ilet wil niet vlotten met Moscou.
Eerste Minister Chamberlain
bevestigt de aangegane Verbintenissen ten
opzichte van Polen.
NIEUWS EN NOTARIEEL AANKONDIGINGSBLAD VOOR POPERINGHE EN OMSTREKEN
DUPONT GEBROEDERS
Yperstraat, 2, POPERINGHE.
FINANCIEELE TOESTAND
IN HET LAND.
BELASTINGBETALERS
DE GVERDRACHTTAKS
I
DE KWESTIE VAN
DE VREEMDELINGEN
IN BELGIE.
IN DUITSCHLAND.
19 JAAR. NUMMER 29.
WEEKBLAD 25 CENTIEMEN.
ZONDAG 16 JULI 1939.
YAH POPERINGHE
ABONNEMENTEN
Jaar
I 6 fr.
25 fr.
per post
Congo
Frankrijk25 fr.
Amerika30 fr.
Losse Nummers 0.25 fr.
Men abonneert op alle belgische
postkantooren.
De postabonnenten in Belgie, die van woonst
veranderen, moeten dit aangeven in 't post-
bureel dat Ken bedient, en niet aan ons.
Bij elk schrijven naar inlichtingen wordt
men beleefd verzocht een postzegel voor ant
woord te voegen.
Uitgevers-Eigenaars
Postcheck 484.59 Telefoon 180
leder medewerker blijft verantwoordelijk voor
zijne bijdragen. Handschriften worden in
geen geval teruggegeven. Bijdragen in te
zenden tegen den Donderdag middag.
Kleine berichten tegen den Vrijdag middag.
Naamlooze artikels worden niet opgenomen.
AANKONDIGINGEN
Per regel 1.00 fr.
(minimum 3.00 fr.)
Rouwberichten minimum 5.00 fr.
Bijzonder Tarief voor Notarissen en Deur
waarders. Voor dikwijls te herhalen re-
klamen, prijzen volgens overeenkomst.
Alle aankondigingen zijn op voorband te
betalen.
DE BRITSCH-FRANSCH-RUSSISCHE ONDERHANDELINGEN.
opvordering uit particuliere spaarkas- taald worden,
sen beloopt die taks voortaan 30 cen
tiemen per 500 fr.
j Buitendien worden de particuliere
spaarkassen inzake zegelrechten gelijk
gesteld met de banken.
DE KLEINE LANDEN HEBBEN WEINIG BETROUWEN.
WAARBORGSTELSEL.
IN HET
Op I 5 Maart jl. verraste Hitier voor
de zooveelste maal de wereld door de
palen van de grenzen van Groot-
Duitschland nog een eind verder naar
het Oosten te verplaatsen. Het was
geen Anschluss maar de instelling
van het protectoraat op Bohemen en
Mora vie.
De indruk in de wereld was dezen
keer nog veel dieper, dan vroeger, om
dat de woorden van den Fuhrer, dat
Duitschland geen verdere territoriale
eischen in Europa meer had, nog in de
ooren klonken van alle staatslieden, en
Berlijn met Londen en Parijs accoor-
den bezat, die de inleiding schenen van
i en vriendschappelijke toenadering.
En de groote landen in Europa kwa
men in beweging op dit nieuwe vol
dongen feit moest dezen keer geant
woord worden met de samenstelling
van een front, dat in de toekomst ie-
deren nieuwen aanval zou verhinderen.
Het eenige wat werkelijk bereikt
werd, was een nauwer toehalen van de
banden tusschen Frankrijk en Enge
land, de overeenkomst met Polen en
dan het verdrag met Turkije. Het
verdere programma echter, de over
eenkomst met Soviet-Rusland, die een
krachtig antwoord van gansch Europa
van West tot Oost op den nieuwen
Duitschen greep naar uitbreiding moet
vormen, ging niet...
Nog geen maand na den Duitschen
intocht in het protectoraat rond 7
April, palmde de asgenoot van het
Rijk, Albanië in de actie werd afge
keurd, maar het verzet tegen agressie
bleef uit.
Vier maanden zijn er verloopen se
dert den Duitschen opmarsch in Praag
en nog steeds is er geen accoord be
reikt met Soviet-Rusland Is men dan
niet gerechtigd aan te nemen, dat die
oplossing, die zoo luide uitgeroepen
werd, als redding van den vrede, reeds
vooraleer er nog maar iets gebeurd is,
meer dan de helft van haar waarde
verloren heeft
Er werd reeds op gewezen, dat nog
een andere factor de waarde van de
overeenkomst met Moscou vermindert.
Frankrijk en Engeland weten bijvoor
beeld wat ze aan elkaar hebben. Ze
kennen eikaars kracht en ze zijn zelfs
verder gegaan hun strijdmachten zijn
ingelijfd in één stelsel, waarbij telkens
één man beschikt over een volledig
wapen en de acties van al de wapens
tezamen samengeordend zullen wor
den, vanaf het eerste uur van noodza
kelijkheid, door één chef.
Wat weet men echter over Rusland?
Het grootste aantal van de berichten,
die we èr over bekomen hebben, had
den enkel betrekking op de letterlijke
onthoofding van al de strijdmachten,
onder voorwendsels, die we hier niet
meer moeten herhalen, maar die er in
ieder geval op neer kwamen, iederen
schijn van niet ten volle accoord gaan
met den Rooden Vojd, met Stalin, uit
te wisschen. Herhaaldelijk bovendien
komen er nieuwsjes op de proppen,
waaruit het blijkt, dat Moscou aan het
wikken en wegen is, welke tijdelijke
overhelling, die naar de Westersche
•mogendheden, of die naar de autori
laire staten 't meest voordeel bren
gen kan.
Hoe kan men een waarborgstelsel
bouwen op zulke onvaste basis, erger
dan drijfzand, terwijl dan bovendien
in de landen, die het accoord toch be
reiken willen, velen in het diepste van
het hart het treurig vinden, dat ze be
roep moeten doen op een regiem.waar
van ze de invoeringen in eigen land
schuwen als de pest
En toch zou er voordeel bij behaald
zijn, kan men vinden, indien de over
eenkomst dadelijk ware gesloten ge
worden, zonder gesjacher met het
algemeene princiep, op te treden tegen
elke agressie.
Thans blijkt méér en méér, dat men
ie veel geloof heeft gehecht aan de
woorden van vrede, die Litwinoff,
sedertdien afgedankt, zoo dikwerf
te Geneve in den mond had. Rusland
zoekt in heel deze aangelegenheid niet
het minst mee den vrede te helpen ver
zekeren, maar wel profijt te trekken
uit het feit, dat Londen en Parijs ge
meend hebben, Moscou noodig te
hebben.
Vooreerst kwam de eisch van waar
borg der Baltische staten. Londen gaf
toe, maar oordeelde dan, dat de lan
den aan den anderen kant van
Duitschland evenzeer moesten gewaar
borgd worden, en sprak over waarbor
gen aan Nederland en Zwitserland.
Maar dan moest Moscou weer méér
hebben.
Zelfs de plotselings opnieuw oprij
zende bedreigingen rond Danzig kon
den Moscou niet tot een beetje grooter
haast brengen.
Is het dan verwonderlijk, dat de klei
ne staten, zoowel de Baltische als Ne
derland en Zwitserland er feestelijk
voor bedanken, betrokken te worden
in een combinatie, die in niets voor
deel schijnt te kunnen brengen en die
maar enkel nieuwe spanningen met
Duitschland en Italië kan veroorza
ken
Het verzet van die kleine staten
gaat er dan vooral om, dat zij niet
tegen wil en dank willen geholpen wor
den dat zij geen troepen in hun land
willen zien verschijnen, om hen zooge
zegd tegen een aanval te beschermen,
als ze die niet zelf geroepen hebben.
Nederland heeft het nogmaals offi
cieel aan Frankrijk en Engeland laten
weten en de Zwitsersche bladen be
amen den Nederlandschen stap en
schrijven over de waarborgen zij zijn
buiten ons om besloten zij raken ons
niet
Ons land heeft zich trouwens in heel
deze aangelegenheid niet te mengen.
Nu blijkt maar eerst met welk door
zicht Koning Leopold in 1936 han
delde, toen hij de nieuwe politiek van
Belgie vastlegde.
Men gaat voort met onderhandelen
met Moscou. Nochtans moeten Parijs
en Londen wel degelijk ondervonden
hebben, dat het veel méér op hun vast
beraden houding aankomt, op het dui
delijk laten blijken van hun wil ge
noeg te hebben van verrassingen, dan
op het afsluiten van onzekere overeen
komsten, waarbij ze die houding langs
den een of langs den anderen kant
moeten laten verzwakken.
Er is een oogenblik van ontspanning
ingetreden, maar ze hebben gelijk, En
geland en Frankrijk, wanneer ze ook
geen minuut hun paraatheid en de ver
dere uitbreiding van de middelen tot
verweer stop zetten. Enkel op die wij
ze is het mogelijk voorloopig in Euro
pa de zoo wankelende vrede te behou
den. Ze moeten daarbij voornamelijk
echter alleen op de eigen kracht en de
eigen vastberadenheid rekenen.
W.
VOOR ONZE
VERHOOGING VAN
Zooals bekend zijn de koninklijke
besluiten betreffende de nieuwe belas
tingmaatregelen in het Staatsblad ver
schenen.
Deze nieuwe maatregelen werden
van kracht met ingang van 10 Juli, en
zijn dus thans reeds in voege.
De registratie- en zegelrechten.
Het eerste betreft de registratie-,
hypotheek-, erfenis en zegelrechten.
Het minimum van de evenredige re
gistratierechten wordt gebracht van 3
op 20 fr., dat van de evenredige hy
potheekrechten wordt gebracht op 10
j fr. De vaste registratierechten worden
verhoogd van 3, 15, 30 en 45 fr. op
onderscheidenlijk 5, 20, 50 en 75 fr.
De schenkingen onder levenden, die
aanleiding gaven tot ontduikingen van
erfenisrechten, worden voortaan belast
met dezelfde progressieve rechten als
de nalatenschappen.
De jaartaks op de vereenigingen zon
der winstbejag wordt gebracht van
0.11 op 0.15 f
Het vaste recht op de opvorderin
gen van geld belegd in banken wordt
op 40 centiemen gebracht voor de
De overdracht van handelszaken.
Bij een tweede besluit worden ac-
ten van overdracht van handelszaken,
voor dewelke tot dusver geen verplich
ting inzake registratie gold, voortaan
onderworpen aan de wetten op de re
gistratie.
Het registratierecht van 1.50 t.h. en
het overschrijvingsrecht van I of 2
t.h. worden echter met twee derden
ingekrompen voor de acten van sa
menstelling van burgerlijke maatschap
pijen of handelsvennootschappen, en
waarvan de voornaamste inrichting zich
in Belgie of in de Kolonie bevindt.
I Bevordering van den woningbouw.
i Het registratierecht van 9 t. h. en
I het overschrijvingsrecht van 2 t.h. die
I geheven worden op de acten van ver-
I krijging van gronden bestemd tot het
bouwen of van gebouwen bestemd om
gansch te worden afgebroken worden
tot beloop van de helft teruggegeven
op voorwaarde dat de acte verleden
wordt na het inwerkingtreden van on
derhavig besluit en vóór 1 Juli 1940,
en dat het nieuw gebouw voltooid is
binnen den termijn van twee jaren.
De eerste overdracht ten bezwaren-
den titel van een gebouwd onroerend
goed, die vastgesteld wordt door een
vóór I Januari 1950 verleden acte,
geniet een korting met de helft van
het registratierecht van 9 t.h. en van
het overschrijvingsrecht van 2 t.h. op
voorwaarde dat het gebouw opgericht
werd en voltooid tusschen 10 Juli 1939
en I Juli 1941 of voltooid binnen de
twee jaar na den aankoop van den
grond.
Taksen met het zegelrecht gelijkgesteld
De Overdrachttaks, de factuurtaks,
de weeldetaks en de taks, op de roe
rende verhuringen en op het vervoer
worden verhoogd met een tiende, zoo
dat in het bedrag van die taksen de
halve deciem wordt opgenomen, die er
op 19 Januari 1939 aan toegevoegd
werd voor het dekken van de kosten
van de voormobilisatie.
Gelijkloopend met de verhooging
van 0.25 t.h. welke het gewoon bedrag
der overdrachttaks ondergaat, wordt
een zelfde verhooging, te weten 0.25
t.h. toegepast op het verlaagd bedrag
(0.50 t.h.) toepasselijk op de verkoo-
pen in het groot welke door de samen
werkende vennootschappen voor den
groothandel aan haar leden, de klein
handelaars, gedaan worden.
De forfaitaire taks geheven bij de
slachting van vee wordt eveneens ver
hoogd.
Sommige transacties, die het be
drijf in de zeehavens aanbelangen, ge
nieten een gunsttarief inzake factuur
taks 1.10 in plaats van 2.75
Voor granen en oliezaden, waarvan de
bedoelde transactie tot dusver heele-
maal vrijgesteld waren van die fac
tuurtaks, geldt voortaan een taks van
0.55
Ziehier de veranderingen
Het bedrag van 2.50 t.h. .wordt ge
bracht op 2.75 t.h.
5 t.h. op 5.50 t.h.
2.50 p. d. op 2.75 p. d.
1 p. d. op 110 p. d.
7 t.h. op 7.50 t.h.
9 t.h. op 10 t.h.
0.60.t.h. op 0.70 t.h.
1 t.h. op 1.10 t.h.
1.25 t.h. op 1.35 t.h.
Verhooging der belasting op de
motorvoertuigen.
De verkeersbelasting op de motor
voertuigen wordt uitsluitend ten be
hoeve van den Staat verhoogd
1Met tien frank per reeks of breuk
van I 50 cm3 cylinderinhoud betreffen
de de motocycles, de motorrrijwielen
met of zonder zijspanwagen en de rij
wielen met hulpmotor het supplement
wordt op 20 fr. gebracht per reeks of
breuk van I 50 cm3 cylinderinhoud, als
bedoelde voertuigen tot vervoer van
goederen of om 't even welke andere
voorwerpen dienen
2. Met tien opcentiemes voor de an
dere motorvoertuigen.
Wat betreft de belastingplichtigen
die de verkeersbelasting voor 1939
reeds betaald hebben, moet de bedoel
de bijbelasting uit eigen beweging ten
laatste binnen den termijn van één
maand vanaf den door den Minister
van Financies te bepalen datum be-
Belasting op de rijwielen.
Er wordt uitsluitend ten behoeve
van den Staat, een belasting van tien
frank ingevoerd op elk aan een pro
vinciale rijwielbelasting onderhevig
voertuig deze belasting wordt tot I 5
frank verhoogd wanneer het voertuig
meer dan één zitplaats heeft.
m mrwnw «r wnr n «war ft?-*'-"
besturen en in de bureelen worden
j-
j mannen aangeworven, die, na genees
kundig onderzoek, naar de openbare
werken worden gezonden.
Het aanwerven van al deze am
bachtslieden brengt de onderneming
leiders in de grootste verlegenheid,
bijzonder de kleine, die slechts over
weinig arbeiders beschikken. Talrijke
beroepen zijn erg getroffen, bij voor
beeld de barbiers en de kelners, waar-
Aan de Gouverneurs schrijft de
Minister dat zij er op moeten waken,
dat de gemeenten streng toezicht
uitoefenen.
Minister Devèze heeft aan de pro
vinciegouverneurs een schrijven gericht
waarin hij de aandacht trekt op de be
drijvigheid van de vreemdelingen in
ons land, en het toezicht door de plaat
selijke besturen daarop uit te oefenen.
Meer en meer stelt men vast zegt
het schrijven, dat talrijke vreemde
lingen zich zonder regelmatige vergun
ning in Belgie komen vestigen, en dat
sommigen een bedrijvigheid aan den
dag leggen, van aard om onze eco
nomische en sociale organisatie te sto
ren.
Rekening houdend van den huidigen
politieken en economischen toestand,
hebben de openbare machten tot plicht
de grootste waakzaamheid aan den dag
te leggen ten opzichte van al de vreem
delingen, die zich in het land ophou
den.
De regeering vraagt dus in dit op
zicht uwe medewerking, en vooral die
van de gemeentebesturen.
Aan deze laatsten behoort het in
derdaad om de vreemdelingen op te
sporen, die zich op onwettige wijze
vestigen, zelfs ten tijdelijken titel, op
ons grondgebied,en onmiddellijk daar
van den heer Minister van Rechtswe
zen in te lichten toezicht uit te oe
fenen op degenen die er regelmatig
gevestigd zijn en er zich van te verze
keren, dat zij geen ander beroep uit
oefenen, djan datgene, waarvoor zij
toelating verkregen in Belgie binnen
te komen te eischen dat de verblijfs
vergunning waarvan zij zich hebben
voorzien regelmatig worde vernieuwd
of verlengd ten slotte, dringend al
diegenen aan te geven waarvan de
handelingen van aard zouden zijn om
te schaden aan de stoffelijke en zede
lijke belangen van de gemeenschap.
Ik dring met kracht aan opdat de
plaatselijke overheden er de hand zou
den aan houden die aanbevelingen toe
te passen en ik hoop. Heer Gouver
neur, dat gij hun aandacht daarop zult
willen trekken.
Anderzijds zal het uw taak zijn de
plaatselijke overheden aan te duiden,
welke die aanbevelingen niet zouden
naleven.
Ik, van mijn kant, zal niet nalaten u
die overheden aan te duiden welke,
naar mijn kennis bewijs zouden leveren
van zwakheid wat de vreemdelingen
politie betreft.
Te dien opzichte, acht ik het noodig
u te laten weten dat uw collega der
provincie Limburg een onderzoek heeft
ingesteld aangaande de handelwijzen
van vreemdelingen die in de nijver
heidsmiddens van zijn provincie ver
blijven uit dit onderzoek is gebleken
dat een groot aantal onder hen, die de
toelating ontvangen zich als mijnwer
ker in Belgie te vestigen, optreden als
handelaars.
Ik zal niet nalaten u op tijd en stond
op de hoogte te brengen van de uit
slagen van dit onderzoek. Maar, van
nu af aan vraag ik u, in uw provincie
over te gaan tot een gelijkaardig on
derzoek en mij de vaststelling te doen
kennen die ge zoudt gemaakt hebben.
(get.) De Minister,
Albert Devèze.
van de twee derden opgeroepen zijn.
Anderzijds leggen de Duitsche over
heden de grootste bedrijvigheid aan
den dag, om den oogst van 1939 zoo
snel mogelijk onder dak te brengen.
De Hitleriaansche jeugd, de arbeids
dienst, de studenten, het leger, de par-
tijvereenigingen, alles wordt te werk
gesteld voor den landbouw, om de mo
gelijkheden van bevoorrading van het
Duitsch volk aldus uit te breiden.
SBB
ENGELAND VOLLEDIG AAN DE ZIJDE VAN POLEN.
DE BURGERLIJKE MOBILISATIE
Voor de verwezenlijking van een
groot werkenprogramma.
Uit Berlijn wordt vernomen dat de
Duitsche burgerlijke mobilisatie, met
het oog op de verwezenlijking van het
groot programma werken, dat van na
tionaal belang verklaard werd, wordt
snel doorgedreven.
In al de ondernemingen van het
Reich, bij de vaklieden, in de openbare
Maandag heeft de Engelsche Eerste
Minister Chamberlain in het .Lagerhuis
zijn lang verwachte verklaring inzake
Danzig afgelegd.
Deze verklaring had den volgenden
inhoud
Ik heb reeds vroeger verklaard, dat
de regeering een nauw contact hand
haaft met de Poolsche en Fransche
rgeeringen over deze kwestie.
Ik heb voor het oogenblik niets toe
te voegen aan de inlichtingen, die het
huis reeds heeft gekregen omtrent den
plaatselijken toestand. Misschien ech
ter is het nuttig, dat ik een overzicht
geef van de elementen dezer kwestie,
zooals zij de Britsche regeering voor
komen.
Naar het ras is Danzig een bijna
geheel Duitsche stad, doch de welvaart
van zijn inwoners hangt in zeer groote
mate af van den Poolschen handel. De
Weichsel is de eenige waterweg van
Polen naar de Oostzee en de haven aan
de monding is daarom van vitaal stra
tegisch en economisch belang voor
Polen.
Een andere, in Danzig gevestigde
mogendheid, zou, wanneer zij dat
wenschte, Polen's toegang tot de zee
kunnen blokkeeren en aldus econo
misch en militair Polen in een wur-
genden greep kunnen nijpen. Zij, die
verantwoordelijk waren voor het op
stellen van het huidige statuut der Vrij
stad, waren zich deze feiten bewust
en deden hun best om dienovereen
komstige voorzieningen te treffen.
Hoe de huidige spanning ontstond.
Bovendien is er geen sprake van on
derdrukking der Duitsche bevolking te
Danzig. Integendeel, het bestuur over
de Vrije Stad is in Duitsche handen
en de eenige beperkingen, die haar op
gelegd zijn, zijn niet zoodanig, dat
daardoor de vrijheden van haar bur
gers worden besnoeid. Ofschoon de
huidige regeling misschien verbeterd
zou kunnen worden, kan zij zelf niet
worden beschouwd als in den grond
onrechtvaardig of onlogisch.
En in feite was de handhaving van
den status quo gewaarborgd door den
Duitschen rijkskanselier zelf tot 1914,
door het tien jaar loopende verdrag,
dat hij met maarschalk Pilsoedski
sloot. Tot Maart j.l. schijnt Duitsch
land van gevoelen te zijn geweest, dat,
terwijl de positie van Danzig uiteinde
lijk een herziening noodig zou hebben,
de kwestie noch dringend was, noch
waarschijnlijk leiden zou tot een ern
stig geschil.
In Maart echter, toen de Duitsche
regeering een aanbod naar voren
bracht in den vorm van zekere deside
rata, begeleid door een perscampagne
begreep de Poolsche regeering, dat zij
weldra zou kunnen komen te staan te
genover een unilaterale oplossing,
waartegen zij met al haar krachten
weerstand zou moeten bieden. Zij zag
de gebeurtenissen voor zich, die ge
schied waren in Oostenrijk, Tsjecho
Slowakije, het Memelgebied en bijge
volg weigerde zij het Duitsche stand
punt te aanvaarden en deed zelf voor
stellen voor een mogelijke oplossing
van vraagstukken waarbij Duitschland
geinteresseerd is. Zekere defensieve
maatregelen werden door Polen geno
men op 23 Maart jl. en het antwoord
werd op 26 Maart j.l. naar Berlijn
gezonden.
Ik verzoek dus nauwkeurig acht te
slaan op de tijden en de data. Er is in
Duitschland ronduit verklaard, dat het
de waarborg der Britsche regeering
was, die de Poolsche regeering aan
moedigde om over te gaan tot het op
treden, dat ik beschreven heb. Men zal
echter opmerken, dat onze waarborg
niet werd gegeven voor 31 Maart. Te
gen 26 Maart j.l. was er zelfs geen ge
wag van gemaakt bij de Poolsche re
geering.
De ontstane vrees.
De jongste gebeurtenissen in Danzig
hebben onvermijdelijk de vrees doen
opkomen, dat het in de bedoeling ligt
om zijn toekomstigen status te regelen
door unilateraal optreden, ingericht
met heimelijke methoden, aldus Polen
en de andere mogendheden voor een
voldongen feit plaatsende. Onder der
gelijke omstandigheden zou, zoo wordt
opgeworpen, iedere actie, die door Po
en werd ondernomen om den toestand
te herstellen, voorgestfeld worden als
een daad van aanval van zijn kant en
wanneer zijn actie gesteund werd door
andere mogendheden, zouden zij be
schuldigd worden Polen te helpen en
aan te hitsen tot het gebruik van ge
weld.
De Poolsche onafhankelijkheid.
Wanneer het vervolg der gebeurte
nissen in feite zou zijn, zooals in deze
ïypothese wordt verondersteld, zal
men uit hetgeen ik eerder gezegd heb,
aegrijpen, dat de kwestie niet zou
cunnen worden beschouwd als een zui
ver locale aangelegenheid, betrekking
ïebbende op de rechten en vrijheden
der Danzigers, welke tusschen twee
laakjes op geenerlei wijze bedreigd
worden, doch terstond ernstiger kwes
ties zouden doen opkomen, welke het
-"oolsche nationale bestaan en de Pool
sche onafhankelijkheid raken.
Volledige bijstand aan Polen.
Wij hebben den waarborg gegeven,
zoo verklaarde de heer Chamberlain,
dat wij onzen bijstand zouden verlee-
nen aan Polen, in geval van een duide
lijke bedreiging van zijn onafhanke
lijkheid, welke het van vitaal belang
zou achten om te weerstaan met zijn
nationale strijcfkracfhten en wij zijn
vastbesloten om deze verplichting ten
uitvoer te leggen.
In zijn rede voor den Rijksdag op
28 Maart j.l. zeide de Duitsche Rijks
kanselier, dat wanneer Polen wenschte
te komen tot nieuwe verdragsregelin
gen betreffende zijn betrekkingen met
Duitschland, hij dit denkbeeld slechts
zou kunnen toejuichen. Hij voegde er
aan toe, dat iedere toekomstige rege
ling van dien aard gebaseerd zou moe
ten zijn op een volstrekt duidelijke
verplichting, gelijkelijk bindend voor
beide partijen.
De Britsche regeering is er zich van
bewust, dat de jongste ontwikkelingen
in de Vrije Stad het vertrouwen heb
ben verstoord en het op het oogenblik
moeilijk hebben gemaakt de atmosfeer
te vinden, waarin redelijk overleg kan
overheerschen.
Tegenover dezen toestand blijft de
Poolsche regeering kalm en de Engel
sche regeering hoopt, dat de Vrij Stad
met haar oude tradities wederom moge
bewijzen, gelijk zij tevoren in haar ge
schiedenis heeft gedaan, dat verschil
lende nationaliteiten tezamen kunnen
werken, wanneer haar werkelijke be
langen samenvallen. Intusschen ver
trouw ik, dat alle betrokkenen hun
vastbeslotenheid zullen uitspreken en
toonen, dat niet toegestaan zal worden
dat welke incidenten ook met betrek
king tot Danzig een zoodanig karaktei
zullen aannemen, dat zij een bedrei
ging kunnen vormen voor den vrede
in Europa.