of niet; de feiten zijn daar om het te bewijzen. Opdonderdag 18 Mei laatst werd op het bureel der Ka mer de buitengewone begroeting neerge legd. Voor wat de havens betreft, zijn de volgende kredieten voorzien Antwerpen 5 miljoen Terneuzen Gent 300 duizend frank Oestende 500 duizend frank Heyst 500 duizend frank. En Nieuport? O O O! Ziedaar het extra goed nieuws dat alle Nieuportenaars zal verheugen. Wij vragen het u, kiezers van Nieuport, handelaars en visschers en werklieden gij die met de haven leeft, gij, voor wie de haven eene bron van welvaart zou moeten zijn, is het geene schande aldus met ons den spot te drijven, ons alduste miskennen en te verstooten? Welhoe, er waren 500 duizend frank gestemd verleden jaar. Zij werden niet verteerd; het was dus maar billijk en rechtvaardig dat die som voor Nieuport bestemd bleef. En in plaats van ze te blij ven behouden van ze op de nieuwe bogroo- ting in te schrijven worden zij ons zelfs ontnomen! Is dat niet tergend, niet wraak roepend? Is dat niet klaar en duidelijk toonen dat Nieuport nooit iets van de klerikalen beko men zal? Of is er misschien geen geld in kas om hier iets uit te voeren? Wat het ook weze de 20 miljoen voor de kloosterscholen zullen nochtans wel ge vonden worden; maar iets nuttigs voor ons NieuportNiets! Ziedaar waar de klerikale politiek ons leidt! Kiezers van Nieuport, zult gij dien nieuwen kaakslag weergoedsmoedig verdragen? zult gij u nogmaals door val- sche beloften laten misleiden? Of zult gij begrijpen dat de maat vol is en met ons roepen Weg met de klerikale volksbedriegers! Weg met de klerikale verdrukkers van ons Nieuport! Wij ontvingen ondergaandan brief waaraan wij volgaarne eene plaats ver loenen. Wij zijn thans benieuwd om weten of het Nieuwsblad genoeg eerlijkheid zal be zitten om zijne eerroovende aantijgingen jegens een volbeeldig ambtenaar in te trekken. Wij houden er tevens aan te verklaren dat wij geenszins inlichtingen van open bare ambtenaars noodig hebben om arti kels op te stellen, zooals die verschenen over Onze Haven de Haven der Panne en zoo meer. In stede van ambte naars te beschuldigen en te belasteren zou het beter doen onze artikels te weerleggen er op te antwoorden indien het kan Het verkiest echter daarover te zwijgen en neemt zooals loffelijke gewoonte zijn toe vlucht tot laster en logen, ’t Is gemakke lijker, maar ’t is eenvoudig weg heel ge meen, ja krapuleus. Eindelijk is ’t gearriveerd, het extra goed nieuws dat ons schepencollege ver wachtende was. Ook zijn wij zeker de eersten om dat extra goed nieuws aan de inwoners van Nieuport mede te deelen. Onze lezers zullen zich herinneren dat het volgens Cheri wat lang duurde eer men begon met de gestemde 500 duizend frank te besteden aan werken in de haven. Dat werkte op Cheri’s zenuwen en daar er in dien tijd op de dagorde der gemeente raadszittingen nog vragen en mededee lingen stonden, trok hij zijn stoute schoe nen aan en interpelleerde ons schepencol lege. Dat viel onzen trio (want den vierden moet daar immers zwijgen) als een koud bad op het lijf en ’t slot van de rekening was... dat er binnen kort extra goed nieuws zou komen. ’t Duurde nochtans te lang naar hun goesting en ’t Weekblad dat overal corres Erg ongeluk bij ’t vliegen. Bij het vertrek voor den eersten ritvan Parijs Madrid zondag morgen, om 6,35 ure, heeft een ver schrikkelijk ongeluk plaats gehad. Een duizendtal Parijzenaars waren naar Issy-les Moulineaux ge komen om er de vliegers toe te juichen, toen de vlieger Train die met een passagier vloog, zijn toestel niet meer meester was kl De molenaar Gernay, een buurman, die maalt I M. Berteaux was 59 jaar oud; M Monis telde ADOLF DINGENS. 1 MENGELWERK Propere mannen. We zegden In ons laatste nummer dat iedere week, het Nieuwsblad opgesteld door geestelijken, en aenige opgebla zen heethoofden en snotneuzen, zijne slachtoffers moet hebben, en daarin hadden we niets dan de waarheid voorzegd. Benevenseenige lieve benamingen toegezwaaid aan eenige onzer vrienden en welke, daar ze, sedert jaren en jaren, aan die katholieke scheld- wo >rden gewoon, niet kunnen treffen, vallen ze lafhartig eene eerlijke dame aan, die volstrekt niets met het Weekblad heeft in te zien, vallen ze schandelijk en zonder enkele reden een voor- 2 3 29 30 i Schoone en goede billard te verkoopen met toebehoorten, alsook twee spelen ivoren billard- bollen, zoo goed als nieuw. Zich te wenden Hotel Duynnenhuys Oostendestraat, Nieuport. ’s morg. 11,47 12,14 1,08 2,02 2,57 3,53 4,49 Ik heb de eer te laten weten aan de Heeren eigenaars der huizen van Nieuport. als dat ik mij belast met het plaatsen van de aïleidingbui- zen in grés, binnen de huizen voor het aflos sen der keuken en andere waters. Het plaatsen der buizen zal door mij persoonlijk gedaan en nagezien worden, met zoo weinig schade moge lijk aan vloeren en plancher te veroorzaken. Men kan ook ten alle tijde grésbuizen bekomen uit zijn magazijn aan genadige prijzen. P. S. Men gelieve goed in acht te nemen dat ik geene leidingen leg vooraleer de groote riolen in iedere straat zijn gemaakt voor verders alle moeilijkheden te vermijden. Ik heb de eer uwe geëerde orders met dank baarheid te aanvaarden. De ondergeteekenden maken het geacht pu bliek bekend dat zij van heden af in hun maga zijn voorzien van alle slach van landbouw- machienen, zooals lummel keernens, afroo- mers van alle marken, waschmacbienen laatste model, enz. enz. Reeds meermaals deden wij d a magnesiamesten kennen, onder opzicht van inhoud en uitwerkse len op de planten. Om echter nog meer met zekerheid te kunnen spre' en, ondernemen wij dit jaar een vijftal proeven met die mesten op onderscheiden planten. Wij verdeelen onze proef velden als volgdt 1* perceel 5 aren oppervlakte, bemest met volledige mesten min de magnesia. 2' perceel 10 aren oppervlakte, bemest met volledige mesten, waarbij ook 200 kgr. magnesia is gevoegd. De 200 kgr. gebruikte meststof op perceel II, komt overeen met 2000 kgr. per Ha.een hoe veelheid die wij altoos hebben aangeraden, ten mitste daar, waar nog nooit magnesia werd uitgestrooid. Onze proeven geschieden op 1) graangewassen haver en boekweit. 2) knolgewassen ruttabaga. 3) . voedergewassen maïs. 4) . nijverheidsplanten suikerbeetsn. De uitslagen zullen zoohaast mogelijk worden bekend gemaakt. Wij kunnen onze landbouwers niet genoeg aanzetten, de proeven immer met ons te willen ondernemen; op die wijze zullen zij zich kunnen overtuigen van de werking der magnesiamesten in den grond. De ondervin dingrijke lessen zijn de beste! LABOR. beeldige bediende aan, die door zijn oversten gewaardeerd, door eenieder geacht, de onverge velijke doodzonde heeft bedreven, voor hen, zooals zoo vele gewetenszwakken, de knie niet te buigen, en zijne overtuiging getrouw blijft, iets dat zijn volstrekt recht is. Gemeene rekels moeten het wezen die zulke laaghedsn durven begaan; gemeene ziellooze wezens moeten het zijn, die alzoo de eer van deftige, zoo prijzenswaardige burgers en bedien den trachten te bezoedelen, en hen in de oogen hunner oversten hatelijk te maken; gewetenlooze kinkels moeten het zijn, die om hunne woede bot te vieren, vrouwen, wiens zending edel is, en die deze met zooveel opoffering en tot eenieders voldoening volbrengen in hunne lage aanvallen te mengen; walgelijke schepsels zijn het die er genoegen in vinden, hunne venijnige pen te gebruiken om uit fanatieke partijhaat modder te werpen ep andersdenkenden. En zulke onnoembaar gemeene proza staat te lezsn in een blad, waarvan de stichter eigenaar een geestelijke is en die dus met der es toestemming wordt overgedrukt; in een blad dat zich zou dur ven uitgeven als de verdediger vaneen Gods dienst, die broederliefde voorschrijft, doch dezes geboden onder de voeten trapt, en bespot, in het blad ondersteund, aangemoedigd en geschreven door mannen met ons aller centen betaald, door mannen niet meer waardig het priesterkleed te dragen, schande haat en walg voor u, gemeene Nieuwsblad; voor u schijnheilige krabbelaars, voor u allen, propere mannen, klerikalen van Nieuport, die aan deze schurkenstreken mede werkt. Aan wie nu de beurt? wie zal deze week het slachtoffer hunner blinde fanatieke haat wezen? Goed,jongen, ik zal het onthouden; nu kunt ge ga*an. Welgemoed keerde de knaap naar de haven terug, in de hoop nog verder leis te verdienen. Hoe opwekkend |klonk dat eerste geld, dal zijn arbeid hem eerlijk had bezoigd, en ofschoon het fooitje niet veel beteekende, want nauwelijks was bet voldoende om eenen nacht logies te betalen, gaf het een’ voorsmaak van latere winst. De volgende dagen waren minder voorspoedig: het scheen of het geluk van den eersten dag hem verlaten had. Tevergeefs liep hij de geheele kade herhaaldelijk af, om bij Iedere stoomboot, die aankwam, zijne diensten aan te bieden; vruchteloos bewoog hij zich lusschen drom van landverhuizers, die hier uil Europa aankomen. Niet zonder bekommernis keerde hij eiken avond terug naar zijn logement, en alhoewel hij zich met een stuk brood tevreden hield, zag hij het sommetje spoedig verminderen. Hoe zou het op die wijze voortgaande met hem afloopen, vroeg hij zich telkens met onrust af. Zou hij niet eens opnieuw zijn geluk in de Broadway beproeven? Zonder langer te dralen voegde hij aanstonds de daad bij het woord en spoedde zich weer naar de ruime straat met hare dubbele rij paleizen en koopmanskasleelen, wisselkantoren en banken, hare prachtige hotels, schouwburgen en heerenhuizen, haar levendig en woelig ver keer, die op eiken vreemdeling eenen indruk Oostduinkerke. Toelage. Bij kon. besluit van 29 April 1911 wordt aan de gemeente Oostduinkerke eene toelage toegestaan van 50.000 franken voor uitvoeringen van werken aan buurtwegen. Taks. Een koninkl. besluit van 8 Mei 11. geeft machtiging aan de gemeente Oostduinkerke tot het heffen van taxes voor het leggen van riolen en het aansluiten der woningen met deze riolen. Geachte Heer Opsteller van het Weekblad van Nieuport. Gij zcudt mij ten hoogste verplichten met het opnemen van onderslaanden aanbevolen brief, aan den opsteller van het Nieuwsblad op 24 Mei gezonden, in antwoord van bet eerroovend arti kel ten mijnen laste in dit laatst genoemd blad verschenen op 20 Mei 11. Aanvaard, M., mijnen welgemeenden dank. ADOLF DINGENS. 28 Mei Juni Zondag Maandag Dinsdag Woe-slag 31 Donderdag 1 Vrijdag Zaterdag (1) Een der fraaiste steden der Vereenigde Staten; zij ligt aan het einde van Long-Island, tegenover New-York, waarvan zij door de East-Rivier (eene smalle zeestraat) gescheiden is, en over welke sedert 1878 eene trotsche ijzeren hangbrug van 1800 met. lang en 41 met. breed is geworpen voor spoorwegverkeer en voetgangers. Schrikkelijk drama. Zaterdag morgen heeft een schrikkelijk drama de Lange Bassijnslraat, te Antwerpen in opschudding ge bracht. Op eene mansardekamer van bovengenoemde straat, in n. 17, woont sedert eenigen tijd een dokwerker Pieter Steenackers, 49 jaar, met de 51 jarige Eliza Vervack. Het slecht huishouden leefde in geene goede verstandhouding en dikwijls hadden hevige too- neelen plaats. Vrijdag nacht kwam Steenackers in drenken toestand te huis. Om 5 uren wekte hij zijne min- narres en vroeg haar geld. Daar zij weigerde hem te voldoen sprong hij naar baar toe, nam een keukenmes en plofte het met geweld in da linkerzijde van zijn slachtoffer. De ongelukkige had nog de kracht te vluchten doch op de trapzaal van het eerste verdiep vjel zij uitgeput door het bloedverlies ten gronde. Een geneesheer ontboden kon slechts den dood vastellen; de ongelukkig had was eene long boord. De policie hield den moordenaar die zich gansch gekleed te bed had gelegd, aan. Vreeselijk ongeluk. Alfons Van Hoorebeke, smid in de Ste Zusterstraat, in den omgang Sleinestraatje genoemd te Waarschoot, op het dorp, was Zaterdag namiddag kort na 3 ure onder het zingen vaneen lustig lied vlijtig aan het werk. (1) Eene andere voorstad van New-York. (2) Eens van de schoonste straten der wereld, 25 met. breed en de groote slagader van New-York. (3) Zooveel als een halve frank. E33KE3 reeds aan de drukke haven; hij liep er heen en weder, en bood zijne diensten als pakkendrager aan. Een oud man, met zilverwitte haren en eerbiedwaaidig voorkomen, stapte juist van de stoomboot, die uit Jersey City(l) aan de kade was aangeland Getroffen door de beleefde vraag van den jongen, maar nog meer door het bleeke en pijnlijke gelaat, keek hij een ©ogenblik hem onderzoekend in de groote blauwe oogen, gaf hem zijne pakkage over en stapte met hem, tamelijk haastig naar de bekende Broadway(2). Na drie kwartieren gaans, want de straat is nage noeg anderhalve mijl lang, stond de heer voor een koophandelshuis stil, stak den sleutel op de poort en trad oogenblikkelijk binnen. Een knecht kwam toegeschoten om het reisgoed zijns mees ters aan te nemen. Daar is tien cents(3) voor uwe moeite, sprak de grijsaard kortweg. Ik dank u van harte, Mijnheer, en beveel mij in uwe welwillende gunst voor het geval, dat er nog iets voorkomt, zeide het jongmensch en boog beleefd. Dat is niet ónmogelijk, antwoordde de man op ietwat vriendelijker toon. Hoe is uw naam? Jack Rapid, Heer. Op zekeren avond van het jaar 1865 kwam een zeventienjarige jongeling met de veerstoomboot van Brookljjn(l) in New-York aan. Eenige dagen geleden waren zijne ouders gestorven. Het een voudige huisraad, dat hem als erfdeel was nage laten, had hij verkocht, en met bet weinige geld dat hij er voor had gekregen, zou hij beproeven zich eenen weg door het leven te banen. Men kon het den jongen aanzien, dat hij reeds veel in het leven geleden bad zijn bleek gelaat tee- kende ernst en dioefheid, terwijl zijne verstelde kleeding van armoede, maar ook van zekere zorg vuldigheid getuigde. In qene der vele logementen voor arme lieden had bij tegen billijken prijs een onderkomen ge vonden. ’s Anderen daags heel vroeg, was hij van bewondering maken, en waar zoo menige gelegenheid zich moest voordoen, o n geld te verdienen. Verscheidene malen stapte hij heen en weer voorbij het huis van den rijken koopman dat hij zoo goed nog erkende; doch zijne moeite bleef zonder gevolg, ofschoon bij een oogenblik vermeende den ouden heer aan een der vensters gezien te hebben. Juist toen hij stond te belanken langs waar hij zich richten zou om toch eenige stuivers te kunnen winnen, weid de poort ge opend, en kwam de knecht met eene groote mand naar buiten. Nog geene honderd stappen was hij er ver medegegaan, of hij zette ze neder; het was blijkbaar dat de last de krachten des mans te boven ging. Onmiddellijk kwam Jack toegesneld en vroeg, of hij .Mijnheer een weinig kon helpen. Zeer gaarne, als ge toch zoo vrien delijk zijn wilt; antwoordde de aangesgrokeoe. Ik daeht werkelijk niet dat de la ling zoo zwaar was Terwijl beiden nu flink doorstapten, hernam de knecht Zonder uwe hulp, mijn jongen, had ik waarschijnlijk mogen terugkeeren, of althans te vaak moeten rusten, en dit zou mij gespeten hebben, omdat het den schijn zou gehad hebben dat ik mij onderweg had opgehouden; de dienst waarin ik ben, is mogelijk een van Je moeilijkste der heele stad; men mag er niet lui zijn, dat ver zeker ik u, en voor de geringste overtreding kan de patroo geweldig knorren; maar ’t ergste van al zijn die beroerde spiegels, die jagen iemand den schrik op het lijf. (Wordt voortgezet) Nieuport, 24 Mei 1911. Mijnheer de Opsteller van het Nieuwsblad van Nieuport. Een vriend heeft mijne aandacht doen vestigen op het artikel Onze Haven verschenen in uw blad van 20 Mei 11. Alhoewel de aangehaalde feiten mij gansch vreemd zijn en men mij dus volkomen ten on rechte beschuldigt geheimen tn veropenbaren van het bestuur waaraan ik (met of zonder be kwaamheid, zooals ge verkiest) behoor, en mij zelfs, gedurende de diensturen bezig houd met op van mijnen ingenieur ontvreemd papier artikels te schrijven voor het Weekblad, ben ik mij Zon dag 21 11. bij mijnen overste, M. Allaeys begeven om hem met de bedoelde aantijgingen beken I te maken. Over uwe laffe aanvallen, Mijnheer, was hij ten volle verontwaardigd en gelastte mij u mede te deelen dat ieder belichter, ten mijnen laste, zich bij hem, Duinkerkestraat, zou aangeboden hebben waar hij hun persoonlijk zal entvangen. De heer Ingenieur beweerde mij nog nooit over het werk de minste berisping te hebben moeten toesturen maar integendeel dat hij zich slechts over mijne plichtbetrachting te beloven had. Langs mijnen kant, Mijnheer, schenk ik iOO Hij bracht den kleine op den koer der hoeve, gaf hem een welgeladen geweer in handen en onder voorwendsel van spel, bevestigde hij het kind dat het wapen geen kwaad kon, en zette het aan op hem te schieten. Zij n hoofd stellend voor den loop van het geweer, zei de vader hoe het kind den drukker moest doen overslaan, en al lachend wachtte hij op den uitslag. Het schot was verschrikkelijk en ijzingwek kend. Het kind, dat zijn vader aanbad, zag dezen neervallen, m;t bebloed hoofd. Men denkt dat de arme jongen zinneloos zal worden Hij weent aanhoudend. Men weet niet wat den vader er heeft toe aangezet het drama te verwekken. Doodelijk ongeluk. Maandag mor gen heeft op de wijk Trocadéro te Croix een schrikkelijk ongeluk plaats gehad en een der defstigste familie van Wasquehal in rouw ge dompeld. Om 9 1/4 ure. was mej. Aline Libbrecht oud 39 jaar, die te Wasquenal in de Jan-Bartstraat eene wasscherij besluurt, op ronde met haar rijtuig bij hare klanten in gezelschap van baren koetsier en eenen knecht. Terwijl de dienstknecht in de Grande Rue, te Croix eene bestelling afleverde, kwam een tram- rijtuig vau de Roubaixplaats aangereden. Het paard dat door het gerinkel der bel ver schrok, sprong op de riggels; de wattman deed al het mogelijke om eene botsing te vermijden doch te vergeefs. De schok was geweldig; het rijtuig werd tegen het gaanpad geslingerd en kantelde om. De koetsier Alfred Cazier werd op de straat geslingerd, was met het hoofd op den kant van het gaanpad gevallen en lag onder bet omgekan telde rijtuig. Ooggetuigen sprongen toe om het slachtoffer uit haren neleligen toestand te verlossen. Mej. Libbrecht gaf geen teeken van leven meer, een oog puilde uit de oogholte, het hoofd vormde slechts eene wonde eu zij bloedde overvloedig uit neus en moad Met de grootste voorzorg werd het slachtoffer in b-t Iramrijiuig geplaatst en naar de apotheek Samsaen, place de la Croix gevoerd, waar de ongelukkige bij hare aankomst bezweek. D' Demouliu ontboden, kon slechs den dood vaststellen. ’s Namiddags werd het lijk naar hare woning te Wasquehal overgebracht, waar woensdag de lijkplechtigheden plaats hebben frank aan den persoon die geschrift vertoouen kan van mij afkomstig en bewijzende dat ik zoo gezegde geheimen aan het Weekblad zou mede delen of mij ooit met het opstellen van welkda- nigen naamloozen brief zou bezig hebben gehou den ten laste van wie, wanneer en waarover het ook weze. Van dit laatste feit schijnt gij nochtans zóó zeker dat het eenieder verwonderen zal, hoe gij, zoo voor mij genegen, dergelijke stukken niet zonder aarzelen aan bet Bestuur van bruggen en wegen of aan net gerecht zelfs overhandigt opdat men mij dan daarover voorbeeldig kunne straffen! Dat ik liberaal ben weet eenieder; dat is mijn recht! Mijn peter is onderstatieoveiste te Gent, dus aan het Bestuur van ijzerenwegen. Gij, zoowel als wie ook betwijfelt sterk dat het Beheer van Bruggen en Wegen de oorspraak cf tus chenkemst van een dusdanig ambtenaar zou dulden voor het goed- of afkeuren van ondergane examens Met mijne wetenschappelijke kennissen heb ik nog nooit hoog opgeloopen eenieder weet dat zij niet kunnen opwegen tegen deze van dien edelen persoon die wekelijks ieder deftig liberaal burger der stad in uw blad door de modder sleept. Nochtans, Waarde Heer, zijn die weinige ken nissen voldoende geweest om door ministerieel besluit van 18 Februari 1910 gelast te zijn ge worden met het opmaken van een plan bestemd voor de Brusselsche wereldtentoonstelling en bij ministerieel besluit van 14 November 1910 met het vervaardigen van een niet min gewichtig plan der kust, wellicht bestemd voor de wereld tentoonstelling van Gent. De heer Troost, alge meen bestuurder van bruggen e i wegen, de hoogst geplaatste ambtenaar van gansch het beheer, druk te over het eerst bedoelde werk in brief van 20 April 1910 zijne gansche voldoening uit. Deze onderscheidingen, Mijnheer, zijn wat meer waard dan ijdele aanvallen; daarbij gij bezit op verre na de noodige kennissen niet om over bekwaamheid Ie kunnen spreken; daarvoor zcudt gi] nog menig jaar ter school moeten gaan. Over ons vak kan alléén mijn overste oordeeleu, zoo onder opzicht van wetenschap als van ondervin ding. Indien gij over het uitoefenen van mijnen dienst nog verdere inlichtingen vvenscht wendt u tot M. Conard, voornaam ingenieur te Leuven of tot M. Maertens, thans bestuurder der gemeen tewegen te Brussel, mijne beide vroegere over sten. Om te eindigen, M. bid ik u mij nooit te sparen wanneer uwe wraak het lust doch, vooraleer nog lergelijke beschuldigingen ten mijnen laste te vermelden raad ik u aan inlichtingen te nemen bij de heeren Hinneman en Zwaenepoel, mijne collegas, uwe vrienden, aan wier zijde ik ten bu- reele werkzaam ben en die er dus beter kunnen oo'-deelen dan gij. 21 Mei Vanborn Germana Sophia Maria dochter van Karei en Romania Vanbelle Sedert 1 Januari 1911 41 geboorten. STERFGEVALLEN. 21 Mei Depotter Sophia Rosalia oud 88 j 5 m. 31 d dochter van Karei en Maria Theresia Decrop en weduwe van Antoon Joseph De V ry. Sedert 1 Januari 1911 29 sterfgevallen. HUWELIJKSAANKONDIGINGEN. Vanloo Isidoor Hendrik Corneel smidsgast en ’t Jaekx Joanna Ludovica, werkvrouw beiden te Nieuport. Delanghe Medard Cesar dienstknecht te Nieu port en Depuydt Celina dienstmeid te Leke. s avonds 12,- 12,41 1,35 2,30 3,25 4,21 5,18 J I J met een naphtemotor, bad aan de smid een ledig er 65. In den namiddag heeft men Train kunnen ondervragen. Ik nam, zegde hij, het vertrek met het inzicht een tweetal pisteronden 1e doen, om te zien of mijn toestel in orde was. Weldra gevoelde ik dat mijn motor niet snel genoeg werkte. Ik maakte mij gereed, om na de zwenking stillekens te kunnen nederdalen, toen ik eensklaps de ruiters voor mij zag. Ik poogde nog eens te zwenken en mijn motor werkte bijna niet. Natuurlijk had mijn toestel veel moeite tegen den zachter wind op te vliegen. Op het oogenblik dat ik zonk kwam de groep van achter de soldaten. Ik deed nog eens het mogelijke om het leven van M. Bonnier, mijn passagier, te redden doch de moteur viel geheel stil; ik meende voorzeker dat ik de greep op enkele meters voorbij was, doch helaas. Train barstte in snikken los. M. Bonnier bevestigde het verhaal van den vlieger. Levend begraven. Woensdag morgen hoorde een werkman, door het bosch Verloren Kost gaande bij Luxemburg, kreten die uit de aarde schenen te komen. Hij ging naar een boom waar de aarde versch omgewoeld was en ontgroef, onJer dorre bladeren en aarde, een kind van zes weken dat nog zwak ademde. Hij nam het arme wezen mede en zorgen werden er aan toegediend. De ontaarde moeder die de misdaad had gepleegd, werd aangehouden. Hel is eene dienstmeid, Margriet J.. van Bou- vange, welke volledige bekentenissen deed. Dins dag avond was ze met haar minnaar en haar kind toegekomen te Luxemburg stad, en daar zij het niet kon plaatsen, trachtte zij er zich van te ontmaken en begroef het kind levend. Daarna keerde zij tot haar minnaar terug. Brand. Zondag avond, rond 9 1/2 ure, is een hevige brand uitgeborsten in eene twee woonst bewond door Henri Marechal, petrool- koopman en Henri Eeckhout, werkman, staande in de Veldstraat te Oost-Roosebeke. Het vuur, ruimen voorraad vindende in de strooien daken en andere waren, nam spoedig eene groote uitbreiding. De pompiers, verwittigd, snelden met hun materiaal ter plaats en vielen het vuur aan; van de huizen viel echter niets te redden; een houten gebouw, waar de vatten petrool lagen, werd door de moedige pompiers wegge sleept en de vatten weggerold. Van de twee be woners werden bijna al de meubels an huisraad de prooider vlammen, evenals de konijnen; eene geit kon gered worden. De oorzaak van den brand Wordt toegeschreven aan den slechten toestand der schouw; de schade is zeer groot; er bestaat verzekering. De huizen zijn den eigendom van M. Commeyne, van Kortrijk. Verstikt. De echtgenooten C Land- van-Luikstraat, te Brussel, waren uitgegaan. Hunne twee dochterkens, oud 7 en 14 jaar, thuis komend, hadden de petrollamp ontstoken en zich vervolgens te bed gelegd. M. D..., een buurman, zag rook opstijgen langs de spleten der deur. Hij stiet ze in en vond het jongste der meisjes reeds half verstikt. Hij kon haar slechts met vele pogingen tot het leven terugroepen. De lamp, geplaatst onder linnen dat oo eene koord te droogen hing, had een begin van brand veroorzaakt. De meubelen hadden insgelijks vuur gevat en weldra brandde gansch het vertrek. De pompiers, op het eerste alarm toegesneld, konden alle verder gevaar spoedig afkeeren. Bandietendaad.. Eene bandieten daad welke vanwege de daders eene zeldzame stoutmoedigheid te kennen geeft, werd maandag avond in de Nieuwstraat te Brussel gepleegd. In n' 72 dier straat wonen de echtgenooten Buedts, die eene pastiebakkerij houden. Rond 10 uur ’s avonds was een der gasten, de 20jarige G. Melis, op eene zolderkamer bezig met lezen, toen hij in zijne kamer, langs het dakraam, een 25jarigen kerel zag dringen, die op hem toe sprong en hem poogde te wurgen. Toch kon Melis zich losrukken. Alsdan ving eene vreeselij- ke worsteling aan tusschen beide mannen. De bandiet had een scherp wapen in de hand. Melis werd wreed mishandeld en moest den aanrander loslaten. Hij bleet verscheidene se- konden bezwijmd liggen en toen hij tot het be wustzijn weerkeerde zag hij dat de bandiet was verdwenen en dat hij aan de borst en de zijde werd gewond Toen riep hij om hulp. M. Buedts en de andere werklieden snelden toe en brachten hem de eerste hulp. Dadelijk werd de policie verwittigd en het onderzoek ingesteld. Daaruit blijkt dat de schelm langs het dakvenster eener herberg op de daken is geraakt en dat hij op die wijze in de zolderka mer van het slachtoffer is gekomen. Hij wilde natuurlijk in het huis stelen, terwijl de pastei bakker en zijn personeel beneden waren. Thans wor ltde schelm opgezocht en de policie bezit reeds een ernstig spoor. Zijn signalement werd overal rondgezonden. "Wreed drama. Een ongehoord drama had een dezer dagen plaats te Greenwich (Connecticut, Ver. Staten) Een rijk landbouwer der plaats, M. Fr. Husted, kwam op het wreeds denkbeeld zijn kind een zevenjarigen knaap te gelasten hem te dooden. voor u tot eeuwige schande zal strekken en door latere, meer verlichte geslachten, dsn naam van katholiek meer zal doen verfoeien dan dengenen der Hunnen en Vandalen. De feiten die wij aanhaaldeu om te bewijzen 1 hoe de vrouwen meer vatbaar zijn dan de man nen veor beredeneerd geloof kunt gij niet looche nen, Stinkertje. Daarom zuekt gij ze te ontaarden en ons hate lijk te maken. Wij schreven Zijn het mannen, die na ze kere predikingen alle gemoedsrust verloren heb ben, ’s nachts den duivel zien of in huis altaren met brandende kaarsen oprichtsn, in een woord ransch suf geworden zijn. Dat is toch niet van een meisje spreken, anders zouden wij het meer voud niet gebruikt hebben; wij kennen er drie voor het «ogenblik en er zijn er voorzeker meer die een of ander van die dwaze toeren uitrichten na die predikingen in kwestie. Moest gij daarom, absoluut Diets mede te deelen ellendig Stinkertje, bovenarms vallen op eene geachte dame van stad, welke in ons schrijven niets te zien had en er niet eens van wist? Uwen aanv l tegen haar is hatelijk, en bovendien on rechtvaardig want zij kon toch geen rnei’je dat door hare zotte kuren ’s nachts het huis dreigde in brand te steken, een dag langer in huis hou den. Is het misschien uwen haat tegen de bedie ning welke deze dame vervult die uwen aanval heeft ingeboezemd? En is die aanval misschien galant van uwentwege, gij die ons lessen onder dat opzicht wilt geven? En van dat arme meisje sprekende dat zich ten gevolge van overdrevens predikingen over hel, verdoemenis, eeuwig vuur enz. in ’t water wierp, mochten wij spreken zonder iemand te krenken meer dan hij het reeds moest zijn, want gedu rende de zen ling sprak de heele stad van dat treurig geval en wat wij schreven kon de droef heid der familie niet, meer opwekken dan al wat er dan gezegd werd. Waren wij in de plaats der bloedverwanten van het arm schaap, wij zouden •en gloeienden haat toedragen aan degenen die de schuld harer dood op zich dragen en het ware ons een troost ze in een openbaar blad aan de kaak te zien zetten. Eu gij, Stinkertje, die beweert de dooden met vrede te laten rusten, wat deedt gij laatst nog met priester Renard, die toch ook dood is en die gij zocht te bezwadderen? En was het misschien voor eerbied jegens eene betreurde doode dat gij te Veurne veroordeeld werd? TAND OM TAND. naphtevat van 253 liters inhoud gebracht, om te herstellen Het vat was onder en boven gesloten, maar de klep sloot niet meer, en de smid moest daar een ijzeren lap op maken Voor dat werk stond hij builen, op den koer, tusschen de smis on zijne woning. Toen hij met het gloeiend stuk ijzer aan de klep kwam, had plotseling eene geweldige ont ploffing plaats. Zijne vrouw, Elodie Paeleman die naarstig haar huis aan het kuischen was, sprong ver schrikt bulten, en bleef plotseling als versteend staan. Ook de twee smidsgasten, die in de smis aan het werk waren, sprongen bij den oorver- doovend knal buiten. De smid lag op de koer uitgestrekt, en dood. Gansch zijn hoofd was weggerukt; alleen een oor, met een weinig bloedend vleesch bleef van bet hoofd over; ook een arm was gebroken; hersenen, bloeden vleesch lagen in het ronde verstrooid. Vergiftigd. De familie Basberg, te Lembeek, vader, moeder en drie kinderen, had zondag avond geavondmaald met gepersten kop te Halle aangekocht. Een uur na het avondmaal werden alle door schrikkelijke buikkrampen en braking aange tast. Een bijgeroepen dokter stelde vast dat zij vergiftigd waren en diende hun een tegenver- gift toe. Maandag morgen was de toestand van allen nog allerzorgwekkendst. Het parket van Brussel is ter plaats stgestapt. Hij viel tusschen de officieele personagiën die aan het vertrak deelnamen. M. Berteaux, minister van oorlog, doodelijk gekwetst, gaf weinige stonden nadien den geest; M. Monis, voorzitter van den Raad, werd erg gekwetst, terwijl zijn zoon en M. Deutsch ook wonden bekwamen. De koers werd dadelijk gestaakt en men tele grafeerde naar Angoulême, waar men reeds da drie vertrokkene luchtvliegers afwachtte. Train steeg om 6 31 ure met zijn eenvlak op en had groote moeite zich in de lucht te schie ten. Hij deed eene ronde van het vliegplein op eene hoogte van 7 tot 8 meters, toen hij zich eensklaps boven twee pelotons kurassiers be vond, die op een drafken naar de vertreklijn trokken, om het publiek dat omheining binnen stormde op afstand te houden. Ziende dat h.tj in de soldaten ging vallen deed Train zijn roer werken en zwenkte rechts. Uit de tegenovergestelde richting kwam juist een groepje van twintig personen, waaronder MM. Berteaux, Monis, Deulsch, Monis zoon, de generaals Manoury en Roques, enz. Train had tengevolge der ruiters denkelijk niet gezien dat het groepje juist den kant nam waar bij dacht te stoppen. De vlieger liet zich dan ook dadelijk neerzak ken en kwam midden de heeren terecht. Een oorverd-ïovende hulpkreet steeg uit aller borsten en van allen kwam men aangesneld; de soldaten hielden dadelijk de menigte op afstand. Bloed stroomde weldra langs alle kanten ten gronde terwijl men een achttal personen ten gronde zag liggen. Twee bleven echter liggen, het waren de heeren Berteaux en Monis, vader. Train die zich van tusschen het gebroken toestel had kunnen wringen, stond er midden in en zwaaide met de armen juist als een waan zinnige. He:' schouwspel was wreed. M. Lepine, prefekt van policie, deed dadelijk den ordedienst en deed M. Monis naar de ambu- lancie voeren. In de hangaars ontving hij de beste zorgen van de bijzijnde geneesheeren. Intusscbsn had men M. Berteaux ook bevrijd. Hij was onkennelijk en was den rechter arm afgeslagen. Men bracht het slachtoffer ook in de ambulan- cie. M. Deutsch, ook gekwetst, werd naar het gast huis Boucicaut overgebracht en M. Monis. zoon, ook licht geraakt, werd ter plaats verzorgd. Men schaarde zich rond Train en zijn passagier Bonnier, om uitleg te bekomen, doch het was den vlieger bijna ónmogelijk te spreken. Zij zullen door een onderzoekrechter moeten onder- hoord worden, om de oorzaak van het ongeluk te kennen. Toen M Berteaux in de ambulancie gebracht werd gaf hij reeds geen teeken van leven meer. Het lijk werd naar het ministerie gevoerd. M. Monis werd naar het ministerie van bin- nenlandsche zaken gevoerd; h'j heeft eene wonde aan een been en hot aangezicht geheel open. Zijn toestand is erg. M. Monis, zoon, heeft lichte wonden aan de beenen M Deutsch zal er na eenige dagen rust van af zijn.

HISTORISCHE KRANTEN

Weekblad van Nieuwpoort en Kanton (1909-1914) | 1911 | | pagina 2