FR ATELLI Aliottl
WEEKBLAD 25 CENTIEMEN.
ZONDAG 15 OCTOBER 1933.
NIEUWS- EN NOTARIEEL AANKONDIGINGSBLAD VOOR POPERINGHE EN OMSTREKEN.
GEBROEDERS DUPONT
AANKONDIGINGEN
DE VERDEDIGING
ONZER GRENZEN
PINASOS EN DINASOS
DE KWESTIE VAN DE
OORLOGSSCHULDEN
OPNIEUW TE BERDE.
DOODELIJK ONGELUK
HEEREN BAKKERS
FRATEILI Aliottl
%u x r «r*".?i- m
GEMEENTERAADZITTING
13- JAAR. NUMMER 42.
AZET TAH POPERISGHE
ABONNEMENTEN
I Jaar, per post16 (r.
Congo25 fr.
Frankrijk25 fr.
Amerika30 fr.
Losse Nummers0.25 fr.
Men abonneert op alle belgische
postkantooren.
De postabonnentsn in Belgie, die van woonst
veranderen, moeten dit aangeven in 't post-
bureel dat hen bedient, en niet aan ons.
Bij elk schrijven naar inlichtingen wordt
men beleefd verzocht een postzegel voor ant
woord te voegen.
Uitgevers-Eigenaars
Yperstraat, 2, POPERINGHE.
Postcheck 48459 Telefoon 180
leder medewerker blijft verantwoordelijk
voor zijne bijdragen. Bijdragen in te
zenden tegen den Donderdag noen.
Kleine berichten tegen den Vrijdag noen.
Naamlooze ingezonden artikels worden in
de scheurmand gegooid.
Per regel1.00 fr.
(minimum 3.00 fr.
Rouwberichten minimum 5.00 fr.
Bijzonder Tarief voor Notarissen en Deur
waarders. Voor dikwijls te herhalen re-
klamen, prijzen volgens overeenkomst.
Alle aankondigingen zijn op voorhand te
betalen.
Ministerraad onder Voorzitterschap
van den Koning.
Woensdag morgen werd in het Pa
leis van den Koning, een Ministerraad
gehouden onder het voorzitterschap
van Z.M. den Koning. Deze Kroonraad
was uitsluitelijk gewijd aan het onder
zoek van het beangstigend vraagstuk
onzer nationale verdediging en de be
scherming van het land tegen e;n vij
andelijken inval.
ledereen zal het belang dezer kwes
tie inzien, nu er zooveel werd gespro
ken van ontwapening tegelijkertijd als
van de oorlogszuchtige handelingen
van het Hitler-Duitschland.
Het spreekt van zelf dat Belgie er in
de toekomst, evenmin als in het verle
den, kan op bedacht zijn een aanval
uit te lokken,ons landje is vredelievend.
Maar wij zijn in de huidige omstandig
heden nog verplicht onzen vrede te
beschermen en ons land te behoeden
tegen mogelijke aanranding vanwege
een land, dat in 1914 bewezen heeft
welk belang het hecht aan plechtig ge
sloten verdragen.
Weliswaar, wij hebben Genève, Lo
carno en het pakt der IV, wij hebben
zelfs de laatste verklaring van M. Bald
win, den Engelschen Staatsman, die
bevestigd heeft dat Engeland in de
toekomst de onafhankelijkheid van
Belgie zal verdedigen, zoowel als in
1914. Maar, dit neemt niet weg dat
wij zelf verplicht zijn in de eerste plaats
op ons zelf te steunen en dus alles
moeten in 't werk stellen om zelf onze
onafhankelijkheid te waarborgen.
Daarom dus had de regeering eene
reeks maatregelen overwogen tot ver
dediging van onzen vrede en van onze
veiligheid. Deze maatregelen werden
dus Woensdag morgen aan den Kroon
raad onderworpen.
Onze lezers zullen zien, in de me-
dedeeling van M. Devèze, over wat
het eigenlijk gaat.
De verschillende ter zake ingediende
voorstellen werden door den Raad
goedgekeurd en klaar gemaakt voor
hunne neerlegging in het Parlement.
Deze neerlegging zal geschieden bij de
opening van den gewonen zittijd.
De Ministerraad is eensgezind op de
hoogdringendheid van de behandeling
dezer ontwerpen, en verwacht dan ook
van het Parlement, dat het de regee
ring zal in staat stellen alle maatrege
len te treffen voor de veiligheid en de
rust van ons land, dat niets vuriger
verlangt dan in vrede te leven.
Mededeeling van Minister Devèze.
Door M. Devèze minister van Lands
verdediging werd aan de pers de vol
gende mededeeling verschaft
Niettegenstaande de bij mij aan
gewende dringende pogingen, zal ie
dereen begrijpen dat ik geen kommen-
taar mag uitbrengen inzake de eenpa
rige beslissing welke in den Minister
raad, voorgezeten door Zijne Majes
teit, werd getroffen.
Ik druk er op dat die beslissing
hoofdzakelijk ten doel heeft het alge
meen verdedigingsplan, dat van 1931
af werd opgemaakt en dat sedert ge
leidelijk wordt uitgevoerd, met de hui
dige omstandigheden aan te passen.
Wat de versterkingen betreft, zijn
de kredieten, welke zullen worden aan
gevraagd, bestemd om onverwijld de
de uitwerking van dit plan voort te
zetten, inzonderheid inzake de volgen
de punten
1Het in staat van verdediging bren
gen van de hoogvlakte van Herve,
door het opbouwen van de voorziene
werken en de verdediging van dezer
tusschenruimten
2. Het oprichten van defensieve
schuilplaatsen in de grensstreek, in de
provincies Limburg, Luik, Luxemburg.
3. Voltooiing der vestingwerken van
Luik en Namen en afwerking van het
fort van Eben-Emael.
Buitendien zal er, om de eventueele
verdediging der Scheldelinie voor te
bereiden, in de omstreken van Gent
eene stelling worden ingericht door
middel van het daartoe in 1931 goed-
gestemd krediet (ongeveer 10 millioen)
en van een tweede krediet van hetzelf
de bedrag, dat bij het programrna is
voorzien. Het totaal van de voor de
versterking bestemde sommen bereikt
aldus ongeveer 230 millioen. Het voor
het veldleger aangevraagde krediet be
draagt ongeveer 430 millioen. Het om
vat eensdeels de aanvulling van zijne
actiemiddelen en van zijne uitrusting,
anderdeels de van nieuwe
onontbeerlijke actiemiddelen en mate
rieel. Vooral aan de vliegdienst, de
verdediging tegen luchtvaartuigen, de
gasbescherming en de artillerie wordt
er bijzondere aandacht gewijd.
Ten einde de levendige verdediging
der grens en het bestaan van eene be
stendige dekking met geschoolde effec
tieven te verzekeren worden er ver
schillende maatregelen getroffen. Ze
omvatten inzonderheid de werving van
een bepaald getal vrijwilligers tot aan
vulling der dekkingseenheden, alsmede
de organisatie de wapening en het ma
terieel der Ardeensche Jagers.
Alzoo zal de samenstelling verze
kerd zijn van een gemotoriseerde
macht welke voldoende talrijk is, tot
hare taak is voorbereid en over alle
passende actiemiddelen beschikt. De
kosten dezer organisatie zullen onge
veer de 50 millioen bedragen. De gar
nizoenen welke deze macht zal bezet
ten, zullen volgens de gepaste gelegen
heden worden aangeduid.
Ten slotte is er een krediet van on
geveer 40 millioen bestemd om te vol
doen aan de behoeften welke voort
spruiten uit de goede werking des le
gers in vredestijd en uit het opslaan
van materieel en munitie. Ik houd er
aan te wijzen op de nauwe overeen
stemming welke zich tusschen de leden
der Regeering heeft laten blijken, zoo
als dit tijdens het voorbereidend werk
eveneens 't geval was tusschen al de
technici die,in 't kader hunner bevoegd
heid, het programma hebben opge
maakt.
Ik ben er van verzekerd dat het Par
lement blijk zal geven van dezelfde
patriotische beslistheid.
Pas had Van Severen zijn groep of
dietsche solidaristen tot stand gebracht
of de sectengeest, die Hollanders en
Vlamingen kenmerkt, spoorde anderen
ook aan zoo iets te organiseeren.
Dit begon in West-Vlaanderen, de
provincie van alle opstanden en revo-
lutionnaire gedachten, die aan Ierland
doet denken.
De tegenstrevers van den gewezen
volksvertegenwoordiger van Thielt
schreven eenvoudig Van Severen's di-
nasos af.
Tusschen beide groepen kwam hel
tot gevechten als hier te Poperinghe,
waar de gendarmen moesten tusschen-
komen.
De wederzijdsche meetings werden
gestoord. Het bleek echter dat Van
Severen aan de winnende hand was.
De jeugd, die graag soldaatje speelt
en uniformen draagt, volgde hem, lie
ver dan de fronters, die in West-Vlaan
deren afgedaan hebben.
Nu trachten Van Severen's tegen
strevers hem te nekken door een een
heidsfront, dat als chef heeft Staf De-
clercq.
Deze geleerde oud-schoolmeester
van een Zuid-Brabantsch dorpje is ook
een oud lid der Kamer. Door een ge
lukkigen kampgenoot werd hij sluw uit
den zadel gelicht. Declercq is een ge
wezen oud-strijder die voor Belgie op
getrokken is. Hij geraakte als anderen
in het frontwater, doch speelde er geen
rol van beteekenis. Nochtans was hij
toen reeds Bormsist en een leerling van
den bekenden kapelaan Verschaeve,
die zoo menigen niets kwaads vermoe
denden jongen in het leger, op onva-
derlandsche paden heeft geleid.
Na den oorlog stelde Declercq zich
candidaat als fronter te Brussel. Met
de hulp van katholieke schoolmeesters
van den buiten werd hij gekozen.
In de Kamer nam hij de rol waar
van mentor van het groepje fronters.
Hij onderscheidde zich, net als de
andere gewezen dorpsschoolmeesters,
door veel lawaai en rumoer. Veel ge
rucht om niets.
Uit de Kamer zijnde, heeft hij in
gezien dat het frontisme naar de vaan
tjes was. Dan heeft hij gerumineerd
hoe hij nog een rol kon spelen. Be
zwaarlijk kon hij geen ondergeschikte
van Van Severen worden daar hij met
de fronters van Aalst moest afrekenen,
die hem een weekblaadje bezorgen.
Van Severen heeft nochtans veel
aangedrongen om hem te lijipen zooals
de inan der valsche documenten van
Utrecht. De Dinasogroep zou aldus
méér en méér het uitzicht van een sa
lon des réfusés gekregen hebben.
Declercq marcheert echter niet met
Van Severen. Integendeel. Hij zal hem
de concurrentie aandoen en tegen hem
vechten naar flamingantengebruik en
zeden.
Voortaan is de groote man van Kes-
ter kapitein van het eenheidsfront. Dit
is de Vlaamsche nationale Unie.
Hij erkent dat er ruzie en verdeeld
heid in de rangen der Vlaamsche na
tionalisten heerscht.
Dit eenheidsfront zal als programma
hebben de Groot-Nederlandsche staat
en het christelijk solidarisme met een
hoofdman die geen dictator zal wezen,
maar die almachtig zal zijn.
Hij zal immers bekleed zijn met het
hoogste gezag en de hoogste verant
woordelijkheid, bijgestaan door een
hoogen raad die hij zelf zal benoemen,
zooals hij alle leiders elders benoemen
zal. Het parlement is naar de maan.
Er zullen ook een aantal centralen
worden opgericht zooals de Duitschers
hun Zentralen in den bezettingstijd
hadden.
Groot-Nederland en niet Dietschland
Er is een nuance.
Christelijk solidarisme en niet
Dietsch solidarisme, dat buiten de reli
gie staat.
Anders gelijken beiden aan broertje
en zusje.
Dit is een steen geworpen in den
kikkerspoel van Van Severen.
Wie zal het winnen, hij of Declercq
Misschien zien wij ten slotte een
fusie op bevel van den onzichtbaren
orkestmeester die de maat slaat.
Voor wie de pappenheimers kent,
zal eerst veel schempen en schimpen
gebeuren, maar we wedden dat zij in
elkanders armen vallen als het uur zal
slaan.
Van Severen noodigt reeds Declercq
uit zijn eenheidsfront te ontbinden
en hem te komen vervoegen. Aan wel
ke voorwaarden Dit zegt hij niet.
De West-Vlaamsche leider zegt nu
reeds dat hij de Vlaamsche nationale
groepen zal opslorpen.
Waar het verdinaso voorgaat zul
len zij allen volgen
Si cette histoire vous amuse
Nous la la la recommencerons.
N. G.
BELANGRIJKE 'BESPREKINGEN
TE WASHINGTON.
Eindelijk een Oplossing
Zooals de jongste berichten herhaal
de malen hebben aangekondigd, heeft
de Engelsche regeering het vraagstuk
tot regeling der oorlogsschulden met
de Vereenigde Staten opnieuw te berde
gebracht.
Vrijdag zijn te Washington onder
handelingen aangeknoopt met de Brit-
sche afgevaardigden, teneinde tot een
definitief akkoord te kunnen geraken.
Door de besprekingen te hebben her
nomen, beweert men in welingelichte
kringen, zou de Engelsche regeering,
eenigermate weten gebruik te maken
van de financieele en ekonomische om
wenteling, welke de toepassing van
president's herstelplannen heeft te
weeggebracht, om diensvolgens een
radikale oplossing van het schulden-
vraagstuk te bekomen.
M. Roosevelt inschikkelijk
In zekere Engelsche kringen vleit
men zich verder met de hoop dat M.
Roosevelt stoutmoedig en onafhanke
lijk genoeg is om een totale schrapping
der schulden toe te staan, doch de
vraag is nu te weten of de inzichten
van den president te dezer zake niet
zullen tegengewerkt worden, door de
belangen der almachtige financiers. In
internationale kringen wordt dan ook
met zekeren angst de vraag gesteld
Zal het Kongres M. Roosevelt op dit
terrein volgen Men is verre van ze
ker. Te meer, kunnen de zoogezegde
volmachten welke hem werden toege
staan, den president wel machtiging
verleenen, zoo zonder slag of stoot de
lei uit te vagen, waarop de cijfers der
schulden prijken, die de Europeesche
landen sinds het einde van den we
reldoorlog te vereffenen hebben
Geen totale Kwijtschelding verwacht.
Engeland heeft, zooals men weet,
sir Leith Ross, als afgevaardigde te de
zer zake gekozen. Sir Ross zou, naar
men in wederlandsche kringen beweert
een der voornaamste financieele raad
gevers zijn van de Engelsche regeering.
In werkelijkheid gelooft men in po
litieke en financieele middens over het
vasteland en in de Vereenigde Staten
TE POPERINGHE.
We meldden verleden week dat, langs de
baan naar Yper, het lijk werd gevonden van
Debruyne Gustave, metser te Vlamertinghe,
welke op Zondag I October, rond 7.20 uur
's avonds, door een auto moest zijn aange
reden geweest en dood ten gronde gestuikt,
terwijl de autovoerder zonder verder bekom
meringen doorreed.
Een krachtdadig ingezet en doorgedreven
onderzoek dat tot eere strekt van den heer
bevelhebber onzer stedelijke Rijkswacht,
leidde tot de aanhouding van den dader, ze
kere V. Val., 22 jaar, taxivoerder te Wyt-
schaete. De jongen, ondervraagd nopens het
inzetten eener nieuwe ruit in zijn auto, be
kende de dader van het ongeluk te zijn en
niet te hebben durven stoppen uit vrees.
Met parket stapte Dinsdag ter plaats af,
waar de aangehoudene alle gevraagde uitleg
gaf over de manier waarop het ongeluk is
gebeurd.
Hij verklaarde namelijk dat daar ter plaats
hij een moto heeft gekruist komende uit de
richting van Vlamertinghe naar Poperinghe.
Daar de moto links reed in plaats van rechts
en om deze te mijden heeft hijzelf links af
gestoken en aldus Debruyne met het vorenste
van zijn linkerslijkweerder gevat. De onge
lukkige werd opgeschept en met het hoofd
tegen de linkerdeur geslingerd, waarvan de
ruit brak, vanwaar de glasscherven die tot de
ontdekking moesten leiden. Debruyne plofte
alsdan achterover, waar hij gevonden werd.
Over het ongeval dat rond denzelfden tijd
gebeurde aan de Tramstatie en waarbij ze
kere Devroe een been werd gebroken, be
weerde hij niets af te weten en er geen de
minste schuld aan te hebben.
Hierboven geven we een photo genomen
ter plaats, terwijl de aangehoudene den ge-
vraagden uitleg geeft aan de heeren van het
parket.
VRAAGT UWEN LEVERANCIER SULTANA ROZIJNEN VAN
UW BROOD ZAL ER DOOR VERBETEREN 1
VERKRIJGBAAR IN ALLE KWALITEITEN.
LET VOORAL OP DEN NAAM
VERGIST U NIET
STAD POPERINGHE.
VERSLAG DER
van Zaterdag 7 October 1933..
niet aan de mogelijkheid van een to
tale schrapping der schulden, maar de
Engelsche afgevaardigde is niettemin
vertrokken met de zending een groo
te vermindering der oorlogsschulden
te bekomen.
Optimism te Londen.
In Londen is men eerder optimis
tisch gestemd en men verwacht een
minnelijke schikking van het vraagstuk.
Zelfs zou president Roosevelt zich meer
met het vraagstuk der oorlogsschulden
inlaten, dan men wel denkt, aangezien
deze kwestie in het ekonomisch leven
van verscheidene landen een groote rol
speelt. Wat de Engelsche deskundige
betreft, deze wordt gedurende zijn on
derhandelingen door sir Lindsay, En-
gelsch gezant te Washington, bijge
staan. M. Lindsay is trouwens een zeer
bevoegd persoon in financieele en eko
nomische aangelegenheden.
Amerikaansche Belangstelling.
Vermelden we tenslotte nog dat van
wege Amerikaansche zijde het niet al
leen hooge ambtenaars zijn, die zich
met de Britsche afgevaardigden in ver
binding hebben gesteld, maar zelfs se
natoren, ondermeer sir Pittman, in de
Vereenigde Staten een der sterkste aan
hangers van den terugkeer naar den
gouden standaard.
Inmiddels blijft men in de Londen-
sche financieele kringen de meening
toegedaan dat de herneming der be
sprekingen over het schuldenvraagstuk
een belangrijke stap kenmerkt op het
gebied der Amerikaansche politiek.
Schuldenschrapping en Stabilisatie
Hand in Hand.
Men vleit zich met de hoop dat, zoo
het schuldenvraagstuk wordt opgelost
zulks een toenadering zou beteekenen
tot de stabilisatie van den dollar, daar
het den Vereenigde Staten onmogelijk
is dit schuldenvraagstuk op te lossen
buiten de stabilisatie hunner munt.Eens
dat de dollar tot een vaste waarde is
gekomen, zou een der voornaamste
hinderpalen voor de stabilisatie van
het pond verdwenen zijn. Zonder twij
fel zal dan het vraagstuk van den gou
denstandaard bij deze besprekingen te
berde worden gebracht.
Het is dus te begrijpen dat heel de
wereld deze besprekingen met groote
belangstelling volgt.
Op het gestelde uur opent de h. Burge
meester Lahaye de vergadering. De Raad is
voltallig. Een tiental toehoorders bevinden
zich in de publieke omheining.
Men gaat aanstonds over tot de bespreking
van het dagorde.
Verslag der twee laatste zit-
1* PUNT.
tingea.
De h. Secretaris Couttenier geeft lezing
van het proces-verbaal der zitting van den
4 Augustus 1.1.
Dit geeft aanleiding tot eene opmerking
van Raadslid Sansen, waarbij zijn collega
Raadslid Denys, die eerst meende het ver
slag te stemmen, zich aansluit.
H. Sansen. De h. Brutsaert heeft wel
gezegd Heer Burgemeester, gij moet hieT
orde houden, het gaat te ver, gij zijt hier
toch het hoofd.
Schepen Gombert. M. Brutsaert heeft
dat niet gezegd.
H. Brutsaert. lk heb dat alzoo niet ge
zegd. Daarbij ik zou dat niet zeggen, want
ik heb aan den Heer Burgemeester geen or
ders te geven.
H. Sansen. Het ward hier wel gezegd.
De heer Secretaris, na het woord gevraagd
en bekomen te hebben, verklaart het vol
gende Ik schrijf hier enkel op hetgeen er
gezegd wordt daar de H. Brutsaert verklaard
het op die wijze niet gezegd te hebben aan
den heer Burgemeester nam ik die verklaring
op en mijn verslag is juist.
H. Brutsaert. Laat ons over dit klein
incident nu zwijgen en hand in hand werken
om de belangen onzer stad te behertigen.
Het is hier de plaats niet om politiek te
voeren.
Schepen Gombert. Sedert ik hier zetel
heb ik nog nooit geen ander politiek ge
voerd, dan deze ten voordeele der belangen
onzer stad. Hebben wij vroeger ooit woor
den gehad lk deed al wat ik kon voor
het welzijn van iedereen. Ge kunt wel be
grijpen dat Raadslid Sansen, van de eerste
zitting af, hier de wet niet mag dicteeren.
H. Sansen. Stel u tevreden dat ik niet
alles opschrijf wat ge zegt.
Schepen Gombert.- Ge moogt gerust al op
schrijven wat ik zeg, daar neem ik de volle
verantwoordelijkheid van, doch mijne woor
den verdraaien, zooals gij het altijd doet in
uw blad, moet eindigen. Daarbij uwe ont
houding en deze van Raadslid Denys, doen
mij niets, daar al wat ge doet, alleenlijk uit
portemonnaieliefde is.
H. Sansen. Alleman werkt voor zijn
portemonnaie.
Schepen Gombert. Gij zijt alleszins een
portemonnaieman, dit is overal en ook van
iedereen bekend.
Nadat de h. Schepen Gombert zijne ziens
wijze standhoudt en de h. Sansen bij zijne
opvatting blijft, gaat men over tot de stem
ming-
Het proces-verbaal der zitting van 4 Au
gustus wordt goedgekeurd, mits de onthou
ding van de Raadsleden Denys en Sansen.
Daarna leest de H. Secretaris het proces
verbaal der Gemeenteraadszitting van den 2 I
Augustus 1.1. Dit wordt zonder opmerkingen
goedgekeurd.
2* PUNT. Onderschrijving door de
stad of door haar toedoen van een aantal
titels op de leening door de Provintie aan
gegaan met de West-Vlaamsche Electrici-
teitsmaatschappij om de toelago der Pro
vincie van 26.344 fr. te kunnen bekomen,
beloofd voor de besteeniging van den land-
bouwweg nr 46, genaamd Duivinncdreef,
H. Burgemeester. ln de vorige zitting
kwam eene soortgelijke aanvraag op het
dagorde, ook betrekkelijk zekere toelagen.
Schepen Vandooren. Wij hebben reeds
in eene vorige raadszitting, onderschreven
voor titels, ten einde de Provinciale toelagen
te kunnen uitbetaald worden wegens den
aankoop van mobilair en verbeteringswerken
aan de gemeentescholen.
Nu komt de Provincie ons een zelfde
voorstel te doen, dit over hare tusschen-
komst in de besteenigingswerken der Dui-
vinnedreef, hetzij voor 26.344 fr. Waar
zal dat eindigen 7
lk voorzie dat zulks nogeens zal gebeu
ren voor wat de toelage betreft van de
Provincie in den jaarlijkschen onderhouds
kost der gemeentewegen. Dit jaar werden
deze meestal uitgevoerd op den Crombeke-
steenweg de algemeene kosten ervan bedra
gen rond de 65.000 fr., dewelke nog te
betalen zijn.
De plaatsing der gemeentegelden in die
inschrijving van aandeelen op de leening
door de Provincie aangegaan bij de West
Vlaamsche Electriciteitsmaatschappij, gelijkt
nog al goed aan wat men hedendaags noemt
Crédit-gelé, of vervrozen krediet Wij
hebben gelegenheden om ons geld nuttiger
te gebruiken, meen ik toch.
Zou de h. Lelebvr* ons niet kunnen zeg
gen hoe hoog deze leening beloopt, welke
door den Provincieraad goedgekeurd word
Dit cijfer wordt, in de aanvraag aan ons
gedaan, niet aangehaald. Of is het bedrag
misschien onbepaald Het ware nochtans
van groot belang dit te weten, alware het
maar om zich een gedacht te kunnen ma
ken of dusdanige voorstellen der Provincie
nog lang zullen in voege wezen
H. Lefebvre. Dat kan ik niet juist
zeggen, 't is al eenigen tijd geleden dat de
leening te Brugge gestemd wierd.
Schepen Vandooren. Zoudt gij ons da
redens niet kunnen opgeven waarom aan
de Provincie deze leening door het Gemeen
tekrediet geweigerd werd. Deze weigering
vinden wij vermeld in eenen omzendbrief
van den Heer Gouverneur.
H. Lefebvre. lk zou dat ook niet kun
nen zeggen, maar ik zou kunnen inlichtingeq
nemen bij het Provintiaal Bestuur tegen de
naaste zitting van den Raad.
Schepen Vandooren. Dat zouden wij
zelf kunnen doen zoo het nog noodig ia.
Het ware nuttig geweest hadden we dat
nu kunnen vernemen.
H. Brutsaert. De h. Lefebvre zal zich
aan zijne antwoorden niet verbranden. Men
zou weldra moeten besluiten dat bot Ge
meentekrediet gemakkelijker leent aan onn
stad, dan aan onze provincie.
Dit punt wordt algemeen goedgekeurd.
3" PUNT. Vaststelling der opcentiemen
voor het dienstjaar 1934.
H. Burgemeester. Het Schepencollege
stelt voor het getal opcentiemen van 1933
te behouden voor het jaar 1934, dus 60 op
de verscheidene Staatsbelastingen.
H. Brutsaert. lk heb vernomen door
den heer Gouverneur, dat de opcentiemen
der Provincie voorzeker zullen gebracht wor
den van 25 op 40.
Schepen Gombert. Altijd hoogere las
ten, komt men aldaar met niets toe
H. Brutsaert. Zou het niet mogelijk
zijn de opcentiemen wat te verlagen Wij
hebben nu ook de Wegenis taks die 132.000
frank opbrengt, alsook de tusschenkomst in
het Werkloozenfonds die verminderd is.
Schepen Gombert. Maar M. Brutsaert,
ge kunt wel begrijpen dat, indien wij met
minder dan 80 opcentiemen aan onze lengte
konden geraken, wij niet zouden aarrelen
om te verminderen, daar wij zelf de eerste
slachtoffers zijn dezer opcentiemen.
Schepen Vandooren. Daar de opbrengst
der Staatsbelastingen voor ons verminderen,
en wij nog vele achterstellen te betalen heb
ben wegens pensioenen van onderwijzers,
ouderdomspensioenen, pensioenen van ge-
brekkelijken, enz., kunnen wij onmogelijk
de opcentiemen verminderen. Het Provinti
aal Bestuur zou niet weinig verwonderd zijn.
zoo wij zulken maatregel namen. Men zou
ons, met reden, wijzen op onze schulden
waarvan ik daar kom te spreken en men zou
van ambtswege de voorgestelde opcentiemen
mogen vermeerderen.
Men spreekt ook over de wegenistaks die
132.000 frank zal opbrengen, alsook over de
vermindering der gemeentelijke tusschen
komst in den Werkloozensteun.
De wegenistaks werd ingevoerd om voor
eenige jaren een bijzonder inkomen aan de
Gemeentekas te verschaffen, hetwelk haar
onmisbaar geworden is, tengevolge allerhande
nieuwe verplichtingen haar door de Sociale
Wetgeving in de laatste jaren opgelegd.
Zoo wij uit onze achteratellige schulden
geraken, kan de afschaffing ervan mogelijks
alsdan ingezien worden.
Men doet ook uitschijnen dat de tuaachen-
komst der Gemeente, in den Werkloozen
steun, verminderd is en min zal bedragen.
Ik moet doen opmerken dat dezen steun,
dit jaar, nog zal beloopen tot I 45.000 frank,
waarbij er dient gevoegd te worden, eene
som van rond de 25.000 frank, ten minste,
voor den bijleg, wekelijks te betalen aan de
werkloozen die door de Stad aan het werk
gesteld werden zoo geraken wij aan eene
som Van 170.000 frank, die, met de stada-
toelagen aan de bouwers van goedkoope wo
ningen, ziekengilden en andere dergelijke
instellingen, meer dan 30 onzer 80 voorge
stelde opcentiemen zullen opslorpen.
lk moet ook nog zeggen dat onze
schulden van vorige jaren aan Werkloozen
en Crisisfonds, nog voor een groot deel niet
betaald konden worden, daar onze voorziene
inkomsten niet toereikend waren om ze in
1932 en 1933 volledig te betalen. Hetzelfde
dient ook gezegd voor achteratellige tusschen-
komaten in pensioenen van ouderlingen, ge-
brekkelijken en onderwijzers.
Men schijnt zich een valach gedacht ta
maken van den opbrengst der Staatsbelas
tingen. Vroeger kregen de gemeenten 1/10
der Staatsbelastingen op de grondbelastingen,
nu enkel 1/7 op het bebouwd kadastraal
inkomen en I /8 op het onbebouwd. Is in
enkele gevallen, door de kadaatraale herzie
ning, het bebouwd inkomen vergroot, daar
tegen is het deel dat aan de Gemeente toe
komt in feite verminderd.
Wat ons aandeel in de cedulaire belastin
gen betreft, dit ia natuurlijk ook verminderd,'
daar den crisistijd de winsten die kunnen aan-
geslegen worden.merkelijk deed verminderen.
H. Denys. Door verbetering der tijds
omstandigheden kunnen de bedrijfsbelastin
gen misschien meer opbrengen