Hulde aan Koning Albert;
bij de Belgen in Frankrijk
f Helaas! HIJ vermoedde het gevaar niet
f en 'fc is dit droevig einde dat de wereld
i ln verslagenheid gebracht heeft.
PROFESSOR DE WULF
AAN DE EER
AARTSVERRADER
Twee Missionarissen van het Missiehuis van Scheut
tot Bisschop benoemd in Belgisch Congo
Een Vlamertingsche Missionaris wordt Bissc^p
111
VAART IEPER-LEIE
De verslagenheid door het onverwacht
en pijnlijke afsterven van onzen geèerden
Vorst trof even diep onze laodgenooten
buiten als binnen Belgie.
We ontvangen van beer Van Ee«e-
Boenen uit Pont-Audemer tEure) een
nummer van bet Journal de Pooi-Auoe-
fryf r als hoofdartikel drukker-d liet ver- i
ring van den rouwdienst, in che stad ge-
bouden, ter zielelafenis van ocaec be
treurden Koning.
We nemen er volgende uit:
De hulde aan de nagedachtenis van
'm Óen aftigen Koning der Be «en, en-
m waarvan bet initiatief genomen werd
EEN HULDEDAG AAN DB
LEUVENSCHE ALMA MATER»
gat
beid
ca la «tt pt
door de Camerades de Combat
Zondag aanleiding tot eene plechtig!
even roerend als prachtig
Inderdaad, in eenparige opwelling
kwamen alle overheden, burgerlijke, mi-
litaire en geestelijke, van het arron-
dissement bijeen, met alle maatschap-
pijen om aan de in rouw gehulde Natie
blijk te geven van de onsterfelijke dank-
baarheid van Frankrijk jegens den Ko-
ning-soldaat. Bidder van de eer van zijn
.In de kerk van Saint Ouen, versierd
met al haar Fransche vlaggen, hadden
godvruchtige handen de hjkbaar opge-
stsld, omkleed met de Belgische kleuren,
en aan den voet, de groote lauwerkroon
gelegd, die herinnerde dat de Koning een
der overwinnaars was van 1918. Binst
dat de dooekiok klepte, kwamen de leden
der Belgische Kolonie in grooten getalle
plaats nemen in het koor, waar de
plaatsen der families in rouw hun voor-
f behouden waren.
Het is elf en half uur. In de verte
dreunt een trillende Marseillaise en
men hoort, onder het spelen der trage
en droevige treur march van Chopin, de
lange en indrukwekkende stoet, langs
weerszijden begeleid door een lange haag
pompiers en scouts, aankomen.
Dan komt eene lange opsomming van
alle tegenwoordige overheden.
De Aartspriester van Pont Audemer,
gedocoreerd met het Orde van Koning Al-
bert, verwelkomt de overheden aan het
portaal der kerk en leidt ben naar hun
voorbehouden plaatsen. De groote kerk is
te klein. Ze vult zich vlug tot aan het
hoogkoor, tot ln de minste hoeken. De
aanwezigen staan tot op de straat.
En nochtans ae staan daar Ingetogen en
biddend, in een doodsche stilte, allen met
een zelfde gedacht bezield.
Volgt de beschrijving van den dienst,
pleohtig en kunstig uitgevoerd, waarna
de E. H. Van Eecke, die aalmoezenier is
van de Belgen in het Eure-gebied, dan den
predikstoel beklom, om de bedankingen te
hernieuwen der Belgische kolonie en tevens
de stichting, die voortgebracht wordt uit
Bulk een geknakt leven, bekend te maken
Zijne aandoening is groot; hij drukt zich
uit in allen eenvoud, die ln nauw verband
komt te staan met de welsprekendheid. En
Pvenaoo den held waarvan er sprake ls, als
alles wat aan hem doet denken, of ermede
in nauw verband komt te staan, spreekt
lüj uit met dezelfde eenvoudige kernach
tigheid.
En alle aandacht staat stug gespannen,
wanneer de spreker de levensverhandeling
van Albert I voorlegt, hij, die opvolger was
Van een uitnemend prachtstuk, ontving
reeds nog heel jong de koningskroon en
gaf zich ten volte over aan zijn koninklijke
taak, samen en geholpen door de koningin
Elisabeth, die zoodanig breed zijn levens
handelingen mededeelde en voelde, dat
hunne twee namen onvergetelijk en on
scheidbaar ons voor altijd in de geschie
denis zullen blijven.
Bij de regeering kwam hij voor den dag
vastberaden en sterk, een blijvende ge
dachte. Maar nooit zou de nederigheid van
zijn levenswijze, zijn handelingen,, zijn
aangenaam terughouden en niet groot-
eprekerij, een gedacht kunnen gegeven
hebben van zijn ridderlijken moed, hij
die eens aan de sterkste macht van Euro
pa de enge grendels van zijn klein ko
ningdom gesloten hield. _JH|
De sprekerjooc#- ïfpbétt "ervan sid
derden en een spotlach op de gefronste
gelaatstrekken verscheen, bij het be
schouwen van liet ultimatum van Duitsoh-
land's Keizer. Hij zegde: Maar voor wie
houdt hij me dan en het tot nog toe
nooit gehoorde: Ik bouw mijn stevigste
vertrouwen op Belgie, want een land dat
Eich verdedigt, mag overal zich toonen,
en gaat geenszins ten onder
Later dan, vastgeklampt aan de boor
den van den IJzer, een laatste strookje
van zijn vernietigden grond, sprak hij
Bezie ons hier nu, geschraagd en geleid
door de heldhaftigheid en Ja, dat zou
hij bewijzen.
Vervolgens, na den wapenstilstand te
ruggekomen ln zijn verwoeste land, legde
hij er zich op toe. samen met de koningin,
om de orde en den welstand wederom te
doen bloeien, de vreedzame en weldoende
Orde, die een Vlaming zoo graag bezit. Alle
andere werken beoefende hij en moedigde
hij aan, deze als vorst, vriend verbondene,
huisvader en goede kristen; en als fljn
kenner, doorweekt en gekneed met de
mensohenkennis, zeer geletterd, en zich
'uiterst verheugend in al wat maar ook
Se kemUs aanging, bleef hij zoo dicht bij
e zijnen, als het hem mogelijk was: te
leven midden zijn volk, zonder besober
'ining nog hoede.
1 Zijn volk kan in dit ongeluk niet ge-
looven; een ntet vermoeide en onverdroten
I menigte defileerde dag en nacht voor het
f levenloos lichaam van deze die men nog
l Wüde terugzien en begroeten.
En de Belgische Aalmoezenier eindigt
rijn slotrede vol van geloof en onderwer
Ping.
I Onder algemeen* ontroering zingt de
Aartspriester de Aibsouten en het In
Paradisum
Het groote orgel speelt indrukwekkend
de i. Brafoanqonme terwijl de menigte in
een diep stilzwijgen de kerk verlaat en
zich samen eohaart op de Groote Markt
en waar de vlaggen een regenboog van
kleuren samenstellen.
De Belgische families plaatsen zich ln
t midden, terwijl op het vooplein M. de
Onder-Prefekt, omringd van den Aarts
priester. van M. Le Mtre, de hooge per
sonaliteiten en de samengeschoolde me
nigte, eerbiedwaardig een laatste maal de
Brahancomne te hooren krijgen, uit
gevoerd door de muziekmaatschappij, ter
Herinnering aan Koning Albert en als hul
de aan den nieuwen vorst der Belgen.
Da plechtigheid is afgeloopen, de vlag
gen vereenigen zich om M. de Onder Pre-
fekt te vergezelten tot aan het stadhuis.
De menigte gaat uiteen met ontroerd
hart.
Het uurwerk van Saint Ouen slaat het
dertiende uur van den dag.
•o«-
K BEDANKING
r Eerw. Heer Van Eecke, vroeg aan
Journal de Pont-Audemer ln naam der
Belgische Kolonie, volgende bedanking in
te lassohen:
Ter gelegenheid van den Ptechtigen
Rouwdienst, gecelebreerd op 25 Februari,
in de kerk van St Ouen voor zijn Majes
teit Koning Albert I; de Belgische Kolonie
voor de streek Pont-Audemer. zeer gevoe
lig aan het grootsche spektakel der plech
tigheid, en het overgroote getal aanwe
zigen, biedt zijn gevoelens van erkentelijk
heid aan, aan M. de Onder Prefekt, ver
tegenwoordiger van het Fransche Gouver
nement; aan M. de Volksvertegenwoor
diger Le Mire, Ecre-Voorzltter van het
Verbond der Oud-Strijders; aan alte dap
pere Oud-Strijders; aan de Burgerlijke
Overheid; aan alte vertegenwoordigde
Maatschappijen en aan de zco talrijke be-1
Volting. gekomen ln een eenparige er.
(£18 vervolg onderaan 7* kolom.)
Woensdag te 15 uur had het huldebetoon
aan Prof. De Wulf plaats, die nu 40 jaar
de Wijsbegeerte doceert aan de Leuven-
sche Hoogeschool.
Hoewel het feest ln Intimiteit plaats had
omwille van den nationalen rouw, waren
zeker wel 4-500 bewonderaars van Heer
Professor De Wulf vereen igd in de Pro
motiezaal van de Universiteit, Naamsche
straat.
Onder de hooge aanwezigen stippen we
aan: Z. Exc. MgT Lamlroy, Bisschop van
Brugge; Mgr Ladeuze, rector magnificus
van de Leuvense he Universiteit en Mgr
Van Cauwenbergh, hulpbisschop van Z.
Em. Kardinaal Van Roey. Verder Zijn
Excell. den gezant van de Vereenigde Sta
ten, talrijke.professors van de Leuvensche
en van de andere Belgische en vreemde
universiteiten; de leeraars in philosophic:
de H H. Dupriël en De Coster, van Brus
sel; De Bruyne, van Gent; Sassen, van
Nijmegen; de Eerw. Paters Ghelünck en
Hocedez, van de Gregoriaansohe univer
siteit, enz.
Mgr Noël, voorzitter van het hooger In
stituut voor Philosophic, voerde de eerste
het woord. Na een stille rouwhulde aan
den overleden Vorst en een woord van
herinnering aan Z. Em. Kardinaal Mer-
cler, schetst spreker den levensloop van
den geleerden jubilaris. Professor De Wulf
is een oud-leerling, een vertrouweling en
een medewerker van Kardinaal Merrier cn
werd professor benoemd aan het hooger
instituut voor philosophic in 1893. Samen
met wijten Kardinaal Merrier vertegen
woordigde hij het prestige van de Leuven
sche hoogeschool ln de wetenschappelijke
wereld. In 1919 vergezelde hij Kardinaal
Merrier op zijn reis naar de Vereenigle
Staten. Weldra werden aan prof. De Wulf
cursussen In philosophic toevertrouwd 1*
de faculteit van Philosophic en Letteren,
In den grooten oorlog werd htj door de
Faculteit van Letteren te Poitiers verzocht
den leeraarstoel over te nemen van een
professor die ten oorlog moest. Na den
oorlog doceerde de H. De Wulf achtereen
volgens te Harvard, ln de Vereenigde Sta
ten, in Canada en onlangs nog te Durham
in Engeland.
Daarbij legde hij een ongehoorde actl
viteit aan den dag en publiceerde in heel
de wereld werken over phllosophische we
tenschappen. Vooral ln de philosophic der
middeleeuwen is hij sedert dertig jaar
thuis. Prof. De Wulf ls daarbij historicus
ln de soholastische philosophic en een
strijder voor het neo-scholastisch systeem.
Ook ls hij de bezieler van de door Kardi
naai Merrier gestichte Revue néo-scolas-
tique de philöwphie -Hij publiceerde te
vens onuitgegeven werken van Belgische
philosophen, vooral uit de middeleeuwen.
De geachte jubilaris ontving talrijke
eerbewijzen en onderscheidingen. Hij is lid
)®Wte^fte^h^l^nsc1iappen, 1903-1917;
tevens professor emeritus van de Har
vard Universiteiten doctor honoris causa
van de universiteit van Poitiers.
HIJ gaf Conferenties ln veel steden van
Frankrijk, Italië, Zwitserland, Engeland,
Vereenigde Staten, Canada, Spanje, enz.
Bij het einde zijner rede bood Mgr Noël
den Jubilaris een bijzondere uitgave uit
van een deel zijner werken, in een pracht
boek uitgegeven en door openbare in
schrijving bekostigd.
Namen vervolgens nog het woord om
den h. De Wulf te huldigen; de h. Nève de
Mevergnles, leeraar aan de Luiksche uni
versiteit, ln naam der oud-leerlingen; de
h. Martino, rector aan de Academie te
Poitiers; de heer Ruand, van de Harvard
Universiteit en de h. Wauters ln naam der
studenten.
Vervolgens werd lezing gegeven van twee
telegrammen van gelukwenschen, een van
Vatikaanstad en een van Koning Leo
pold HI.
Er werd medegedeeld dat talrijke tele
grammen toegekomen waren van vrienden
en bewonderaars uit het Binnen- en Bui
tenland, en uit de hooger onderwijsge
stichten van: Brescia, Lithaunie, Was
hington, New-York, Mlhan, Lyon, Rome,
Toronto, Polen, Munchen, Sabonne (Pa
rijs), College de la Paix, Crarovix, Ports
mouth, Utrecht, Madrid, enz, enz
Ontroerd dankte de h. De Wulf voor de
hem bewezen eer.
L EEN VAN DE TWAALF.
De Heer had op rijn schouders geklopt.
Hij was geen monster. Gekozen EJk de
anderen, had hij ook zoowel als de ande
ren den oproep beantwoord: Zie, ik kom
en volg U.Hij had goed begonnen.
Hij was bij den aanvang in 's Konings
dienst geen verworpeling. De Heer kiest
geen verdoemden op voorhand. Heiligen
waren ae niet de twaalf, maar er zat stof-
faüe in. om het met Gods hulp te «orden
Een bedorven slechterik ging de Heer
geen dag aan een stuk volgen zooals hij
het jarenlang deed. Een dubbelzinnige val
schaard met driekantige houding ging den
klaren doorzie nden bhk van den Mees
ter geen vier en twintig uren kunnen
verdragen. HIJ leefde in intiemen omgang
met den profeet en hij volgde Hem overal,
zag betrouwvoi in de toekomst en dacht
niet meer aan rijn vrouw en aan rijn
pachtgoed.
De persoon van Ohristus had hem aan
getrokken als een zeilsteen. Voor dien
Meester ontzag hij geen stappen, voor
Hem kloeg hij niet als er maar korenaren
plukken waren ln plaats van een bereid
eetmaal. HIJ was voor Hem, zonder voor
behoud. honderd per oen-t; hij verdedigde
hem ten allen tijde, predikte en maakte
progadanda voor Hem zooveel hij kon en
WON nieuwe leerlingen bij in de kern-
beweging.
En wederzijds, rijn Meester betrouwde
hem. nog meer zelfs dan de overigen want
hij het hem de zorg over de gemeer.e
beurs. Gewetensvol en begeesterd met een
ideaal, kweet hij rijn taak. Door het dage-
hjksch kon-takt met rijn Meester steeg hij
in volmaaktheid.
En op rijn steekkaart in den hemel had
den de engelen de getuigenis gestift: Hij
is een goede apostel.
Uit Rome wordt gemeld dat twee
missionarissen van Scheut tot Bis
schop benoemd werden in Congo.
Het vroegere Apostolisch Vicariaat
van Leopoldstad werd in twee ver
deeld: Leopoldstad Boma.
Komen er als Bisschop benoemd te|
worden:
Monseigneur Joris Six, van Vlamer-
tinge, Apostolisch Vicaris van Leo
poldstad.
Monseigneur Joseph Vanderhoven,
van Luik, Apostolisch Vicaris van
Boma.
mm
Nu heeft de Congregatie van Scheut de
volgende bisschoppen in leven:
In China: Mgr Abels; Mgr Janssens;
-»0»
Wat ons op deze plechtige hulde trof
was het groot getal priesters en klooster
lingen bijzonderlijk de jonge en stu
denten er aanwezig.
Hoe aanmoedigend voor ons, Katholie
ken. al die Jonge krachten na te gaan die
zich bereiden om den harden strijd voor
onzen Godsdienst aan te gaan ten bate
van hun volk.
Hoe troostend en aanmoedigend moet
het zijn voor den Heer De Wulf ln ge
dachte te overloopen al de jongelingen die
hij opgeleid en gedrild heeft om de Ka
tholieke leer steeds meer en beter te doen
kennen en verspreiden.
Poperlnge mag fier zijn over zijn stads
genoot.
BIJ alle wenschen den Heer De Wulf te
dezer gelegenheid aangeboden, bidden wij
hem en zijne Geachte Familie, ook onze
ootmoedige, maar welgemeende heilwen-
schen te willen aanveerden. Geve God dat
hij nog menig jaar zijn edel werk kan
voortzetten I
Door het Stadsbestuur van Poperlnge
werd aan Heer Professor De Wulf volgend
telegram toegestuurd:
Professor De Wulf, Leuven.
Gansch de bevolking uwer geliefde ge
boortestad neemt met harte deel aan
welverdiende huldebetoog.
Burgemeester Lahaye.
IIIIH41IIIIIBII
zullen neerstorten zal ook de laatste cent
uit hun zakken rollen.
Na hun begrafenis staat hun huis nog
recht met den gevel in simUL
De goede Meester voe!t nog den kus, rijn
wang gloeit er meer van, dan door den
kaakslag van dien onbekenden soldaat van
Kaïphas.
En Maria weet a lies en voelt ook alles.
Te vergeefs heeft Zij compasste met haren
Zoon, voor Hem kan Ze niets doen om
Hem te helpen; te vergeefs betft ze gebe
den en geweend opdat de apostel rijn ver
raad niet plegen zcu, rij beeft om berm-
bertigheid gesmeekt omdat hij tot geer.
wanhoopsdaad zou overgaan; ook vcor
hem kon zij niets doen, zijn hart was van
beton. Een apcsteiziel gir.g reddsk>06 ver
loren en op welk cogenblik?
En daarom ls liet dat die arme Lkrve
Vrouw mot haar scborte hst water uit
haar oogen dopt. A. Bi
2. DIEF.
Het begon met een mervenestje, o, ent
wat van niet. Een klein spaarpotje, dat
kon dienen in kas van nood, men kon
nooit weten. De appetijt lijk altijd kwam
al etend.
Weldra had hij twee mervenestjes en hij
telde en cijferde, drie, vier, ...zes ponken;
Satan telde en cijferde vier, vijf, zes zon
den. Judas dadht zeker: Een apostel die
cijfert en telt kan het ver brengen in het
koninkrijk.». «Heel ver... tot een kus
die doodtschaterlachte Satan op voor
hand. In hoeveel étappen wordt die
weg afgelegd? Die koers naar den af
grond?
Wanneer hij rijn gewetensonderzoek
deed, (Indien hij het deed) moest hij tot
de nuchtere bevinding komen: lk voed
aan mijn boezem een serpentje dat eiken
dag groeit en mij eens venijnig zal bijten.
Maar het ls nog zoo klein, een onschul
dig geestig beestje. Heel het diertje is
maar een steertje.
Inderdaad, het waren nog geen ronde
sommetjes, 't was 't spreken niet weerd;
maar de zaak zou toch ook een staartje
krijgen. Dat een weinig serpenteiwerglft,
daar in zekere zenuwoenters en klieren
ingespuit, rijn wil kon verlammen, ver
mosdde hij niet.
Gelegenheden aanvaardde hij, zocht hij,
onderhield hij. En de occasie maakt den
dief, altijd geweest. In een oogenfclik van
klaarte, ook de zinmsloazan hebben
zulke momenten wilde hij rijn ontslag
van éoonome aanbieden.
Maar neen, hij praatte rijn fouten goed:
't was zijn bediening, zLjn ambtsplicht
spaarzaam te rijn. Voor de knaging van
zijn geweten nam hij een verdoofmlddel-
tje dat de pijn verminderde en wegnam
Dat er een gaatje was in de gemsene
beurs en een wegeltje tot de private, dat
hij kon goochelen van 't eene naar 't an
dere... dat bleef toch een geheim. Dat
heette een slimme toer van een financier.
Hij biechtte- het niet.
De Meester zei er niets van en gaf geen
straf of penitentie. Het werd een ge
woonte, moeilijk om laten. Hij verdook
eerst zijn geld, daarna zijn fout. Hij over
tuigde rijn binnenste: Gij hebt gelijk, gij
zijt d.d. schabbewaarder.». En hij lepelde
zijfi-soep binnen lijk tevoren.
S. IüL"iK,HW uego, waar
om balfwege blijven haperen?
Men liegt weldra voor anderen. Er was
aan hem geen reohter kant te krijgen
Driehonderd denariën, het loon van
driehonderd dagen arbeid en dat zoo maar
in reukwerk verkwisten; maar men kon
honderd arme menschen daarmee blijde
maken.HIJ was dul op Magdalena en
haar parfumerie. En rijn gierigheid sprak
des te luider dat ze als haut-parleur de
liefdadigheid gebruikte. Ze sprak schoon
in naam der armen die hun nood klagen,
koopbare ziel, bereid om een ander te
verkoopen en te leveren.
Er is geen doen meer aan. Waar zal dat
eindigen? Tot aan het voorstel van den
zakenman: Hoeveel geeft gij mij, en ik
zal Hem u overleveren.
Als hij geen zedenleer meer eerbiedigt,
ln plaats van een moraal zal hij een esthe
tiek vinden, al dat schoon is, om rijn
koopje te verbloemen; hij zal op de plan
ken treden als kluchtspeler ln een trage
die, huichelen tot in de omarming, gebaren
dat hij een volmaakt berouw heeft, en den
kus geven der verzoening; hij wil er hon
derd geven, het kost niets. Kussen verarmt
niemand. Met een vloed van zeemzoete
woorden wil hij rijn kwaad afkoopen.
Woorden rijn geen oorden.
Het kwaad is logisch tot het einde, tot
het strop inbegrepen. De man van al of
nietskluchtspeler tot ter dood. Hij
snoerde eerst zijn beurs, daarna rijn ge
weten, verder zijn hert, ook rijn Meesters-
keel en eindelijk de zijne.
BIJ rijn begrafenis op den bloedakker,
heeft niemand een lijkrede uitgesproken.
Het laatste schoon woord in zijn leven
had hij gekregen van rijn Slachtoffer in
dan Olijvenhof: «Mijn vriend.». Het
Slachtoffer wanhoopte niet van rijn
4. MOORDENAAR.
De liefde voor dat serpenten jong heeft
alle andere liefde verwurgd.
Slaaf van rijn drift, wanneer die drift
hem met al de kracht en de klam van den
dwingeland zal gebieden, hij zal buigen en
blindelings gehoorzamen als een slaaf.
Voor een slaaf telt niets meer, noch eer,
noch vriendsohap, noch positie, nooh toe
komst.
Voor dssa slaaf der geldzucht telt maar
ééne zaak: GELD. Dertig zilverlingen,
prijs van een merasoh, bloedgeld. Van al
degenen die schuld -hebben aan 's Heerens
bloed zal hij de plichtigste zijn.
De klank van 't geld rinkelt zoeter dan
de zaahte stem van den Meester die hem
vriendelijk spreekt al rijn voeten was-
sohend. Doof op dit oor, hard van oor
hard van hert... Zooals het water van het
voetbad het verbot vel zijner voetzolen
niet verzacht, zoo zullen de warme tranen
die uit 's Heeren oogen langs rijn schene-
been vloeien rijn hard gemoed niet ver-
milderen.
Als de God-memoch in persoon het niet
vermag, wie zal een rots in simili doen
weenen? Er ls een soort ijsblok die in geen
oven smelt, maar die koelte brengt in een
hellevuur.
Satan is ln hem. ook met dien heeft hdj
handel gedreven. Hoe is de duivel binnen
gekomen?
Zonder eenaelvigheldskaart, (maar met
een masker). Het waren maar merve-
n-astjes. En 't was voor de armen.
5. HOPELOOS.
Hot is dus mogelijk verloren te gaan ïnet
Jezus aan uw zijde. Waarom niet, als men
bij den duivel te biecht gaat, voor klin
kende geldstukken of klinkende zoenen?
Er rijn nog menschen, het rijn geen
wangedrochten, «mat ze dragen kol en
manchetten, gij acwdt ze Onzen Heer ge
ven zonder biechten, ze bezitten het genie
van het kwaad en de kunst om zich te grl-
mecren, ze nemen dat itiet zoo hocg op en
as klimmen niet op c-en 'xxm ergens in de
vallei van Oedron. Maar ze zijn ook niet
aan 't einde van hun fi'an.
Hun «enzelvigheidskaart draagt geen
verreder «naam. Wanneer buil ingewanden
Mgr Desmedt; Mgr Joosten; Mgr Van
Dijck; Mgr Schot te; Mgr Otto; Mgr Fre-
derix.
In Congo: Mgr Declereq; Mgr De Boeck;
Mgr Ronselé: Mgr Decleene; Mgr Vander
hoven; Mgr Six.
De Phiiippijnen: Mgr Jurgens.
Daarbij nog een Apostolisch Prefect
Mgr Van de Walle en dan nog drie ge
wezen apostolische prefecten: E. P. Daems
(nu algemeen Overste der Congregatie
van Scheut) en E. P. J. Hoogers en P.
Cambier.
Het is misschien van belang te weten
dat den 1 Januari 1934 de missiecongre
gatie van Scheut 1038 leden telde en dat
zij in de missiën van China, Congo en de
Phiiippijnen zorgt voor meer dan 650.000
gedoopten en voor meer dan 100.000 cate
chumenen ongeveer allen van het heiden
dom gewonnen door haar missionarissen.
-•o»-
Het is een groote eer voor Vla-~
mertinge een Bisschop onder haar
inboorlingen te teüen en de paro-'
chianen zijn allen fier over de be
noeming van den Vlamertingschen
Bisschop!...
Men staat vol bewondering over
het grootsche werk dat Eerw. Pa
ter Six tijdens zijn missieleven
af gelegd heeft:
In KANGU, het begin van zijn
zendelingsleven;
In BOMA, waar hij schoolkapel-
len bouwde in al de dorpen tus-
schen Boma en Banana;
In MUANDA, het beproefde Mu
anda, met zijn griep en water
gebrek dat hij wist op te beuren.
In SCHEUT waar hij, in een
rustperiode, de zorg voor 't stof
felijke waarnam, en men zijn
bouwmeesterstalent benuttigde.
In LEOPOLDSTAD, waar hij als jj
pastoor zijn honderden zwarten
bijstond in hospitalen en negerd
hutten en waar hij tevens een
gulle vriend was voor alle blanken
van de hoofdstad, zoo missionaris
sen als kolonisten.
Daarom groeten allen eerbiedig
en met liefde DEN NIEUWEN
Verleden week Vrijdag namiddag 2"
Maart 1934, kwam hier het verheugend
nieuws toe dat Z. H. de Paus Pius XI den
Eerweerden Pater Joris Six, pastoor te
Leopoldstad (Belgisch Kongo) en Missio
naris van Scheut tart Apostolisch Vicaris
van het Vicariaat van Leopoldstad be
noemd had!...
Zondag binst al de Missen werd dit blij
de nieuws van op den predikstoel aan de
geloovlgen aangekondigd en ter gelegen
heid van deze eervolle benoeming van een
parochiaan werden de huizen bevlagd!...
Eerweerde Pater Hildon-George-Marie
Six, zoon van Cyrlel en van Ludovlca-
Maria Parret, werd geboren te Vlamertin-
ge, den 20 Oktober 1887.
Hij deed rijn humaniora aan St Vin
centlus College te leper en op 8 September
1907 trad htj in het Missiehuls van
Scheut.
Op 8 September 1908 sprak hij zijn
eerste geloften uit en op 20 Juli 1913 werd
hij te Scheut door Mgr Christiaens tot
priester gewijd.
Op 29 JuU 1913 droeg hij zijn eerste
H. Mis op in de parochiale kerk van Sint
Vedastus te Vlamertinge.
Op 19 Februari 1914 vertrok Eerweerde
Pater Six als zendeling naar den missie
post van Kangu XMteyombe) in Belgisch
Kongo.
eir-ncirewr-tA-x ".oio verbleef hij te BP"»»
Monseigneur SIX
BISSCHOP VAN LEOPOLDSTAD,
(de Congoleesche hoofdstad) h den
ondernemenden opvolger van Mgr
De Cleene.
dorpen gelegen op den Kongostroom tus-
schen Boma en Banana.
In 1919 werd hij benoemd tot Overste
van Muanda bij Banana en in 1921 tot
pastoor van Leopoldstad.
In Mei 1928 keerde Eerw. Pater Six naar
België terug om wat rust te genieten en
zijn familie te bezoeken, doch pas hier
aangeland werd hij tot Econoom aange
steld van het Moederhuls der Congregatie
van Scheut.
Op Vrijdag 24 Oktober 1930 is hij aan
boord van het schip Ellsabethvillewe
derom naar Kongo afgereisd alwaar hij
opnieuw het pastoorschap van Leopold
stad waarnam.
In de vergadering van de kerkelijke
Missieoversten gehouden te leopoldstad
van 19 tot 30 Oktober 1932 werd aan Eer
weerden Pater Six het eervol ambt van
Secretaris toevertrouwd. In deze vergade
ring waren Hunne Excellenties de Bis
schoppen en al de Apostolische Prefekten
der verscheidene missiën van Belgisch
Kongo en Ruanda-Urundi tegenwoordig
onder het voorzitterschap van Zijne Ex
cellentie Monseigneur Dellepiane, Aposto
lisch Delegaat van Belgisch Kongo.
WIJ bieden Mgr Six, zijne achtbare
-- - 1n
wenschen aan!
VERGADERING TE IEPER OP ZONDAG 4 MAART 1934
De vergadering werd voorgezeten door
den Heer Advokaat Butaye, Voorzitter
der Federatie der Geteisterden. Namen
ook plaats aan het bureel de Heer Se
nator Mullie, de Heer Schepen Lema-
hieu van leper, de Heer Hector Vermeu
len, Voorzitter der Handels- en Nijver
heidskamer van leper, en de Heer Geu
ten, Bestuurder te Wervik.
Onder de aanwezigende H.H. Lom
mez, Bestendige Afgevaardigde t'Ieper;
de Heer Dujardin, Burgemeester van
Komen; de Heer Sobry, Oud-Burge
meester van leper; de Heeren Burge
meesters of Schepenen der gemeenten
Houtem, Hollebeke, Poelkapelle, Zille-
beke, Zuidschote, 3oezinge, Voormezele
de Heer Iweins d'Eeckhoutte, verschei
dene dagbladcorrespondenten en ver
scheidene Leden van het Bestuur der
Handels- en Nijverheidskamer.
De Heer Butaye opent de zitting en,
vóór eene rechtstaande vergadering,
drukt hij de droefheid uit veroorzaakt
door het afsterven van Koning Albert;
de geteisterden verliezen in hem een ge
trouwen vriend, die dikwijls in hun voor
deel tusschenkwam. Wij hadden nu in
hem onze hoop gesteld voor de oplos
sing van het vraagstuk van het herstel
der vaart Ieper-Komen. Wij zullen thans
ons vertrouwen stellen in onzen nieuwen
Vorst die zal waardig zijn van zijn groo
ten Vader.
Hij laat weten dat de Heeren Gillon,
Senator; Deponthicu, Senator; Butaye,
Kamerlid; Jan Vander Ghote, Burge
meester van leper; Benoni Vermeulen,
Burgemeester van St Jan; Dr Brutsaert
van Poperinge belet zijn aan de verga
dering deel te nemen, cn zich eens ver
klaren met de te nemen besluiten.
Alsdan verleent hij het woord aan Heer
Hector Vermeulen die zich verontschul
digt geen spreker te zijn en den volgen
den tekst afleest:
«Tijdens de vergadering van de Fede
ratie der Geteisterden van het Arrondis
sement leper, gehouden in Januari 1.1.,
werd besloten, in samenwerking met de
Handels- en Nijverheidskamer van leper,
op heden een vergadering te beleggen,
waartoe de Heeren Mandatarissen bij
Kamer en Senaat en de Burgemeesters
der belanghebbende Gemeenten zouden
uitgenoodigd worden, met als dagorde:
Middels te beramen om een spoedig
herstel der vaart Ieper-Komen te beko
men.
Sedert de strijd voor het herstel van
dezen waterweg werd aangevangen, heb
ben wij, bij middel der drukpers, de zaak
breedvoerig en onder al hare oogpunten
uiteengezet. Ik twijfel er niet aan of gij
hebt allen gelezen wat de pers daarover
heeft geschreven. Ook hebt gij zonder
twijfel kennis genomen van de argumen
ten bevat in de brochure, geteekend door
den Heer Vander Ghote, Burgemeester
van leper, den Heer Arthur Butaye en
door mij, alsook van de erbijgevoegde
redevoeringen die, op 29 Juli 1.1., ten
Stadliuizc van leper door den H. Claeys,
Bestuurder, en den H. De Wulf, Hoofd
ingenieur van den Provincialen Dienst
van Bruggen en Wegen, werden uitge
sproken.
Ik spreek dus niet voor een midden
van oningewijden, en ik mag mij, in mijne
uiteenzetting, beperken de hier gestelde
kwestie in baar grootste lijnen te schet
sen.
Wat is een rivier, een stroom? De wa
terlossing eencr streek. En wat geeft aan
dien waterweg zijne kenmerken? De *a-
tuur van den grond. Daarom is het dat
de klei, welke hier den naam draagt van
Iepersche klei (onder het volk de Blauwe
Spie), aan den stroom de Ijzer zijn ka
rakter geeft.
Deze laag klei vangt aan in het Noor
den van Frankrijk en de omstreken van
Doornijk en neemt toe in dikte in een
Noord-Westelijke richting. Enkele nieters
dik te Arques, La Madeleine cn bij Door
nijk, is zij réeds 50 meters dik te Moes-
kroen, 109 te Roeselare, 100 te Duinkerke,
136 te Oostende, 177 te Blankenberge.
Zij komt aan de oppervlakte in Enge-
iandd en draagt er den naam van Lon-
densche klei, daar Londen er op gebouwd
is.
Deze ondoordringbare klei maakt dat
het regenwater van geheel de IJzerstreek
weinig of niet den grond indringt, en
schier onmiddellijk langs den aflosser, de
Ijzer, naar de zee vloeit. Vandaar ge
heel die groote streek van polders en
broeklanden, zoo dikwijls overstroomd,
en, daar het regenwater bijna al weg
vloeit, toch lijdende, zooals nu, aan wa-
terschaarschte, zoodra een lange periode
van droogte intreedt.
Vandaar de Ijzer, een stroom geweldig
in regentijd, onbevaarbaar in droge sei
zoenen. Vandaar een kanaal Ieper-IJzer
met hetzelfde karakter.
De onstandvastige bevaarbaarheid 13 de
voorname reden waarom handel en nij
verheid zich in het IJzerbekken zoo moei
lijk ontwikkelen, waarom Nieuwpoort zóó
weinig voortuitgaathandel en nijverheid
zijn planten die maar kunnen gedijen,
daar waar een standvastigen voordeeli-
gen toestand bestaat I
Welnu, die onzekere, die nadeelige toe
stand hier kan verholpen worden. Reeds
van in de jaren zestien honderd hebben
onze Iepersche voorouders dit doel nage
streefd door eene verbinding tusschen
leper en de Leie en door water te put
ten in de Leie om de scheepvaart in het
IJzerbekken te regelen. Want is de Ijzer
grillig, de Leie integendeel heeft een
standvastige strooming, en met reden
draagt ze den wereldberoemden naam van
Gouden RivierLangs al haar oevers
schept zij welstand, en sedert verleden
eeuw dienen haar wateren tot het spij
zen der fabrieken van Roebaais, Toer-
konje, der vaart Kortrijk-Bossuit, tus
schen Leie en Schelde, en van het ka
naal Roeselare-Ooigem op de Leie, dat
aan geheel het Roeselaarsche groei en
bloei heeft gegeven.
En hetgeen eigenaardig is, 't is dat de
verbinding IJzer-Leie, langs Ieper-Ko
men, begonnen werd in 1860, verscheidene
jaren vóór het graven der verbinding
Roeselare-Leie en van het kanaal van
Bossuit. Ware zij gelukt, dan was het
vraagstuk van den bloei van leper, Diks-
muide en Nieuwpoort sedert lang reeds
opgelost.
De plichtige aan deze mislukking is
diezelfde Iepersche klei, en ik herhaal
wat wij in onze brochure schreven:
Het is op deze laag, en dit namelijk
op een afstand van meer dan dertien ki
lometers, dat de vaart van leper naar
Komen rust. Zoolang zij ongenaakt in
haar natuurlijken staat behouden blijft
en steeds den zelfden waktcgraad heeft,
vormt zij een der beste onderlagen. Doch,
eens blootgelegd en aan de warmte der
zon en aan de guurheden van het weder
blootgesteld, verandert de waktegraad de
zer kleilaag, die dan inkrimpt of zwelt,
en alzoo een ongehoorde kracht ont
wikkelt. Het is deze zweikracht, die oor
zaak was der instorting van de tunnels
en van de groote brug te Hollebeke, ter
wijl wat verder de sluizen, in 1912 ut de
sleuf van Hollebeke gebouwd, doch rus
tende op de niet omwoelde kleilaag, in
even goeden staat bewaard zijn gebleven
al3 de andere sluizen der vaart.
Doch wij ivaderex «k» T'~ssing. Uit
ieder tegenslag hebben onze technici ge
leerd: de wetenschap is in de laatste ja
ren met reuzenschreden vooruitgegaan,
en wanneer wij het herstel van het moei
lijk gedeelte der sleuf van Hollebeke, die
hoogstens 700 m. langs is, vergelijken met
de werken van Eigenbilsen en van de
Antwerpsche tunnels, dan schijnt ons het
werk van Hollebeke een kinderspel.
De Heer Bestuurder E. Claeys heeft
overigens op 29 Juli 1.1. verklaard: «Ge
zien de technische middelen waarover
men thans beschikt en de ondervinding
welke men heeft opgedaan, moet men,
volgens mij, niet vreezen van ook dit
pand in orde te brengen.
Alle Ingenieurs onzer diensten van
Bruggen en Wegen, die wij raadpleeg
den, zijn het eens met de meening van
den Heer Claeys, en ik verklaar hier,
zonder vrees van tegenspraak, dat het
vraagstuk van Hollebeke in den voet van
onze zoo bekwame Ingenieurs, eenen
doorn is dien allen verlangen ten spoe
digste te zien verdwijnen.
In 1853 zegde onze beroemde Volksver-
tegenwoordidger en Burgemeester Alfons
Vandenpeereboom, de belangen onzer
streek in de Kamers verdedigendeIk
denk dat, indien het gansche Land bij
draagt in de kosten van het Vaderland,
de rechtvaardigheid eischt dat er gezorgd
worde, in de mate van het mogelijke, dat
de voordeeleu der uitgaven het Land dóór
bedeeld worden.
Nog nooit meer dan thans zouden die
woorden in het Parlement dienen her
haald te worden en er met gerechtigheid
klinken, want de oorlog heeft hier dat
evenwicht gebroken. De platgeschotene
frontgemeenten hebben alles verloren.
Van al de instellingen, die den welstand
van leper en de streek uitmaakten, werd
veel niet teruggegeven. Moet ik noemen:
de Rijschool, de Regimentschool, het Ba
taljon van het 3* Linie, de Hoefsmeden-
school, de Weldadigheidsschoot, het Ko
ninklijk Instituut van Meesen die. sa
men, 3.500 personen een bestaan given.
Aan den huidigen koers van den frank
maakt dit een verlies van 100.000 frank
daagt, die hier nering zouden brengen
en aan geheel onze bevolking ten goede
komen.
Het heroprichten alleen der vroegere
gebouwen, dat nochtans door de wet op
de oorlogsschade gewaarborgd werd, zou
minstens 50 millioen franken kosten.
Op 29 Juli 1.1. verklaarde de Heer
Hoofd-Ingenieur De Wulf: «Wij schat
ten dat het volledig herstel der vaart
niet meer dan 35 millioen zal kosten.
Met het kanaal Ieper-Komen te her
stellen, zou de Staat dus slechts een ge
deelte zijner verbintenissen nakomen,
maar een gedeelte van het allergrootste
belang, want het zou leper toelaten te
werken, het zou de oplossing geven aan
het vraagstuk der verbinding IJzer-Leie,
het zou het IJzervraagstuk oplossen, het
zou de herleving van al de Gemeenten
gelegen tusschen Nieuwpoort en Komen
toelaten.
Het zal binnen veertien dagen een jaar
geleden zijn dat het eerste schip te leper
langs de herstelde vaart Ieper-IJzer aan
kwam.
De scheepvaart ving aan in Maart 1933
met zes schepen en 312 ton lading.
In April werden 460 ton aangebracht
door 10 schepenin Mei 493 ton door
9 schepen; in Juni 658 ton door 10 sche
pen, en in Juli 1140 ton met 15 vaar
tuigen. In Oogst en September boekte
men slechts 1 cn 3 schepen met 35 en
130 tonnemaat, want men stipte toen een
waterdaling aan in den Ijzer, die zonk
tot meer dan 0,90 m. beneden zijne ge
wone waterhoogte, hetgeen de scheep
vaart belette.
Inthsschen hadden pompingen plaats
om het bovenpand van de vaart tusschen
leper en Boezinge genoegzaam in water
te voorzien en de normale diepgang der
schepen te verzekeren, maar het zakken
van het waterpeil van den Ijzer legde de
scheepvaart volledig stil.
Voetstappen aangewend om den Ijzer
van water te voorzieh waren vruchteloos,
en het was slechts in October, wanneer
de suikerfabriek van Veurne bij gebrek
aan water stil lag, dat de Ijzer met wa
ter der Schelde bevoorraad werd.
In October kwamen 8 schepen met 392
ton, en in ïJécembeV8 kwarn' scfitptoe
van 40 ton, want vanaf 2 December tot
15 Januari werd alle scheepvaart door
de vorst stopgezet.
In het jaar 1933, vanaf Maart, zijn
t'Ieper dus 81 schepen het kanaal bin
nengevaren, geladen met 5117 ton goe
deren.
En nu dit jaar, van 15 tot 31 Januari,
kwamen tien schepen met 898 ton; in
Februari 28 schepen met 2191 ton, en in
de drie eerste dagen van Maart zijn vijf
schepen binnen gevaren; 't zij gemiddeld
een schip daags.
Deze opsomming is sprekend, en men
kan zich daardoor overtuigen dat, bij re
gelmatige waterhoogte, eene scheepvaart
beweging zou ontstaan die met den dag
steeds belangrijker zou worden.
Ongelukkiglijk door 't verlies van wa
ter bij 't versassen, is het waterpeil ge
daald tot 1,62 m., zoodat de zwaar ge
laden schepen voortaan moeten gelicht
worden en dat de scheepvaart binnen
weinige dagen onmogelijk zal wórden, als
men 't bovenpand geen water toebrengt.
De opgedane ondervinding toont de
dringende noodzakelijkheid van eene re
gelmatige waterspijzing, en dit kan al
leen geschieden met de wateren der Leie
langs de vaart Komen-Ieper; aldus aan
Nieuwpoort een regelmatige verbinding
gevende met zijn hinterlandhet Kort-
rijksche, het Walenland en Noord-Frank
rijk.
Van die herleving zijn die Heeren van
Diksmuide getuige, en, indien zij niet
blind zijn, dan zien zij dagelijks de
schepen Diksmuide voorbijtrekken; in
dien zij niet doof zijn, dan hooren zij
de reden waarom die scheepvaart dik
wijls stop wordt gezet, en, indien zij
eenigszins van goeden wil zijn, dan moe
ten zij eindelijk zien langs waar hunne
echte, hunne mogelijke belangen liggen.
Op de vergadering van Januari 1.1. werd
ik belast bij de Heeren Burgemeesters
van Diksmuide en Nieuwpoort stappen
aan te wenden, ten einde hen te over
tuigen samen te werken voor de eenige
mogelijke oplossing van het vraagstuk der
verbinding IJzer-Leie, 't is te zeggen
langs Ieper-Komen.
Als gevolg daarop, werd Maandag
laatst te Diksmuide eene vergadering
gehouden ten voordeele der verbinding
langs Roeselare. Ik moet de inrichters
daarvoor bedanken, want zij geven mij
heden de gelegenheid den weinigen ernst
van hunne redeneering te doen uitschij
nen.
De ondergrond tusschen Diksmuide en
Roeselare is dezelfde klei als tusschen
leper en Komen. De zoogezegde natuur
lijke spijzing is daar niet méér mogelijk
als hier: ware het anders, dan hadde de
Ijzer verleden zomer zijn peil moeten
kunnen behouden met de waters komende
van daar, en dat is niet geschied.
En terwijl de Heeren Ingenieurs De
Raedt en Maertens voor een kanaal Roe-
selare-Diksmuide zes sassen voorzien,
maakt de Heer Daenens er een met vier
sassen, waardoor hij, in een pand van
een tiental kilometers, ten volle in de
Iepersche klei zou graven, met gevaar
van instorting gelijk vóór den oorlog te
Hollebeke.
En terwijl de Heer F. Maertens, Ka-
binets-Overste van den Heer Minister
van Openbare Werken, in zijn verslag
over de binnenvaarten in West-VIaande-
ren het tijdverlies door een sas gelijk
stelt met een kilometer vaart, vermenig
vuldigt de Heer Daenens met vijf kilo
meters.
Er werd op de vergadering van Diks
muide beweerd dat de Handelskamcrs van
Doornijk en Bergen zich aan de zijde
scharen van Diksmuide. Deze Handelska
mers houden zich geheel en al onzijdig.
Er werd daar ook voorgesteld een ba
naal te vragen voor schepen van 600 ton I
Wij, kleine Ieperlingen, stellen ons te
vreden met een kanaal passende op Óen
Ijzer en de Leie waar enkel schepen van
300 ton kunnen varen 1
Het is niet te verwonderen dat de Heer
V)
211
Frans Brusselmans, misschien «d
een zeker humour, de ojmieriir^
dat hel ontwerp op een onvo
technische, financieele en ccchiq_
studie van het vraagstuk berustte.
Terwijl de vaart Ieper-Komen i
de lucht gegrepen droom is, dat fc
staat, en slechts hoeft hersteld teV
den.
De-Héér Daenens kloeg over
dat Diksmuide sedert eeuwen kwijlt
hij goed de geschiedenis gelezen, l*
hij bestatigd hebben, dat Diks.meii
Nieuwpoort bloeiden wanneer Ie[>e[c
tig was, en dat hun bloei vertoeft
den val van leper, eq hij zou er
tuurlijke gevolgtrekking uit gemaal^
ben datWanneer Iepar opniesr*
bloeiciu Diksmuide en Niemvpooit r
hertéveu zullen. '■H t
En nu nog een laatste woord ort- K
IJzerenwegbruj? te Kaaskerke er. fiet
van Fintele. De bestaande voortoog ,g a
brug te. Kaaskerke biedt slechts een 1
hoogte 'boven het waterpeil van 3 7
ter, terwijl 4 meter van doen zijn.
heeft voor gevolg dat ongeladen sch»
er niet onder kunnen varen, en over f
tete Sas langs de Loovaart en V.t-
een omweg moeten doen. Daar het t
tele Sas maar 29 meters lang is,
nen schepen van meer dan 100 ton
niet varen, terwijl de Ijzer en de
Ieper-IJzer voor schepen van 300 ton
maakt zijn.
Er werd in het budget van 1934 v
miljoen voorzien voor den herbouw
brug van Kaaskerke. Ik bid de Hee.
Mandatarissen bij den bevoegden li
ter te willen aandringen opdat de wer^arp
zonder verderen uitstel zouden uitgev -. -
en voltooid worden.
In 1914 lagen de steenen gereed
de verlenging van het Sas van Fir:-,
In deze kwestie ook bid ik onze \V
gemvoordigers in Kamer en Scnaa:
willen tusschenkomen.
Ik bedank de Heeren Mandatarissfn,Lrii
Burgemeesters voor hunne talrijke - nrr
komst. Het vraagstuk dat behandeld v-
is een levenskwestie voor geheel bet l,
den van Vlaanderen, cn ik druk de II
uit dat onze bevolking weldra den gt
kigen dag moge beleven waarop, (li
aan de krachïige tusschenkomst van c:
Mandatarissen, aan de verbinding
Leie met den Ijzer, langs Ieper-Koir.,
een aanvang zal gemaakt worden.
Er waren in de Middeleeuwen 'y
zustersteden die den bloei en dt tlr
van Vlaanderen maakten, Gent, Brug,
en leper.
Verledetie eeuw getroostte zich het'
derland groote opofferingen om Gen!
Brugge te doen herleven, alleen lepjons
die alles opofferde binst den oorlzaal
vraagt nog opofferingen. inga
Het kanaal Komen-Ieper, met lepe:
plaatsen aan de kruising van water?
gen cn het te verbinden met de zee
met de nijverheidsstreken van Belgie
Frankrijk is bij machte die out wat.
te bewerken.
Het Vaderland mag aan die plicüt ri
te kort blijven: het heeft cr te veelve,en
Fr
Yi
Zi
deel bij.
k
Die zakelijke aanspraak werd !ang.gt ;ll
luid toegejuichd v' y
van
De Heer Geuten beziet dan het vrjj P
stuk onder het oogpunt der oorlogsscNi t-
de. Dat men zooveel vaarten gravt
men wil, maar de vaart Ieper-Leit r
de voorkeur hebben. Hij toont e?
kaart de moeilijkheden van het nu
van een kanaal tusschen Diksmuide 6jroF
Roeselare, bevgstigt dat Roeselare £tejï
zins verlangt aan Diksmuide per te*"
verbonden te worden. En daarvoor ztl
ontzaggelijke onteigeningen en kost'5",
doen! Er is maar eene logische eri goe
koope oplossing: de vaart Ieper-KoiiIe
Hij betreurt zoo weinig Mandatari-W
tegenwoordig te zien' en voegt er t
«Wij zullen dus zooveel mogelijk opt-
eigen zeiven moeten rekenen.Hij ili
voor een verdedigingscomiteit te sticht#
De Heer Dujardin, Burgemeester vz 1
Komen, sluit zicli aan bij de zienswip
van M. Geuten. Komen heeft reeds i, 2
voorbeeld gegeven met een dagorde £rj[
stemmen ten voordeele der vaart lept:
Komen.
De Heer Lommez bevestigt dat Rc
;selarp ■- -vaw-y,--:: -
niet houdt. Ujt een gesprek "met ta-Kws
Senator Vaneoullic blijkt, dat Uoestta8
vooral een centrum is van verspier,
der waren die in zijne haven aankowabi
Dit zou hier ook het geval wezen, es 'ro\
vaart leper zou ten beste komen aan ik
de gemeenten van onze streek. Hij he B-
reeds den Heer Vermeulen gedocumtos
teerd en zal het nog doen. Hij vraagt rtOO
den Heer Vermeulen -een af chritt wie
zijne rede, ten einde ze aan de Proéfg
ciale Commissie de werken te onderwt
pen.
De Heer Vermeulen bedankt den Ht
Lommez voor zijn steun, en belooft Ir
nauwkeurig in te lichten betreffende
toestand der vaart Ieper-IJzer. De He
Vermeulen geeft alsdan lezing van In
volgend besluit dat door allen aangen?
men wordtn
BESLUIT.
De vergadering van 4 Maart 1934, bij
eengeroepen door het Bestuur der Fed?
ratie der Geteisterden en der Handtk
en Nijverheidskamer van leper, en waai
aan deel namen de Heer Senator Mulliian
de Heer Bestendige Afgevaardigde Lonoo
mez, de Heer Schepen Lemahieu W.\'
leper, de Heer Dujardin, Burgemeeste
van Komen, en de Heeren Burgemeester
of Schepenen van Houtem, Hollebeke r
Poelkapelle, Zillebeke, Voormezele, Bot
zinge en Zuidschote
gezien de dringendheid van aan liuirSt
streek den herbloei te geven welken zij
voor de verdediging en vrijheid van hei
Vaderland, door den oorlog verloren
heeft;
gezien het herstel der vaart Ieper-Ko-^
men het middel is om handel, nijverhei!
en landbouw toe te laten te ontstaan er-,
zich te ontwikkelen
gezien de regelmatige bevaarbaarheid y
van den Ijzer en van het kanaal Ieper-,n
Ijzer slechts kan bekomen worden door'j-
eene spijzing van de Leie langs leper- y
Komengezien dit reeds geschiedt vootp.j
andere kanalen der streek en dat de be*
komene uitslagen onbetwistbaar zijn;
gezien de verbinding van het Ijzer-
hekken aan het Leiebekken langs Ieper-
Komen het kortste, goedkoopste en reed!
aangelegd middel is om deze te Nieuw
poort in betrekking te brengen met zij»
natuurlijk hinterland: het Kortrijkscht
het Walenland en Noord-Frankrijk;
gezien dit herstel een middel zal wezelC
om de werkloosheid te bekampen;
drukt den wensch uit het herstel M
vaart Ieper-Komen onmiddellijk te zie»
aanvangen
en besluit dezen wensch over te na-
ken aan Zijne Majesteit Koning Leo
pold III, aan den Heer Eersten Minister 0
de Broqueville, aan den Heer Minister
van Financiën Jaspar en aan den "leef
Minister van Openbare Werken
<1*
De Heer Schepen Coulicr, van F,oe- f
zinge, toont daarna de noodzakelijkheid
aan van in alle dorpen langs de vaart
Komen-Ieper losplaatsen te voorzien. Hij
zet uiteen de moeilijkbeden wcike de ge
meente Boezinge onder dat oogpunt ont
moet beeft. Het is eene les voor de an-r
dere gemeenten.
De Heer Sobry vraagt de samt-mvr-
king van de West-Vlaamschc frc-ntgc- 1
meenten om de vaart leper-Koniui t<
zien opdoen.
De Heer Arthur Butaye stelt voor op 4
8 April aanstaande eene vergadering tt
houden voor al de Burgemeesters van 1'
Arrondissement leper ten einde over 'e
gaan tot het stichten van een Verdeó-
gingscomiteit.
De Heer Butaye bedankt de aamvc
gen en sluit de vergadering.
SBaaHHiaaaaHBBHKaKHasaHi
vrijwillige opwelling, om ccn schittercrK
hulde van dankbaarheid te brengen nst>
den zoo diep betreurden Vorst en om hu#
diepe genegenheid te openbaren aan B?1* j
gie, bondgenoot in oorlog en ln vrede.
"tERW. HF.ER J. VAN EECKS,
Belgtscih Aalmoezenier.