i:
Een brief
IIE WUB ÏAI GUMMI!
Bericht.
Em. Lammêfls ei) Zonen
BELANGRIJK BERICHT
Pieter Dumont-Oansercoer
Aannemer van openbare werken.
Groote Kleerverwerij
Huis Edgard Houck-Dedeystere
Recollettenstraat, 43 (bij de markt)
NIEUPORT.
Toiletartikelen
J
SLIJPE
Burgerstand
Binnen- en Buitenland.
RHETORICA
o wam WATTE/
A
Nieuws uit Nieuport
Knorrepot’s praatje
In den zoeten inval...
Andermans geestigheid
A
ADELSON DEPLANTER
Hoogwater te Nieuport
van Nieuport
GEBOORTEN.
2
20
21
I
re-
EINDE.
Wat hier gebeurd is, vriend, is gansch
MENGELWERK 8
dwingelandij dat zij dien aanslag op hunne
vryheid niet eens meer voelen?
het zijn kon dat de ongehoorde aanmati
ging van Pius X in ens land zoo onver
schillig wordt bejegend en niets heeft ver
wekt dan eene vraag van M. Asou, volks-
tegenwoordiger van Doernik aan den H.
minister van buitenlandsche zaken. Zijn
de Belgen dan r^eds zoo verknecht, zoo
beste gelukwenschen aan.
Wij herinneren ons dat de vriend Claes in de
wereldtenloonslelling van Luik ook dergelijke
vleiende onderscheiding bekwam.
van
om
5
6
’s morg.
7,28
8,33
9,37
10,36
11,35
12,05
1,04
door
Groote keus en beste hoedanigheid
van Rooker sartikelen.
Engelschen en Wervikschen Tabac Uigaren
en Cigaretten der beste marken. Groot assor
timent van Pijpe en Portecigaren in écume
of racine met steert in amber Beste
snuif in blauwe en gele pakken, enz. enz.
Huis van Vertrouwen.
Met veel genoegen stellen we vast dat onze
jongere spelers De Jaegher, Braecke, De Vry,
Vanden Eynde, A. Dingens enz. de oudere vol
gen en ze op zeer verdienstelijke wijze terzijde
staan. De eene speler munt voorzeker uit boven
de andere doch den samenhang is zoo goed dat
het moeilijk wezen zou bijzondere melding te
maken.
Aan u allen dus heeren tooneelliefhebbers
dank, hartelijk dank voor uwe kunstvolle vertol-
I m-
21 d. dochter van Lodewijk Frans en
Isabella Theresia Coene, weduwe van
Edmond Lodewijk Dejonge en Leopold
Gregoor Vanhoutte.
Colaert Magdalena Maria Mathildis, oud
25j. 7 m. en 10 d dochter van Karel en
Fiorentia Bruneel en echtgenoote van
Gustaaf Edward Cornelis Borgonie.
Kleine Harmonie. Wij vernemen
met genoegen da! onze Kleine Harmonie haar
jaarlijksch feest, dat door bijzondere omslandig-
heden niet op den gewonen datum kon gehouden
worden, den 21 Januari zal vieren. De medewer
king van verscheidene uitmuntende vreemde
kunstliefhebbers is verzekerd, zoodat de leden
aan een puik feest mogen verwachten zooals
reeds verscheidene jaren het geval was.
Onderscheiding. De heer Claes,
gent onzer Staats Middelbare Sehool komt in de
wereldtentoonstelling van Brussel de onderschei
ding te bekomen van het diploma der zilveren
medalie als bolaoning der door hem tentoonge
stelde voorwerpen van zijnen bijzonderen leer
gang van zeevaartkunde.
Aan den laureaat die zich voor ons officieel
gesticht reeds gedurende rnlm een vierde eeuw
op voorbeeldige wijze opoffert bieden wij, als
tolk van ouders en leerlingen en vrienden onze
Zondag
Maandag
Dinsdag
Woensdag 3
Donderdag 4
Vrijdag
Zaterdag
31 December
1 Januari
i Wouwer en Mevrouw De
Vreeker te mogen terug zien. Rhetorika heeft
aan ous verlangen voldaan en we hebben ze
nogmaals mogen toejuichen. Oh! Roze Kale,
Roze Kate, (Mej. Van den Wouwer) wat hebt ge
toch overheerlijk, prachtig gespeeld! Hoe hebt
ge telkens de gansche zaalin beroering gebracht
met uw meesterlijk spel.
Het was het algemeen verlangen dat aan zoo
veel talent, eene bijzondere vereering werl be
toond en toen maandag door den sympathieken
hoofdman M. Dr Maertens, in naam der maat
schappij, aan de kunstenares een prachtigen
bloemtuil werd aangebod n, scheen er geen
einde te zullen komen aan de begeesterende toe
juichingen.
Van harte geluk Mej. Van den Wouwer het is
de eerste maal dat eene dergelijke vereering door
Rhetorica gedaan wordt, maar ’t is verdiend.
Mevrouw De Vreeker, die zich den zondag had
doen vervangen door eene andere tooneelspeel-
ster, verdient eveneens eene eervolle vermel
ding. Zij is eene begaafde actrice en vertolkte
hare rollen uitmuntend.
Dat de kapping niets te wenschen Het en de
heer Deraedt, die flinke tooneellist, in dit op
zicht echt kunstwerk leverde, hoeft niet gezegd.
verslaafd door de langdurige klerikale
i king en geeft ons nog vele aangename en leer-
Alhoewel de tegenwoordigen Paus ons
Bet werkvolk te Groenendale, onwetend, en
door den wil en de handelwijze van eene ver-
franschte coterie van rijkgeworden burgers van
alle ontwikkeling verwijderd, kon overigens niet
redeneeren, zei Jan Gossije.
In een half uur tijds waren alle werkhuizen
leêg gestroomd. Duizenden werklieden liepen
met boos inzicht naar de Groote Markt, vóór het
hotel La Courönne ducale, waar de vreemde
deugniet was ingetrokken. Zij zwoeren, dat hij
niet levend zou naar huis gaan, nu zij toch allen
van honger moesten sterven. Burgemeester
Ameels zag welke wending de zaken in zijne stad
gingen nemen, H j had de gendaimen verwittigd
en had naar de naburige stad geseind om de
soldaten der bezetting te zenden en de orde te
handhaven.
Intusschen had het opgehitste werkvolk de
ruiten van het gasth f La Couronne ducale stuk
geslagen; zij hadden de woning langs voren en
achteren omringd om den vreemden deugniet
niet te laten ontsnappen.
Toen de gendarmen aankwamen, steeg de
woede van het volk ten tap. Die gewapende
mannen waren daar gekomen om hem te be
schermen, die hen wilde uithongeren. Dat zou
niet zijn! Als razenden vielen zij op de rijkswach- j den vreemden deugniet levend te verbranden.
’t Is een slecht ambacht, moordenaar ta
zijn.
Behalve de onaangenaamheden die het
u verschaft wanneer, bij toeval, de politie
u aanhoudt, onaangenaamheden waarvan
de minste het schavot is, brengt het niet
veel bijzonders op.
Volgens eene statistiek onlangs voor
hef tijdperk 1880-1910 opgemaakt, is de
middelmatige winst die, per misdaad, aan
de moordenaars toekwam, 1,75 fr. in
Frankrijk, 2 marken 10 in Duitschland,
1,60 fr. in Engeland, 3,17 fr. in België en
15,14 fr. in Zwitserland.
Zooals men ziet, het sop is de kool niet
waard, en de huisvaders die met do toe
komst hunner zonen bekommerd zijn,
zouden wel doen ze afkeerig te maken van
een beroep waarin er zoo weinig te ver
dienen en alles te verliezen is.
’t Beroep is, overigens, weinig geacht,
’k Vraag me af waarom?
Men doodt zelden om zich te vermaken.
’kHeb bestatigd, en ’k ben er niet boovaar
digerom, dat de moordenaars bijna altijd
uitmuntende redenen in te roepen hadden
om hunne werkingen te rechtvaardigen.
De eene gehoorzamen aan de hevigheid
hunner driften, ze zijn jaloersch uitermate
woedend of smoordronken; de andere wil
len wraak nemen; andere nog hebben
geld noo lig om op zwier te gaan of hebben
bijzon Ier haast om te erven.
Men zou bijna in verzoeking komen hen
geluk te wenschen, en men wenscht hen
geluk wanneer zij een welsprekenden
verdediger genomen hebben, die met
eenige helderheid, de bepalende oorzaken
hunner snoode misdrijven aan den voor
zitter der rechtbank heeft kunnen bloot
leggen.
Naar mijne nederige meening, bestaat
het eenig ongel k der moordenaars in ’t
feit dat ze niet per reeks te werk gaan,
dat ze hun ambacht met karigheid en
belachelijke wapenen uitoefenen, dat ze
arbeiden voor bespottelijke vergelding, in
de duisternis en’t geheim, in plaats van
de edele voorbeelden te volgen welke du
Geschiedenis ons in overvloed aanleert, in
plaats van Tripolitaine te stelen, bijvoor
beeld, en eenige duizenden verbaasde
Turken en Arabiers neer te schieten.
Maar niets is volmaakt in ’t ondermaan-
sche, helaas!
’s Anderen daags ontwaakte Groenendale als
uit een vreeselijken, naren droom. Er lagen
in de werkmansbureelen dooden en gekwetsten.
De menschen, welke elkander in de straten tegen
kwamen, wisten niet wat te z-.ggen; zij bekeken
elkander verbouwereerd.
Toen de Duitsciia uitvinder der aniline verf
yertrokke was, werd er gezegd, dat het papier
van den burgemeester met de hahiteekening van
den vreemdeling van geener waarde was; dat
men hem gedwongen had te teekenen, en dat hij
zijn recht zou vervolgen.
Gansch Groenendale leefde dus in de onzeker
heid. Het geweld had tot niets gediend, tn de
colicot barons en de ververs zagen er zoo angstig
uit als ’t werxvolk zelf, dat aan ’t sluiten er
fabrieken geloof hechtte De «vreemde deugniet»
was nu verre; men kon hem niet meer afranselen
zei men in ’t veils.
Wat zullen wij hier nog zien gebeuren?
zei een werkman tot Jan Gossije, welke naar het
lokaal van zijne partij ging om er voor een klein
getal getrouwen eene groote redevoering te hou
den.
Eene nieuwe en overvloedige massa
naturalisatiën, groote en gewone, komt
het voorwerp te zijn van ’t gunstig verslag
der commissie. Waarlijk wij mogen trotsch
zijn over de gunst welke ons vaderland bij
de vreemdelingen geniet... Nochtans,
wanneer men de lijst der inburgeringen
raadpleegt, bestatigt men dat vele onder
hen personen betreffen, dia ’t beroep van
onderwijzer of onderwijzeres uitoefenen,
ol wel nog dat van kloosterling, onderpas
toor of priester. Dat veroorzaakt ons eeni
ge teleurstelling. En onze vreugde is,
dientengevolge, zoo volmaakt niet meer.
Men raadt, inderdaad, gemakkelijk dat
de vreemde kloosterlingen en priesters,
eens Belgen geworden, niet zullen ophou
den van ’t zwarte leger deel te maken en
dat de onderwijzers en onderwijzeressen
datgene versterken dat aan onze officieels
scholen zulke woedende aanvallen levert.
Er bestaan reeds in België, in de katho
lieke scholen, 6,659 onderwijzers waarvan
5000 het kloosterkleed dragen en waarvan
2,885 geen diploma bezitten. Hun getal
groeit voortdurend aan. Indien de kleri
kalen de gelijkheid der toelagen beko
men, men mag verzekeren dat de massas
naturalisatiën nog overvloediger zullen
worden en dat de zielenredding aan 33
franks ’t stuk eene nijverheid zal worden,
diede menigvuldige ondernemingen welke
zich in de kloosters ontwikkelen, verre
achter zich zal laten.
In de herberg.
Karei drinkt een grooten borrel bij mid
del van een strootjej
Waarom doet ge dat, Karei? vraagt
hem de bazin.
Waarom? ’k Heb aan mijne vrouw
beloofd nooit mijne lippen aan een glas
meer te zetten...
ters, klampten zich aan hunne paarden vast en
anderen wierpen er naar mU siukken hout,
steenen en glazen uit de heibergen. De rijks
wacht chargeerde.
In eenige minuten was de Groote Markt veran
derd in eene afgriiselijke kampplaats, waaruit
gehuil, geschreeuw, gejank en gevloek opstegen
De vrouwen uit het volk schenen nog het meest
van allen opgewonden. Zij schreeuwden en tier
den als bezetenen. Wie in ’t gewoel en geharre
war was, kon niet wegkomen.
Door nieuw toegestroomde drommen werden
zij teruggedrongen en weggestooten. Velen wer
den onder voelen getrapt. Revolverschoten
knalden in ’t gewoel. Ontzettende kreten stegen
op.
Toen het gevecht ten hevigste was, verscheen
burgemeester Ameels met zijn driekleurig sluier
om de lenden op het balkon van het gasthof en
deed toeken, dat hij wilde spreken. Hij stotterde
eenige woorden in het weinige Vlaamscb, dat hij
nu wel verplicht was te kennen.
Hij zwaaide met een papier in de lucht. Het
volk kwam in de nabijheid lot bedaren, en de
naastbijstaanden konden vernemen uit den mond
van hunnen burgervader, dat de uitvinder van
de aniline-verf van de ver.olging der fabrikanten
te Groenendale afzv,..', dat hij zich tevreden zou
stellen met van dien dag af zijn patentgeld te
ontvangen, en dat zij allen vreedzaam mochten
naar huis gaan.
Er werd voor hel i.otel bij ’t volk tosgejuiebt,
terwijl het gebouw langs achter opeens begon te
branden. Men had <-.r het vuur ingestoken om
De ondergeteekenden maken het geacht pu
bliek bekend dat zij van heden af in hun maga
zijn voorzien van alle slach van landbouw-
maoliienen, zooals tummel keernens, afroo-
mers van alle marken, waschmacbienen laatste
model, enz. enz.
¥perstraat, ff>, Nieuport
Ik heb de eer te laten weten aan de Heeren
eigenaars der huizen van Nieuport, als dat Ik mij
belast met het plaatsen van de aïleidingbui-
zen in grés, binnen de huizen voor het ailos
sen der keuken en andere waters. Het plaatsen
der buizen zal door mij persoonlijk gedaan en
nagezien worden, met zoo weinig schade mogé-
lijk aan vloeren en plancher te veroorzaken.
Men kan ook ten alle tijde grésbuizen bekomen
uit zijn magazijn aan genadige prijzen.
P. S. Men gelieve goed in acht te nemen dat
ik geene leidingen leg vooraleer de groote riolen
in iedere straat zijn gemaakt voor verders alle
moeilijkheden te vermijden.
Ik heb de eer uwe geëerde orders met dank
baarheid te aanvaarden.
Sedert i Januari 1911 73 sterfgevallen.
HUWELJIKEN
15 Dec. Maertens Edmond Frans, oud 23 j. pla
fon nee rd ersgast en Demeegter Maria
Eugenia 15 j. werkvrouw beiden te Nieu
port.
Sedert 1 Januari 1910 24 huwelijken.
HUWELIJKSAANKONDIGINGEN.
De Jaegher Joris Seraphin Lodewijk Maria,
Handelsagent te Livorno (Italië) en Gommers
Juliana Joanna Augusta, bijzondere te Nieuport.
Vanhoutte Andreas Achiel Corniel, bediende
bij ’t staatszeewezen en Demeester Romania
Adolphina, naaister beiden te Nieupoit.
Ghys Jacob Florentinus, zeeman en Bolle
Zenobia Sophia, weduwe van Pieter Pauwel
Loonis werkvrouw beiden te Nieuport.
Geryl Hieronymus Firmin, tweede stuurman
ter Lange Omvaart te Nieupoi t en Engelbeen
Elodia Maria, dienstmeid te Oostduinkerke.
Bogaert Gamiel Hendrik Frans, Meubelmaker
te Nieuport en Levecque Irma Sophia diensmeid
te Westende.
Genachte Juliaan Fians Karel Leon, behanger
Li Nieuport en Hautekiet Helena Maria winke
lierster te Oostduinkerke.
Vanden Abaele Pieter Lodewijk. scheepstim
merman en Peire Alicia Melania Francisca naais
ter heiden te Nieuport.
Barbier Oscar Richard, bakker te Pervyse en
Genachte Maria Mathilde Leontina Cornelia,
zonder beroep te Nieuport
D'oogwasschenj en verwerij van alle stoffen,
in alle kleuren van vro iwen- mans- en kinder-
kleedererr zonder ze los te maken.
liet huis beveelt zich bijzonder aan voor het
in ’t nieuw droog wasscheri van gordijnen tafel-
kleederen en kamerbehangsels, chals, zijde pane
handschoenen, alsook voor het verwen en was-
schen van wolle en katoenen sargiën. Verwen
van lederen handschoenen enz. enz. Zwarte
rouwstoffen worden geleverd in 24 uren. Er
is een bij huis bj Wed. HOUCK-DEZUTTERE
Isenberg he.
Verzorgd werk, spoedige bediening, matige prijzen
Zingend en brallend trok de menigte af terwijl
de brandweer het vuur bluschte. In de Statie
straat kwam de bende een bataljon soldaten
tegen, dat uit den trein was gestapt.
De dienst dtr krijgslieden was niet meer
noodig; de orde was hersteld. Groenendale was
weer rustig. De vreemde deugniet was weg,
als ’t avond was geworden.
VIII
'7
Schoone keus van allerbeste toiletartikelen,
zooals reukwater, zeep, kammen, borstels enz.
Scheerzen van uitmuntende kwaliteit.
Verkoop van tabak, cigaren, cigaretten enz.
van alle merken. Concureerende prijzen.
Goede en trouwe bediening bij
BARBIER COIFFEUR
Lauf«straat, S», Nieuport
Zondag, maandag en dinsdag gaf onze bloeien
de Rhetorica,. telkens voor eene bomvolle zaal,
hare 2', 3’ en 4’ vertooning van het tooneeljaar
bestaande uit het beroemd treurspel Roze Kate
van onzen genialen tooneelsshrijver Nestor De
Tière en Schrik van soldaten, het koddig blijspel
van P Kints.
Wij denken het onnoodig Roze Kate te'ntle
den. Op al de groote schouwburgen des lands en
in alle maatschappijen van beteekm Is, is dit stuk
ontelbare malen opgevoerd. En geen wonder
het is rijk aan natuurlijkheid; vol leven, vol
aangrijpende toestanden. Het is het meesterwerk
van den Koning onzer hedendaagsehe vlaamsche
tooneelschrijvers en dit zegt alles. Jammer dat
den schrijver niet meer wil dat Roze Kate nog
vertoond worde zooals het oorspronkelijk door
hem geschreven is. De terechtstelling en voor
namelijk de invrijheidstellieg van den onscl ul-
digen Everard, was nochtans eene onilasiing
voor de geprangde gemoederen van de toeschou
wers. Door het weglaten van dit vijfde bedrijf,
kan het stuk aan letterkundige waarde gewonnen
hebben, onder tooneelkunxlig opzicht is het te
betreuren.
Schrik van soldaten is en blijft altijd eene goede
klucht en wordt altijd door eenieder met genoe
gen terug gezien
En nu de vertolking. Is het wel noodig daar
over uit te weiden? Hebben de ijverige spelers
van Rhetorika ons niet sinds lang gewoon ge
maakt aan goed en verzorgd.werk. Doen zij niet
sedert jaren de faam onzer grijze Rhetorica in
den vreemden kennen en hoogschatten? De
heeren Dierendonck, Van’omme, Cabooter,
Fryns, Vermeersch enz. enz. wiens lof wij reeos
zoo dikwijls hebben mogen ^maken, zijn nog
altijd bezield met de heilige liefde voor het too-
neel waardoor zij zooveel kunstwerk aan de
overlalrijke tooneelminnaars te genieten geven.
Wildstroopersdrama. Twee bosch-
w-ch ers van burggraaf Léon d’Ardoy, volksver
tegenwoordiger van Brussel, deden zaterdag
nacht hunne ronde te Ellingen, nabij St Kwin-
tens Lennick.
Weldra hoorden zij vuurschoten weerklinken
en ontmoetten vier wildstroopers op jacht met
een lichtbak. Dezen weigerden zich over ta
geven en schoten naar de boschwachters zonder
hen echter te treffen. Nu losten deze laatsten
insgelijks vuurschoten. De wildstroopers her
laadden hunne geweren en vuurden nogmaals.
D ar do lichtbak plotseling uitging, verdwenen
de wildstroopers in de duisternis.
Zondag morgen bemerkten de boschwachters,
door gendarmen vergezeld, bloedvlekken ier
plaats.
Dit schijnt aan te toonen dat de plichtlgen
verwond werden. Vier gekende wildstroopers
worden verdacht Het parket stapte te Ellinghen
af.
Mijnongeval. Zondag had in de
kolenmijn van het Noorden van Rieu du Cceur,
te Quaregnon, een verschrikkelijk mijnongeval
plaats.
Na volbrachten arbeid begaven zich vier werk
lieden. welke moesten opgehaald worden langs
den put Zuid naar den put «Noord» om
alzoo, denkt men, den weg te verkorten en
vroeger de oppervlakte te bereiken.
Nauwelijks waren zij in den ophaalbak gezeten
of zij werden gepletterd tusschen de wanden van
denzelve en den muur van den put. Immers,
men wist niet dat d ongelukkiger in dien bak
plaats hadden genomen.
De machinist, weerstand voelend, stopte en
men poogde de slachtoffers te ontlasten.
Drie hunner, Celestin Barbieux, Vital Fran
cois en Frans Mansuelle, waren dood; zij werden
vreeselijk verminkt en schier onthoofd. De
vierde Ai r.é Detrain, werd gewond, doch niet
gevaarlijk.
Eene groote menigte nieuwsgierigen het onge
val vernomen hebbend, verdrong zich weldra
aan de oppervlakte, rond den put.
Het parket van Berg n stapte ter plaats af en
ging over tot een onderzoek met bet korps der
mijnen.
Zwaar ongeval. In de werkhuizen
der maatschappij van Ougrée te Rodingen in
Luxemburg gebeurde een smartijk ongeluk. Vier
werklieden vervoerden een blok gegoten staal,
wanneer het wagentje, w arop het blok rustte,
tegen een pijler stootte, met het gevolg dat het
blok ten gronde viel en ontplofte, het gloeiend
metaal in alle richtingen werpend. De werkman
Balbeur werd zoo zwaar verbrand dat hij dadelijk
aan zijne wonden overleed. De drie anderen
Fenoir, Gaspus en Fisscher, zijn zwaar gewond,
doch de artsen hebben hoop dat Tij er zullen
doorkomen.
Bandietendaad. Mevr, weduwe
Maes houdt een magazijn van koloniale waren in
de Warmoesstraat, 48, te St-Joost-ten Noode.
Zaterdag namiddag ontdekte zij in hare kelder
keuken eenene kerel, die zich verborgen hield
achter een kapstok waaraan vele kleedingstukken
hingen.
De kerel wilde de handelaarster steken toe
brengen met een broodmes, doch Mevr. Maes
verdedigde zich krachtdadig en ontwapende
haren aanrander.
De bandiet sprong eene tweede maal ep zijn
slachtoffer toe, wierp haar ten gronde en poogde
haar te verwurgen.
Mevr. Maes behield hare koelbloedigheid,
worstelde wanhopig en kon zich alweeronllasteo.
Nu riep zij om hulp uit al hare macht.
De agent Devogelaer, in hetzelfde huls wonend
snelde toe, loste eenige revolverschoten om den
bandiet te verschrikken en wierp zich dan op
hem om hem aan te houden en naar het kom-
raissariaat te leiden
Daar bleek het, dat men te doen had met X...,
oud 35 jaar, geboortig van Antwerpen, thans
wonend op de Fonsnyiaan. te St Gillis.
Men vond hem eene geladen revolver en talrij
ke kleine voorwerpen, bij Mevr. Maes ontvreemd.
X... vertelde dat hij langs den bijzonderen
ingang was binnengekomen, Vrijdag namiddag,
te 3 uur, en dat hij den nacht in de onderverdie
pingen doorbracht.
Mevr. Maes werd gekwetst aan de wang en den
hals. Een dokter heeft haar verzorgd.
De bandiet werd naar de gevangenis van Vorst
overgebracht. Zondag morgen is het parket op
het tooneel dezer stoutmoedige aanranding afge
stapt.
Werpen wij eenen sluier op dit treurige
tijdvak en slippen wij liever aan dat na 35 jaren
trouwe en eervolle ambtsbediening meer dan een
eereteeken zijne gewaardeerde diensten mocht
bekronen!
Nog oefende hij gedurende zestien jaren het
sekretarisambt, werd vereerd met de burgerlijke
medalie van 1* klas op 20 December 1882, met
het burgerkruis van 1’ klas op de 7 Oogst 1894
en met de herinneringsmedalie der regeering
van Leopold II op 6 Juni 1906.
Twintig jaren na zijn ontslag als onderwijzer
begroette men h’m nog als Meester De Bal, en
spijt al het doorstane vond geenea titel zoeteren
weerklank in zijn mild gemoed noch vertaalde
beter algemeene genegenheid en achting.
Toch weerstond hij steeds aan den vurigen
wensch zijner oudleerliogen hem in een hulde-
b toog te vieren. Dit eerebewijs moest onver-
mijdehjk herinneringen opbalen die hij liefst in
zijn edelmoedig hert hield begraven.
Weer vrede zien heerschen en zijne geliefde
leerlingen te zien welgelukken in alle s'anden
der samenleving was zijne eenige betrachting
anderen loon wensebte hij niet.
Sclioone figuur onzer kinderjaren, edel karak
ter, waarde Meester, hier toch, op den rand
uwer laatste rustplaats zal uwe ootmoed ons niet
meer be elten den Weldoener der kleinen te
huldi jen!
Zij het eene troosl voor uwe diepbedroefde
familie!
Rondom uw stoffelijk overblijfsel scharen zich
uwe vroegere verkleefde schoolkinderen om u
ee laatste vaarwel toe te roepen; maar niet
vóóraleer onze eerbiedige en roerendste gevoelen
tot eenen krans van edulw is te hebben saamge-
vlochten, niet vooraleer een innig eerbewijs
gebracht te hebben aan dea weerdigen man
wiens milde inborst met raad en daad eenieder
wist ie steunen, wiens omgang zoo minzaam,
zijn handel zoo dienstvaardig waren, wiens
gouden hert noch haat noch vrok kende, en die
steeds herdacht zal worden als geliefden huisva
der en toonbeeld van burgerdeugd.
Vaarwel, Meester De Bal!
Zalig zijn zij die vervolging geleden hebben
om de rechtveerdigheid!
Rust zacht nu, in de nabijheid van hel oude
schoolgebouw en gezegend blijve uwe dierbare
nagedachtenis in het dankbaar geheugen uwer
oudleerlingen als eene der treffendste herinne
ringen hunner jeugd, als een onvergankelijk
richtsnoer in hel leven!
s avonds
2,31
9,06
10,07
11,05
12,-
12,35
1,32
rijke uren te genieten.
In ons verslag over de vertooning van 17
reeds menig staaltje van middeleeuwsche I November laatst drukten we den wensch uit,
heersshzucht gegeven heeft is het laatste Mejuffer Van den
toch al te kras en wy kunnen het niet
nalaten hem toe tê roepen Tot in hoe
verre dan, Pius zult gij aan ons geduld j
misbruik maken?
We ontvingen vo'gende brief dia we volgaarne
opneman
Mijnheer de Hoofdopsteller,
Niet wetende hoe mijne 'Oldoening uit ta
drukken ovar de aangename avondstonden die de
maatschappij Rhetorika m!j zondag 01 dinsdag
heeft doen doorbrengen, zoo neem ik toevlucht
tot uw geëerd Weekblad om publiek de lof te
maken ven dien kring, die zich in gansch de
•treek zoo waardig weat te doen kennen en te
onderscheiden.
Wij buitenlieden, die niet veel de gelegenheid
hebben, zulke avonden bij te wonen, hunkeren
immer naar de aankondigingen der vertooningen
in het Willemsfonds, want we weten telkens ®p
voorhand dat wa er ons zoo goed zullen verma
ken en tevens ware kunstavonden zullen bijwo
nan.
Mijne maten en ik zouden nooit nalaten uwe
zoo gevierde vertooningen bij te wonen, en meer
en meer onzer dorpsgenooten komen er in mas
sa’s naartoe.
Da vertaoningen van Kerstdag hebben nog
maals alles overtroffen; ’l is ook geen wonder dat
telken dage de zaal meer dan stampvol was, en
dat ge zulken bijval bekwam. Wat prachtig
drama! wat tot in de ziel dringend spel! wat ver
zorgde tooneelschikklng!
Wat geestig blijspel! wat koddige toestanden
en gezegden!
Wat verschil he!, mst die andere maatschappij
uwer stad, waar alles belachelijk toegaat, waar
zulke schoone stukken, in brokken worden ge
trokken, en waar ze zulke onnoozel blijspelen,
waar snetneuzen portretkaders kussen, en voor
dewelke da menschen de schouders optrekken
voor het voetlicht brengen Wat verschil van
publiek 00k, he! Bij u worden de kaarten uitge
vochten, en daar voor niet te grabbelen gegooid!
In alle geval spant ge ver de kroon over
gansch de streek, en hier hoort men over niets
anders meer spreken.
Doet zoo voort, en wanneer de volgende ver
tooning?
Om te eindigen bedank ik al de medewerkers
van Rhetorika over hunne zoo goed gelukte
avonden, zwaai hun in naam mijner medebur
gers onzen best gemeenden lof toe, en zeg hun
lot weerziens, en zoo gauw mogelijk.
Een buitenmensch, liefhebber van kundig
tooneel.
Zelfmoord. Zondag werd te Luik
door een twintigjarig meisje een dramatische
zelfmoord gepleegd.
Dit meisje, Marie V..., geboortig van Vottem,
wandelde langsheen de Maas met haren verloof
de, een jongeling van Vottem, wanneer deze op
de Universiteilskaai een vriend ontmoette. Beide
jongelingen bleven een oogenblik praten terwijl
Marie V... stilaan voortwandelde.
Plots zagen de jongelingen het meisje naar de
Maas loopen, over de ijzeren leuning Kruipen en
in de revier springen Voorbijgangers snelden
toe en wierpen aan de drenkelinge een reddings
boei toe, doch zij kon die niet grijpen. Men zag
de ongelukkige in de diepte verdwijnen, meege
rukt door den stroom
De verloofpe is zinneloos van droefheid daar
niets dien zelfmoord wettigde, de twee geliefden
malkander ten beste verstaande.
Aanranding Maandag, rond 4 1/2
uur nanoen, ging M. A..., wonend te Laken,
langs den steenweg op Meysse en keerde met zijn
15 jarigen zoon van eene wandeling terug
Eensklaps sprongen twee kerels van achter
bosehagies en vielen M. Aaan. Zij bedreigden
hem met den dood en eischten zijn geld. M. A...
liet zich geen schrik aanjagen. Esn revolver uit
den zak balend, richtte hij ’t wapen op de twee
misdadigers. Hij loste twee schoten naar de twee
bandieten. Niet een dezer werd getroffen, maar
inziende dat zij vooreen kranig persoon stonden,
namen zij de vlucht. M. A... ging dadelijk eene
aanklacht neerleggen in het kommissarlaat vao
den Heysi-l. Twee agenten gingen op zoek en
troffen (wee kerels aan, bezig met de plundering
eener villa. Zij werden aangehouden en opgeslo
ten Dra zal men nu weten of de schelmen de
aanranders van M. A... zijn.
Aanslag. Maandag avond rond 6 uur
ging de 10 jarige Elisa V... huiswaarts achter
het kerkhof van Schaarbeek, wanneer zij werd
aangesproken door een jongen kerel, die, haar
een half frankstuk in de hand duwend, haar
meelokte op eene afgelegene plaats, waar hij een
schandigen aanslag op baar pleegde.
Zijn slachtoffer achterlatend, nam de vuige
kerel de vlucht, gevolgd van zijn schapershond.
Het arme kind begon ts weenen en te kermen
en haar kreunen werd gehoord dooreen voorbij
ganger die de kleine ter hulp kwam en met haar
naar het politiekantoor der Daillyplaats ging,
waar het geval werd verteld. Twee agenten,
gevolgd door hunne honden, zetten zich dadelijk
op zoek i den omtrek van de begraafplaats,
doch vonden den kerel niet meer.
Het slachtoffer kon eene tamelijke nauwkeuri
ge beschrijving geven van haar aanrander, een
30 jarige kerel met klein zwart kneveltje, en de
politie zond deze persoonbeschrijving in alle
richtingen rond.
Het meisje ligt ziek te bed.
Diefstal. De landbouwer Frans Van
Langenhove, oud 70 jaar, woont op ’t gehucht
Groote Bolweg te Aalst, en gaat door als
eenig fortuin bezittend.
Zondag avond, terwijl hij in >ie buurt met de
kaarten speelde, zijn dieven bij middel van
braak in zijne woning gekomen.
Al de meubelen werden opengebroken en
dooi zocht, doch de kwaaddoeners hadden slechts
een geringen buit, daar het geld van den ouder
ling op eene plaats werd verborgen welke zij
niet kenden.
Rond 9 uur thuis komend, bastadigde de oude
man den diefstal en verwittigde onmiddellijk de
politie.
Uit i et onderzoek is gebleken, dat de dieven
op de hoogte moesten zijn van de gewoonten des
landbouwers.
Jachtdrama. Dinsdag morgen, is
een wildslrooper dood geschoten gevonden op
halfweg het dorp van Sysseele en Donk, aan den
rand van een spartenbcsch, op 100 1 eters van
den grooten steenweg van Eekloo naar Brugge.
Ziehier hoe Ie feiten zich hebben voorgedaan,
volgens de verklaring van eenen kameraad
Maandag nacht waren Edmond Meulde,
Sysseele-dorp, en zijn kameraad uitgegaan
te pensjagen.
Rond 4 1/2 uur van den morgend waren zij
aan den sparrenbosch gekomen, op eene partij
land, in gebruik door den veldwachter van
Sysseele. Op da! oogenblik had Meulde zijne
lantaarn uitgedaan, en in zijnen zak gestoken. In
eenen zak droeg hij een konijntje dat zij ge
stroopt hadden.
Plotseling werden zij volk gewaar; het was
donker; zij konden niemand herkennen, of niets
onderscheiden.
Het kwam den kameraad voor, als gingen de
aankomende mannen schieten. Hij liet zich ten
gron Je vallen Op dal zelfde oogenblik weer
klonk een geweerschot. Meulde slaakte een
luiden noodkreet, en stortte bloedend ten gronde;
hij had de volle lading in de borst gekregen en
stierf kort daarna.
De man of de mannen die hot ~chot hadden
golos', verwijderden zich.
Ds ontsnapte kameraad kwam, toen het ge
vaar voorbij was, op de plaats van het drama
doch vond slechts het lijk van Meulde.
Hij begaf zich naar bet dorp van Sysseele,
klopte bij den veldwachter aan en verhaalde het
drama nagenoeg op de wijze, als hierboven is
medegedeeld.
Op 13 December laatst overleed alhier den
heer J. J. De Bal, oud-hoofdonderwijzer en se
cretaris der gemeente. Door een zijner oud
leerlingen de heer A. Verlende, thans ontvanger
der registratie te Harelbeke, werd de volgende
lijkrede uitgesproken.
Mijnheeren,
Eene treurige maar diepgevoelde plicht brengt
ons aan den voet van dit graf.
Over vier dagen verspreidde zich de droeve
mare van het onverwachte overlijden van Mijn
heer De Bal.
Aan zijne oudleerlingen komt hel toe eene
breede plaats in dezen treilenden lijkstoet te
nemen en hier, op den altijd aangrijpenden
akker onzer dooden den beminden ontslapene te
herdenken.
De ontroering en de deelneming eener gansche
bevolking getuigen beter dan ie treffendste lijk
rede wat wij in hem verliezen.
De heer De Bal wierd geboren te Sint Pieters-
cappeile den 9 Februari 1835.
Hij voltrok zijne studiën ter normale school
van Thourout en bekwam reeds den 29 Oogst
1851, op zestienjarigen ou erdom, het diploma
van onderwijzer.
AcbtervoLjens bekleedde hij dit ambt te Ley-
seele en te Maiiakerke en in 1856 wierd hij als
hoofdonderwiizer te Slijpe benoemd. Op een en
twinligjarigen leeftijd, als veten nog op de
banken hunne leergangen vultooiën, drukten
reeds op hem geestes en zielenlasl!
Met onvermoeibaren ijver en zeldzame opoffe
ring behartigde hij zijne taak en met schrander
heid en voorzichtigheid legde hij in de jeugdige
herten en geesten de kiem werklust, wilskracht,
eerlijkheid, braafheid en deugd.
De drukbezochte gemeenteschool niettegen
staande verafgelegene gehuchten des d< rps en
ondanks moeilijke wegen bare goed faam
de algemeene achting zijner oversten en ambt-
genooten, de waarde die men hechtte, in kon
gressen en onderwijsvergaderingen, aan zijne
opstellen en werken, getuigen zijn onophoudend
streven en het oefenen tol algemeen welzijn van
zijnen rijkbegaafden geest
Ouk iivbbeti veten onder ons hem hunne
ontwikkeling en den vooruitgang op de levens
baan te danken.
Pijnlijke tegenkomsten stonden hem echter te
wachten!
De voor Belgie zoo noodlottige schoolstrijd
brak los ik wil in die droevige gebeurtenissen
niet dringen noch die ram zalige tijden schetsen.
Hier, op ons alsdan verre dorp, woedde de
politieke drift met onzeggelijk geweld.
Onmensebelijk leed de heer De Bal in zijne
dierbare gevoelens, zelfs io zijnen huiskring en
in zijne belangen!
Hij bleef zijnen eed en het staatsbestuur ge
trouw en aanveerdde met kalme onderwerping,
maar moedig zijne zware beproevingen nooit
kon men zijne kristelijke overtuiging in twijfel
brengen en toch, jaren lang bleef zijne loopbaan
doorkruist met doornen, hinderpalen en onver
diende tegenkanting!
1 atuurlijk, antwoordde da aanvoerder der
Vlaamsche volkspartij. Da rijken waren hier te
verwaand geworden. Zij zijn voor hunne hoo-
vaardlghield nu gestratt. Zie ze nu loopen met
bunnen neus naar dan grond toe.
Dia lieden meenden dat hun alles loagelaten
was, sedert zij eene vreemde taal spieken, dia
’t volk niet begrijpt. Zij dachten dat zij met hun
Fraosch nu boven alles stonden, en dat zelfs geen
Duilsch uitvinder hun voor ’t gebruik ian zijne
aniline patent kon doen betalen. De straf is geko
men.
En ’t arme volk?
Jammer genoeg. Men heeft hel arme
Vlaamsche volk dom gelaten; men wil er niet
anders mêe te doen hebben, dan zijn werk te
aanvaarden en zoo weinig mogolijk te betalen.
Het volk moet hier onwetend blijven door den
wil van die verbasterde calicot-barons. Het volk?
Het zijn maar slaven, die alles doen wat van hen
verlangd wordt, die zelfs een vreemden uitvinder
zouden vermoorder, die in zijn recht is. Arm,
ongelukkig Groenendale!
De twee personen gingen zwijgend voort en
Jan Gossije, de aanvoerder der Vlaamsche volks
partij hield dien avond voor zijn klein getal
bezielde en overtuige partijgenooten eene gloei
ende redevoering in den zin van de woorden, die
hij gezegd had tot den werkman, welke hem naar
j zijn lokaal vergezelde.
1 Maar zou ’t helpen?
20 Dac. Blondeel Frans Joannes zoon van Eugeen
en Maria Neudt.
Pecceu Maria Fmilia Louise Sophia,
dochter van Cyriel en Louisa Deschieter.
Sedert 1 Januari 1911 122 geboorten.
STERFGEVALLEN.
20 Dec Verlende Sophia Rosalia, oud 74 j. 1
'«*1
i
'•i
7
i"
I
imiMiiMiiinM 11—É—u