De Kosten van den Modernen Oorlog
w ie zal dat betalen
De Oorlogstoestand
ln Europa
De plichten van een Staatsburger
in een neutraal land in oorlogstijd
Frankrijk en Engeland zullen
strijden tot de verzekering
van een bestendigen vrede
Duitsch offsnsief nakend?
NIEUWS- EN NOTARIEEL AANKONDIGINGSBLAD VOOR POPERINGHE EN OMSTREKEN
DUPONT GEBROEDERS
DE GRENSARBEIDERS.
STEUNVERHOOGING
WEEKBLAD 25 CENTIEMEN.
ZONDAG 15 OCTOBER 1939.
itAZET VAN P0PER1HCHE
ABONNEMENTEN
Jaar. per post16 (r.
Congo 25 fr.
Frankrijk25 fr.
Amerika30 fr.
Losse Nummers 0.25 fr.
Men abonneert op alle belgische
postkantooren.
AANKONDIGINGEN
De postabonnenten in Belgie, die van woonst
veranderen, moeten dit aangeven in 't post-
bureel dat hen bedient, en niet aan ons.
Bij eik schrijven naar inlichtingen wordt
men beleefd verzocht een postzegel voor ant
woord te voegen.
M
Per
Uitgevers-Eigenaars
Yperstraat, 2, POPERINGHE.
Postcheck 484.59 Telefoon 180
e
leder medewerker blijft verantwoordelijk voor
zijne bijdragen. Handschriften worden in
geen geval teruggegeven. Bijdragen in te
zenden tegen den Donderdag middag.
Kleine berichten tegen den Vrijdag middag.
Naamlooze artikels worden niet opgenomen.
regel 1.00 fr.
(minimum 3.00 fr.)
Rouwberichten minimum 5.00 fr.
Bijzonder Tarief voor Notarissen en Deur
waarders. Voor dikwijls te herhalen re-
klamen, prijzen volgens overeenkomst.
Alle aankondigingen zijn op voorhand te
betalen.
Toen in de eerste uren van den pieu-
wen wereldoorlog in de parlementen
van Engeland en Frankrijk gestemd
werd over het beschikbaar stellen van
nieuwe kredieten voor militaire doel
einden, werd een tipje opgericht van
den economischen sluier, die de oorlog
over de schatkist uitspreidt.
Engeland stelde een speciaal oor
logskrediet ter beschikking van 500
millioen pond sterling, Frankrijk een
bedrag van 69 milliard frank.
Hitier verklaarde in zijn jongste
Rijksdagrede dat Duitschland sedert
de herbewapening begonnen was, hier
aan een bedrag van 90 milliard mark
heeft ten koste gelegd.
Bij de cijfers betreffende de oor
logskredieten van Engeland en Frank
rijk moet er nadruk op gelegd worden,
dat dit nog slechts speciale kredie
ten zijn. Het is nog maar een bij
komstigheid. Na het falen van de ont-
wapeningsconferencie werd de wereld
belast met een enorme stijging van de
uitgaven voor defensie.
In den tijd van 192 7 tot en met
1931 bedroegen de militaire wereld
uitgaven tesamen 20.000 millioen
gouddollars van 1934 tot 1938 (na
de ontwapeningsconferencie van 1932
en 1933) waren deze uitgaven geste
gen tot 33.000 millioen gouddollars.
In 1938 werden over de geheele
wereld 74000 millioen gouddollars
voor de bewapening uitgegeven.
In onderstaand staatje kan men een
en ander vergelijkenderwijze nagaan
Uitgegeven voor de defensie (in
het jaar 1938)
ln Engeland 56 gulden per inw.
Iri Duitschland 42 gulden per inw.
In Frankrijk 36 gulden per inw.
In Ver. Staten 20 gulden per inw.
Het militaire budget van enkele
grootmachten in 1938 was als volgt
Engeland 3 milliard gulden
Duitschland 2.8 milliard gulden
Vereenigde Staten 2.1 milliard gulden
Frankrijk 13 milliard gulden
WAT KOST DE OORLOG ZELF
Deze laatste gegevens hebben be
trekking op een tijd, dat het nog vrede
was. Men maakte zich slechts gereed.
Welke sommen zullen er niet vergooid
worden in den strijd zelf.
Een juiste omvang kan men zich niet
Voorstellen. Alleen kan men eenigszins
nagaan, aan de hand van gegevens uit
den wereldoorlog 1914-1918 wat een
en ander kosten zal.
In het blad Revue militaire géné
rale heeft generaal Valpry na de
wereldoorlog hiervan enkele gegevens
gepubliceerd.
Het bombardement van Champagne
op 26 September 1918 kostte aan mu
nitie alleen 40.000 ton munitie, voor
een waarde van 280 millioen goud-
frank.
Het bombardement, dat voorafging
aan den aanval van 20 Augustus 1917
bij Verdun kostte aan munitie even
eens 280 millioen goudfrank.
De munitie die benoodigd was voor
de aanval op de «Chemin des Dames»
in de maand April 1917 en die alleen
door het vijfde en het zesde legerkorps
van de Fransche troepen verbruikt
werd, kostte 450 millioen goudfrank 1
Zij die weten welke enorme sommen
de legervliegtuigen vooral de bombar
dementsvliegtuigen kosten, kunnen
zich indenken, wat op een enkelen dag
verloren kan gaan.
En na den oorlog Geheele steden
moeten worden herbouwd, in vele ge
bieden is de industrie voor jaren ver
nietigd. En dan wordt niet eens een
licht geworpen op de bijna onbereken
bare sommen, die de staat soms veer
tig of vijftig jaren lang moet betalen
aan de nagelaten betrekkingen van de
honderdduizenden, die in dienst van
het vaderland gesneuveld zijn.
OORLOGSVERSPILLING.
In het begin van de wereldoorlog
van 1914 werd in Londen en Parijs
algemeen gedacht, dat Duitschland de
oorlog niet zou kunnen volhouden we
gens gebrek aan geld.
Maar deze hoop werd tamelijk spoe
dig den bodem ingeslagen.
Eenerzijds was Duitschland toen rij
ker, als men vermoedde, en anderzijds
nam Duitschland een centrale positie
in, waardoor de oorlogskosten iets ge
ringer waren dan die van de geallieer
de mogendheden.
Maar de hoofdreden is wel geweest,
dat Duitschland de oorlog veel econo
mischer heeft gevoerd, dan de haar
vijandige landen. De geallieerden wis
ten, dat zij onuitputtelijke geldbronnen
ter beschikking hadden en daarom
werd er veel verspild.
De Duitschers daarentegen waren
spaarzaam, reeds vanaf het begin van
den oorlog. Bovendien was het op
perbevelhebberschap op één plaats
(zooals het bij de centraalmogendhe
den het geval was), hetgeen uit eco
nomisch oogpunt van evenveel gewicht
was als van militair standpunt be
schouwd.
Dezelfde politiek van spaarzaamheid
heeft Duitschland ook nu weer, vanaf
de eerste dagen van den oorlog toe
gepast. Alle economische middelen
worden geleidelijk verdeeld. Het ver
bruik van levensmiddelen en goederen
wordt bijna geheel door den staat ge
controleerd.
WAT DE WERELDOORLOG
KOSTTE.
In economisch opzicht was de we
reldoorlog ook voor de overwinnaars
een verlies, de directe oorlogskosten
werden geschat op 700 milliard goud
mark, de indirecte kosten zijn niet te
berekenen.
De directe oorlogskosten van de oor
logvoerende landen, allen omgerekend
in goudmarken, bedragen als volgt
Groot-Brittanie I 73 milliard
Duitschland 1 5 7 milliard
Vereenigde Staten I 50 milliard
Frankrijk 1 00 milliard
Rusland 90 milliard
Oostenrijk-Hongarije 82 milliard
Italië 35 milliard
Roemenie 6.4 milliard
Turkije 5.7 milliard
Belgie 4.6 milliard
Bulgarije 3.3 milliard
Servie 16 milliard
Evenmin mag niet uit het oog wor
den verloren, dat door de wereldoor
log de Europeesche alleenheerschappij
op de wereldmarkt verloren ging. De
positie van Amerika werd enorm ver
sterkt, maar Japan wordt veelal be
schouwd als het eenige land, dat meer
dan welk land, ook profijt heeft ge
trokken van den wereldoorlog.
De economische crisis die zich jaren
na den wereldoorlog deed gelden, was
niet alleen in Duitschland, maar ook in
andere landen onmiddellijk te herlei
den tot een of meerdere van de directe
gevolgen van den volkenstrijd 1914-
1918: zij vloeidde voort uit de fi-
nantieele en economische ontreddering
tengevolge van de oorlogsschulden, de
valuatie en inflatie, gedwongen oor
logseconomie, economische blokkade
en de vredesdictaten die aan de over
wonnen volkeren werden opgelegd.
N. W.
HET FRANSCH-BELGISCH
GRENSREGIEM VOOR
in oorlogstijd deze pas vermeldt het
l gebied waarheen de belanghebbende
gemachtigd is zich te begeven, het punt
waar hij de grens mag overschrijden
en den weg dien hij in Frankrijk moet
volgen.
Bij dezen pas zal een boekje ge
voegd worden, bestemd om op ieder
blad de visa's te ontvangen van de kon-
troolposten bij het binnenkomen en 't
verlaten van Frankrijk. In princiep mag
de Fransche grens slechts éénmaal per
dag in iedere richting overschreden
worden.
Ieder grensbewoner die de grens
overschrijdt buiten de bepaalde pun
ten, wordt beschouwd als een indrin
ger zijn kaart zal hem ontnomen wor
den, terwijl hij ook straffen kan oploo-
pen van boete en gevangenis.
Elke doortocht buiten de bepaalde
punten, stelt de Belgische grensbewo
ners zooals op al de Fransche gren
zen bloot aan de ergste gevaren, name
lijk onder vuur te worden genomen
door de schildwachten.
Anderzijds mogen ook genieten van
de aangeduide beschikkingen, welke
vanaf 10 Oktober in voege zijn, de
Belgische werkgevers en nijveraars die
werkhuizen bezitten in het Fransche
grensgebied.
AAN DE SOLDATEN EN HUN
HUISGEZINNEN.
Onze Eerste Minister, M. Pierlot,
heeft Zaterdag het volgende verklaard:
Wij moeten onze soldaten alle gene
genheid betoonen. Zij moeten weten
dat het land met hen is. Wij hebben
onlang de soldij verhoogd. Wij willen
nu ook den steun voor de gezinnen ver-
hoogen met terugwerkende kracht op
I October.
Deze vergoeding wordt als volgt
vastgesteld
8 fr. per dag voor de vrouw van
den gemobiliseerde in de gemeenten
van min dan 5.000 inwoners
I 0 fr. per dag in de gemeenten van
5-.000 tot 30.000 inwoners
1 2 fr. per dag in de gemeenten van
meer dan 30.000 inwoners.
Hierbij komt dan nog een vergoe
ding van 5 fr. per kind ten laste.
De diensten van het departement
van Financien maken, in samenwerking
met de gemeente-overheden, de lijst
op van de gemobiliseerden die, met
uitsluiting der gegoede gezinnen, van
den nieuwen maatregel zullen genieten.
DE VOORWAARDEN VOOR DE
BELGISCHE GRENSARBEIDERS
OM ZICH IN FRANKRIJK
TE BEGEVEN.
De Fransche regeering heeft de noo-
dige onderrichtingen gegeven opdat,
onder voorbehoud van latere wijzigin
gen onder den druk der gebeurtenissen»
de Belgische grensarbeiders zich naar
Frankrijk zouden kunnen begeven on
der de volgende voorwaarden
1Het binnenkomen in Frankrijk
van de Belgische arbeiders wordt en
kel toegestaan binst den dag (tusschen
zonsopgang en -ondergang) behalve
afwijkingen voor de instellingen waar
's nachts wordt gewerkt.
2. Die arbeiders mogen slechts bin
nen komen langs punten bepaald door
de generaals, na raadpleging van de
prefektuur.
De Belgische grensarbeiders moeten
buiten de grenskaart afgeleverd in uit
voering van het akkoord van 9 Mei
1935, voorzien zijn van een grenspas
eener geldigheid van drie maanden,
volgens het reglement op het verkeer
EENE REDE VAN MINISTER
DALADIER.
Dinsdag-avond sprak de Fransche
minister-president voor de radio met
bezadigde stem een rede van een half
uur uit. De toon was kalm, maar vast
besloten.
De heer Daladier zegde onder meer
Ik weet maar al te goed, dat men
u vandaag over vrede komt spreken,
over een Duitschen vrede, over een
vrede, die niets anders doen zou, dan
de veroveringen bij list of geweld be
krachtigen en die geenszins de voorbe
reiding van nieuwe veroveringen zou
uitsluiten.
Want waartoe herleidt zich de laat
ste Reichstagrede Tot dit ik heb
Polen vernietigd. Ik ben voldaan, laten
wij thans ophouden met vechten, laten
wij een conferentie houden, om mijn
veroveringen te bekrachtigen, en den
vrede in te richten.
Het is maar ongelukkig, dat wij der
gelijke taal reeds te voren gehoord
hebben.
Na de aanhechting van Oostenrijk
heeft Duitschland aan de wereld ge
zegd ik I^eb Oostenrijk binnenge
palmd, ik vraag thans niets meer.
Enkele maanden nadien eischte het
de Sudeten-Duitschers op, en de Fuh-
rer zegde ons te Munchen dat, als deze
eisch voldaan was, hij niets meer vra
gen zou.
Enkele rr^aanden nadien maakte
Duitschland zich meester van Tsjecho-
Slowakije in zijn geheel. Toen zegde
Hij voor den Rijksdag Duitschland
vraagt niets meer.
Na de vernietiging van Polen geeft
men ons thans dezelfde ijdele belofte.
Voorzeker, wij hebben steeds ge-
wenscht, en wij wenschen nog steeds
een rechtzinnige medewerking en een
goede verstandhouding tusschen de
volken. Maar wij zijn vast besloten ons
niet te onderwerpen aan een dictaat
van het geweld. Wij hebben de wapens
opgenomen tegen den overweldiger
wij zullen ze slechts nederleggen, als
wij zekere waarborgen van veiligheid
hebben, waarborgen van een veiligheid
die alle zes maanden niet opnieuw in
het gedrang wordt gebracht.
Hoe kan een dergelijke veiligheid
bestaan voor ons, en voor de wereld,
zoo een natie door het geweld van de
landkaart van Europa wordt wegge-
schrapt
Zoo men werkelijk den vrede wil,
een duurzamen vrede, dan zou men
eindelijk nu eens moeten begrijpen, dat
de tijd voorbij is waarbij territoriale
veroveringen welzijn brengen aan den
overheerscher. Na al die veroveringen
vangt Duitschland den oorlog aan met
broodkaarten en vleeschkaarten, met
melkkaarten en suikerkaarten. Wij,
Franschen, wij verafschuwen al de sla-
vernijen. Wij willen, dat onze over
winning voor het bevrijde Europa alle
bedreigingen van aanvallen uitsluit.
Frankrijk, dat zich den oorlog zag
opdringen, houdt in dezen strijd de
zelfde taal als het vroeger altijd heeft
gevoerd. In uw naam bevestig ik dus,
dat wij strijden en zullen blijven strij
den om een definitieven waarborg van
veiligheid te bereiken.
VERKLARING VAN M. CHAM
BERLAIN IN HET LAGERHUIS
Tijdens zijn verklaring van Donder
dag namiddag in het Lagerhuis heeft
de Britsche Eerste Minister, M. Neville
Chamberlain, gezinspeeld op de vre
desvoorstellen van Hitier en gezegd
Het zou onmogelijk zijn voor Groot
Brittanje iedere basis van dien aard te
aanvaarden zonder te kort te blijven
aan zijn eer en zonder te verzaken aan
zijn oogpunt dat de internationale ge
schillen moeten opgelost worden door
overleg en niet door het geweld.
M. Chamberlain kondigde aan dat
de voorstellen welke de Duitsche kan
selier vooruitzet om te vestigen wat hij
noemt de waarborgen voor Europee
sche veiligheid gegrondvest zijn op
de erkenning van zijn veroveringen en
op zijn recht van te doen wat hij wil
met de veroverde gebieden.
De gansche openhartige waarheid is
dat na onze vroegere ondervinding, het
voortaan niet meer mogelijk is betrou
wen te stellen in het woord zonder
waarborg van de Duitsche regeering.
Het ligt niet in onze politiek uit zijn
wettige plaats in Europa een Duitsch
land te willen bannen dat in vriend
schap en vertrouwen wil leven met de
andere natiën.
Ik ben er zeker van dat alle volke
ren, het Duitsche volk inbegrepen, den
vrede wenschen.
En hier riep M. Chamberlain luidop
uit Alleen de Duitsche regeering,
en de Duitsche regeering alléén, is de
schuld van den gestoorden vrede, zij
alléén heeft met geweld alle vredespo
gingen verijdeld
DE HOUDING VAN ITALIË
Geen militair initiatief
Reuter meldt
De radio van Rome heeft in den
nacht van Zondag op Maandag gezegd
In de laatste weken werd heftige
en menigvuldige critiek aan het adres
van de Regeering uitgebracht.
De openbare meening heeft den in
druk gehad dat hare werking ontoerei
kend was en van gebrek aan samen
hang blijk gaf.
In een verklaring die hij aan de pers
aflegde, heeft de Eerste-Minister dit
onbehaaglijk gevoel uit den weg ge
ruimd. Dit gevoel was in groote mate
toe te schrijven aan het feit dat door
de zware taak die zij te vervullen heb
ben, de leden van de regeering den
tijd niet hadden om aan de bevolking
uiteen te zetten den aard, de strekking
en den omvang der maatregelen die
sedert het begin van den oorlog, hier
te lande genomen werden.
Er zijn landgenooten die zich inbeel
den dat zij, omdat zij van de neutrali
teit genieten, den weerslag van de vree-
selijke, bloedige gebeurtenissen die on
ze naburen teisteren, niet ondergaan.
België is niet in oorlog, doch het
bevindt zich in den draaikolk van de
internationale crisis. Ziedaar de oor
zaak van sommige maatregelen die
door de openbare meening niet wor
den begrepen. Moest de toestand ver
ergeren, dan zou men haar verwijten
die niet genomen te hebben
De gebeurtenissen ontwikkelen zich
in een zeer snel tempo. De besten on
der de burgers verliezen uit het oog
wat gedaan werd om de bestaanszeker
heid van het land te waarborgen, zijn
eenheid te bewaren, misbruiken tegen
te gaan en te vermijden dat te zware
beperkingen en ontberingen aan de
Belgen worden opgelegd. De over-
groote meerderheid der Belgen wenscht
niet in het conflict betrokken te wor
den. Er zijn maatregelen die op ge
geven oogenbkliken dringend gewor
den waren en die door een geëvolu-
eerden toestand later niet meer gewet
tigd waren. De Regeering heeft ze ter
stond gewijzigd of ingetrokken. Is het
verwarring of besluiteloosheid Neen,
het is wijsheid efi gezond verstand.
Het is heelemaal nutteloos beperkin
gen te behouden als de omstandig
heden die niet vergen.
Er zijn anderzijds maatregelen die
door het publiek met verbittering wor
den aangenomen. Geen enkel mede
burger zal nochtans meenen dat ze ge
nomen worden om de menschen te
plagen. Het zijn beschermingsmaatre
gelen. Iedereen heeft den plicht voor
zichtig te zijn, de mogelijke verwikke
lingen te berekenen en van nu af be
sluiten te nemen die nadien verrassin
gen zullen vermijden.
Andere onzijdige landen die, zooals
■«■■Binmnnn»
wij, de vrijheid, de onafhankeljikheid
en de integreteit van hunne democrati
sche instellingen willen vrijwaren, zijn
veel verder gegaan dan wij. Zij hebben
zich een strenge tucht opgelegd opdat
de bevolking zich later geen grootere
opofferingen zou moeten getroosten.
In Belgie werd de mobilisatie slechts
gedeeltelijk doorgevoerd in Holland
en Zwitserland algeheel.
In dit laatste land zijn de maatrege
len op oorlogsvoet tot het uiterste ge-
gedreven er is gebrek geweest aan
geneesheeren in de hospitalen, groote
pachthoeven waren verlaten, de auto
bussen waren in de eerste dagen spoor
loos verdwenen. Nu komt er eenigszins
ontspanning in Zwitserland. Maar men
is karig inzake de verlofdagen bij het
leger.
In deze twee onzijdige landen is men
overgegaan tot rationneering. De Zwit-
sersche pers staat onder zeer streng
toezicht. In vele gevallen, is de bur
gerlijke overheid aan de militaire on
dergeschikt. Holland, dat in zijn ko
loniën talrijke petroleumbronnen bezit,
heeft, om benzine te besparen, 's Za
terdags en 's Zondags het autoverkeer
verboden. De maximum-snelheid is op
70 kilometer gebracht. Wie zich daar
aan niet onderwerpt, kan tot 4 jaar
opsluiting gestraft worden.
Deze vergelijking is noodig om aan
allen die wenschen dat België de groo
te moeilijkheden die voor de deur
staan te boven komt, te doen begrij
pen dat strenge tucht noodig is, alsof
wij in oorlog waren. Het ordewoord
moet zijn met de overheid samen
werken en zich niet verzetten tegen
besluiten die in het gemeenschappelijk
belang worden genomen.
De bevolking verlieze niet uit het
oog dat de mobilisatie ten gevolge
heeft dat de groote besturen de dien
sten van vele medewerkers moeten ont
beren. Daardoor komt vertraging in
de uitvoering van zekere reglementen.
Zoo is er een Staatsbestuur dat'in nor
malen tijd 3.500 ambtenaren en be
ambten telt, waarvan er 800 zijn ge
mobiliseerd. Er is dus meer werk voor
degenen die blijven, en daarbij komt
nog dat nieuwe vraagstukken iederen
dag oprijzen.
Deze moete in der haast opgelost
worden.
Nationale tucht en medewerking is
aller plicht.
Op deze wijze alleen zullen wij er
in slagen de vrede te bewaren en dat
allen wat voeding en dagelijksch le
vensonderhoud betreft, het minimum
van offers vergen.
dat Italië geen enkel voorstel heeft
vooropgesteld, om een einde te maken
aan den oorlog, maar dat het zijn mo-
reelen steun zal geven aan iedere be
weging, die in dien zin zal gedaan
worden.
De woordvoerder heeft nog eens
herhaald
De verklaring, dat Italië geen en
kel militair initiatief nemen zal, houdt
steeds stand
Volgens een Engelsch blad, kan
Duitschland geen langdurigen oorlog
beginnen.
De militaire medewerker van de
Yorkshire Post schrijft in zijn blad
dat Duitschland onmogelijk een lang
durigen defensieven oorlog voeren kan
Hij is van meening dat de sterke stel
ling van het Fransche leger Duitsch
land weldra zal verplichten een groot-
scheepsch offensief in te zetten.
De voorzichtigheid, zegt hij, wil dat
de Duitsche legers een defensieve hou
ding blijven aannemen, maar de tijd
laat zulks niet toe, en eischt vlugge
resultaten. De Duitschers moeten re
kening houden met het naderen van
den Winter, met het ^lijk dat hun
vooruitgang zal stremmen, en de regen
die hun verschansingen van de Sieg-
fried-lijn zal overstroomen.
Wat de munities betreft zal Duitsch
land zijn legeractie moeten afstemmen
op de voortbrengst van de fabrieken,
en met de brandstof zal het zeer spaar
zaam moeten omspringen. Met moet
niet vergeten dat de voorraden van
het Reich thans kleiner zijn dan in
1914 en dat thans meer markten voor
Duitschland gesloten zijn dan toen.
Duitschland geeft zich volkomen re
kenschap van het gevaar dat het loopt
met het aangaan van een langdurigen
oorlog. De verbondenen zouden de ne
derlaag kunnen bewerken door te vol
harden in een defensieve houding en
te wachten op de uitputting van den
vijand. Duitschland is dus verplicht te
handelen.
Ofschoon geen voorteekenen van
een nakend offensief aanwezig zijn, is
het van belang aan te stippen dat tij
dens de afgeloopen week troepenaf-
deelingen verkenningen hebben door
gevoerd in de sectoren waarachter be
langrijke troepenafdeelingen waren sa
mengetrokken. Een daarvan had plaats
ten Westen van Carlsruhe om de macht
van het Fransche leger te toetsen, de
andere nabij Saarbruckcn om een stel
ling te heroveren. Al deze pogingen
konden door het geschut worden ver
ijdeld, en de opstelling van de Fran
sche legers heeft geen wijziging onder
gaan. Integendeel hebben de Fran
schen hun stellingen kunnen verbeteren
en deze stellingen beschermen de ver
der achterwaarts liggende Maginotlijn.
Duitschland had er stellig niet mede
gerekend te moeten doordringen door
heen deze diepe dubbele zone. Moest
Duitschland dit probeeren, het zou
mislukken. De Fransche lijnen zijn
overal tot het uiterste versterkt, en de
diepte waarop de troepen zijn opge
steld, laat niet toe de Duitsche krijgs-
methode met succes toe te passen.