69
9
2
i
2
3
3
2
3
C
C
C
C
C
C
C
G
C
C
C
C
c
G
C
proeven volgens plan A, B on plan C
A. Grond
1. Aard van den grond, (samenstelling)
2. Watergehalle (nat, droog..
3. Dikte der bouwlaag
4. Aard van den ondergrond
5. Watergehalte
6. Andere belangrijke aanmerkingen met uw gedacht
7. Helling en ligging (hoog, laag
8. Beschutting
b. Plant
1Soort van hop
2. Herkomst
3. Ouderdom
4. Andere aanmerkingswaardige punten mot uw gedacht
C. Bemesting'
1. Vroegere bemesting (jaar te voren)
2. Bemesting vóór of binst den winter
3. Bemesting na den winter
4. Wijze van toedienen
5. Afzonderlijke bemesting der perceelen met juiste aanduiding der
tijdstippen, hoeveelheden, enz.
6. Uw gedacht daaromtrent
d. Bemerking' en doenwijze
1. Voorgaande vrucht, hoelang is de grond met hop beplant
2. Bewerking van den grond vóór den winter
3. - na
4. binst den groei
5. Bewerking van de hop vóór en na den winter alsook binst den
groei
G. Hoeveel hopkeeslen op hel proefveld
7. Hoeveel ranken per staak
Teral peine
Esschene
St-Ulrie’s-Capelle
Wam beek
Schepdael
Slrijlhem
Eijseringen
Goyck
O. L. Vrouw Lombeek
Borgh-Lombeek
S'-Catharina Lombeek
Liedekcrke
Pamel
Maxenzele
Molhem
Opwijck
Vragenlijst te beantwoorden door de proefnemers
op bemesting.
A, B
A, B
B
A, B
A, B
B
A, B
B
B
B
A. B
A, B
B
AB
A, B