9 aan den toesteen der praktijk te wêerstaan de rechtatreeksche proefondervlndlng zou hierin het laatste woord dienen te zeggen. Het werd dan ook zoo geschiktproeven, talrijke proeven werden ondernomen in de verschillige gemeenten van het hopkwartier. Wij zullen hier niet aanhalen wat al wederspannigheid en moei lijkheden in den beginne optraden gelukkig werden zij gedurende de drie achtereenvolgende jaren proefneming spoedig overwonnen. Vergenoegen wij ons bij bel uiteenzetten hoe wij binst het afgeloopen jaar zijn te werk gegaan en welke uitslagen onze pogingen kwamen bekrachtigen. Wij zullen thans enkel handelen over De Proeven met vroege Marjolin ’s. Het uitvoeren der proeven werd, onder ons bestuur, toevertrouwd aan M. Karei Moerenhout van Sint-Ulrlch-Capelle Deze werd gelast met het leveren van het noodige plantsoen, den ceruismesten verders al de vereischte inlichtingen nopens de teeltwijze der vroege kei- kens laat ons in ’t voorbijgaan hulde brengen aan de zelfsopofferin- gen en den goeden wil waarvan hij menigvuldige bewijzen gat. I Plantsoen. 1. Variëteit o/ soort. De Marjolin’s, ook keikers genaamd, die sedert lange jaren in de omstreken van Assche, Mechelen, enz. op groote schaal als hoofdvrucht geteeld worden, schijnen ons best geschikt als tusschenplanten. Immers het is wenschelijk voor het gemak der bewerkingen van den grond, even als om het doorrijden met allerhande getuig dienende om de ziekten te bestrij den, zoo weinig mogelijk te belemmeren, dat de aardappels einde Juni en begin Juli ingeoogst wezen en alzoo het land vrij laten liggen, Enkel vroege soorten kunnen aan dit desideratum beantwoorden en onder deze laatste mag de Marjoliu ongetwijfeld op de eerste rangen geplaatst worden. Onnoodig meenen wij die zoo gunstig gekende aardappelsoort te beschrijven zij is door de bevolking uit de hopstreek genoegzaam gekend waar zij de beleekenisvolle namen van keikens of muisjes draagt. Hoe verdienstelijk de gewone keikens ook wezen, toch zijn wij van gevoelen dat zij bij een doeltreffend sorteeren, en uitlezen veel kunnen winnen onder opzicht van vroegrijpigheld, wêerstands- vermogen aan ziekten en vorst, opbrengst en hoedanigheid. Wanneer denken onze keikersboeren er eens erstlg op na? Zou de vereeniging op dit gebied niets kunnen reweeg brengen Victor’s zouden, ons erachtens, ook kunnen inschikken om als tusschenplantsel te dienen. Men zegt dat zij min bestand zijn tegen de ziekteen wel bijzonder tegen de krol. Edoch, wij meenen dat de veredeling of het uitzaaien, hier zooals elders, den toestand kunnen verhelpen. Trouwens de toekomst zal dit vraagstuk wel oplossen.

HISTORISCHE KRANTEN

De Hopboer (1904-1984) | 1910 | | pagina 15