Nr. L 117/47
de Europese
29. 4. 78
U1J1.ACE II
B. METHODES VOOR DE BEPALING VAN HET VOCHTGEHALTE VAN DE HOP
van
droogmiddel zoals silica-
1
eventueel het gehalte aan
2. Menging
De monsters moeten zorgvuldig worden gemengd om een monster te krijgen dat representatief is
voor de gehele partij.
voorzien zijn van
4. Behalve tijdens het transport moeten de monsters koel worden bewaard. De recipiënt mag slechts
voor onderzoek of analyse van het monster worden opengemaakt nadat het monster opnieuw op
kamertemperatuur is gekomen. t
van de
Metalen dozen met een diameter van 70 a 100 mm die 20 a 30
een goed sluitend deksel.
Het gewicht van
mm diep zijn en
en die een
3. Trekking van dccimonsters
Na de menging worden een of meer representatieve dccimonsters getrokken. Behalve indien het
slechts om controle op het gehalte aan vreemde bestanddelen gaat, worden deze monsters in een
recipiënt, zoals een metalen doos of glazen vat gedaan, die vervolgens hermetisch wordt gesloten.
het vochtgehalte en
im nauwkeurig weegt.
Elektrische droogstoof met op 105 - 107 °C afgestelde thermostaat. De doeltreffendheid
deze droogstoof moet worden gecontroleerd door middel van de kopersulfaatproef.
Publikatieblad van
b) Onverpakte hop
Uit een hoop hop worden op 5 tot 10 verschillende plaatsen, zowel aan de bovenkant als op
verschillende diepte, gelijke hoeveelheden genomen. Het monster wordt zo snel mogelijk in de
recipiënt gedaan. Om snel kwaliteitsverlies te voorkomen, moet de hoeveelheid hop groot ge
noeg zijn om bij het sluiten van de recipiënt sterk te worden samengeperst.
het monster mag niet kleiner zijn dan 100 gram.
18 -
Gemeenschappen
A. BEMONSTERINGSMETHODE
1. Methode (i)
Aanbevolen wordt het voor de bepaling van liet vochtgehalte bestemde monster niet te malen
Het is zeer belangrijk dat de monsters met langer aan de lucht worden blootgesteld dan de tijd die
minimaal nodig is om ze uit de recipient over te brengen in de doos waarin ze moeten worden
gewogen (en die voorzien moet zijn van een deksel).
Apparatuur
Balans die tot op 0,005 grai
1. Monsterneming:
a> uXt mtrtikel 4 voorgeschreven aantal verpakkingseenheden wordt telkens een1
hop genomen waarvan het gewicht in verhouding staat tot het
heid en wel zodanig dat het aantal hopbellen groot genoeg is om een monster krijgen dat
representatief is voor de verpakkingseenheid.
Gewone exsiccator waarin voldoende plaats is voor de dozen
gel met van kleur veranderende vcrzadigingsindicator bevat.
De bemonstering van hopbellen voor de bepaling van
vreemde bestanddelen geschiedt als volgt
Werkwijze
Bepaal na tarravaststclling nauwkeurig het gewicht van een hoeveelheid hoo van 1 c
zich in ccn van het deksel voorziene doos bevindt. Ga zo snel mogelijk te werk' V “T t K'
deksel en plaats de doos gedurende precies één uur in de droogstoof Doe het deksel smï"
de doos.cn plaats deze alvorens haar te wegen gedurende ten minste 20 minuten in de •xTkxatm
om af te koelen. L vxMccator