Versailles verloochend
PU ROL
De Vaart Komen-Yper.
De groote
HANDEN
Eene belangrijke vergadering te Yper.
14* JAAR. NUMMER 11.
WEEKBLAD 25 CENTIEMEN
ZONDAG 18 MAART 1934.
NIEUWS- EN NOTARIEEL AANKONDIGINGSBLAD VOOR POPERINGHE EN OMSTREKEN.
GEBROEDERS DUPONT
BELGISCHE ARBEIDERS
GAZET TAN POPERINGHE
ABONNEMENTEN
I Jsar, per postI 6 fr.
Congo25 fr.
Frankrijk25 fr.
Amerika30 fr.
Losse Nummers .0.25 fr.
Men abonneert op alle belgische
postkantooren.
De postabonnenten in Belgie, die van woonst
veranderen, moeten dit aangeven in 't post-
bureel dat hen bedient, en niet aan ons.
Bij elk schrijven naar inlichtingen wordt
men beleefd verzocht een postzegel voor ant
woord te voegen.
Uitgevers-Eigenaars
Yperstraat, 2, POPERINGHE.
Postcheck 48459 Telefoon 180
Ieder medewerker blijft verantwoordelijk
voor zijne bijdragen. Bijdragen in te
zenden tegen den Donderdag noen.
Kleine berichten tegen den Vrijdag noen.
Naamlooxe ingezonden artikels worden in
de scheurmand gegooid.
AANKONDIGINGEN
Per regel1.00 fr.
(minimum 3.00 fr.
Rouwberichten minimum 5.00 fr.
Bijzonder Tarief voor Notarissen en Deur
waarders. Voor dikwijls te herhalen re-
klamen, prijzen volgens overeenkomst.
Alle aankondigingen zijn op voorhand te
betalen.
DE OPHEFMAKENDE REDE VAN DEN HEER DE BROQUEVILLE.
BELGIE WIL GEEN OORLOG OM... EEN OORLOG TE VERMIJDEN.
't Verdrag van Versailles van 1871
heeft acht en veertig jaar geleefd. Het
Verdrag van Versailles van 1919 mag
thans, na vijftien jaar van kwijnen en
lijden, als voor goed ter ziele gegaan
worden beschouwd.
De reden van dit verschil in levens
kracht is, dat het eerste tractaat aan
de verslagen partij werd opgelegd door
één enkelen overwinnaar, die vastbe
sloten was, zijn volle pond vleesch op
te eischen, wanneer het tweede aan
één enkelen overwonnene opgelegd
werd door een dozijn overwinnaars
welke het vijf minuten na de onder-
teekening van het verdrag al, onééns
waren over de manier waarop het ver
staan moest worden en nageleefd.
Zooals iedere macht, is deze van
Duitschland na zijn nederlaag vooral
gegroeid uit de verdeeldheid onder zijn
tegenstanders.
En nu is de toestand zoo geworden,
dat er maar één middel meer voor de
hand ligt om Duitschlands herbewape
ning tegen te houden
Het den oorlog verklaren
Moeten wij tot dit uiterste overgaan?
Ja of Neen
Zoo heeft Belgie's eerste minister
duidelijk de vraag yoor den Senaat
gestéld en even duidelijk hierop ge
antwoord
Neen
Zoolang er één middel bestaat,
sprak hij, om overeen te komen, is het
niet toegelaten een onmiddellijk en
zeker ongeluk uit te lokken, om er een
ander te voorkomen, dat slechts in de
verre toekomst dreigt en dat uiteraard
niet zoo zeker is als het eerste.
Ziedaar mijn meening die, voor
zoover ik weet, ook die van de Fran-
sche regeering is. Om Duitschland te
beletten zich opnieuw te bewapenen,
bestaat er geen ander middel dan een
onmiddellijke oorlog. Wat mij betreft,
ik weiger ons land den weg op te ja
gen van een dergelijk avontuur
Belgie weigert dus, een oorlog te be
ginnen om een anderen oorlog te be
letten.
Deze verklaring zou een veel ge
wichtiger beteekenis hebben, indien de
toestand aldus ware dat al de onder
teekenaars van het tractaat van Ver
sailles het erover ééns waren om artikel
3 1 3 uit dit tractaat toe te passen, dat
den Raad van den Volkenbond het
recht geeft om ten allen tijde een on
derzoek in te tsellen naar de bewape
ning van Duitschland. Zij zou dan be-
teekenen dat Belgie zich van zijn ge
allieerden in den oorlog desolidariseert.
Maar de heer de Broqueville meen
de, in den Senaat te mogen verzekeren
dat alvast Engeland en Italië niet van
zulk een onderzoek hooren willen, zoo
dat de kwestie thans zoo gesteld dient
te worden
Moet Belgie zich aansluiten bij de
mede-onderteekenaars van het tractaat
van Versailles, die Duitschland door
geweld van zijn herbewapening willen
doen afzien, of bij die welke zich niet
meer wenschen te verzetten tegen
Duitschlands aanspraak op gelijkbe
rechtiging inzake nationale verdedi
ging
Nog duidelijker Moet Belgie zich
scharen bij Frankrijk of bij Engeland
en Italië
Edoch, wanneer de heer de Broque
ville in zijn redevoering meende te mo
gen gelooven, dat Frankrijk zijn ziens
wijze deelt, mogen wij dan niet veron
derstellen, dat ook in de Fransche re-
geeringskringen een sterke strooming
ten gunste van Duitschlands gelijk
berechtiging ontstaan is
Sommigen wagen zich zelfs reeds
aan de hypothesis dat de heer de
Broqueville zich door de huidige hran-
sche regeerders heeft laten vooruitste
ken om hun eigen volk te winnen voor
deze politiek van berusting in het on
vermijdelijke.
...Opdat het gouvernement en de
pers waarop het rekenen kan, tot het
publiek in Frankrijk zouden kunnen
zeggen Als zelfs Belgie ons nu los
laat, hoe kunnen wij dan nog voort
gaan met ons verzet tegen Duitschlands
eischen Of... wilt gij dat wij alleen
aan Hitier den oorlog verklaren
Wij.kunnen niet vinden dat er voor
deze veronderstelling zoo weinig zou
te zeggen zijn.
In ieder geval is het zeer beteekenis-
vol, dat de verklaringen van den heer
de Broqueville geheel en al door den
heer Hymans, minister van Buitenland-
sche Zaken bevestigd zijn geworden.
Wel behoeft men er dus niet meer aan
te twijfelen zooals nog een oogen-
blik werd gedaan, of het kabinets-
hoofd heeft hier gesproken, na nauw
keurig wikken en wegen van elk woord
met al zijn collegas in het ministerie.
De reactie van het parlement en pu
blieke meening op deze verklaringen
is wel uiterst eigenaardig. Troebel,
mogen we er wel van zeggen.
Dat de ergernis groot is onder de
patriotische partijen laat zich begrij
pen. De verklaring van Belgie's eer
sten minister klinkt als de doodsklok
over het Verdrag van Versailles en zoo
weergalmt zij vandaag ook in heel de
Duitsche pers. Na reeds te hebben moe
ten afzien van alle schadeloosstelling,
om den lieven vrede'., wille, vraagt
men ons thans, afstand te doen van
alle ernstige waarborgen die we nog
konden hebben tegen een nieuwen
overval van Duitsche zijde.
En dan natuurlijk met het zekere
vooruitzicht, dat Hitier zich met de
gelijkberechtiging nog niet tevreden
stellen zal, en geen uur langer zal
wachten om stuk voor stuk alles terug
te eischen wat aan zijn overwonnen
land ontnomen werd.
Zoodat het dan zijn zal, alsof
Duitschland in 1918 den oorlog ge
wonnen, in plaats van verloren zou
hebben, en de Entente-mogendheden
tenslotte de verslagenen zullen zijn.
N. G.
ruw, rood of bescha
digd, worden weer vlug
gaaf en zacht met
Do«s4en 714frank.ln alle Apotheken
VOOR ONZE
IN FRANKRIJK.
Fransch-Belgische Overeenkomst.
De Belgische Gezant te Parijs, en
de Fransche overheden van Buitenland-
sche Zaken hebben Vrijdag te Parijs
eene overeenkomst onderteekend be
treffende de afbakening van de grens
gebieden in Belgie en in Frankrijk,bin
nen dewelke Belgische en Fransche
grensarbeiders mogen werken op de
voorwaarden, voorzien in het Fransch-
Belgisch akkoord van 4 Juli 1928.
Het grensgebied omvat van Fran
sche zijde de arrondissementen van
Rijssel, Avesnes, Duinkerke, Valencijn,
Vervins, Verdun en Briey.
Het grensgebied in Belgie omvat de
arrondissementen Veurne, leper, Kort-
rijk, Dixmude, Roeselare en het kan
ton Oost-Roozebeke. Voorts de kan
tons Nazaret, Deinze, Kruishoutem,
Ronse, Audenaerde in het Vlaamsche
gebied.
Bovendien de 'arrondissementen
Doornik, Bergen, Thuin, Charleroi,Ath
en de kantons van Roeulx en La Lou-
vière en de gemeente Oedeghem de
arrondissementen Dinant en Philippe-
ville, Neufchateau, Arlon en Virton.
De gunst van de grenskaart blijft
voorbehouden aan de Fransche arbei
ders, die binnen de Fransche grens
streek wonen en binnen de Belgische
grensstreek werken en omgekeerd,
aan de Belgische arbeiders die binnen
de Belgische grensstreek wonen en bin
nen de Fransche grensstreek werken.
De arbeiders die werken in een ge
meente buiten dit gebied gelegen mo
gen hun toelatingskaart behouden tot
na het verstrijken van haren geldig
heidstermijn.
Een tweede overeenkomst werd ge-
teekend, waarbij het toegelaten wordt
jaarlijks 1 50 stagiaires naar Frankrijk
of naar Belgie te doen komen ten ein
de er de gebruiken en de taal van het
land te leereu.
De vergadering werd voorgezeten
door den H. Advokaat Butaye, voor
zitter der Federatie der Geteisterden.
Namen ook plaats aan het bureel de
H. Senator Mullie, de H. Schepene
Lemahieu, de H. Hector Vermeulen,
voorzitter der Handels- en Nijverheids
kamer van Yper en de H. Geuten, be
stuurder -te Wervick.
Onder de aanwezigen de HH.
Lommez, bestendig afgevaardigde
Dujardin, burgemeester van Komen
Sobry, oud-burgemeester van Yper
de HH. burgemeesters of schepenen
der gemeenten Houthem, Hollebeke,
Poelcappelle, Zillebeke, Zuidschote,
Boesinghe, Voormezeele de H. Iweins
d'Eeckhoutte verscheidene dagblad
correspondenten en verscheidene leden
van het bestuur der Handelskamer.
De H. Butaye opent de zitting en,
voor een rechtstaande, drukt hij de
droefheid Uit, veroorzaakt door het
afsterven van Koning Albert de ge-
teisterden verliezen in Hem een ge
trouwe vriend, die dikwijls in hun
voordeel tusschenkwam. Wij hadden
nu in Hem onze hoop gesteld voor de
oplossing van het vraagstuk van het
herstel der vaart Yper-Komen. Wij
zullen thans ons vertrouwen stellen in
onzen nieuwen Vorst, die zal waardig
zijn van zijn grooten vader.
Hij laat weten dat de HH. Senator
Gillon, volksvertegenwoordiger Bu
taye, senator De Ponthieu, burgemees
ter Jan Vanderghote, burgemeester
Benoni Vermeulen van St. Jan, en Dr
Brutsaert, belet zijn aan de vergade
ring deel te nemen, maar zich eens
verklaren met de te nemen besluiten.
Hij verleent alsdan het woord aan
den H. Hector Vermeulen, die zich
verontschuldigt geen spreker te zijn
en den volgenden tekst afleest
Tijdens de vergadering van de Federatie
der Geteisterden van het Arrondissement
Yper, gehouden in Januari 11., werd besloten,
in samenwerking met de Handels- en Nijver
heidskamer van Yper, op heden een verga
dering te beleggen, waartoe de Heeren Man
datarissen bij Kamer en Senaat en de bur
gemeesters der belanghebbende Gemeenten
zouden uitgenoodigd worden, met als dag
orde 1
Middels te beramen om een spoedig her
stel der vaart Yper-Komen te bekomen.
Sedert de strijd voor bet herstel van de
zen waterweg werd aangevangen, hebben
wij bij middel der drukpers de zaak breed
voerig en onder al hare oogpunten uiteen
gezet. Ik twijfel er niet aan of gij hebt allen
gelezen wat de pers daarover heeft geschre
ven. Ook hebt gij zonder twijfel kennis ge
nomen van de argumenten bevat in de bro
chure, geteekend door den Heer Jan Van
derghote, burgemeester van Yper, den Heer
Arthur Butaye en door mij, alsook van de
erbijgevoegde redevoeringen die, op 29 Juli
11., ten Stadhuize van Yper, door den Heer
Claeys, bestuurder, en den Heer De Wulf,
hoofd-ingenieur van den Provincialen Dienst
van Bruggen en Wegen, werden uitgespro
ken.
Ik spreek dus niet voor een midden van
oningewijden en ik mag mij, in mijne uiteen
zetting, beperken de hier gestelde kwesties
in haar grootste lijnen te schetsen.
Wat is een rivier, een stroom De water
lossing eener streek. En wat geeft aan dien
waterweg zijne kenmerken De Natuur van
den grond. Daarom is het dat de klei, welke
hier den naam draagt van Ypersche klei
(onder het volk de blauwe Spie), aan de
rivier de Yzer haar karakter geeft.
Deze laag klei vangt aan in het Noorden
van Frankrijk en de omstreken van Doornijk
en neemt toe in dikte in een Noord-Weste
lijke richting. Enkele meters dik te Arques,
La Madeleine en bij Doornijk, is zij reeds
50 meters dik te Moescroen, 109 te Rousse-
lare, 100 te Duinkerke, 136 te Oostende,
177 te Blankenberghe.
Zij komt aan de oppervlakte in Engeland
en draagt er den naam van Londensche klei,
daar Londen er op gebouwd is.
Deze ondoordringbare klei maakt dat het
regenwater van geheel de Yzerstreek, weinig
of niet den grond indringt en schier onmid
dellijk langs den aflosser, de Yzer, naar de
Zee vloeit. Vandaar geheel die groote streek
van polders en broeklanden, zoo dikwijls
overstroomd en, daar het regenwater bijna
al wegvloeit, toch lijdende, zooals nu, aan
waterschaarschte zoodra een lange periode
van droogte intreedt.
Van daar de Yzer, een stroom geweldig
in regentijd, onbevaarbaar in droge seizoe
nen. Van daar een kanaal Yper-Yzer met
hetzelfde karakter.
Dit is de voorname reden waarom handel
en Nijverheid zich in het Yzerbekken zoo
moeilijk ontwikkelen, waarom Nieuwpoort
zoo weinig vooruitgaat Handel en Nijver
heid zijn planten die maar kunnen gedijen
daar waar een standvastige voordeelige toe
stand bestaat I
En die onzekere, die nadeelige toestand
kan hier verholpen worden. Reeds van in
de jaren zestien honderd hebben onze Yper
sche Voorouders dit doel nagestreefd door
een verbinding tusschen Yper en de Leie,
door water te putten in de Leie om de
Scheepvaart in het Yzerbekken te regelen.
Want is de Yzer grillig, de Leie integendeel
heeft een standvastige strooming en met
reden draagt ze den wereldberoemden naam
van Gouden Rivier Langs al haar oevers
schept zij Welstand, en sedert verleden eeuw
dienen haar wateren tot het spijzen der fa
brieken van Roubaix-Tourcoing, der vaart
Kortrijk-Bo8suyt, van het kanaal dat aan
geheel het Rousselaarsche den bloei heeft
gegeven.
En hetgeen eigenaardig is, 't is dat de
verbinding Yzer-Leie, langs Yper-Komen,
begonnen werd verscheidene jaren vóór het
graven der verbinding Rousselare-Leie en
van het kanaal van Bossuyt. Ware zij gelukt,
dan was het vraagstuk van den bloei van
Yper, Dixmude en Nieuwpoort sedert lang
reeds opgelost.
De plichtige aan deze mislukking is die
zelfde Ypersche klei, en ik herhaal hier wat
wij in onze broéhure schreven
Het is op deze laag, en dit namelijk op
een afstand van meer dan dertien kilometers,
dat de vaart van Yper naar Komen rust.
Zoolang zij in haar natuurlijken staat be
houden blijft en steeds den zelfden wakte-
graad heeft, vormt zij een der beste onder
lagen. Doch, eens blootgelegd en aan de
warmte der zon en aan al de guurheden van
het weder blootgesteld, verandert de wakte-
graad dezer kleilaag, die dan inkrimpt of
zwelt en alzoo een ongehoorde kracht ont
wikkelt. Het is deze zweikracht die oorzaak
was der instorting van de tunnels en van de
groote brug te Hollebeke, terwijl wat verder
de sluizen, in 1912 in de sleuf van Holle
beke gebouwd, doch rustende op de niet
omvoelde kleilaag, in even goeden staat be
waard zijn gebleven als de andere sluizen
der vaart.
Doch wij naderen de oplossing. Uit ieder
tegenslag hebben onze technici geleerd, de
wetenschap is in de laatste jaren met reu
zenschreden vooi uitgegaan, en wanneer wij
het herstel van het moeilijk gedeelte der
sleuf van Hollebeke, die hoogstens 700 m.
lang is, vergelijken met de werken van Eigen-
bilsen en van de Antwerpsche tunnels, dan
schijnt ons het werk van Hollebke een kin
derspel.
De Heer Bestuurder E. Claeys heeft overi
gens op 29 Juli verklaard Gezien de tech
nische middelen waarover men thans be
schikt en de ondervinding welke men heeft
opgedaan, moet men, volgens mij, niet vree
zen van ook dit pand in orde te brengen.
Alle Ingenieurs onzer diensten van Brug
gen en Wegen, die wij raadpleegden, zijn
bet eens met de meening van den H. Claeys,
en ik verklaar hier, zonder vrees van tegen
spraak, dat het vraagstuk van Hollebeke een
doorn is in den voet van ons zoo bekwaam
Ingenieurskorps, die allen verlangen ten
spoedigste te zien verdwijnen.
In 1853 zegde onze beroemde Volksver
tegenwoordiger en Burgemeester Alfons Van
denpeereboom, de belangen onzer streek in
de Kamers verdedigende ik denk dat, in
dien het gansche land bijdraagt in de kosten
van het Vaderland, de rechtvaardigheid
eischt dat er gezorgd worde, in de maat van
het mogelijke, dat de voordeelen der uitga
ven het land door bedeeld worden. t>
Nog nooit meer dan thans zouden die
woorden in het Parlement dienen herhaald
te worden en er met gerechtigheid klinken,
want de Oorlog heeft hier dat evenwicht ge
broken. Van al de instellingen, die den wel
stand van Yper en der streek uitmieken, werd
niets teruggegeven. Moet ik noemen de
Rijschool, de Regimentschool, bet bataljon
van bet 3" linie, de hoefsmedenschool, de
Weldadigheidsscbool, het Koninklijk Instituut
van Meessen. Aan den huidigen koers van
den frank maakt dit een verlies van 100.000
fr. daags, die hier nering zouden brengen en
aan geheel onze bevolking ten beste komen.
Het heroprichten alleen der gebouwen,
dat nochtans door de wet op de oorlogsscha
de gewaarborgd is, zou minstens 50 millioen
frank kosten.
Op 29 Juli 11. verklaarde de H. Hoofd
ingenieur De Wulf Wij schatten noch
tans dat het volledig herstel der vaart niet
meer dan 35 millioen zal kosten.
Met het kanaal Yper-Komen te herstellen,
zou de Staat dus slechts een gedeelte zijner
verbintenissen nakomen, maar een gedeelte
van het allergrootste belang, want het zou
Yper toelaten te werken, het zou de oplos
sing geven aan het vraagstuk der verbinding
Yzer-Leie, het zou het Yzervraagstuk oplos
sen, het zou de herleving van Dixmude,
Veurne en Nieuwpoort toelaten.
Het zal binnen veertien dagen een jaar
geleden zijn dat het eerste schip te Yper
langs de herstelde vaart Yper-Yzer aankwam.
De Scheepvaart ving aan met zes schepen
in Maart en 312 ton lading.
In April werden 460 ton aangebracht door
10 schepen in Mei 493 ton door negen
schepen in Juni 658 ton door 10 schepen,
en in Juli I 140 ton met 15 vaartuigen. In
Oogst en 'September bafekte men slechts
I en 3 schepen met 35 en 130 tonnenmaat.
Men stipte toen een waterdaling aan in de
Yzer die ging tot meer dan 0.90 m. beneden
haar gewone water hoogte, hetgeen de
Scheepvaart belette.
Intusschen hadden pompingen plaats om
het bovenpand van de vaart genoegzaam in
water te voorzien en de normale diepgang
der schepen te verzekeren, maar het zakken
van het peil van de Yzer legde de scheep
vaart volledig stil. Voetstappen aangewend
om de Yzer van water te voorzien waren
vruchteloos, en het was slechts in October,
wanneer de suikerfabriek van Veurne bij
gebrek aan water stil lag, dat de Yzer met
water der Schelde bevoorraad werd.
In October kwamen 8 schepen met 392
ton in November 18 schepen met 1457 ton
en in December kwam I schip toe van 40
ton, want vanaf 2 December tot 15 Januari
werd alle scheepvaart door de vorst stop
gezet.
In het jaar 1933, in een tijdstip van zes
maanden, zijn hier dus 100 schepen het ka>
naai binnengevaren, geladen met 6434 ton
goederen, waarvan 81 schepen met 5117
ton te Yper gelost.
En nu dit jaar, van 15 tot 31 Januari,
kwamen tien schepen met 898 ton, en in
Februari 28 achepen met 2191 ton, 't zij
dus een gemiddelde van een schip daags.
Deze opsomming is sprekend en men kan
zich daardoor overtuigen dat, bij regelma
tige waterhoogte, een scheepvaart beweging
zou ontstaan die met den dag steeds belang
rijker zou worden.
De opgedane ondervinding toont de drin
gende noodzakelijkheid van een regelmatige
waterspijzing, en dit kan alleen geschieden
met de wateren der Leie langs de vaart
Komen-Yper aldus aan Nieuwpoort een
regelmatige verbinding gevende met zijn hin
terland het Kortrijksche, het Walenland
en Noord-Frankrijk.
Van die herleving zijn die heeren van
Diksmuide getuige en indien zij niet blind
zijn, dan zien zij dagelijks de schepen Diks
muide voorbijtrekken, indien zij niet doof
zijn dan hooren zij de reden waarom die
scheepvaart dikwijls stop wordt gezet en
indien zij eenigzins van goede wil zijn dan
moeten zij eindelijk zien langs waar hunne
echte, hunne mogelijks belangen liggen.
Op de vergadering van Januari werd ik
belast bij de Heeren Burgemeesters van Diks
muide en Nieuwpoort stappen aan te wen
den, ten einde hen te overtuigen samen te
werken voor de eenige mogelijke oplossing
van het vraagstuk der verbinding Yzer-Leie,
't is te zeggen langs Yper-Komen.
Als gevolg daarop werd Maandag laatst
te Diksmuide een vergadering gehouden ten
voordeele der verbinding langs Rousselare.
Ik moet de inrichters daarvan bedanken,
want zij geven mij heden de gelegenheid den
weinigen ernst van hunne redeneering te
doen uitschijnen.
De ondergrond tusschen Diksmuide en
Rousselare is dezelfde als tusschen Yper en
Komen. De zoogezegde natuurlijke spijzing
is daar niet meer mogelijk als hier ware
het anders dan had de Yzer verleden Zomer
haar peil moeten kunnen behouden met de
waters komende van daar en dat is niet ge
schied.
En terwijl de Heeren Ingenieurs Deraedt
en Maertens voor een kanaal Rousselare-
Diksmuide zes sassen voorzien, maakt de H.
Daenens er een met vier sassen, aldus een
pand van een tiental kilometers ten volle
in de Ypersche klei, eene sleuf van Holle
beke van tien kilometers...
En terwijl de H. F. Maertens, kabinets
overste van den H. Minister van Openbare
Werken, in zijn verslag over de binnenvaar
ten in West-Vlaanderen een Sas gelijk stelt
met een kilometer vaart, vermenigvuldigt
de H. Daenens met vijf kilometers.
Er werd op de vergadering van Diksmuide
beweerd dat de Handelskamers van Doornijk
en Bergen zich aan de zijde scharen van
Diksmuide. Deze Handelskamers houden zich
geheel en al onzijdig...
Er werd daar ook voorgesteld een kanaal
te vragen voor schepen van 600 ton I Wij,
kleine Yperlingen, stellen ons tevreden met
een kanaal passende op den Yzer en de
Leie van 300 ton I...
En het is niet te verwonderen dat de H.
Frans Brusselmans, misschien wel met een
zeker humour, de opmerking deed dat het
ontwerp op een onvoldoende technische, fi-
nancieele en economische studie van het
vraagstuk berustte...
Terwijl de vaart Yper-Komen geen in de
lucht gegrepen droom is, dat hij bestaat en
slechts hoeft hersteld te worden.
De H. Daenens kloeg over het feit dat
Diksmuide sedert eeuwen kwijnt. Had hij
goed de geschiedenis gelezen, dan zou hij
bestatigd hebben dat Diksmuide en Nieuw
poort bloeiden wanneer Yper machtig was
en dat hun bloei verdween met den val van
Yper, en hij zou er de natuurlijke gevolg
trekking uit gemaakt hebben dat Wanneer
Yper opnieuw zal bloeien, Diksmuide en
Nieuwpoort ook herleven zullen.
En nu nog een laatste woord over de
jzerenwegbrug te Caeskerke en het sas van
Fintele. Deze voorloopige brug biedt slechts
een vrije hoogte boven het waterpeil van 3
meters, terwijl 4 meters van doen zijn. Dit
heeft voor gevolg dat ongeladen schepen er
niet onder kunnen varen en over Fintele
Sas langs de Loovaart en Veurne een om
weg moeten doen. Daar het Fintele Sas maar
29 meters lang is, kunnen schepen van meer
dan 100 ton hier niet varen, terwijl de Yzer
en de vaart Yper-Yzer voor schepen van 300
ton gemaakt zijn.
Er werd in het budget van 1934 een mil
lioen voorzien voor den herbouw der brug
van Caeskerke. Ik bid de Heeren Mandata
rissen bij de bevoegde Minister te willen aan
dringen opdat de werken zonder verderen
uitstel zouden uitgevoerd worden.
In 1914 lagen de steenen gereed voor
de verlenging van bet Sas van Fintele. In
deze kwestie bid ik onze Vertegenwoordigers
n Kamer en Senaat te willen tusschen komen.
Ik bedank de Heeren Mandatarissen en
Burgemeesters voor hunne talrijke opkomst.
Het vraagstuk dat behandeld werd is een
levenskwestie voor geheel het Zuiden van
Vlaanderen en ik druk de hoop uit dat onze
bevolking weldra den gelukkigen dag moge
beleven waarop, dank aan de krachtige tus-
schenkom8t van onze Mandatarissen, aan de
verbinding der Leie met de Yzer, langs Yper-
Komen, een aanvang zal gemaakt worden.
Er waren in de Middeleeuwen drie Zuster
steden die den bloei en de macht van Vlaan
deren maakten Gent, Brugge en Yper.
Verleden eeuw getrooste zich het Vader
land groote opofferingen om Gent en Brugge
te doen herleven, alléén Yper moet nog uit
zijn slaap ontwaken. Het kanaal Komen-Yper
met Yper te plaatsen aan de kruising der
waterwegen het verbindende met de zee en
met de nijverheidsteden, is bij machte die
ontwaking te bewerken.
Het vaderland mag aan die plicht niet
te kort blijven
De H. Geuten beziet het vraagstuk
onder het oogpunt der oorlogsschade.
Dat men zooveel vaarten grave als
men wil, wij moeten de voorkeur heb
ben. Hij toont op de kaart de moeilijk
heden van het maken van een kanaal
Roeselare-Diksmuide en zegt dat Roe
selare geenszins verlangt met Diksmui
de verbonden te worden. En daarvoor
zulke ontzaggelijke kosten doen Er
is maar eene logische en goedkoope
oplossing de vaart Yper-Komen. Hij
betreurt zoo weinig mandatarissen te
zien en voegt er bij Wij zullen dus
vooral op ons eigen zeiven moeten
rekenen. Hij stelt voor een verdedi-
gingscomiteit te stichten.
De H. Dujardin, burgemeester van
Komen, sluit zich aan bij de zienswijze
van M. Geuten. Komen heeft reeds
het voorbeeld gegeven met eene dag
orde te stemmen ten voordeele van de
vaart Komen-Yper.
De H. Lommez bevestigt dat Roe-
selaere aan de verbinding met Diks
muide niet houdt. Uit een gesprek met
den H. Senator Van Coillie. b!i;l'?
Roeselare vooral een centrum is van
verspreiding der waren die in zijn ha
ven aankomen. Dit zou hier ook het
geval zijn en de vaart Yper-Komen
zou ten beste komen aan al de ge
meenten van deze streek. Hij heeft
reeds de H. Vermeulen gedocumen
teerd en zal het nog doen. Hij vraagt
aan den H. Vermeulen een afschrift
van zijn rede om ze aan de provinciale
commissie der binnenvaarten te on
derwerpen.
De H. Vermeulen bedankt de H.
Lommez voor zijn steun en belooft hem
nauwkeurig in te lichten betreffende
den toestand der vaart Yper-Yzer.
De H. Vermeulen geeft alsdan le
zing van de volgende dagorde, die
door allen aangenomen wordt
De vergadering van 4 Maart 1934,
rijeengeroepen door het bestuur der
Federatie der Geteisterden en de Han
dels- en Nijverheidskamer van Yper,
en waaraan deel namen de H. Senator
Vlulie, de H. Bestendige Afgevaardig
de Lommez en de Heeren Burgemees
ters of Schepenen der steden en ge
meenten Yper, Komen, Houthem, Hol-
ebeke, Poelcappelle, Zillebeke, Zuyd-
schote, Boesinghe en Voormezeele.
Gezien de dringendheid aan hun
ne streek den herbloei te geven welke
voor de vrijheid van het vaderland,
door den oorlog verloren werd
Gezien het herstel der vaart Yper-
(omen, het middel is om handel, nij
verheid en landbouw toe te laten te
ontstaan en te ontwikkelen
Gezien de regelmatige bevaarbaar-
ïeid van den Yzer en van het Kanaal
Yper-Yzer, slechts kan bekomen wor
den door eene spijzing met water ge
put uit de Leie, langs het Kanaal Ko
men-Yper gezien dit reeds geschiedt
voor andere kanalen en namentlijk
voor Oighem-Roeselare en dat de be
tomen uitslagen onbetwistbaar zijn
Gezien de verbinding van het Yzer-
Dekken aan het Leiebekken langs Yper
naar Komen, het goedkoopste en het
reeds bestaande middel is om Nieuw
poort in betrekking te brengen met
zijn natuurlijk hinterland het Kort
rijksche, het Walenland en Noord-
rankrijk
Gezien dit herstel een middel zal
wezen om de werkloosheid te bekam
pen
Drukt den wensch uit, het herstel
der vaart Yper-Komen onmiddellijk
te zien aanvangen
en besluit deze dagorde over te ma
ten aan Zijne Majesteit Koning Leo
pold III, aan den Heer Eersten Minis
ter de Broqueville, aan den Heer Mi
nister van Financies Jaspar en aan den
Vlinister van Openbare Werken Sap.
De H. Schepene Coulier van Boe
singhe, toont de noodzakelijkheid aan
van in alle dorpen langs de vaart Yper-
Komen losplaatsen te voorzien. Hij
zet uiteen al de moeilijkheden welke
de gemeente Boesinghe onder dat oog
punt ontmoet heeft. Het is eene les
voor de andere gemeenten.
De H. Butaye, stelt voor op 8 April
aanstaande eene vergadering te hou
den van al de burgemeesters van het
arrondissement Yper, ten einde over
te gaan tot de stichting van een ver-
dedigingscomiteit.
De H. Butaye bedankt de aanwezi
gen en sluit de vergadering.
N. B. Naderhand werd deze ver
gadering vastgesteld op Zondag 15
April aanstaande, waarschijnlijk op
het Stadhuis te Yper.