f Vervolg en einde, zie n. 213.)
Wanneer het water en het mout wel dooreengewerkt zyn
lact men de mengeling gedurende 30 a 40 minuten in rust,
en men bemerkt alsdan dat zy dunner en klaerdcr wordt; dit
is het teeken dat de eerste wyziging (het zetmeel en de dextrine)
plaets grypt. De eerste weekte laet men in eene onder de
beslagkuip hostaende ruimte alloopenen men vervangt het
eerste water door eene andere hoeveelheid die nn tot op
00 a 94° C. gewarmd isen in mengeling met het reeds
doorweekte mout eene warmte-graed van 70 a 75 C. behoudt.
Het mout wordt nogmacls zorgvuldig met het warmwater door-
eengewerkten vervolgens de mengeling gedurende dry a vier
uren in rust gelaten. By deze tweede weeking wordt de wyzigmg
voortgezet; nu eerst in dextrine later in druivensuiker veranderd
by welke verandering men het ontstaen van eenen zeer zooten
smack by de wort of wisse waerneetnt.
Na dit tydverloop heeft de wisse den hoogsten graed van
zoetigheid aengenomenmen lact het vocht nogmacls ufloopen,
en vervangt het dan weder door verschdoch uu kokend
water. Dezelfde bewerkingen als by den aenvang worden weder
herhaelden nu laet eene beslagkuip niet anders meer over
dan magere uitgeputte pellen van het mouthetgeen onder
de noem van Draf gekend is.
Zulks zouden moeten de brouw- of beslagprocesseii zyn
zulks zyn sy ook algemeen in Engelandin Beijerenen in
Belgien nog wel in eenige afzonderlijke brouweryeu alwaer
men meer houdt nen goed bier te makendan oen een grooter
gewin. Du hierboven aengeduidc doeuwyze was verders voorheen
algemeen in Vlacnderen in het gebruik uiaer door de vereischten
der nieuwe acovnswelten gedwongen hebben menige brouwers
hieraeri zeer schudelyke wysigingen toegebragt. Daer het
accynsregt op den inhoud der beslagkuip geheven wordt
heeft men denzelven op alle mogelyke wyaén zoeken te
verminderen zonder nogtans min mout te verwerken of min
bier .te brouwen. Hieruit is gevolgd dut het mout welk
ccrtyds slechts don helft van den inhoud der beslagkuip
vervulde heden dezelve gelykboords, of zelfs topsgewys bekleedt.
Zoo dat er hyna geene plaets voor water meer overblyft. Dit
noemt men overstoiten. Wat gevolgen hieruit te verwachten
zynkun men ligt bevattendner de plaets om te roeren
ontbreekt, is het mout slecht gewaterd eu doorweekt; voor
hoe weinig hel water van het tweede beslag te warm is,
laedt de kuip nen; het mout gaet tot styfsélpnp over en loopt
niet meer af; de eerste en tweede weekte nemen al het dextrine
en de diastase weg, en daer men genoodzaekt is, wil nien
in 24 uren lu bewerken, U'lici onmogclyk dut men de suiker
wyzigiug in de beslagkuip zelve en niet eene genoegzame
hoeveelheid water laet geschieden. De afgeloopen vochten
worden, wel is vvaer, in de ondernnnite verguderdmaer daer
is de temperatuur reeds te leeg gedaeld om de suikervorming
gunstig en spoedi-g te doen vooi tgaenen terwyl er lange
uren tot deze vorming zouden benoodigd zyn, wordt de wisse
haestig op de ketels gebragt om de werking^ binnen den
bcpacldcn tyd af te maken.
Deze omstandigheden zyn beweeulyk zy" strekken om ecue
van ouds in Vlaenderen vermaerde nyverheid te kreuken, en
langs eenen anderen kant kan men niet miskeiiucudat de
schikkingen der wet een hinderpnel voor de [verbeteringen zyn
vermits in deze ny verheid de proeven door de gestrengheid
dezer schikkingen onmogclyk geniaekt worden.
dnaiilftli. hucvuolhuid bier maken, vnn tol tt ja Suft weekten»
er Tan
De heer van Impe, oud-pastor van Sl.-Marfens-
Leerne is de vcrledene weck te Nieuvverkerke
overleden. Deze gecslelyke, schier blind sinfs eenige
jaren, had eenen hoogen ouderdom bereikt.
net uier brouwenmaken van het wort of wisse.