r
40
ONZE WERKING
IN DE FRONTSTREEK 1919-1922
Op hel einde van 1920 stelde hel Ministerie van Landbouw
bijzondere schalt ingscommissies in, die de uitgevoerde werken
van landherstel zouden schatten en zoo de verschuldigde
sommen zouden vaststellen van Januari, 1920 af hebben die
commissies, regelmatig in elke gemeente van de frontstreek
zetelende, kunnen het bedrag van voorschotten voor uitge-
voerde werken vaststellen, en hunne uitspraak laten goed
keuren door de bevoegde besturen. Evenwel na acht maan
den hebben de meeste landlieden de beloofde voorschotten
voor reeds uitgevoerde werken nog niet ontvangen, alhoewel
al de bundels sedert lang aan hel hooger bestuur werden
overgemaakt. Landbouwers die twintig, dertig hectaren ver
effend hadden, en vijftien, twintig en meer duizend frainjk'
uil hun eigen zak uitgegeven hebben, trokken tot nog toe
geen cent eigenlijke vergoeding voor landhcrstel.
Daarenboven dient ook in acht genomen dat met recht en
reden, die voorschotten voor landhcrstel toekomen aan den
pachter, die zelf al de werken van vereffening uitvoerde en
al de kosten afdroeg.
Maar daartoe is de volmacht of toestemming van den eigc-
- naar van doen. Weigert een baatzuchtige eigenaar die vol
macht aan zijn pachter te geven, de uitbetaling van het voor
schot blijft hangen.
Onderstellen wij dal de eigenaar reeds een eindvonnis
bekomen heeft, en dat hij de vergoeding reeds ontvangen!
heeft buiten de wete van den pachterals de pachter nu voor
de landelijke commissies een voorschot voor uitgevoerde wer
ken vraagt, dan staal hij bitter teleurgesteld I Hetzelfde be
denkelijk lot staat dien pachter te wachten wiens eigenaar
verzuimd heeft de beschadiging zijner landerijen in te die
nen bij de Rechtbank voor Oorlogsschade.
Wel is waar heeft Mijnheer Boereboom, Bestuurder van
den bijzonderen dienst van landbouwherslcl, onlangs ver
klaard dal er geen vonnissen in zulke zaken ten voordeelo
eigenaars zullen uitgesproken worden, zonder eerst den pach
ter te verwittigenbij aldien de eigenaar aan dezen geen!
volmacht verleend had.
Doch laten wij onderstellen dat een eigenaar halsstarig
weigert aan zijn pachter procuratie te geven, gaat de zaak