I Koning Leopold als waar Oemokraat Rond het Vredesplan Hudson-Wohltat. NIEUWS- EN NOTARIEEL AANKONDIGINGSBLAD VOOR POPERINGHE EN OMSTREKEN DUPONT GEBROEDERS Zomersproeten SPRUTOL VREEMDE PROPAGANDA IN BELGIE. SPANJE'S POLITIEK DE INTERNATIONALE TOESTAND 19 JAAR. NUMMER 31. WEEKBLAD 25 CENTIEMEN. ZONDAG 30 JULI 1939. GAZET VA» POPERIHGHE ABONNEMENTEN I Jaar, per post16 fr. Congo 25 fr. Frankrijk25 fr. Amerika30 fr. Losse Nummers 0.25 fr. Men abonneert op alle belgische postkantooren. AANKONDIGINGEN De postabonnenten in Belgie, die van woonst veranderen, moeten dit aangeven in 't post- bureel dat Ken bedient, en niet aan ons. Bij elk schrijven naar inlichtingen wordt men beleefd verzocht een postzegel voor ant woord te voegen. Per Uitgevers-Eigenaars Yperstraat, 2, POPERINGHE. Postcheck 484.59 Telefoon 180 leder medewerker blijft verantwoordelijk voor zijne bijdragen. Handschriften worden in geen geval teruggegeven. Bijdragen in te zenden tegen den Donderdag middag. Kleine berichten tegen den Vrijdag middag. Naamlooze artikels worden niet opgenomen. regel 1.00 fr. (minimum 3.00 fr.) Rouwberichten minimum 5.00 fr. Bijzonder Tarief voor Notarissen en Deur waarders. Voor dikwijls te herhalen re- klamen, prijzen volgens overeenkomst. Alle aankondigingen zijn op voorhand te betalen. ROND EEN EEUWFEEST WOORDEN DIE WEERKLANK MOETEN VINDEN DOOR HEEL HET LAND. Niet van op een reuzenhooge tribuun niet met bulderend dreigende stem, j maar als mensch onder menschen, als Belg onder Belgen, heeft Koning Leo pold ter gelegenheid van het eeuw- feest van Ougrée-Marihaye woorden uitgesproken, die hem bestempelen tot een echt voorman voor ons allen, tot een leider, tot een waardig opvolger van zijn zoo geliefden vader. Traditioneel verloopen de vaderland- sche feesten op en rond 2 1 Juli, inge richt ter viering van onze onafhanke lijkheid en van onze dynastie, zonder redevoering van den Vorst zelf. Gre tig heeft dan ook Koning Leopold de ze gelegenheid, die hem aangeboden werd, aangegrepen, om op deze dagen een les van ware vaderlandsliefde, van werkelijk sociaal denken, van echte democratie te geven over de hoofden van de geestdriftige juichende arbei ders heen, aan hun leiders, die zoo dik werf zondigen tegen deze princiepen. Het is zeker waar dat de socialisten in Belgie meer en meer genaderd zijn tot de nationale gedachte, vooral dan onder den druk van de internationale gevaren, maar velen kunnen 's Konings les nog goed gebruiken. De arbeiders van de feestvierende fabriek hebben in ieder geval den Vorst hartelijk toegejuicht, wanneer hij met vaste stem zegde tot slot van zijn rede Wij moeten besloten blijven ons buiten elk geschil te houden, dat onze rechten niet schendt. Het wapen aan den voet, willen wij meester blij ven bij ons Wij zijn ervan overtuigd, dat onze arbeiders, evenals ze in 1914 gedaan hebben, wanneer het erop aan moest kpmen, weer paraat zouden staan, maar waarom hebben dan hun leiders (en dat niet alleen hier bij ons, maar in alle democratische landen) het dan zoo ver laten komen, dat men in de andere staten is gaan gelooven aan het gebrek aan weerbaarheid, aan wil tot verzet Waarom hebben die leiders het onlogische van hun houding zoo ver doorgedreven, dat ze dan van het eene uiterste plotselings weer naar het andere zijn overgeloopen, en gingen aanzetten tot het inmengen van andere landen, tot overgaan tot aanval In zijn twee korte zinnen heeft de Koning die verkeerde houding recht gezet, daarbij tevens den oproep voe gende tot solidariteit onder alle Bel gen, een oproep, die dan ging naar alle partijen, om in deze stonden van internationale verwikkelingen de klein geestige kliekjesruzies en verdeeldheid- zaaiende ophitsingen van Belgen tegen Belgen te onderdrukken, ieder in haar schoot. Maar duidelijker toonde Koning Leopold zich nog, als waar democraat, wanneer hij na hulde gebracht te heb ben aan de degelijke hoedanigheden van den Belgischen arbeider, uitriep Ieder van U in zijn vak, in zijn afzonderlijke bedrijvigheid kan en moet een persoonlijkheid worden. Want het is eerst en vooral door per soonlijke waarde in het beroep, dat een mensch eerbied verdient en mee werkt aan 's lands grootheid. Persoonlijkheid en persoonlijke waarde, dat geeft recht op eerbied, op rechten Het is niet, omdat men arbeider is, omdat men behoort tot de klasse van proletariërs, omdat men re gelmatig zijn zeven of acht uren per dag klopt, dat men die rechten ver werft. Neen, die kan men slechts op- eischen, als men een goed arbeider is, als men belang stelt in zijn arbeid, als men in zijn taak, hoe eenvoudig ook, meewerkt tot 's lands grootheid. De Belgen, die nog het ïecht heb ben vrij te denken, wat zeldzamer en zeldzamer wordt op onze dagen, mo gen inderdaad niet vergelen dat de onderdrukking van de personaliteit, van het individueele, doorgevoerd tot het uiterste, onvermijdelijk leidt tot totalitaire begrippen, welker, naam de ze dan ook voeren mogen, en dat zelfs daar waar dan in naam de sc massa regeert, zoo als in de Soviet-Unie, de mensch als individu geen m»»nschwaar- dig bestaan meer heeft, DE WERELD IS GEK WAPENSTILSTANDSBESPREKINGENVOOR DEN OORLOG Zoo ziet men, dat 's Konings woor den, in gemoedelijkheid uitgesproken een werkelijke, diepe beteekenis had- j den, en dat de Vorst trouw zijn hou ding voortzet, die hij eens en voor al tijd bepaald heeft in zijn indrukwek kende toespraak tot den ministerraad in 1936, wanneer hij met helderen blik de gevaren der toekomst voorziende aan he( Land een buitenlandsche po litiek aangaf, die zooals in de drie vol gende jaren gebleken is, de juiste was. Alhoewel die rede toen in Frankrijk in het eerste oogenblik ontstemming wekte, herhaalde de Vorst zijn verkla ringen te Parijs zelf, aan den voel van het gedenkteeken voor zijn doorluch- tigen Vader, en wist de Franschen er van te overtuigen, dat zijn politiek voor Belgie de eenige mogelijke was. Nu weer is hij erop teruggekomen, in een paar eenvoudige zinnen, maar die in het buitenland des te meer den indruk zullen geven van de vastbeslo tenheid van ons Land, juist door hun eennvoud en door het kader, waarin ze werden uitgesproken. De opeenvolgende regeeringen, se dert 1936 zijn trouw gebleven aan de buitenlandsche politiek door onzen jon gen Vorst ingegeven. Het is te hopen,, dat de massa thans in het algemeen, de richtlijnen even trouw zal volgen, die Koning Leopold aangaf voo-r onze binnenlandsche houding. Hij zegde inderdaad, dat Belg.ie zijn vrijheden en zijn onafhankeh jkheid slechts bewaren kan, ten koste van het ijverige werken van alle krach'cen der natie. Wij hebben in den loop de, laatste jaren rondom ons genoeg voorbeelden gezien,hoe diep het gezag van een land vervallen kan, wanneer zijn burgers oneenig zijn, tot wat een chaos de on vruchtbare partijstrijden leiden kunnen hoe gemakkelijk een staat ten prooi kan vallen aan binnenlandsche avontu ren of aan de hebzucht ve.n een gebuur, wanneer de krachten der natie ge splitst zijn in groepen, die elkaar tegen werken, die daardoor het land verar men, de nijverheden doen stilvallen, de burgers van het land, van één stad, van één straat tegen elkander in het harnas jagen. Laat ons hopen, dat 's Konings woorden niet in doovemansooren ge vallen zijn en dat zij ertoe zullen bij dragen alle Belgen in eensgezindheid te scharen, rond hun Vorst en zijn lie ve kinderen met de verwachting, dat het nooit zal moeten in oorlogstijd, maar met de zekerheid, dat het ons in vredestijd niet anders dan geluk en voorspoed kan brengen. W. verdwijnen spoedig door 'n pot w In alle Apotheken. DE WET TOT BETEUGELING VAN Straffen van zes maanden tot vijf jaar gevangenis. Het Staatsblad, in datum van 26 Juli bevat den tekst, op de wet van 20 Ju li 1939 in verband met de beteugeling van vreemde propaganda in ons land. Bij deze wet worden voorzien, dat diegenen die rechtstreeks of onrecht streeks, onder welken vorm ook, van vreemde personeif of instellingen eenig voordeel zullen ontvangen om te be steden voor een propaganda of voor een bedrijvigheid die inbreuk maakt op de integriteit, de souvereiniteit of de onafhankelijkheid van het land, strafbaar zullen zijn. De wet stelt gevangenisstraffen vast van zes maanden tot vijf jaar een geldboete van 1.000 tot 20.000 fr. en de verbeurdverklaring van de ontvan- 1 gen zaken. De ontzetting van de uitoefening van zekere rechten wordt ook in deze wet voorzien. Als we hierboven zetten De We reld is gek dan is dit een vaststel ling, die regelmatig door iederen ge- zonddenkenden mensch enkele keeren per dag gemaakt wordt. Op sommige oogenblikken hoort men daarbij dan de verklaring, dat het de pers is, die de menschen opwindt en onrustig maakt, en die meening ging zelfs zoover, dat in het Britsche Lager huis een Labourlid het noodig oordeel de aan den Lersten Minister Chamber lain te vragen, of het niet mogelijk was te verhinderen, dat de Times den eenen dag schreeft, dat we aan den vooravond van een oorlog stonden, 'om dan de n voigenden dag weer met de ruimst geruststellende berichten af te komeri. Chamberlain heeft daarop niet ge antwoord. Hij koot de verstandige par tij, want wat zou hij inderdaad heb ben moeten zeggen Dat de schuld van dirt berichtgeving niet bij de ern stige pers gelegen is, maar wel bij de politiekers, die het rrop aan sturen van de nienschheid inderdaad niet op adem te 'laten komen, er. als op een afge sproken teeken, wanneer hét weder wat kalm is geworden, elkander stok ken in de wielen steken, waardoor de spanning dan weer groeit. Dat de wereld inderdaad voor den doodgewonen man in de straat wel gek moet lijken, ziet n\en het best, als men eens even nagaai wat er op dit oogenblik in de wereld aan onderhen- delingen aan gang is. Nauwelijks voltrok Duitschland zijn machtsgreep in Tsj echo-Slowakije met de instelling van het protectoraat, of er werd begonnen met de ineenzetting van een anti-aanvalsfront, waarbij Frankrijk en Engeland 1 et initiatief na men en besprekingen aanknoopten met Soviet-Rusland, en waai borgen begon nen uit te deelen. Spoedig bleek het echter, dat Mos- cou sjacherde en vischte naar het hoog ste bod. Er kwamen inderdaad geruch ten over Duitsch-Soviet-Russische han delsbesprekingen, waarvan in het be gin elke grond gelogenstraft werd, maar waarover we de laatste dagen gehoord hebben, dat de Duitsch-Rus- sische besprekingen volstrekt geen po- litieken achtergrond hebben... Een feit onthouden wij echter ze bestaan I We vernamen echter nog meer, waaraan niemand meer gedacht had. Wanneer Hitler in het begin aan het bewind kwam (1933) dan stelde hij een daad, die door de hem voorafge gane regeeringen niet gewaagd was hij hernieuwde de overeenkomst tus- schen Duitschland en Soviet-Rusland van uit 1926. In die overeenkomst is de voornaamste bepaling De twee landen zullen met elkaar in vriend schappelijk contact blijven en naar een verstandhouding streven over alle vraagstukken, die tusschen hen oprij zen. Indien een van de twee streken in een oorlog zou betrokken worden, zal de andere neutraal blijven en bo venal niet deelnemen aan sancties En die overeenkomst is nog steeds van kracht 1 Maar het gekke gaat nog verder. Terwijl Engeland zich dezen keer vast beraden toont in het verzet tegenover eiken aanval of nieuw voldongen feit, hebben er ook Duitsch-Britsche onder handelingen plaats en wel te Londen. Worden ze gelogenstraft In het ge heel niet er wordt alleen de nadruk op gelegd, dat de twee tegenspelers, in dit geval de jonge Britsche m nis.er Hudson en de vertrouwensman van von Ribbentrop, Wohltat, uit persoon lijken naam gesproken hebben. De termen van'dit gesprek zijn ech ter wel het zonderlingst van ai. Zij zijn heelemaal in den toon gesteld van een wapenstilstand een wapenstilstand, die dan zou gesloten worden vóór den oorlog. Zulk een godsvrede past heele maal in den toon van den oorlog, die werkelijk aan gang is, namelijk van den papieren oorlog. We zijn nu genoeg op hoogte van de toestanden in de Duitsche wijze van politiek- en diplomatie-voeren, om te weten, dat zelfs een vooraanstaand man als Wohltat geen gesprekken houdt uit persoonlijken naam zon der dat hij er Berlijn van op de hoogte stelt. Wat zien We echter gebeuren Het is eerst, als de wereld in kennis gesteld wordt van dit onderhoud met Hudson, dat de verontwaardiging in het Derde Rijk losbarst, verontwaar diging, die in Duitschland aan de pers ingegeven wordt door de regeering. Nochtans is het afsluiten van een wapenstilstand vóór den oorlog nog het gekste niet, kunnen we tusschen haakjes wel vaststellen. Maar met die aanhalingen zijn we nog niet aan het einde van de korte schets der internationale verwikkelin gen van dit oogenblik. We zouden in derdaad nog moeten wijzen op het spel dat aan gang is te Tokio, waar weder om dezelfde tegenspelers tegenover el kaar staan. De as-mogendheden hebben steeds getracht en zijn er ook grootendeels in geslaagd Japan aan haar kant te krijgen. De incidenten in de internatio nale concessies, het oprijzen van de op eerste zicht onoverbrugbaar schijnen de moeilijkheden tusschen Japan en Groot-Brittannie, waren troeven in de kaart van de as. Daar ook zien we nu den toestand een zwenking maken Tokio en Londen zijn op weg naar een accoord. Men verwijt nu aan Engeland dat het al te groote concessies zou wil len doen in het Verre Oosten. Moet men er echter geen rekening mede hou den, dat de moeilijkheden ginder ver Engeland's handen bonden in Europa, Waar het op dit oogenblik behoefte heeft aan zijn macht En zoo kan men het inderdaad be schouwen, dat-' het behoud van den vrede in Europa wel enkele concessies waard is... Maar die overwegingen verhinderen niet, dat het ingewikkelde net van on derhandelingen openlijke en gehei me wel van aard is, om verwarring te brengen bij den gewonen sterveling, die in dien diplomatieken wirwar on mogelijk nog iets duidelijks zien kan. Daarom kunnen we nogmaals druk ken, op wat we zegden, namelijk, dat er voor ons Belgen niets beters te doen is, dan den grooten het kluwen, dat ze gemaakt hebben weer te laten ontwar ren, zonder er onze kalmte door te verliezen. We moeten erop vertrouwen dat trots al het gekke, dat er in de wereld gebeurt, toch één hoofdgedach te bij allen schijnt te overwegen den vrede behouden, en dat mag dan onze troost zijn. N. G. - W. Generaal Aranda wenscht vriendschap pelijke Betrekkingen met Engeland, Frankrijk, Zwitserland en Belgie. Geen militair verbond met Duitschland en Italië. In geval van een Europeesch conflict zal Spanje neutraal blijven. Een medewerker van de Diario de Lisbao heeft een onderhoud gehad met den Spaanschen generaal Aranda, hoofd der militaire zending, welke uit Duitschland teruggekeerd is. Ik ben partijganger, verklaarde de generaal, van het herstel der vriend- VOICI LA JEUNESSE. Ziehier de vijf leerlin gen van de Staatsmiddel bare School te Poperinge die aan het Atheneum te Kortrijk hun einddiplo ploma behaalden Vercruysse, Roger, Vandepitte, Daniël, D'Amour, Roger, Huygebaert, Jacques en Deswarte, Michiel. mijn vertrek een lang onderhoud had met generaal Franco, aan wien ik ge vraagd heb, welke houding we gedu rende de reis hadden aan te nemen. Generaal Franco heeft me openhartig geantwoord inzake politiek mocht niets gedaan noch gezegd worden, dat de vrijheid van de Spaansche actie op internationaal gebied kon belemme ren inzake economische politiek voor- ceur aan Duitschland. Ik moet geen namen noemen, ieder een weet, dat er in de regeering leden zijn, welke partijganger zijn van een verbond met Italië en Duitschland. On danks dit feit en ondanks al wat de pers heeft geschreven, ben ik er van overtuigd dat het bezoek van graaf Ciano geen aanleiding heeft gegeven voor het onderteekenen van een spe ciaal verdrag dat onze positie in de toekomst bindt. De correspondent van de Diario de Lisboa vroeg toen aan generaal Aranda om de houding van Spanje in geval van internationaal conflict te be palen, waarop dan de generaal het volgende antwoordde De Spanjaarden hebben veel ge leden onder de gevolgen van den bur geroorlog, derhalve zal Spanje neutraal blijven in geval van een Europeesch conflict. Het is klaar, dat we alles zul len doen wat mogelijk is om onze vrienden te bevoordeelen, doch dit wil niet zeggen dat we blind zullen zijn en de zaken niet zouden zien gelijk zij werkelijk zijn. En daar de journalist gewaagde over een speciale positie ten opzichte van Italië, verklaarde generaal Aranda Zelfs indien we toegeven dat Spanje ten opzichte van Italië, een spe ciale positie zal innemen, dan nog ge loof ik dat in geval Italië met Frank rijk in een oorlog zou betrokken wor den, de positie der Balearen niet vol doende zal zijn om het vervoer van Fransche troepen uit Afrika naar het moederland te beletten. De Balearen zijn een steunpunt, een basis waarvan de verdediging afhangt van de vloot- krachten. Edoch, onze vloot is op dit oogenblik in aanbouw. De generaal nam tenslotte nog stel ling tegen de autarchie. schappelijke betrekkingen met Enge land. Spanje heeft steeds vriendschap pelijke handelsbetrekkingen met En geland onderhouden en ook met Frank rijk, Belgie en Zwitserland. Buiten de vriendschap die ons bindt met de totalitaire landen, moeten we ook vriendschappelijke betrekkingen onderhouden met de genoemde lan den. Spanje moet voor alles, althans voor wat zijn economische vrijheid be treft, een soepele politiek voeren, want de vrijheid van een land is nauw ver bonden met de vrijheid dat het bezit op economisch terrein. Wat zijn bezoek aan Duitschland be treft, verklaarde generaal Aranda Ik moet rechtuit zeggen, dat ik voor organisatie van zijn luchtleger, besluit Sikorski als volgt Het volk van Polen heeft de be wijzen geleverd van een buitengewone vastbeslotenheid, ingegeven door een verheven nationaal bewustzijn en va derlandsliefde, in een bijzonder ern stig oogenblik zijner na-oorlogsche ge schiedenis. Zijn politieke rijpheid en zijn onverzettelijke wil, om het hoofd te bieden aan een overweldiger, heb ben bewondering gewekt in de geheele wereld DANZIG'S PARAATHEID Verklaring van den Gouwleider voor Danzig. Wij willen een Poolschen aanval kunnen afslaan In een artikel in de Volkischer Beobachter, heeft de gouwleider voor Danzig, Wilhelm Forster, zich bezig gehouden met het vraagstuk der Vrij stad. Na betoogd te hebben, dat er in Danzig orde en rust heerschen, terwijl in het nabuurland Polen een onver klaarbare oorlogspsychose bestaat, schrijft hij onder meer Om de Pool- sche republiek voordeden te bezorgen, heeft men een klein deel uit het li chaam van het Duitsche volk gesneden en dit tot zelfstandigheid veroor deeld, Indien men in het jaar 1919 het zelfbeschikkingsrecht der volken ook op Danzig had toegepast, zou er nooit een zinnelooze Vrijstad zijn ont staan. Engeland en Frankrijk hadden zich niet om Danzig behoeven te be kommeren en de wereldpers zou zich beter met de werkelijke vraagstukken van wereldbelang dan met de kwestie Danzig hebben kunnen' bezighouden. De wensch Danzig naar het Rijk te rug te brengen, is even oud als de vrije stad Danzig zelf. Na den Anschluss van Oostenrijk, het Sudetenland en Memel, is begrijpelijkerwijze de recht matige eisch in zake Danzig steeds dui delijker geworden. Het bewijst een weergalooze onver antwoordelijkheid, indien men, vooral van Engeland uit, Polen tracht op te hitsen onder geen omstandigheden toe te geven, wat Danzig betreft. Men is dus te Londen eerder bereid honderd duizenden naar het slagveld te leiden dan 400.000 Duitschers hun rechten te hergeven. Dit gevaar toont duide lijk wat de vredesliefde is, welke in de Westelijke staten zou heerschen. Polen heeft door het afwijzen van Hitler's aanbod duidelijk bewezen, dat het uitsluitend van het standpunt uit gaat, dat het Danzig uiteindelijk wil bezitten. De eischen in zake Oost-Prui sen, Silezie en Pommeren doen de vraag opkomen, of men die Poolsche verlangens als domheid dan wel als grootheidswaanzin moet betitelen. Wat ons in dergelijke kritieke tijden innerlijke rust schenkt en vertrouwen in de toekomst, is de heilige overtui ging, dat het Groot-Duitsche rijk, ons moederland, achter ons staat en ons dadelijk ter hulp zou komen. Dat ook wij met onze bescheiden middelen en krachten de voorraden scheppen om een Poolschen overval te kunnen afslaan kan niemand ons kwalijk nemen. Het is een door de DE DUITSCHE AANVALSPLANNEN TEN OPZICHTE VAN POLEN. Generaal Sikorski wijdt onder den titel Gaan wij den Vrede of een oor log tegemoet in de Kurjer War- sawski een artikel aan de plannen van Het Duitsche rijk. De gewezen Poolsche eerste minis ter is van oordeel, dat Duitschland nog steeds niet van zijn aanvalsplan nen legen Polen heeft afgezien, on danks alle verklaringen van de regee- ringsleiders van Groot-Brittanie Na gewezen te hebben op de gewel- dige beteekenis van de jongste oefen- vluchten der Engelsche bombarde mentsvliegtuigen boven Fransch grond gebied en op de wonderbare vorderin gen, door Frankrijk gemaakt bij de 1 buitenlandsche pers verspreide leugen

HISTORISCHE KRANTEN

De Gazet van Poperinghe (1921-1940) | 1939 | | pagina 1