- De Hopplukmachine Allaeys. Poperinge. Produktic 180 240 planten per uur. of ver- 28 1957 van welkekrankheit zodat het regelmatig wieden in het hopveld zich als een onontbeerlijke hygiënische maatregel opdrmgt. Dc houterige delen van de afgestorven planten stellen, zoals trouwens de overgebleven hopperanken, voedings stoffen ter beschikking van de ziekteverwekkers, die voor de instandhouding van de soort cr natuurlijk goed gebruik zullen weten van te maken. Door het regelmatig wieden bekomt men tevens een betere bodcmvcrluchting, en iedereen weet dat op dichtgeslagen gronden de levensvoorwaarden altijd gunstiger uitvallen voor de schadelijke micro organismen dan voor de plant zelf. Het uitwieden wakkert dus onrechtstreeks de plantengroei aan. In verband met het voorgaande, weze nog aangestipt dat de zwam Verticiïlium alboatrum die veruit de meeste schade aanricht, een predilectic heeft voor de aardappel- cn tomatenteelt, liet verbouwen van aardappelen tussen de rijen of in de onnnddellijkc nabijheid van een hopveld is der halve af te raden. Wanneer de schade meer dan 30% bedraagt, moeten de wortelstokken terstond uitgeroeid worden cn zal men minstens 10 jaar wachten vooraleer op dezelfde plaats ecu nieuwe lochting aan te leggen, daar het bewezen is geweest dat de betrokken organismen even lang in leven konden blijven. Het zou inderdaad onzin zijn in dergclijke omstandig heden de cultuur te willen voortzetten. De op zieke percelen aangeplante hop gaf anderzijds aanleiding na 1 of 2 jaar tot een herbesmetting van 50-60 De Duitse hopteelt bleef in

HISTORISCHE KRANTEN

De Hopboer (1904-1984) | 1958 | | pagina 29