NIEUWS- EN NOTARIEEL AANKONDIGINGSBLAD VOOR POPERINGHE EN OMSTREKEN GEBROEDERS DUPONT WAT ZAL 1938 ONS BRENGEN OPWARMEN VAN SPIJZEN LANDBOUWKRONIEK. HET OPHANGEN DER PRIJZEN IN WINKELS EN UITSTALRAMEN. IDEEEN EN DOCUMENTEN HET ZOMERT IN VLAANDEREN. DE REXISTEN TEGEN DEGRELLE DRINKT KING STOUT 18 JAAR. NUMMER 4. WEEKBLAD 25 CENTIEMEN. ZONDAG 23 JANUARI 1938. ABONNEMENTEN Jaar. per post16 fr. Congo 15 it. Frankrijk 25 fr. Amerika30 fr. Losse Nummers 0.25 fr. Men abonneert op alle belgische postkantooren. De postabonnenten in Belgie, die van woonst veranderen, moeten dit aangeven in 't post- bureel dat hen bedient, en niet aan ons. Bij elk schrijven naar inlichtingen wordt men beleefd verzocht een postzegel voor ant woord te voegen. Uitgevers-Eigenaars Yperstraat, 2, POPERINGHE. Postcheck 484.59 Telefoon 180 leder medewerker blijft verantwoordelijk voor zijne bijdragen. Bijdragen in te zenden tegen Donderdag middag. Kleine berichten tegen den Vrijdag middag. Naamlooze ingezonden artikels worden in de scheurmand gegooid. AANKONDIGINGEN Per regel 1.00 fr. (minimum 3.00 fr.) Rouwberichten minimum 5.00 fr. Bijzonder Tarief voor Notarissen en Deur waarders. Voor dikwijls te herhalen pe- klamen, prijzen volgens overeenkomst. Alle aankondigingen zijn op voorhand te betalen. Het is ongetwijfeld geen aangename taak, de rekening te moeten opmaken van de politieke gebeurtenissen, welke zich in het verloopen jaar hebben af gespeeld. Het is niet doenlijk hier een alge meen overzicht te geven. De gebeurtenissen waren zoo talrijk en zoo veelzijdig, dat wij verplicht zijn ons te beperken. Het belangrijkste feit van het ver loopen jaar en eveneens het treu rigste is, dat de Volkenbond be slist alle titels van algemeen rechtsge meenschap verloren heeft. Dat is in overwegende mate te wijten aan de opname van Sovjet-Rusland en aan de onduldbare houding van de regeering van Moscou te Genève. Dat de Vol kenbond een beperkt instituut gewor den is, waar de socialo-communisten van alle landen hunne onredelijke die ologien wenschen op te dringen, valt niet meer te betwisten. De burgeroorlog in Spanje blijft nog steeds een onmiddellijk en dreigend gevaar voor de rust in Europa, en zoo lang de strijd niet beslecht wordt, zal dit gevaar blijven bestaan. Ook in het Verre Oosten nemen de politieke verwikkelingen eene angst wekkende wending aan. De Japansche impulsie is van dien aard, dat er alle dagen ernstige conflikten kunnen ont staan tusschen Japan en andere groot- mogendhedèn, onder meer Engeland en de Vereenigde Staten van Amerika. De kwestie tusschen Italië en Etio- pie is evenmin geregeld en de diplo matieke verwarring neemt zelfs een zorgwekkenden omvang. De Duitsche diplomatie schijnt zich wat bedaarder aan te stellen, maar een zakelijke beoordeeling van de interna tionale toestanden verplicht ons de verwikkelingen welke zich over de Rijn afspelen met de meeste aandacht te volgen. Wij hebben geen voorliefde voor het sensationeele, maar wij zijn even wel verplicht erop te wijzen, dat het jaar 1937 buitengev/oon ernstig is ge weest voor Frankrijk. Dit land, dat vroeger talrijke bond genootschappen had afgesloten, heeft in dit laatste jaar meestal zijne goede betrekkingen zien wegsterven. Na Po len en Joegoslavië, heeft Belgie be sloten tot een politiek van zelfstandig heid terug te keeren. De gebeurtenis sen welke zich nu in Roemenie afspe len, en die wij reeds voorzien hadden na de reis van den Franschen minister van Buitenlandsche Zaken, M. Delbos, zijn van zulke beteekenis, dat zij ver de grenzen van het vermoedelijke heb ben overtroffen. Voegen wij erbij, dat Frankrijk het jaar 1937 sluit met een reeks politieke werkstakingen, die de gansche econo mie en meteen het buitenlandsch poli tiek gezag van dit land in 't gedrang kunnen brengen. Deze werkstakingen ondermijnen niet alleen elk regelmatig gezag, maar belemmeren den economischen pols slag in de bijzonderste levenscentra van dit land. Nog erger. Zij tasten techtstreeks de volksgezondheid aan, daar de werkstakingen in vollen win ter de bevoorradingen in gas, water en electriciteit bemoeilijken, daar de stra ten niet gereinigd worden, daar de vuilnissen niet worden weggenomen, daar de lijken niet regelmatig begra ven en, wat nog het wraakroependste is, daar deze ongelukkige werkstaking zich uren lang heeft uitgebreid tot de hospitalen en zulks onder het voor wendsel van solidariteit In Frankrijk heeft men die gezonde woorden van een Franschen economist vergeten Le peuple est un enfant terrible qu'il faut aimer en lui impo sant une tutelle (Jean Lefranc). Het volk is een boos kind dat men moet liefhebben, met het onder voog dij te stelien Die voogdij is het staatsgezag. Welke ook het staatsregime moge wezen, dat een land zich heeft verko zen, nooit mag een volk of een ge deelte van de bevolking het staatsge zag te boven komen. Zooniet gaat een land rechtstreeks naar de wanorde en naar de anarchie. Het ongelukkig geval van Frankrijk is van dien aard, dat het de oogen moet openen, zelfs van ons, want, slechte voorbeelden zijn aanstekelijk, bijzonderlijk wanneer zij uit het Zui den komen. Zoo leert ons de geschie denis. Wij hopen dan ook dat de Belgi sche bevolking zich meer dan ooit loy aal zal scharen rond het Koninklijk gezag, dat krachtdadig en onverkreuk- baar dient te worden gehandhaafd. G. v. B. Om verschillende redenen kan het noodig zijn dat spijzen opgewarmd worden. Hier zijn weinig bezwaren aan te voeren, mits het opwarmen verstan dig gebeurt, ten einde de voedings waarde niet te verminderen. Tegen dit laatste wordt nog al eens gezondigd. Het js bijv. verkeerd om spijzen lan ger dan noodig is, op het vuur te laten staan, daar chemische inwerkingen plaats vinden, die niet alleen de voe dingswaarde beinvloeden, maar ook grootere eischen stellen aan de verte ringsorganen. Van zelfsprekend is het regelmatig nuttigen van opgewarmde gerechten, voor menschen met een niet te sterke maag, verkeerd. Blijkt zulks echter onvermijdelijk, dan wordt de gewenschte hoeveelheid na het koken vlug afgekoeld en eerst weer op temperatuur gebracht even voor het eten. Spijzen die herhaalde lijk opgewarmd worden verliezen alle voedende bestanddeelen de vitami nen gaan verloren, het eiwitgehalte en minerale stoffen verminderen. Opgewarmd voedsel wint aan smaak indien men er een stukje boter of spe cerijen in kleine hoeveelheid bij doet, deze laatste in gehalte groerie kruiden liefst na het opwarmen. Groenten, aardappels en eventueel vleesch, legt men op een ingevet diep bord, dat op een pan met kokend wa ter wordt geplaatst men dekt het af zulks geldt voor één persoon. Voor meerdere dischgenooten gaat een en ander in een pan die men in 't waterbad (bain marine) warm houdt Vleesch mag nimmer meer doorkoken, doch onder het kookpunt blijven. Meelspijzen, als macaroni, rijst, e. d. worden eveneens in het water bad verwarmd of met een stukje boter in d^ kookpan. Hetzelfde kan gebeuren met aard appelpuree, waarvan men de gewensch te kleine koekjes bakt. Het is natuur lijk ook mogelijk andere gerechten in verschillende vorm op te dienen. NEO DE ALLERBESTE BALSEM TEGEN DEN HOEST. Te verkrijgen in de Apotheek LEURIDAN, Bertenplaats, 8, te Poperinge. De Zomertarwe. Deze tarwevarieteit is dezelfde als de wintervarieteit, maar ze groeit snel ler en heeft een geringere opbrengst ongeveer 25 minder. Toch wordt zomertarwe nogal gezaaid, vooral na late suikerbeetoogsten, om tijd te heb ben om den grond degelijk te berei den, men neemt ook zijn toevlucht tot de zomertarwe wanneer de wintertar we fel te lijden had van den vorst. Zomertarwe wordt best gezaaid na beeten of aardappelen, omdat deze den grond in goeden en zuiveren staat laten. Men zaaie liefst zoo vroeg mogelijk om het gewas tot volledige ontwikke ling te kunnen laten komen. De maand Maart is daartoe best geschikt en we zullen vooral zorgen dat de grond vol doende voorzien is van opneembaar plantenvoedsel. Daarom zullen we per Ha. een mengsel onderwerken van 300 kgr. ammoniaksulfaat, 250 kgr. chloor- potasch en 600 kgr. superfosfaat. Als variëteiten vernoemen we bij zonderlijk Chidam van Maart Tar we van Noé en Bordausche tarwe. Al vorens het zaad uit te zaaien, zal men het ontsmetten tegen brandziekten. Volgens Mr. Marchal is de ontsmet ting met koperkarbonaat aan te raden deze bestaat in het zorgvuldiger om zetten van het zaad met basisch koper karbonaat naar rato van 200 gram per 1 00 kgr. graan. Kleine hoeveelheden kan men pel len voor groote hoeveelheden be staan er in den handel rotatieve toe stellen ten dienste van de landbou- wers. Gustaaf Gillekens. De wet van 30 Juli 1923 en het Koninklijk Besluit van 18 October '23, leggen aan de kleinhandelaars de ver plichting op, de verkoopprijs op eene zichtbare en ondubbelzinnige wijze, op de in hunne winkels te koop gestelde waren te hechten, door middel van een etiket. Daar er thans betreffende de toe passing dezer opgelegde verplichtin gen een streng toezicht wordt uitge oefend, hebben wij het gepast geoor deeld, ten gerieve der kleinhandelaars hier den tekst dezer wetsbesluiten te herinneren KONINKLIJK BESLUIT genomen ter uitvoering van de wet dd. 30 Juli 1923, betreffende het ophangen der prijzen van de allernoodzakelijkste koopwaren ALBERT, Koning der Belgen, Aan allen, tegenwoordigen en en toekomenden, Heil. Gelet op de wet van 30 Juli 1923, betreffende het ophangen der prijzen van de allernoodzakelijkste koopwaren Overwegende dat de kooper in de gelegenheid dient gesteld, zichzelf te vergewissen van de zakelijke waarde der te koop aangeboden koopwaren, zoowel binnenshuis als aan de toon- vensters, zonder daarvoor van den handelaar afhankelijk te zijn Op de gemeenschappelijke voor dracht van onzen Minister van Justi tie en van onzen Minister van Nijver heid en Arbeid Wij hebben besloten, en Wij be sluiten Artikel 1Dit besluit is toepasse lijk op navermelde koopwaren Voeding meel, gewoon brood, brood, galetbrood, vierkant brood, lang brood, melk, boter, margarine, kaas, eieren, koffie, suikerij, suiker, zout, peper, vleesch, spek, reuzel, ver- sche of ingemaakte visch, azijn, spijs olie, rijst, thee, cacao, voedingsdeeg appelen, peren, kersen, pruimen, aal bessen, aardbeziën, sinaasappelen, vij gen, pisangs (versche of ingemaakte), aardappelen, tomaten, selderij, chico- rei, kooien, latuw, peën, prei, uien, erwten, boonen (versche of ingemaak te), tafelbier. Kleedingsstuikken en onderhoud Navermelde geweven kleedingsstoffen wollen, halfwollen of katoenen stoffen, linnen, tijken, calico kleedingsstuk- ken met bovenvermelde geweven stof fen gemaakt of te maken, regengoed, hoeden, petten, boorden, cravaten, sjerpen, foulards, bretellen, gordels, korsetten, kous- en sokhouders, kousen sokken (wollen of katoenen), schoei sels, schreiselreparaties, handschoenen, knoopen, paraplus, wol, naaigaren, naalden en spelden, klompen, klom penleertjes, bottinnevetters, schoens- smeer, zeep poederzeep, zwarte zeep sunlight zeep, stijfsel, blauwsel. Verlichting Petroleumlampen, de gloeikousjes, lampglazen, petroleum, bougies, lucifers, electrische lampen. Verwarming Kachels, keukenfor nuizen, komforen en andere verwar mingstoestellen, koolbakken, steen kool, brandhout. Allerlei Braadpannen, kopjes, ge wone tafelglazen, gewone faiencebor- den, lepels en vorken, gewone tafel messen. Artikel 2. Elke kleinhandelaar, die onder dit besluit vallende koop waren te koop aanbiedt, is ertoe ver plicht, de verkoopprijzen van elke koopwaar, op zichtbare en ondubbel zinnige wijze op te hangen. Deze bepaling is insgelijks toepas selijk op den handel gedreven door venters en door marktkramers. Artikel 3. Wat den kleinhandel betreft, geldt het ophangen der prij zen te gelijk 1). - Voor de in de toonvensters uitgestalde koopwaren 2). - Voor die, binnenshuis zelf, te koop aangeboden. In voorkomend geval, geldt daaren boven het ophangen der prijzen, voor de koopwaren die aan den ingang mochten uitgestald zijn. De prijzen dienen geschreven op etiketten, aan de koopwaren zelf, waarop ze betrekking hebben, gehecht. Een etiket volstaat, voor de op de zelfde plaats gegroepeerde koopwaren, die. èn van denzelfden aard, èn van dezelfde hoedanigheid èn van dezelf de maat of denzelfden vorm zijn. Artikel 4. Voor al de koopwa ren die ten huize van den klant wor den aangeboden of waarmee er wordt geleurd, dienen de prijzen, zichtbaar voor het publiek, opgehangen eenvou dig onder den vorm van een langs bui ten aan de voertuigen gehechte tabel. Ter markt geschiedt het ophangen, op de in artikel 3, lid 5 en 6 vermelde wijze. Artikel 5. Voor koopwaren, die gewoonlijk per gewicht of per maat kunnen verkocht worden, zooals broo- den, vlessch, oliën, weefsels, steenkool petroleum dienen de prijzen vooraf gegaan of gevolgd van de vermelding, op de etiketten of op de tabellen, van het gewicht of de maat waarop ze be trekking hebben. Artikel 6. Buiten de ambtenaren van de gerechtelijke politie, zijn de opzieners en de hulpopzieners der in- landsche levensmiddelen, er toe be voegd, de inbreuken op bovenvermel de artikelen vast te stellen. Artikel 7. Inbreuken op de be palingen der artikels 1 tot 5, worden gestraft met de bij artikel 3 der wet dd. 30 Juli 1923 voorziene straffen. Artikel 8. Dit besluit treedt in werking den vijftienden dag na dien der uitgifte ervan in Moniteur Beige. Artikel 9. Onze minister van Nij verheid en Arbeid, en Onze minister van Justitie zijn, elk wat hen betreft, belast met de uitvoering van dit besluit (Aanstaande week, geven wij de bijzondere bepalingen inzake het op hangen der prijzen van het vleesch en de melk). Deze rubriek is bestemd tot het opnemen der argumenten welke wij aan verschillende bevoegdheden vragen uit te leggen aan de lezers van de Gazet van Poperinghe ten titel van documentatie. Deze artikels verplichten geenszins de gedragslijn van het blad en wij weerhouden ons het recht deze desnoods in onze kolommen te kritikeeren. De Korrespondenten van Ideëen en Documenten worden vriendelijk verzocht hun bijdragen in te dienen bij den Heer Hilaire LAHAYE. DE STAND VAN DE LIBERALE VLAAMSCHE BEWEGING' door Arthur Vanderpoorten, Senator. Ziehier wat Le XX' Siècle het Brusselsch katholiek orgaan, over de gebeurtenissen in de rexistische partij in de laatste dagen, weet te vertellen Zijn er belangrijke gebeurtenissen op til in den schoot der Rexistische vertegenwoordiging Over eenige dagen ontvingen de par lementairen die niets zijn, minder dan niets zooals de heer Degrelle zegde in den tijd toen hij nog baas boven baas was een convocatie. Dit stuk, dat, als wij 't goed voor hebben, was onderteekend door den heer Pierre Daye, verzocht hen tegen woordig te zijn op een vergadering en men had zorg gedragen er bij te voe gen, dal die vergadering werd bij eengeroepen met instemming van se nator Paul de Mont En zoo gebeurde het dan dat, ver leden Dinsdag, ernstig en geheimzin nig, die Rexafgevaardigden tezamen kwamen. De ooren van meneer Chefderex, die zich nooit bedriegt, moeten nog al gefloten hebben. 't Is vooral het partijblad dat de woede van die heeren uitlokte. Er zijn dan toch nog lieden in de Rexpartij die meenen dat, ook in de hevigste polemiek, zelfrespect zekere grenzen van beleefdheid oplegt en die sommige procédés van bestrijding van tegenstrevers afkeuren. De uitleggingen van den heer De grelle waren al even behendig als ver ward. Maar of ze iemand van zijn vrienden overtuigt We zijn er vol strekt niet zeker van. Het eenige dat we weten is dat de geestdrift vijf graden onder nul was. Men discuteerde over mogelijke sancties, o.m. ontslag, evenwel moei lijk gemaakt door het ontslag van al de geslachtofferde suppleanten tijdens het avontuur van April 1937. Anderen waren van meening dat de Rexistische mandatarissen uit het Par lement zouden wegblijven. De heer Degrelle wierp op zijn me dewerkers de verantwoordelijkheid voor de flaters van het dagblad, maar verbond zich, de uitgave van het par tijblad dadelijk te controleeren. En men ging heel koel uiteen. Men ondervroeg Woensdag de sa menzweerders, maar er was bij geen enkel een woord los te krijgen. Ten hoogste werd gezegd dat er geen ontslag was gegeven. Waar is de tijd toen de heer De grelle zijn parlementairen met de kar wats deed springen, zooals de dieren temmer de leeuwen in een circus Ik weet niet, Geachte Toehoorders, of de titel dezer spreekbeurt Het zomert in Vlaanderen wel juist gekozen werd, en of de vlag de lading dekken zal. Wanneer men bedenkt dat in den Zomer de vruchten niet rijp zijn, maar slechts groeiend en rijpend onder den kus der zon en den beet van den wind dat de Zomer slechts is een beiof e, een broeitijd, soms zwoel, soms stor mig, soms gevaarlijk dan ,en pas dan al leen kan men zeggen en getuigen dat het zomert in Vlaanderen. Het inhalen van den oogst en het eten van de rijpe vrucht is niet voor vandaag. Alleen het beschermen van den oogst en het helpen gedijen van de vrucht zijn actueel. Dit is zeker, dat, voor ons, Vlamingen, de Winter voorbij is en ook de Lentestormen. Maar genoeg litteratuur. Deze vergadering is een congres en deze spreekbeurt is een mededeeling, geen rede voering. Wezen wij sober en zakelijk daar om dit artikel. Een der doelstellingen van het Willems fond is den Vlaming de mogelijkheid te be zorgen in en door zijn taal de hoogste trap pen van de beschaving en cultuur te berei ken. De verfransching van Vlaanderen begint niec in 1830, maar wel in 1214, na den slag bij Bouvines. Eeuwenlange, vreemde, hoofdzakelijke Fransche overheersching heeft laar diepe sporen gelaten in den geest en in het gemoed van ons volk. En in tegenstelling met wat men vaak verkondigt, heeft in 1830 het vervlaamschingsproces pas kunnen een aanvang nemen, weze het dan zeer schuchter en in zeer moeilijke voor waarden. Dat vervlaamschingsproces is on vermijdelijk lang en vaak pijnlijk. Wij schrij ven nu 193 7 en dit proces is lang niet ten einde. Wij weten hoe, vooal sedert den oor log, vele wetten op het gebied van het on derwijs, het bestuur, het gerecht en het leger het Vlaamsch rechtsherstel in de hand heb- ..en gewerkt. Wij gelooven in die taalwet- -vir.g, want wij zien er de duidelijke vruch- .en van. Die vruchten groeien traag en de oestand, zooals hij nu is, bevredigt ons lang nog niet. Aan den grijzen staatsman, die ons op eftigen toon vroeg wat wij dan ten slotte mg meer wilden, antwoordden wij, dat wij nderdaad nog lijden onder datgene wat men pleegt te noemen het minderwaardigheids complex Hoe meer wij tot bewustheid ko men, des te pijnlijker werkt dat gevoel van minderwaardigheid, vooral bij de cultuur- Vlamingen. Les intellectuels, voila le dan ger heeft men gezegd, maar zij zijn tevens de redders van de hoogere waarden van een volk. De gelijkheid in rechte bestaat gedeelte lijk, de gelijkheid in feite is lang nog niet bereikt. Wij willen die gelijkheid bespoedigen, want wij zijn angstig om datgene wat zou kunnen verwekt worden door het ongeduld der meest vooruitstrevenden onder ons. Men spotte niet om dat minderwaardigheidscom plex Geeft het dan geen gevoel van min derwaardigheid, wanneer men vaststelt dat meer dan een eeuw na de onafhankelijk heidsverklaring van Belgie, het gemeenschap pelijk vaderland van Vlamingen en Walen waar het vrije gebruik der talen door de irondwet beschermd wordt, geen enkel re geringsontwerp, zoo ik mij niet vergis, in onze taal opgesteld werd, dan wanneer de Blijde Intrede van Brabant, eeuwen geleden, zoo zegt graaf de Lichtervelde, toch reeds bevestigd had dat de patentbrieven en oor- onden, door den Raad van Brabant verzon den, zouden ontworpen worden (de Fransche ekst zegt con^ues) in de taal der streek waartoe zij bestemd waren Geeft het geen minderwaardigheidsgevoel te moeten vast stellen dat wanneer men ons, Vlamingen, van imperialisme gaat beschuldigen, van 1830 tot 193 7 in de Minister- of Kabinets raden van dit land steeds uitsluitend de ransche taal weerklonken heeft Geeft het dan geen minderwaardigheidsgevoel te moe ten vaststellen dat het Hooger Bestuur van Jil land overwegend franschtalig is dat het leger in zijn leiding en zijn officieren corps bijna uitsluitend franschtalig is dat vij geen Vlaamsche aristocratie bezitten iat de hoogere standen in onze steden en ie kasteelheeren op den buiten het Fransch ?.ls moedertaal blijven gebruiken dat de magistratuur, door de wet gedwongen, hou terig Nederlandsch spreekt, maar Fransch Jenkt en voelt dat onze diplomatieke en :onsulai*4e diensten hoofdzakelijk door v'laamschonkundigen bezet worden, zoodat de Vlaming die in het buitenland leeft of reist, geen behoorlijk tehuis in de Belgische consulaten en gezantschappen vindt dat handel en industrie in Vlaanderen nog groo- tendeels in het Fransch boekhouden en in het Fransch briefwisselen dat de hoofd stad van dit land in haar hoogere lagen uit sluitend Fransch is dat het Limburgsche kolenbekken den greep der Fransche finan- ie en meteen den knel van den Franschen geest gevoelt dat de Vlaamsche zee nog overwegend Fransch is in den Zomer en Vlaamsch slechts in den Winter, wanneer et stormt dat de 9/10 der gasthoven ;n restauratiezalen in Vlaanderen u Fran- 3 he spijskaarten en Fransche bediening bie den dat de uithangborden van winkels n herbergen en openbare gelegenheden in de Vlaamsche centra overwegend Fransch- alig zijn dat in Belgie één Vlaamsche opera bestaat en vier^ranschtalige, waarvan een gelegen en gevoed door de zoogezegde hoofdstad van Vlaanderen het Gent der Artevelden dat het grootste gedeelte on zer Hoogere Raden, Commissies, officieele, officieuse of parastatale inrichtingen in hun besprekingen uitsluitend het Fransch als voertaal gebruiken, waarbij dan de Vlaming, zelfs de cultuur-Vlaming liefst toeluistert, zich verontschuldigt, zwijgt en verbitterd en geklopt huiswaarts keert dat in de Com missie voor Monumenten en Landschappen, b.v., naar Kabinetsoverste Kuypers getuigt, de Vlaamsche kunstaangelegenheden in het Fransch besproken worden dat het Paleis voor Schoone Kunsten te Brussel 't Vlaamsch ehandelt ongeveer op denzelfden voet als >et Chineesch en, last not least, dat in le hoofdstad van dit vrije land de Vlaming oneindig veel moeite heeft om aan zijn kin deren een Vlaamsche opvoeding en een Vlaamsch onderwijs te bezorgen En dan :ou men niet mogen spreken van een min derwaardigheidscomplex, dan zou men niet mogen gewagen van een getergd gevoel en een steeds bloedende wonde in het diepste n ons nationale wezen, en van een kren king onzer nationale fierheid, die zoovelen ceds tot desperado's heeft gemaakt. Dan ju men zich verwonderen over het feit dat j niet meer te vinden zijn voor de oplos- .g in Vlaanderen Vlaamsch maar wel voor deze Vlaanderen Vlaamsch en dat wij ons niet meer tevreden stellen met amb tenaren, officieren, magistraten, professoren, Jle kuns matig Nederlandsch brabbelen,maar dat wij aan de hogere leidposten in Vlaan deren en te Brussel menschen willen, ge groeid uit ons volk en vergroeid met dat volk. Men spotte niet met ons desideratum en onzen eisch Vlaamschvoelenden aan de .eiding in Vlaanderen te hebben, want het is daar juist en daar vooral dat het op aan komt. Ik weet het wel, er zijn veel grieven die aan ons zelf te wijten zijn en die wij zelf moeten wegruimen, maar de wetgeving en het staatsapparaat moeten het voorbeeld ge ven. En hoezeer wij ook de vrijheid van het individu eerbiedigen, wij kunnen niet langer dulden dat om wille van enkele rasvreemden de opgang van een volk naar hoogere cultuur en beschaving zou gestremd worden. Wij willen en wij eischen niet alleen een Vlaamsche élite, maar een Vlaamsche aristo cratie in Vlaanderen. Wij willen opruimen met de openbare machtsbekleeding der F ranschtalige minderheden in Vlaanderen z:j staan onzen opgang letterlijk in den weg. Individueel heeft elk het recht die taal te gebruiken die 't hem belieft, maar met dezen verstande dat de leiding in Vlaanderen aan ras-Vlamingen toevertrouwd moet worden a niet aan lieden die onze taal steeds als oen idiome vaseux blijven behandelen en léén in Vlaanderen het verre verleden op hemelen, juist omdat het 't verleden is. Men esluite hier niet uit dat wij de Fransche taal of de Fransche cultuur vijandig gezind zijn. Wij zijn ontvankelijk voor elke cultuur, op voorwaarde dat zij a priori een gezond- Vlaamschen bodem vinde. Wij weten welk .vaardcvol instrument van beschaving en ex pansie de Fransche taal is en blijven zal, en v j z 'n niet zoo dom, zoo bekrompen en 3D dwaas om ons dat instrument te laten ontfutselen. Bij de bespreking der jongste begrooting van Openbaar Onderwijs in den Senaat, heb ik onzen goeden vriend, Minister julius Hoste God geve dat hij nog lang Minister blijve verzocht het noodige te doen om de kennis van het Fransch in onze officieele onderwijsgestichten degelijker te maken I omdat onze aardrijkskundige ligging dit vereischt, 2) omdat wij de on eerlijke mededinging van sommige vrije on derwijsinrichtingen willen te keer gaan.Maar wij willen eens en vooral dit verderfelijk postulaat uit den weg ruimen dat de Fran sche taal het cement van de Belgische een heid zou zijn en dat de Franschtalige min derheden in Vlaanderen de dragers en de bezorgers van dit cement zouden wezen. Dat is een monsterachtige ketterij en als Belgie s'echts kan voortbestaan in die voorwaarden, dan mogen ze voor mijn part dat Belgie zelf opruimen. ('t vervolgt) Provincie West-Vlaanderen. '_S I BERICHT AAN DE SCHRIJVERS VAN VAKBOEKEN. De Provincie West Vlaanderen schrijft in 1938 een SPECIALE Wed strijd uit voor het opstellen van twee Vlaamsche vakboeken het eerste over landbouwkunde het tweede over veeteelt. Deze vakboeken zijn bestemd om te dienen tot handleiding voor de leer lingen der lagere landbouwafdeelingen voor jongens. Om inlichtingen te verkrijgen over de gestelde voorwaarden en de uitge loofde Belangrijke Premien, gelieve men te schrijven naar het Provinciaal Bestuur Commissie voor landbouw voordrachten en voor veredeling der veldvruchten, te Brugge.

HISTORISCHE KRANTEN

De Gazet van Poperinghe (1921-1940) | 1938 | | pagina 1