De wereld in I 1 4 Hoe dikwerf reeds in het leven smaakten wij liet zoel genot een onzer brave medeburgers warmpjes de hand te drukken, en hom hertelijk geluk te wenschen bij de geboorte van eenen lang verwachten zoon, een vurig gewenschte dochter. Met hoeveel zalige zelfsvoldoening hoerden wij dan ook de feest vierende vaders gemoedelijk kouten en keuvelen over de toekomst van het welgekomen wicht. Welkom, immers, is bij ons schicrovcral een nieuwgeborene, hoe talrijk ook de dischgenoolen reeds ten huize mochten zijn. Wie werkt krijgt eten, dit is de eenvoudige filosofie onzer vrome boeren. O neen, het zoontje moest geen schrift- of schijngeleerde, geen overmoedige sabeldrager, geen kale bureel rat worden een landman moest hij eens zijn, een felle slcrkgebouwde boer, een primus der lagere dorpschool, een vlijtige akkerjongen, die met oordeel en overleg zou leeren mesten en ploegen, planten en zaaien, pikken en maaien een dorpeling van het goede ras zonder verwaandheid of heerschzucht kortom, een nederig maar verdienstelijk burger, tevreden en vergenoegd in zijnen slaat, behagende aan God en de menschcn. Gelukkige vader, dachten wij, die zoo innig de onvergelijkelijke genoegens van het stille buitenleven beseft Gelukkig kind welk een dergelijke opleiding te wachten staat. Gelukkige samenleving die zulke bestanddeclen ovcr.loedig bevat 1 En zoo wij nu aldus meejuichten bij de geboorte van zoovele toekomstige zonen en dochters onzer velden, hoe zouden wij thans' niet meejuichen en jubelen bij de letterkundige geboorte van De Hopboer -, het vurig gewenschte en jaren lang verbeide kind onzer droomen het lievelingswicht ter wereld gekomen om al zijne broeders en zusters der Vlaanderschc en Brabantsche hopgouwen tot zich te trekken, er eenen machtigen bond,eene orde en vredelievende, .samenwerkende vereeniging van te vormen. Luide en vreugdevol roepen wij nu ook den pasgeboren een hertelijk welkom toe. Welkom, ja duizendmaal welkom 1 Gij ook, vurigverwachto medehelper onzer hopkweekers, gij zult werk en kost onder uwe medeburgers vinden. Dankbaar en erkentelijk richten wij op uwen heugelijken geboor tedag hert en oogen ten hemel en smeeken vurig den Algever, dat Hij zijne mildste zegeningen over uw toekomstig leven en streven genadiglijk wille uitstorten Van uit ons nederig dorpje reiken wij uwen overgelukkigen Vader, uwe geliefde Pleegouders, uwe welbeminde Peters de hand, en wenschen hun grondhertig geluk, heil en zegen

HISTORISCHE KRANTEN

De Hopboer (1904-1984) | 1905 | | pagina 6