De Hopwjag te Poperinge.
2.3
Grondbewerking.
Om goede uitslagen te bekomen moet de grond van den hopakker
gedurig bewerkt worden niet alleenlijk om hem zuiver te hou
den van onkruid maar vooral om den toegang van lucht en warmte
niet te beletten en aldus het verleren en het omzetten der mest
stoffen te bevoordeeligen.
{Vervolg).
Door hol Eeuwig Edict <12 Juli 1611) bevolen Albrecht en
Isabella, vorsten onzer provinciën, aan alle steden en kasselrijen
hun oude costumen en usantien te doen goedkeuren en waarwerken,
bijaldien deze besturen zulks tijdens de regeering van Keizer Karei
verzuimd hadden.
Dientengevolge zonden de wetheeren van Poperinge het boek der
costumen of gebruikelijke rechten op, die uit de volksgewoonten
geboren en steeds, op 't voornoemde grondgebied, door de inwoners
gehandhaafd wierden. Nadat de Geheime Raad des lands deze ver
zameling van - costumier recht - onderzocht en verbeterd had,
kondigden de vorsten ze, op 27 Februari 1620. af als Costumen ende
Usantien van de Stede, Ketire ende Jurisdictie van Poperinghe.
In dit costumier recht vinden we onder anderen alle wetsbepalin
gen nopens het koopen en het verknopen van allerhande goed.
Dewijl de hophandel in de streek zooveel belang opleverde, bestonden
van den eenen hoplochting totden anderen, moet gewijzigd worden.
20 tot 30.000 k. stalmest .voor den winter in te>
ofwel eene voldoende hoeveelheid mengmestl delven.
150 hectoliters ale(voor den winter toe te dienen).
600 k. ijzerslakken t
600 k. kaïniet i zoo vroeg mogehjk in Ie werken.
Desnoods 200-300 k. sodanilraat of zwavelzuren ammoniak.
Deze formuul is berekend per hectare (Eene hectaar is gelijk
aan 325 Aalstersche roeden of 400 Brabandsche roeden).
Het ware hoogst wensebelijk dat elke hopteler kleine proeven
aanlegde ten einde te onderzoeken welke voor zijnen grond, voor
zijne soort enz. de best geschikte bemesting mag wezen. Nogmaals
eene algemeene formuul voorschrijven is eene onmogelijke zaak.