DE HOPBOER Verdelging der Mannelijke Hopplanten en der Wilde Hoppotelingen 4 Tijdschrift der Belgische Hopteelt. Juni (1930) 2 23° Jaargang Nr at onze hopstreken. De Jpste/raad bestaat uit vertegenwoordigers van De Minister van Landbouw herinnert de belanghebbenden eraan dat, krachtens het koninklijk besluit van 5 Augustus 1926, het verdelgen der mannelijke hopplanten verplichtend is in al de gemeenten, waar hop verbouwd wordt. Een enkele uitzondering wordt gemaakt voor de hopakkers van de rechterlijke arrondis.-ementen Veurne en Yper, waar voorloopig.één enkele mannelijke hopplant geduld wordt op e.-n hopakker van ten minste 1200 staken of leiddraden twee mannelijke hopplanten op een hopakker van ten minste 2700 staken of leiddraden; vier mannelijke hopplanten op een hop akker van ten minste 6000 staken of leiddraden. De krachtens deze toelating behouden mannelijke hopplan ten, moeten staan in de buitenrij van den leiddraad die den Zuider-, Zuid-Wester- of Westerzoom van den hopakker vormt, en mogen slechts aan één enkelen staak of aan één enkelen leiddraad -vas gemaakt zijn. Het gunstigste tijdperk voor het verdelgen der mannelijke hopplanten is dit van 15 Mei tot 15 juni. Liet wordt den belanghebbenden eveneens herinnerd dat. krachtens het koninklijk besluit van 2S Juni 1929, de verdel- Alle briefwisselingen betrekkelijk heb Tijdschrift moeten gezon den worden aan den Uoofdopstellcr van De Uopboer 5, Kerk- hofstraat te Poperinghe De prijs bedraagt 3 fr. voor de leden der hopbonden 5 fr. voor niet leden. Voor annoncen en abonne menten zich wenden tot het Secretariaat van het Hop verbond van het Land van Poperinghe, te Poperinghe.

HISTORISCHE KRANTEN

De Hopboer (1904-1984) | 1930 | | pagina 1