14 AUGUSTUS 1956
109
kapel te bou-
won-
Lory, wiens hoeve tot in de jaren 1900,
stond, omgeven door bossen.
Op een
Steingaden enkele beelden maken om
te dragen in de jaarlijkse ommegang. Bij deze behoorde het
ze ter zijde gezeteen
van een boerin Maria
Nadat wij de eerste dag hoppevelden en proefstations bezocht had
den, werd de tweede dag van onze reis besteed aan een uitstap in de
mooie Beierse Alpen. Met een bergbus en een oude chauffeur die de
streek op zijn duimke kende, zetten wij 's morgens te 7 uur aan. De rit
ging door vele boerendorpen met hun hoge typische meibomen en met
hun kerkjes waarop een ajuinvormige koepel als torenversiering prijkte.
In de verte lagen de blauwdonkcrc bergtoppen waarvan de chauffeur nu
en dan een naam meedeelde de drie torens, de Zugspitze die de grens
vormt tussen Oostenrijk en Duitsland. Boven dat heerlijke landschap een
helderblauwe lucht waarin witte wolkjes dreven.
Zo kwamen wij plots te midden velden en weiden op een open
plaats voor een hoeve die als spijshuis was ingericht. Een honderdtal me
ter verder op een kleine hoogte rees een eenvoudig witgekalkte kerk met
daarachter enkele gebouwen. Die Wics-kirche toonde ons de chauffeur,
de mooiste kerk van de wereld voegde hij eraan toe. Het scheen ons
ongelooflijk toen wij dat witte gebouw te midden de weiden bekeken, en
toch toen wij er binnen kwamen stonden wij vergaapt over zoveel schoon
heid. Hoe was dat mogelijk dat juist hier zo een prachtige kerk werd ge
bouwd Om hierop een antwoord te vinden moeten wij even de geschie
denis ervan nagaan.
Deze kerk werd gebouwd tussen de jaren 1730-1750 ter ere van de
Gegeselde Zaligmaker. Nu staat boven het hoofdaltaar het beeld dat de
geseling van Christus voorstelt en dat aan de oorsprong ligt van de kerk
en van de bedevaarten die hier plaats grijpen.
Rond 1730 liet de abt van
deze mee
beeld van
zaterdagavond, tijdens het avondgebed, zou het beeld ge
weend hebben. De boer haastte zich de tranen met een doekje op te
nemen en gaf dit aan de abt van Steingaden.
Anderhalf jaar later werd toelating verleend om een
wen waar de boeren uit de omgeving kwamen bidden en soms op
de Wieskerk. Enkele jaren later werden
ervan, de gegeselde Zaligmaker, kwam in handen
in der Wies (in de weide)