ZONDAGSBLAD Het Volk itl&aï met de Burgerij. Zondag 25 April 1897. 10 cent. per nummer. 53e jaaf N. 19* voor de Stad en het Arrondissement. Politiek Overzicht. EEN ONKEL YAN AMERIKA. De toestand van de liberale partij. Wat beteekent Een bijtend Rekwisitorïum tegen de papen. Frankrijk. Een bisschop voor den Staatsraad. De minister van eeredienst heeft besloten den bisschop van Clermont- Ferrand voor den Staatsraad te dagen, wegens een mandement door den prelaat uitgegeven, waarin hij het vernet goedkeurt en aanmoedigt tegen de kloosterbelasting gezegd droit d'accroissemcnt. Een socialistische burgemeester afgesteld M. Alibert, socialistische burgemeester van Albi, is afgesteld wegens vervalsching van openbhre geschriften. Afzetting vdii den algemeenen secretaris der meierij van Roubaix. - Als gift van blijde intrede van den socialistiscben gemeente raad van Roübaix, werd zonder eenige Complimenten (zekerlijk hadden dé socia listen daar de kaloten van Dixmude afge keken) M. Gilbert Sayet, algemeen secre taris, afgezet na vijf jaren onberispelijke diensten. Deze beslissing werd met alge- ïneene stemmen genomenpersoonlijk zelf ging burgemeester Carette den belangheb bende waarschuwen van de tegen hem ge- nomene beslissing, zeggende dat hij het vertrouwen van den gemeenteraad niet meer bezat. M. Sayet verwachtte er zich aan den eenen of anderen dag afgezette worden; hij was een getrouw bediende, doch was schuldig aan de onvergeeflijke misdaad geen socialist te zijn.Hij wasinbediéningoüder de oude republikeinsche gemeenteraad en na tuurlijk daarom bij de socialistische partij verdacht, die een vriendje of broertje te plaatsen heeft. Het nieuws dezer brutale afzetting heeft te Roubaix den pijnelijksten indruk gemaakt. Men verwacht zich aan nog andere afzet tingen. DeKongó. Eeneniet verdachtegetui- genis. Paul Conreur, de goed gekende socialistische werkman, wiens persoon zoo berucht werd door het groot complot, heeft j gelijk men weet, zich in den Kongo neer gezet, waar zijne kleine nijverheid naar wensch vooruitgaat. Conreur heeft aan de Indépendance belgè reeds een aantal briefwisselingen gestuurd in welke hij de warmste hulde brengt aan de moedige pogingen van den Koning. 't Zij gelijk welke denkwijze men moge hebben, zegt gezel Conreur, men moet lof zeggen over de wilskracht van Leopold II en de overschoone uitslagen die hij reeds verkregen heeft. Ziedaar eene getuigenis die niet verdacht kan worden en die volstrekt de verhalen tegenspreekt van zekere engelsche avontu riers die er een rooftocht zouden willen inrichten op zijn Jameson's inden Transvaal. Oorlog tusschen Griekenland en Menoelwebk van den Diwmudemar, i Alhoewel Dieppe, bij den aanvang dezer* eeuw, reeds veel van zijne belangrijkheid had verloren, hadden zijne uitrustingen ter zee nog eene uitgestrektheid welke den be perkten handel van den dag van heden niet laat vermoeden. Den tijd der fabelachtige fortuinen was nog niet zoo verre vervlogen, dat men niet van tijd tot tijd, uit de veraf- gelegene landen, eenigen dier onverwachte miljoennairen zag terugkomen, waarvan er in den schouwburg misbruik is gemaakt geweest, en zonder al te veel lichtgeloo- vigheid mocht men de wezentlijkheid der oomen van Amerika aannemen. Inderdaad, destijds toonde men te Dieppe meer dan eener. koopman wiens schepen de havens opvulden, en die men zoo wat twintig jaren vroeger met de matroozenvest zag vertrek ken. Die voorbeelden strekten tot aanwak kering voor de kloekmoedigenen boezemden de arme Normandiers eeuwige hope in. In hunne oogen wierd het onwaarschijnlijke mogelijk en het mogelijke waarschijnlijk. De ongelukkigen vertroostten zich over de wezenlijkheid door op een mirakel te hopen. Dat mirakel stond voor te vallen bij een arm huisgezin van het kleine dorpvanOmon- ville, vier uren van Dieppe afgelegen. De weduwe Mauvaire was zware beproe vingen doorgekomen. Haar oudste zoon, de steunstok des liuisgezins, was bij eene Turkije. Sedert zondag is de oorlog tusschen Turkije en Griekenland feitelyk aan den gang. Eerst eer. woord over het strijdperk. De grenslijn tusschen Griekenland en Turkije, waar de eerste gevechten geleverd werden, ligt over dePindusbergketen, waar van de hoogste toppen 2500 meters boven den zeespiegel uitsteken. De paden die over de bergruggen leiden zijn haast niet bruik baar. Eene steile weg loopt van Arta naar Trikala en een andere, die van Larissa naar Janina leidt door de bres van Mezzovo, is nauwelijks ruim genoeg om aan krijgstroe pen een moeilijken overtocnt te verschaffen. De Grieken en de Turken hebben daar langs weerkanten op gerekend. Mogelijk zullen er twee veldtochten volgen. Een in Epiros en een andere in Thessalië. Aan een strijd in Epiros wordt echter weinig belang gehechtdaar is geen plaats om to vechten. Beide partijen hebben dan ook hun groot ste legermacht aan de Thessalische grens samengehoopt. Thessalië is immers een uit gelezen slagveld. Rondom de stad Larissa ligt het Grieksche leger geschaard in het ruime dal van den Salamvryas (oudtijds Pheneus). Larissa ligt in eene uitgestrekte vlakte-, die vroeger allervruchtbaarst was, doch thans verlaten en onbebouwd is en langs alle kanten door hooge bergen omgeven langs de noordwestelijke zijde komt ze door het enge dal van Tempa in de Golf van Sa- loniki uit, en langs het zuidwesten in die van Volo. Ten westen steektde Pindus optenzuiden hetOthrysgebergte; ten oosten de beroemde bergen Pelion en Ossa; ten noorden de nog De helleensche troepen liggen diep in de kom, rondom Larissa: De Turken bezetten de hellingen en de bergpassen van den Olympos, van Elasson tot Ekoterini, wach tend op een aanval. Waarschijnelijk zullen de eerste ernstige botsingen plaats grijpen in de vlakte, tus schen Elasson en Domassi. De Turken zullen zeker wel een aanval wagen langs het berg- juk van Gnnitza, tusschen het Grieksch stadjëZarkos en deTurksche plaats G-riziauo Griekenland zal het gemakkelijkst kun- neü aanvallen langs de kust, nabij NeZero, waar de eerste schermutselingen plaats hadden Hadden de Turkërt eeiie sterke vloot om het landleger te ondersteunen dan zouden ze snel genoeg kunnen voorwaarts trekken. Maar eene vloot Van beteekenis heeft juist Griekenland en niet Turkije. Geen twijfel of de Vloot is hier van groot fewicht. Reeds zijn de Grieken bezig rriet reveZe te bombardeerön. Wié weet of dé beurt niet weldra aah Saloniki komti.. en aan Konstantinopel 1 Veldslag ie Milouna. De eerste tijdingeü schipbreuk omgekomen vier kinderen ten laste der oude vrouw achterlatende. Dat ongeluk had het huwelijk van hare dochtei1 Clemence tegengehouden, ja misschien voor goed verbroken, en tevens had het de ont werpen verijdeld van harén zoon Martin, die zijne studiën had moeten verlaten, om te gaan deel nemen aan de werken van de hoeve. Maar te midden der neérslachtigheid vdii het arm huisgezin kwam eensklaps een straal van hope blinken Een brief uit Dieppe kondigde den terugkeer aan van eenen zwager der weduwe die twintig jareii geleden vertrokken was. Onkel Bruno kwam terug met eenige zeldzaamheden uit de nieuwe luereldgelijk hij zelve zeide, en met het voornemen van zich te Dieppe te vestigen. Sinds daags te voren was zijn brief het onderwerp van alle bekommeringen. Of schoon hij niets juist behelsde erkende den zoon Martin, die zoo wat bedreven was in de lezing, in zijn schrijftrant den stempel van eene al te groote opgeruimdheid, dan dat de man niet zou verrijkt wezen. Het is onbetwistelijk dat de zeeman terugkwam met eenige tonnen goud, waarvan hij niet zou weigeren aan zijne familie een deel te geven Zoodra de verbeelding eens op dien weg is, gaat zij vlug en verre. Elkeen voegde zijne veronderstelling bij die van Martin Julienne zelve, het petekind door de weduwe ingenomen, en die minder als meid dan als aangenomen kind de hoeve bewoonde, Julienne begon in zich zeiven te vragen wat den onkel van Amerika haar zou medebren gen. over den oorlog zijn gunstig voor de Tur- kou. la den nacht van zondag-maandag werd in den bergpas van Milouna oen waren veld slag geleverd waarin 200 Turken én 1000 Grieken zouden gesneuveld zijn ook een aantal kanonnen zijn in handen der Turken gevallen. De Ottomanen zijn meester van al de be langrijke hoogten. Weldra zullen zij Larissa bereiken, waar het grieksche leger is ver- eenigd. Wat den Turken vooral voordeelig is ge weest, is de overmeestering der bergengte van Melouna, alsook dat ze hooge verster- kingspunten, die de vlakte van Larissa be- heerschen, innamen: Hun doel is Tarnavo nog machtig te worden en dan hebben zij een grooten slag behaald om eindelijk naar Larissa te kun nen trekken. Talrijke telegrams melden dat Ehdem Pacha, aan het hoofd van 60,000 man, op rukt naar Larissa en Trikala. Men denkt dat de beide groote legers zich zullen ont moeten ten noordwesten van Larissa. Tevens meldt men dat de TurkenTurnavo hebben bezet. Zekerlijk bestaat er te Brussel een waar onrechtvaardig en willekeu'rig bestuur voor al wat libefaal heet of is, doch dit is nog tien maal erger wanneer men tot de dorpen en de kleine steden afdaalt, daar heerscht Aan «iBüóirtlijlr klerikaal schrikbewind dat alle ware vaderlanders met onrust en droef heid vervult. De toestand der liberale partij in België bestaat in geen enkel land met grondwette lijke vertegenwoordiging. Het gevolg daar van is een gemis aan staatkundig evenwicht, waarvan de gevaren aan niemand kunnen ontsnappen. Het valt niet te betwisten dat de debatten in de Kamer er veel in verhe venheid zouden bijwinnen, indien de leiders van het liberalism, wezenlijke staatsman nen er konden deel aan nemen. De lotsbe stemmingen van het vaderland loopen ge vaar, als bij Uitsluiting der liberale partij, de staatkunde der Regeering nog enkel be wogen wordt tusschen klerikalism en socia lism. 14 Een klerikaal dë heer De Cëulenaer, leëraar der Hoogeschool te Gent, gemeente raadslid, deelt ten Volle die zienswijze en zette zulks üiteen in èeri schrijven aan de Indépendance. Doch er \Verd naar hem niet I gëluisterd. De evenredige vertegénwöordi- I ging werd ons doör de Kaïriër geweigerd. De klerikale leiders zülleti vroëg of laat; maar Stellig, boeten roef dè bagaije foüten. Wat zeggen wij 1 Zij beginnen zuiks reeds të otidërvinden zij dië zich Vröegër bedieri» - -"-•"Ti riiiriMl." ï*:jr i Ik Sal hem ëëri lakert mantel en eed gouden kruis vragert; zeidé zij, na ëene nieuwe lezing van den brief Welke Martin met luider stemme kwam te doen; Ah zeidë de Weduwe al zuchtende, bad mijn arnien Didier nog geleëfd, nu zou hij een beschermer gevonden hebben We!, meter, zijne kindereii zijn toch nog in leven, deed het meisje opmerken, zonder mejuffer Clemence mede te rekcnëOj die gewis geen bruidschat zou weigeren. Wat zou ik daarmede doen 1 vroeg Clemence treuriglijk het hoofd Schuddende. Wat gij er medé zoudt doen i wel de ödders van den heer Mare te vreden stellen. Zij hebben wel hunnen zoon in te schepeii gehad, ten einde het huwelijk te beletten indien onkel Bruno het begeert, geloof mij, de bruidegom zal al spoedig terug zijn; Het blijft te weten of hij lust heeft om terug te komen, bracht het meisje met halve stem in Welnu, indien hij het niet is, gij zult welligteCn andere vinden, zeide Martin, die slecht liet huwelijk zijner zusier in het oog had, terwijl deze steeds den man indachtig wasmet eenen oom van Amerika vindt men altijd gelegenheid om een goed huwe lijk te sluiten. Wie weet of hij niet vergezeld is van eene geluksgenoot, eenen miljonnnir waarvan hij zijnen neef zou willen maken Oh ik hope wel van neenriep Clemence verschrikt uit. Er is zooveel haast niet gelegen in mijn huwelijk Iets wat haastiger is, dit is eene plaats te vinden voor uwen broeder, hervatte de weduwe op droevigen loon. Mijnheer de graal laat mij nog altijd den óm de onwetende bevolking op te ruien tegen de hervormingen "rllë Cte inrnraTe partij beoogde, ziën vandaag van die priesters die zij in de politiek gedreven hebben, in strijd miet hét heilig karakter hünnër zendiög, die zelfde mannén den rtig toèkeeren. En 't is waarlijk pleizierig den dag van heden de klerikale kopstukken, in het nauw gebracht door dë vijaridige houding van sommige pastoors, overal te hoorén zeggen: De pries ters zouden zich niét moeten bemoeien met de politiek De liberaler! zullen voorzeker die meënihg niet tegenspreken. De klerikalen en de socialisten mogen hun vereenigde krachten verdubbelen om het liberalism te verpletteren, zij zullen daarin nooit gelukken, want de zaak door onze partij vertegenwoordigd is die der waarheid, der rechtvaardigheid, der ver draagzaamheid en die zaak is onver gankelijk Men zou waarlijk zeggen, sedert eenige dagen, dat de klerikale gazetten het orde woord ontvangen hebben de liberale partij, alhoewel ze voor dood werd verklaard, op de heftigste wijze aan te randen. Staat er misschien iets op 't springen in 't ministerie Hector Planquaert, de leider der kristene democraten van Gent en omliggende, maakt den beschuldigingsakt op der oude papen, op eene wijze dat wij het niet beter zouden kunnen. Reeds menigmaal hebben wij gezien welko striemende zweepslagen hij toediende aan de kliek van Woeste en de lage kruipers van Gent. Men had aan de demokraten doen begrij pen dat, in stede van er steeds met vuile voeten door te gaan, zij zich wat beschaaf der moesten toonen, pootjes geven aan de Conservatieven en dat men dan misschien eens zien kon of er middel was, in familie een potje te pakken en arm aan arm over de baan te stappen. Daarop schiet M. Planquaert uit zijn lood ön de vlaamsche fierheid ontwaakt in hem. Hij toch wil niet van vernedering hooren, hij wil niet onder 't juk gaan staan van hen, die hem en zijn vrienden voor uitschot der maatschappij uitgescholden hebben. En hij roëpt uit Wij, kristene demokraten, wij zijn zoo diep niet gevallen en zoo laf niet, dat wij de voeten zouden likken van hen, die ons op de lafste, gemeenste en onrechtvaardigste de ontvangerijzijner hofsteden, zeide Martin. Math' hij besluit er zich niet toe, her- jiam de oude vrouw in afwachting ver loopt de tijd en wordt het brood öpgeëten De gröoto heeren weten dat niethun geest is steeds op het vermaak gevestigd, en als zij dénken aan het stuk bróód dat zij beloofd hebben, dan is men reeds van hon ger gestorven. Wij zullCn dan niets meer te yreezeti hebben met de vriendschap van onkel Bruno, zeide Martin. Het kau hier niet 6p eene dwaling daritobpen zijn brief zegtMor gen kom ik te Omonville aan, met alles wat ik bezit. Dit beduidt dat hij ons niet Wil vergelen, Hij moet thans op weg zijn, ónderbrak de weduwe. Hij kan elk oogenblik aan komen. Hebt gij alles in gereedheid gebracht, Clemence Het meisje stond op en toonde de spijzen die in overvloed gereed waren gemaakt. Nevens een schapenbout, die men uit den oven had getrokken, lag een overgroot stuk gerookt spek, en daarbij twee tellooren met heetekoeken en eenen pot melk room. Ver scheidene potten dubbelen cider maakten (ïen voorraad volledig welken bij de kinde ren blijdschap en eetlust gaande maakte. Julienne sprak daarenboven van eene pata1; tersoep en van nog eenige lekkere spijzen. De weduwe koos dan in hare lijnwaad kas' zeker tafelgoed dat geel geworden was van' ongebruikt te blijven liggen. De meid zette de minst geschonden tellooren ter tafel en legde op de eereplaats de aloude zilveren vork en lepel der familie. Wordt voortgezet. DE DIXMÏDEÏAAH Abonnement ten allen tijde voorop betaalban Alle de abonnenten genieten het recht jaar lijks een bericht van 10 drukregels, hunne neering of beroep betreffende, drij maal kosteloos in ons blad te lijven. Alle ajfichen bij den drukker van dit blad ge drukt, morden eens onvergeld in hetzelve ge plaatst. Men mordt aanzocht alle hoegenaamds artikels uitet lijk legen Vrijdag-avond vrachtvrij en onder teekend toe te zenden. •4 cKX>g§OÖP meer beroemde Oiympos, 200CTEièlëis lïüug. 1 tBM— M De bekendmakingen betalen centiemen per drukregel; rechterlijke eerherstellingen 1 frten nissen 30 c; 6-roote letters volgens plaatsruimte. Er morden wekelijks exemplaren van dit blad gratis gezonden in de voornaamste herbet gen onzer 'omstreken, ten einde aan de ahnoncen, welke tn ons blad geltjfd morden, nieeriere ruchtbaarheid U geven. Men schrijft in bij den drukker van dit klad ttlSóok in de Poiibureelen of bij de facteurs.

HISTORISCHE KRANTEN

De Dixmudenaar (1879-1931) | 1897 | | pagina 1